Genfood INTRODUCTIE Golden rice bezit een gen voor de aanmaak van bètacaroteen uit krokussen. Thema Sinds enige jaren bestaat er een rijstvariant met een gen voor de aanmaak van bèta caroteen, een oranje kleurstof die in het lichaam wordt omgezet in vitamine A. Dit gen is oorspronkelijk geïsoleerd uit een krokusplant en ingebouwd in het genoom van de rijstplant. De genetisch veranderde rijst met de naam Golden rice (gouden rijst) kan daardoor in theorie meer vitamine A produceren dan gewone rijst. De genetisch gemodificeerde rijst is bedoeld om blindheid als gevolg van een gebrek aan vitamine A terug te dringen, een probleem dat in ontwikkelingslanden (vooral in Azië) voorkomt. Vitamine A gebrek kan ontstaan door een eenzijdig voedingspatroon, bijvoorbeeld doordat arme mensen geen geld hebben om gevarieerd voedsel te kopen. Probleemstelling Gentech ofwel genetische modificatie vindt op steeds grotere schaal plaats in de voedingsindustrie. Plantenveredelingsbedrijven hebben een reeks van gemodificeerde plantengewassen (maïs, katoen, soja e.a.) gekweekt, die bijvoorbeeld ongevoelig zijn voor bepaalde bestrijdingsmiddelen of plaagdieren, of die een hogere opbrengst genereren. Ook met consumptiedieren wordt geëxperimenteerd. Zo bezit de AquAdvantage-zalm een gen voor een groeihormoon van twee andere vissen (aal en Atlantische zalm), waardoor hij twee keer zo snel als normaal groeit. Lang niet iedereen staat echter achter deze ontwikkelingen. De tegenstanders van genetische modificatie wijzen o.a. op de mogelijke risico’s van het sleutelen aan erfelijk materiaal. Ook zijn ze vaak niet overtuigd van de noodzaak en menen ze dat economische motieven een grote rol spelen. Een milieuorganisatie als Greenpeace keert zich tegen genetische modificatie van voedsel. Het gebruik van genetische modificatie in landbouw en voedselproductie is dus zeker niet onomstreden. Overheden en bijvoorbeeld de Europese Unie staan intussen voor de taak om hiervoor regelgeving te maken. ORIËNTATIE Hoofdvraag-deelvragen Hoofdvraag: Wat zijn de mogelijke voor- en nadelen van het genetisch modificeren van gewassen of dieren voor de voedselproductie? Mogelijke deelvragen: - Wat is genetische modificatie? - Wie hebben er baat bij genetisch gemodificeerde voedingsmiddelen? Persoonlijke leervragen Wat wil je zelf te weten komen tijdens de behandeling van dit thema? Wat zijn jouw persoonlijke leerdoelen? Je kunt daarbij denken aan een vraag als: Hoe sta ik zelf tegenover het eten van genetisch gemodificeerde producten? Voorkennis Basiskennis over erfelijkheid en de bouw en werking van DNA: Subdomein D5: eiwitsynthese en biotechnologie Subdomein C1: Erfelijkheid Eindtermen Biologie Eindtermen VWO Subdomein C1: erfelijkheid C1.6: aangeven dat de mens met oude en nieuwe technieken ingrijpt in erfelijke informatie met het doel de gewenste eigenschappen te verbeteren, ook bij de mens zelf: - Gebruik van recombinatie - DNA-technieken - Selectie, verdelen, fokken, genetische modificatie Subdomein D1: Energiestromen en kringlopen D1.13 de verschillen aangeven tussen ecologische en niet-ecologische voedselproductie, in het bijzonder: - gebruik van biotechnologie Eindtermen HAVO Subdomein C1: Erfelijkheid C1.7: aangeven dat de mens met oude en nieuwe technieken ingrijpt in erfelijke informatie met het doel de gewenste eigenschappen te verbeteren, ook bij de mens zelf: - Gebruik van recombinatie - Selectie Subdomein D1: Energiestromen en kringlopen D1.15 de verschillen aangeven tussen ecologische en niet-ecologische voedselproductie, in het bijzonder: - gebruik van biotechnologie Kernbegrippen Genetische modificatie, voedselproductie, biotechnologie, erfelijkheid, selectie, gen Eindproduct Houd in de klas een debat over dit onderwerp volgens de regels van het Lagerhuisdebat, waarin je een van de onderstaande stellingen verdedigt. Spreek vooraf duidelijke regels af over spreektijd, volgorde van sprekers, debatleiding etc. Stellingen 1. Genetische modificatie van voedingsproducten moet worden toegestaan, omdat het veel voordelen voor de mens biedt. 2. Genetische modificatie van voedingsproducten moet worden verboden, omdat de risico’s onvoldoende bekend zijn en/of de voordelen twijfelachtig. Beoordelingscriteria Je argumenten vóór of tegen moeten aan de hand van voorbeelden zijn onderbouwd. WERKWIJZER Vooraf Werkvorm 1. Het eerste deel van de opdracht (inlezen, argumenten verzamelen) kun je individueel doen. 2. Het tweede deel (het debat) houdt je klassikaal. Tijd Voor de opdracht heb je ongeveer 6-8 uur nodig. Stappenplan Stap 1 Je kunt zo nodig voorkennis over genetische modificatie en erfelijkheid ophalen via Studiobiologie. Stap 2 Lees je in m.b.v. de bronnen en verzamel de argumenten voor en/of tegen genetische modificatie van voedingsmiddelen. Verdiep je ook in de mogelijke argumenten van je opponenten en bedenk hoe je deze kunt pareren. Stap 3 Maak met je docent afspraken over het debat. KENNISBANK Studiobiologie 2e fase Hoofdstuk 3 Voortplanting en ontwikkeling - 3.5.2: Oplossingen = www.studiobiologie.nl/2efase/index_352.html Hoofdstuk 7 Energie en kringlopen - 7.4.1: Landbouw = www.studiobiologie.nl/2efase/index_741.html BRONNEN Hyperlinks Informatie over genetische modificatie (met veel links naar andere bronnen): http://www.kennislink.nl/publicaties/genetische-modificatie Digischool: http://wp.digischool.nl/biotechnologie/landbouw-voeding/ Greenpeace over gentech: http://www.greenpeace.nl/campaigns/gentech/het-probleem Audiovisuele bronnen Filmpjes over genetische modificatie (inlogcode voor Teleblik nodig): http://vo.teleblik.nl/dossiers/genetischemodificatie LEERVERSTERKERS Schrijf voor een krant een betoog waarin je een van de eerder genoemde stellingen verdedigt. Doel is om de lezers van jouw mening te overtuigen. Het schrijven van een betoog kan eventueel meetellen voor het vak Nederlands. Examenopgaven Uit: examen Biologie 1,2 vwo 2004 Genetisch gemodificeerde gewassen In 2001 peilde de commissie-Terlouw de mening van het publiek over het toepassen van genetische modificatie bij onze voedselproductie. Uit een artikel hierover is een alinea overgenomen (zie tekst hieronder). tekst Nederlanders staan gereserveerd ten opzichte van genetisch aangepast voedsel, maar 'in algemene zin' mag biotechnologie wel gebruikt worden voor ons eten. Over de veiligheid van gm-voedsel denken Terlouw en consorten positiever dan het volk. Volgens de commissie zijn er geen wetenschappelijke aanwijzingen die de zorgen rechtvaardigen die onder het publiek leven over de veiligheid van voedingsmiddelen die met behulp van gentechnologie geproduceerd zijn. bron: Bionieuws, NIBI, jaargang 12, 19-01-02, 1 1 2 3 4 5 6 2p 1 Het doel van genetische modificatie kan zijn het vergroten van de opbrengst per hectare. Voorbeelden van door genetische modificatie veranderde gewassen zijn: aardappelplanten met grotere bladeren; komkommerplanten waarvan de bladeren bestand zijn tegen vraat door insecten; maïsplanten die in staat zijn om N2 te binden; rijst die bètacaroteen (provitamine A) bevat; soyaplanten die bestand zijn tegen een chemisch onkruidbestrijdingsmiddel; tomatenplanten met vruchten waarvan het rijpen na de oogst uitgesteld kan worden. Schrijf de nummers op van de gewassen waarvan verwacht kan worden dat de opbrengst per hectare onder invloed van de toegevoegde genen groter is dan normaal.