VIRTUAL REALITY TECHNOLOGY (VRT) Een omschrijving Met virtual reality technology (VRT) creëert men een virtuele wereld, aan de hand van een computersoftware programma (Parsons & Mitchell, 2002). Die virtuele realiteit is een veilige omgeving om bepaalde gedragingen in te oefenen, bijvoorbeeld via computer-gemedieerd rollenspel. Men kan er sociale gebeurtenissen simuleren, om iemands’ sociaal inzicht te vergroten. Door een joystick of computermuis te manipuleren, kan de gebruiker zich verplaatsen in die virtuele wereld en/of interageren met objecten en personen. Om te vermijden dat die virtuele wereld een obsessie wordt voor personen met ASS, waardoor iemand nog minder interacties aangaat in de realiteit, is het programma flexibel en onvoorspelbaar opgemaakt. VRT wordt beschouwd als een extra ondersteuning tijdens het oefenen van sociale vaardigheden, waarbij het programma onder begeleiding en in interactie met een begeleider doorlopen wordt. Parsons en Mitchell noemen een aantal mogelijke kritieken op VRT: - Het gebruik van computergebaseerde technologie kan de sociale beperking van personen met ASS net in de hand werken in plaats van te verhelpen. - Wanneer men teveel terug valt op computer-interacties bestaat het gevaar dat VRT een obsessie wordt. En een aantal voordelen: - Het systeem is stabiel, voorspelbaar en vertrouwd. - Het aantal, type en niveau van sociale interacties kan nauwkeurig afgestemd worden op individuele noden. - Het geeft iemand de gelegenheid om sociale vaardigheden te oefenen in een realistische, maar niet-bedreigende omgeving. - Men kan eindeloos oefenen én variëren. Dit stimuleert de cognitieve flexibiliteit. Volgens Parsons en Mitchell wordt deze technologie beschouwd als een uitdagende manier om sociale vaardigheidstraining te organiseren voor mensen met ASS. REFERENTIES Parsons, S., & Mitchell, P. (2002). The potential of virtual reality in social skills training for people with autistic spectrum disorders, Journal of Intellectual Disability Research, 46, 430-443. Wetenschappelijk onderzoek Een kleinschalig onderzoek van Rajendran en Mitchell (2000) bij twee adolescenten met Aspergersyndroom toont dat computergemedieerd rollenspel (a.h.v. tekstballonnen) geen merkelijke verbetering van het interpersoonlijke begrip oplevert. Wel stelt men een verhoging vast op de scores bij executieve functie-taken. De onderzoekers besluiten dat computergemedieerd rollenspel de interacties helpt reguleren, zodat de sociale beperkingen die Aspergersyndroom typeren, minder opvallend worden. REFERENTIES Rajendran, G., & Mitchell, P. (2000). Computer mediated interaction in Asperger’s syndrome: The bubble dialogue program, Computers and Education, 35, 189-207.