Websitelink 3 Protocol spoedafspraak chirurgie

advertisement
Voorbeeld protocol spoedpatiënten op de poli Chirurgie
Doelstelling

Dit document beschrijft de wijze waarop spoedpatiënten binnenkomen, worden gezien en
behandeld.
Toepassingsgebied

Polikliniek chirurgie.
Werkafspraken






De huisarts bepaalt op grond van bevindingen uit anamnese en onderzoek (volgens de NHGstandaarden) de urgentiecode van de verwijzing.
De huisarts kan altijd telefonisch overleggen met de specialist op de polikliniek.
De huisarts of diens assistente belt de poli en overlegt met de specialist wanneer patiënt kan
komen. Bloedende patiënten komen gelijk. Niet-bloedende patiënten komen op spoedplaatsen in
het spreekuur.
Indien patiënt bekend is m.b.t. triagemethodiek bepaalt de medisch
secretaresse/doktersassistent/verpleegkundige of patiënt kan/moet komen.
Indien wachttijd voor een herhalingspatiënt buiten de treeknormen vallen, patiënt verwijzen
naar de huisarts.
Afspraken worden gemaakt via de medisch secretaresse of doktersassistent van de
desbetreffende polikliniek.
Medicatie

N.v.t.
Uitvoerder

Medisch secretaresse, doktersassistent en de chirurg.
Benodigdheden en middelen

Telefoon, computer en Chipsoft.
Beschrijving




De huisarts of zijn assistente, in opdracht van de huisarts, maken telefonisch een afspraak met de
medisch secretaresse/doktersassistent van de polikliniek.
De medisch secretaresse/doktersassistent noteert de naam en geboortedatum van de patiënt en
vraagt digitaal de gegevens op.
Indien de patiënt niet bekend is, worden de gegevens via Zorgdomein aangeleverd door de
huisarts.
Spoedafspraken worden genoteerd op het whiteboard in het kantoor. Hier wordt ook een
verdeling gemaakt wie het spoedgeval moet zien. Als alle chirurgen aanwezig zijn, is de







dienstdoende chirurg degene die de spoedpatiënt ziet. Zijn er meer spoedgevallen, dan worden
deze verdeeld of gaan deze via de spoedeisende hulp.
‘s Morgens is de spoedtijd tussen 10.00 – 11.00 uur en ’s middags in overleg en afhankelijk van de
middagplanning.
Bloedende spoedgevallen komen direct.
Patiënt moet een patiëntenpas laten maken.
Bij melden op de chirurgische poli wordt de afspraak in Chipsoft gezet onder de code ACU-N of
ACU-H.
Patiënt wordt zo spoedig mogelijk gezien.
Nieuwe patiënten kunnen nooit zelf een spoedafspraak maken; patiënten die bekend zijn, n.a.v.
triagemethodiek.
Sommige patiënten hebben een aantekening in ChipSoft ‘mag komen bij klachten’ . Deze
patiënten bellen naar de polikliniek en zeggen dat ze deze aantekening hebben. De medisch
secretaresse of doktersassistent controleert of dit juist is en spreekt met de patiënt een tijd af dat
hij mag komen. Deze afspraak wordt behandeld als een spoedconsult.
Begrippen, definities en afkortingen


ACU-N: acuut nieuwe patiënt.
ACU-H: acuut herhalingspatiënt.
Download