Samenvatting : Geneesmiddelenleer Definitie: o Wetenschap van de geneesmiddelen en hun effect bestudeert o Doelbewust toepassen = farmacotherapie Doel GM: o preventief of profylactische werking vb: een griepvaccin o curatieve of therapeutische werking vb.: antibioticum o te herstellen, te verbeteren of te wijzigen vb.: pijnstillers, antihistaminicum o Diagnosestelling vb.: barium clysma Indeling v. GM: Oorsprong o Biologische oorsprong: Opium, papaver: (bevat een aantal alkaloïden bevat waaronder morfine): morfine (krachtig narcotisch analgeticum) Venkel ( naar anijs smakende plant): bij darmproblemen ( flatulentie) en menstruatiestoornissen. Gebruikt om borstvoeding te stimuleren. Taxus: in de jonge naalden v.d. taxus baccata zit baccatine = belangrijke cytostaticum tegen carcinomen. 50% v. alle chemokuren gebeurt met geneesmiddelen op basis v. taxus Vlier: de gewone vlier, met zwarte bessen is de belangrijkste soort. Thee v.d. bladeren werkt bloedzuiverend o Dierlijke oorsprong: Levertraan: dierlijke vette olie gewonnen uit de lever v. o.a. de kabeljauw, de schelvis en de heilbot. Olie bevat jodium, fosfor, vitamines A & D. Immuunstoffen bevattende sera : zoals paardenserum: IgE = antistoffen in paardenbloed tegen tetanus. o Menselijke oorsprong: Bloed Bloedplasma: is het lichtgele, vloeibare gedeelte v.h. bloed zonder de cellen bevat o.a. : proteïnen, voedingsstoffen, hormonen en elektrolyten o Chemische of semi-chemische oorsprong: Chemotherapie : is de benaming voor alle soorten medicinale behandelingen met primair chemische samenstellingen. Chemotherapie is ouder dan de bacteriologie en de chemie. Betekenis : behandeling v. kanker met medicijnen Hormoonsynthese vb.: cortisone Vitaminesynthese vb.: vit. A,B,C,D,E & K Biosynthese en genetische manipulatie: Biosynthese: onderdeel v.d. biochemie: opbouw en ombouw v. chemische verbindingen in h. levende organisme Genetische manipulatie: samenstelling v. GM langs levende wezens om. Erfelijke informatie v. andere organismen wordt in bacteriën ingebouwd. Krijgen het vermogen om zeer zuiver stoffen aan te maken vb.: insuline Werking o Causale werking: bestrijding v.d. oorzaak v.e. aandoening. GM werkt curatief = genezend o Middelen die de ziekte behandelen, stabiliseren of genezen Cytostatica: belemmeren de celdeling. (chemo) Bacteriostatica: bacteriële groei afremmen Bacteriocide: bacteriën doden (AB) ! bij te vroeg beëindigen v.d. kuur zullen enkele bacteriën overleven. Zo bestaat de kans dat zij zich wapenen tegen die 1 o o o o o soort antibiotica = ontstaan resistentie. Het antibioticum zal geen effect meer hebben tegen de resistente bacteriën Antimycotica of fungicide: tegen schimmelinfectie. Komen vaak voor onder de vorm v. o.a. huidmycosen, mondcandidose , vaginale candidose. Bekendste antimycotica = Daktarin Antimalariamiddelen: kininederivaten zoals chloroquine (Nivaquine) , mefloquine( Lariam) Antivirale middelen: vb.: tegen herpesvirus Aciclovir (Zovirax) = actief tegen koortsblaasjes – statica: de groei/vermeerdering stilleggen Symptomatische werking: Bestrijden of wegnemen v.d. symptomen vb.: pijnstillers zoals paracetamol en vele hoestsiropen Substitutieve werking: Het vervangen v.e. lichaamseigen stof die niet of onvoldoende wordt aangemaakt vb.: insuline, hormonen in de menopauze Palliatieve werking: Comfort Diagnostische werking: Hulpmiddel om de oorzaak of aard v.e. aandoening of een ziekte op te sporen Preventieve werking: Voorkomen v. ziekte of zijn complicaties o Effect: o Fysisch effect: Geneesmiddel bindt zich op de receptor van de cel en doet daar zijn werk . men ziet een lichamelijk effect vb: bloeddruk verlaagt bij inname van een bloeddrukverlagend middel. o Placebo- effect: Placebo bevat enkel niet-actieve stoffen. Heeft geen medisch werkzaam bestanddeel Gegeven om effect v.e. ander echt GM te bewijzen of als schijnmedicatie, die toch na toediening de klachten v.d. pat. laat verminderen omdat de pat. gelooft dat hij behandeld wordt en zich daar beter door voelt. Bereidingswijze: o Farmaceutische specialiteiten: o GM bereid in farmaceutische bedrijven zoals, Bayer, Roche,.. o Specifieke merknamen ; wettelijke gedeponeerde naam te herkennen aan ® of TM Merkgeneesmiddelen: Origineel product Volledige ontwikkeling (12jaar) op naam van producent => duurder (terugverdienkosten) Octrooibescherming (patent): 20-25 jaar, vroeger mits toestemming Kopieën: Akkoord met oorspronkelijke producent Voor verstrijken van het octrooi ; Geen prijsverschil met origineel Generische geneesmiddelen: GM die dezelfde werkzame stoffen bevat als een oorspronkelijk merk GM Wetenschappelijke benaming i.p.v. merknaam Vb.: Lormetazepam® i.p.v. Loramet® Vb.: Ibuprofen® i.p.v. Brufen® Goedkoper (min. 30%) Vervallen octrooibescherming ; Identieke werking = bio-equivalent! 2 o Magistrale bereidingen: Door apotheker bereid een bereiding op voorschrift v.d. arts Alle stoffen worden afzonderlijk afgewogen volgens voorschrift en samen gevoegd o Officinale bereidingen: GM die de apotheker bereid in overeenstemming met de aanwijzingen v.h. formularium = een door Europa erkend bereidingsboek met recepten die de apotheker standaard mag maken Farmacopee = wettelijke apothekershandboek Directe verstrekking aan zorgvragers vb.: zinkoxidezalf Meestal geen voorschrift behalve bij voorschrift plichtige grondstoffen zoals codeïne o GM voorschrift: 1 : RIZIV -nummer in cijfers en barcode: 2 : Naam en voornaam voorschrijver: 3 : Naam en voornaam van de zorgvrager VOLUIT 4 : Details van voorgeschreven producten: R/: Latijn: recipe = neem of geef DT/: Da tales of geef zodanig, gevolgd door een cijfer, bv. DT/30 caps S/: instructie voor de apotheker ‘schrijf op’ Gebruiksaanwijzing of info, bv. nuchter innemen, ijskast,… 5 : Stempel voorschrijver (naam, voornaam, adres) 6 : Eigenhandig dateren en ondertekenen 7 : Evt. uitvoerbaar vanaf voornoemde datum of vanaf… 8 : Uniek stijgend volgnr. uitvoeringsdatum + identificatienummer apotheek Verdovende middelen moeten door de arts HANDMATIG voorgeschreven worden, NAAM + DOSIS!!! o Zowel voorschrift als GM-verpakking: 2 rode strepen! o Verpleegkundigen die voorschriften schrijven of handtekenen handelen onwettig! Toedieningswijze: o Enteraal :via maagdarmstelsel : Oraal = per os = peroraal = po Rectaal of via de anus vb.: een zetpil, een klysma o Parenteraal niet via maagdarmstelsel: IV : injectie in de ader IM : injectie in de spier: SC: injectie onderhuidsbind- en vetweefsel ID: injectie in de lederhuid o Inhalatie: GM wordt ingeademd en via slijmvlies v. mond, keel en longen opgenomen vb.: via aerosol o Sublinguaal/Oromucosaal: GM wordt in de mond onder de tong gehouden en via mondslijmvlies heel snel opgenomen vb.: instant tabletten o (Trans)dermaal via de huid: Dermaal: op de huid zelf via crèmes, gel, pasta, lotion Transdermaal: werking doorheen de huid via pleister Farmaceutische vormen: o Verschillende bereidingsvormen Vaste, halfvaste , vloeibare en gasvormige GM Inwendig gebruik : 3 o Zijn GM die met het inwendige v.h. organisme in aanraking mogen komen = Wit etiket op verpakking Verpakking Meestal afzonderlijk verpakt in aluminium- of plastiekfolie (blister) Hygroscopisch: verliezen hun werking bij blootstelling aan de lucht, licht, temperatuur (vochtopslorpend middel in verpakking) EAS-systeem ( eenheidsafleveringssysteem): in ziekenhuis Barcode, naam GM, dosis en lotnummer, vervaldatum Uitwendig gebruik: Bedoeld voor lichaamsoppervlakte of slijmvliezen-0++++++;,+9*- = oranje- rood etiket op verpakking vb.: in de neus, in de mond, in het oor, t.h.v. de aars, binnen de vagina Vaste en halfvaste vorm voor inwendig gebruik : Poeders: Gelule / capsule : Tabletten of comprimés: Soorten : Gewone tabletten met of zonder kleurstoffen ; Gleuftabletten Zuigtabletten of pastilles: Bruistabletten : bruisen door natriumbicarbonaat en zuur Bevatten veel Na ! hypertensie, zoutarm dieet en hartpatiënten Dispergeerbare tabletten: Goed mengen Sublinguale tabletten: smelten onder de tong en via mondslijmvlies geresorbeerd Kauwtabletten: naspoelen met water Smelttabletten of lyotabs of gelyofiliseerde of gevriesdroogde tabletten : MUPS = Multiple Units Pellet System: Samengeperste zuurresistente microkorrels Maagsapresistente tablet = enteric-coated tablet Bescherming van het geneesmiddel tegen verteringssappen GM die niet in de maag mogen uiteenvallen verflaag → blijft waterdicht in de maag. GM valt pas uiteen in de dunne darm en geeft er de werkzame stof af Nooit pletten of breken!!! Tablet met vertraagde afgifte = retard tablet : preparaten met gecontroleerde vrijgave Werkzame stof wordt geleidelijk afgegeven = retard = vertraagde afgifte Vaak 24 uur durend effect vb. Tradonal Retard® ↓ GM inname → verhoogde therapietrouw Nooit pletten of breken!!! Granules ; Species of kruiden Zetpillen of suppositoires: kogelvormig lichaam voor rectale toediening Implantatiestaafjes: GM in hoge dosis werkzame stof Onder de huid of fistelgang 4 o o o o Ovules: Bestaat uit glycerine of gelatine ; Smelten in de vagina ; Ovaal vormig vloeibare vorm voor inwendig gebruik : Gelyofiliseerd GM met oplosmiddel Gevriesdroogde GM oplossen met het meest geschikte oplosmiddel Suspensie : schudden ! Bestaat uit vast onopgeloste deeltjes in vloeistof Goed schudden = homogene toestand vb.: AB bereiden met water ( amoxicilline) Emulsie : Mengsel van 2 mengbare vloeistoffen ; Schudden is niet nodig Niet invriezen of verwarmen Siroop : Oplossing met > 60 % suiker in water Onaangenamen vieze smaak verdoezelen + langer bewaren Siropen met bezinksel niet meer gebruiken Siropen met zoetmiddel i.p.v. suiker voor pat. met diabetes ‘D’ voor of na naam GM of vermelding suikervrij Tinctuur : Oplossing van planten in ethylalcohol ; Alcohol% >60-90° Vast en halfvaste GM voor uitwendig gebruik: Poeder : vb.,: antiseptische wondpoeder Zalven : GM + vet vb.,: vaseline, lanoline Pasta of deeg: 50% vaste deeltjes + water (vaak op huid :bedekkende functie) Emulsie: mengsel v, stoffen die niet mengbaar zijn met elkaar , emulgator zorgt voor de binding Crème: lipofiele crème (weinig water afwasbaar, bv. zonnecrème), hydrofiele crème (water afwasbaar, bv. Emla verdovende zalf) Gel: veel water + gel + GM = afkoelend effect (Voltarengel) water verdampt en GM blijft achter op de huid Spray of verstuiver (Nesivine): ontzwelt neusslijmvlies kan verslavend werken Oplosbare tabletten: 1ste oplossing maken dan gebruiken vb. Chloraminetablet voor voetbad Verpakking : Gesloten tubes, zalfpotjes (vervaldatum) Vloeibaar voor uitwendig gebruik: Mond –en/of keelspoeling : vb.,: een ontsmettingsmiddel Collyrium : Oogindruppeling of oogspoeling Lavement of klysma : Vloeistof in rectum ingebracht die dikke darm ledigen of die een GM of voedingsmiddel bevatten Spray of verstuiver : Door middel v, toestel zeer fijne druppels verstoven Verpakking: Moeilijk op te lossen middelen : goed schudden Toxische GM : oranje etiket met doodshoofd of vermelding vergif Fles met donkere kleur : GM UV-gevoelig Gasvormige GM voor uitwendig gebruik: Vloeibaar op 20°C en luchtdruk maar zeer vluchtig : Dampen ingeademd via longblaasjes in bloedbaan Vb.,: diethylether Gasvormig op 20°C en luchtdruk: 5 Vb.,: O2, lachgas of distikstofmonoxyde (N2O) = anesthetisch inhalatiegas Terugbetaling: o 7 vergoedingscategorieën: Cat. A: levensnoodzakelijke GM, bv. insuline (100% terugbetaald) Cat. B: therapeutische belangrijke farmaceutische specialiteiten(75%) TB bv. AB Cat. C:GM bestemd v. symptomatische behandeling (50%TB)bv. slijmverdunnende GM Enkel remgeld, mits voorschrift o Niet terugbetaalbare geneesmiddelen : Categorie D: Geen tussenkomst RIZIV voorschrift nodig om GM te krijgen Vb. kalmeer –en slaappillen OTC : Over The Counter :Zonder voorschrift te verkrijgen Vb. paracetamol Therapeutisch effect: o Cardiovasculair stelsel GM bij hypertensie : Diuretica: vochtafdrijvende GM Bètablokkers : anti-ischemische, antiaritmische en antihypertensieve eigenschappen Vasodilatatoren: bloedvatverwijdende geneesmiddelen GM bij angine pectoris : Hartkramp door dreigend tekort aan O2 Anti-anginosa : GM die aanval van angor of angina voorkomen of onderdrukken Drukkend soms stekende pijn achter borstbeen Gevolg v.e. vernauwing v.d. coronairen GM bij hartfalen: Diuretica; Sartanen ACE-inhibitoren (angiotensine conversie enzyme inhibitoren) Anti- aritmica: GM behandeling v. hartritmestoornissen ( nauwe therapeutische toxische marge) Antihypotensiva/hypertensiva: GM tegen een te lage RR ; Werken RR verhogend Hypolipemiërende middelen: LDL-cholesterol ( low density lipoproteïne) verlagende GM HDL high density lipoproteïne -statine : stilleggen of verminderen o Bloed en stolling: Antitrombotica: GM ter preventie en behandeling v. trombo-embolieën: Anti-coagulantia Anti aggregantia Trombolytica Antihemorragica = hemostatica : GM ter preventie en behandeling v. bloedingen Protamine : antidoot heparines Vit. K: antidoot v.d. Vit. K antagonisten Stollingsfactoren 6 o o o o o o o o Bevorderen bloedstolling ; vaak gewonnen uit bloedplasma Bloedvorming : middelen bij anemie of trombocytopenie of neuropenie Gastro-intestinaal stelsel : Tegengaan maagzuursecretie (-prazol) : Productie maagsap sterk wordt afgeremd 20 min voor ontbijt Antacida : GM zet maagzuur (HC) om tot H2O en Co2 Anti-emetica : Tegen braken en misselijkheid ( nausea) Emetica : braakopwekkende middelen Laxativa : tegen obstipatie en constipatie Antidiarreica: GM tegen diarree Probiotica : herstellen de darmflora: Spasmolytica: krampwerende GM Darmantiseptica: GM ontsmettende werking bij bepaalde infecties v.h. maagdarmstelsel Choleretica: Prikkelen galsecretie en de galvorming in de lever Litholytica: Galsteenoplossende GM Ademhalingsstelsel : Bij astma ; COLL/COP : Chronisch obstructief longlijden: Bronchodilatatie: relaxerend effect op gladde spiercellenv.d. LW en een bescherming tegen prikkels Corticosteroïden: anti-inflammatoire werking Antitussiva: Hoestprikkeldempende GM , werking onvoldoende bewezen kunnen bijwerkingen hebben niet onder 6J Mucolytica (slijmverdunnend GM): Viscositeit v.h. vastzittend slijm doen verminderen Expectorantia: Hoest bevorderende GM Ophoesten v. sputum uit bronchi te bevorderen Hormonaal stelsel : Insuline: Gevormd in de eilandjes v. Langerhans in de pancreas Werkt hypoglycemierend = suiker verlagend Glucagon: werkt bloedsuiker verhogend Thyroidhormonen: schildklierpathologie zoals hypothyreoïdie Gynaeco-obstetrie : Tocolytica: weeënremmers Urogenitaal stelsel : Diuretica Diurese bevorderen. Oedeem vorming bij hartdecompensatie en levercirrose Pijn en koorts : Analgetica: Pijnstillend, niet narcotisch GM vb.: paracetamol Dodelijk vanaf 8 mg/d Antipyretica: Koortswerende GM NSAID’s: Niet streiodale anti-inflammatoire middelen Hebben een analgetische ; antipyretische en ontstekingsremmend effect Het centraal zenuwstelsel : 7 o o o o o Benzodiazepine : hypnotische, sedatieve en anxiolytische werking Hypnotica : slaap bevorderend GM Sedativa: kalmerende GM werken bewustzijn verlagend en spierverslappend Anxiolytica: remmend angstgevoel Anesthetica: Bewustzijn en pijnsensatie volledig wegnemen Narcotische analgetica: Werkzame pijnverdovende, kalmerende en euforische GM Opiaten Antidepressiva: tegen depressie Antipsychotica = neuroleptica: Ter behandeling v. psychose, schizofrenie, manisch depressieve stoornis Bijwerkingen: parkinsonnisme, gewichtstoename, diabetes, sedatie, cardiovasculaire risico’s GM tegen manie en/of dwangmatig handelen Psychostimulantia: Verjagen de vermoeidheid, slaap, verhoogde waakzaamheid, bestrijden de werking v. slaapmiddelen Analeptica: Stimulerend effect op CZS Anti-epileptica: GM tegen epileptische aanvallen Anti-Parkinsonmiddelen: Stoornis in dopaminesysteem Infectie : Antibacteriële middelen/ AB :bacteriedodend of bacteriostatisch SmalspectrumAB: werkt tegen een beperkt aantal soorten bacteriën breedspectrumAB: ook niet andere pathogene bacteriën aan Antimycotica : tegen schimmels Antiparasitaire middelen : GM tegen parasieten zoals schurft Antivirale middelen: GM tegen o.a. herpesvirus Immuniteit : Vaccins: actieve vorm v. immunisatie dia een voor parentale, orale of aerogene bestemt antigen Anti virale vaccins vb.: de pokken Anti bacteriële vaccins vb.: tetanus Gammaglobulines: ter verdediging tegen infecties Immunodulatoren : GM stimuleren de weerstand Immunosuppressiva : kunstmatige onderdrukking v.d. immuunreactie v.h. lichaam Antiallergische GM: niet-sederende antihistaminica Antitumorale middelen : Geslachtshormonen bij maligne aandoeningen Cytostatica: GM die celdeling afremt en groei remt Antitumorale AB: wegens toxiciteit Stikstofmosterd en derivaten: vaste en hematologische maligniteiten Dermatologie : Uitwendige anti-infectieuze middelen: Antisepticum: vermenigvuldigen v. kiemen op huid en mucosa tegen Desinfectans : antimicrobiële stof gebruikt op materiaal Oftalmologie : Antiallergische oogdruppels: tegen allergie Anti-inflammatoire oogdruppels: tegen ontsteking Decongestioneerde oogdruppels: ontzwellend 8 Mydriatica: pupil verwijdend Antiglaucoom: tegen groene staar o Anesthesie : Algemene anesthetica of narcotica: 1ste gas = lachgas Bewustzijn en pijn sensatie volledig wegnemen Plaatselijke : plaatselijke gevoelloosheid o Diagnostica : Contrastvloeistoffen: bij röntgenopnames en bij magnetische resonantie om een orgaan of de directe omgeving zichtbaar te maken Pharmasmile: o Het geneesmiddelenlogo voor vrij verkrijgbare geneesmiddelen (OTC) Dit is een geneesmiddel Vraag raad aan uw apotheker Lees aandachtig de bijsluiter Geen langdurig gebruik zonder medisch advies Bewaren v. GM: o GM kast: Moet ordelijk en methodisch in de kast bewaard worden Uit- en inwendig gebruik gescheiden Buiten bereik v. kinderen en op slot o Gifkast : Wettelijk verplicht achter slot te bewaren producten vb.: cytostatica Geen andere producten Enkel bevoegden kunnen erin o Verdoving : Dubbel slot Dubbele rode diagonaal op verpakking en op recipiënt Farmacokinetiek: o Weg die een GM aflegt vanaf inname tot verwijdering uit het lichaam o ADME-proces : A = Absorptie : Lichaam neemt GM op in de bloedbaan ; hangt af v.d. vorm v.h. GM D = Distributie : Lichaam verspreidt het GM M = Metabolisatie : Lichaam breekt GM af E = Eliminatie : Lichaam scheidt het GM uit o Absorptie: Via, enteraal ; parenteraal ; inhalatie en dermaal in het lichaam IV: direct in bloedbaan en 100% absorptie PO: 20-80% opname bloedbaan Mond ➔ lost al dan niet op in de maag ➔ grootste opname in dunne darm ➔ darmwand ➔ bloedbaan Effect voeding? Snelheid absorptie GM met water inname nuchter, kort in de maag snel opgenomen Voedsel vertraagt opname GM GM voor maaltijd = voor de werking v.h. maagsap Bruistablet, reeds opgelost = snel geabsorbeerd Onevenwichtig v.d. darmflora slechte gevolgen voor absorptie GM Concentratie in bloedspiegel 9 Uitscheiding in de urine Bv.: Nuchtere inname GM, bruistablet versus comprimé o o o Distributie: GM wordt door het lichaam getransporteerd. Indien receptor gevonden zal het zijn werking doen. Bloed-hersenbarrière (onvolledig bij kinderen <6j) Filtermembraam zodanig fijnmazig dat er kleine deeltjes doorkunnen Moedermelk; placenta Subtherapeutisch niveau: GM die bloedbaan binnenkomt kan pas zijn werking doen als er voldoende GM opgenomen is. Therapeutisch niveau: Voldoende GM aanwezig Toxisch gebied: Te veel GM in het bloed aanwezig vb.: dafalgan® vanaf 6g per dag (dodelijk vanaf 8g) Metabolisatie: Biotransformatie: lever- en galwegen : Lever produceert talrijke (cyp)- enzymes die GM en andere stoffen afbreekt in uitscheidbare producten Omzetting van giftige in niet-giftige stoffen Omzetting van GM in metabolieten (afbraakstoffen) Moeilijke uitscheidbare stoffen omzetten in makkelijke uitscheidbare stoffen vb.: alcohol Alles uit de darm gaat lang de lever via de vena porta dan de rest v.h. lichaam. Een beschadigde lever = vertragen v. afbraak GM met risico op onbedoelde overdosis Enterohepatische kringloop : Lever scheidt stoffen uit die via gal ➔ dunne darm (ileum) Opnieuw resorptie in het ileum Stoffen komen opnieuw in bloedcirculatie en lever ➔ Kringloop is compleet! Uitscheiding verloopt trager! Veranderde metabolisme : Cyp-enzymes kunnen door voedsel ongewild actiever worden, waardoor een GM meer en sneller wordt afgebroken dan voorzien Ook door middel van voedsel kan een GM ongewild minder – actief worden, waardoor een GM minder snel wordt afgebroken dan voorzien = opstapeling in het bloed = gevaarlijk! Altijd bijsluiter raadplegen bij interacties en onverenigbaarheden Eliminatie : Uitscheidingsorganen: Darmkanaal: Via stoelgang, GM niet geabsorbeerd door darmslijmvlies of niet vet oplosbaar via de galblaas Nieren : Via urine : bepaalde wateroplosbare GM verwijderd Huid : Via transpiratie, voor chemoproducten jodium en broompreparaten die soms aanleiding geven tot acne of toxische uitslag Longen : 10 Via uitademing v. gasvormige stoffen zoals ether, alcohol, lachgas, look, eucalyptus Speeksel-en traanklieren : Via speeksel voor bepaalde GM zoals jodium, chemo Borstvoeding :Via moedermelk; slaapmiddelen, laxativa Eliminatiesnelheid ≠ v. GM tot GM Onvoldoende uitscheiding Cumuleren of opstapelen van GM : Vb. van GM die makkelijk cumuleren Jodium in schildklier ; Digitalis in hartspier (dosiscontroles!) Gevolg➔ INTOXICATIE of vergiftigingsverschijnselen : Algemene verschijnselen: koorts, braken, diarree, hoofdpijn, cyanose Specifieke verschijnselen: De lever : icterus, hepatitis De nieren : albuminurie, niersteenvorming De longen : bronchospasmen De mondholte en slijmvliezen : schimmel, stomatitis Het skelet: osteoporose vb.: door cortisone De tanden: grijze tandverkleuring door AB De huid : eczeem, jeuk, haaruitval, pigmentafwijkingen, huidbloedingen, oedeem Maagdarmkanaal : gastritis, maagulcus Geslachtsorganen : menstruatiestoornissen, erectiestoornissen De hersenen : verwardheid Het hart : hartritmestoornissen, angor pectoris De bloedvaten: allergische vasculitis, trombose Het beendermerg : inhibitie of vernieling v.d. bloedvormende rol v.h. rode beenmerg Het zenuwstelsel: verlammingen, visusstoornissen, evenwichtsverlies, doofheid, prikkelbaarheid Het endocrien stelsel: diabetes, virilisering v.d. vrouw, feminisering v.d. man Wijziging v.d. ionensamenstelling v.h. bloed zoals acidose of alkalose Taken v.d. VPK o De 5 j’s + vervaldatum: Juist GM; toediening, zv; dosis en tijdstip o Educatieve taak/informatieve taak Patiënt kunnen informeren over geneesmiddelen Therapietrouw stimuleren o Observeren en rapporteren Werking, mogelijke bijwerkingen observeren Toezicht over inname, OTC-medicatie, bewaring Gevaren v. GM o Bijwerkingen : Reactie van lichaam op GM of hulpstof Van mild tot levensbedreigend/dood! Vb.: misselijkheid braken, migraine Kan deels vermeden worden door aanvullende medicatie voor te schrijven! Vb.: misselijkheid -> Milium® of Primera® o Overgevoeligheid : Afhankelijk van persoon tot persoon, bv. gewicht, tolerantie, … 11 o o o o o o Tolerantie : Steeds meer nodig hebben om hetzelfde effect te bekomen, vb.: morfine Resistentie : GM heeft weinig tot geen effect meer, bv. MRSA, doordat bacteriën zich aanpassen aan het AB Overdosering en cumulatie : Sterker werken van bepaald geneesmiddel Door herhaald gebruik vb. antistolling, of opstapeling in een bepaald orgaan Onvoldoende uitscheiding : V.h. GM zelf of v.d. afbraakproducten/metabolieten Bv.: bij nier –en leverziekten Allergische reacties : Onterechte reactie v.h. afweersysteem op een onschadelijke stof GM wordt in kleine hoeveelheden niet verdragen Het afweersysteem (uit antistoffen) beschermt het lichaam tegen lichaamsvreemde stoffen of antigenen. Het afweersysteem kan te sterk reageren op antigenen -> allergische reactie Een allergeen (= allergische stof = antigeen) komt het lichaam binnen en bindt zich aan de antistoffen in ons lichaam Allergische reactie heviger als men opnieuw met het allergeen in aanraking komt Lichaam produceert steeds meer histamine en veroorzaakt zwelling en ontstekingen -> reacties lopen uiteen van licht tot ernstige beschadiging en irritatie Behandeling: antihistaminica en corticoïden Symptomen: zwelling, ontsteking, jeuk, huiduitslag, rode ogen, niezen, lopende neus…, angst, astma Ernstig: anafylactische reacties of shock Zwaarste vorm van allergie, snel en systematisch ➔ levensbedreigend Grote hoev. HISTAMINE (eiwit) Massale VASODILATATIE (sterke daling RR) BRONCHOCONSTRICTIE (piepende AH) ➔ SHOCK Symptomen? Tachypnoe, bronchospasmen, angio – oedeem, tachycardie, klam, bleek, angst, hypotensie, syncope, … Evt. blijvende schade door zuurstoftekort of dood tot gevolg! Medische URGENTIE ➔ acute bronchoconstrictie binnen enkele minuten ➔ mond-op-mond + adrenaline Diagnose “anafylaxie” ➔ adrenaline-autoinjector = epinefrinespuit (vb. Epipen bij wespensteek), 112 bellen! LEVENSREDDEND!!! Interactie van geneesmiddelen en wisselwerking : Wanneer de aanwezigheid van één stof de werking van de andere verandert Hetzelfde effect beogen; Verandering in absorptie geven Potentiëring of versterking van GM; Verminderde werking van het GM Verandering in verdeling in het lichaam; Verandering in het metabolisme Vlugge eliminatie veroorzaken Mogelijke oorzaken : Oude of vervallen medicatie Verstoring van bepaalde evenwichten in het lichaam, bv. breedspectrum AB kan darmflora aantasten GM en veranderd voedingspatroon, bv. chemo, corticosteroïden… 12 Steeds bijsluiter lezen Risicogroepen : Diabetici : Medicatie met invloed op glycemie Kankerpatiënten : Cytostatica of chemotherapie Misselijkheid, braken en diarree Alcoholmisbruik : Verstoring in opname van geneesmiddelen Verstoring in metabolisme van geneesmiddelen, vitamines en mineralen Versterkend effect op sommige geneesmiddelen Zwangerschap : Teratogene gevaren! Lactatie Bestuurders voertuigen of bedienen v. machines o Nevenverschijnselen : Veroorzaakt door de eigenschappen v.h. GM zelf Minder ernstig dan schadelijke werking o Afhankelijkheid of verslaving of toxicomanie : Lichamelijke en psychische afhankelijkheid van de stof Weglaten van deze stof: abstinentieverschijnselen Angst; Onrust; Delirium (hallucinatoire verwardheid) Zelfmedicatie o Theoretisch af te raden, gebruiker heeft onvoldoende kennis over de farmacologie o Praktisch door iedereen toegepast en uitwisseling onderling o VPK hebben een voorbeeldfunctie; enkel op doktersvoorschrift! o Aandachtspunten voor VPK: Enkel op voorschrift arts! Zwangerschap, borstvoeding Voorzichtig zijn; bijsluiter goed lezen ! Bij kinderen; Goede observatie v. pat. Juist bewaarmethode; vervaldatum steeds nazien Stopzetting resterende medicatie afgeven aan apotheek Therapietrouw/medicatietrouw o Gebruikersgemak van geneesmiddel : Manier van innemen kan therapietrouw vb.: nuchter innemen, 2 u voor de maaltijd, moeilijk te openen siroopflessen Nodige hulpmiddelen vb.: aerosol, zelfinjecties… Frequentie van gebruik : Hoe meer toedieningen/dag, hoe therapietrouw Duur van de therapie : Hoe langer de therapie duurt, hoe therapietrouw Bijwerkingen Hoe meer bijwerkingen, hoe therapietrouw o Therapie gerelateerd : Patiënt gerelateerd : Motivatie van de pt. Nut van informerende taak Persoonlijke effectiviteit van de pt. Vertrouwen arts, overtuigd zijn van effect Persoons –of ziektegebonden factoren Vb. Slechtziend, verward, fijne motoriek Hoe therapietrouwheid verbeteren : Derden inschakelen ; Dagboek ; SMS (opgelet, gewenning) Algemeen: o 13 o o Therapie makkelijker maken Motivatie bij pt. Persoonlijke effectiviteit van de pt. Oraal toedienen van GM 5 J’s + vervaldatum ! verslikken ; pat. GM geven met een glas water Voldoende water laten drinken Samen met voeding ! bijsluiter lezen voor interacties Sublinguaal : 1ste mond spoelen dan GM ; GM niet kauwen Controle alle GM ingenomen Toedienen vaginaal GM 5J’s + vervaldatum Zalf, crème, gel of ovule met bijhorende applicator Verwijder dop v.d. tube schroef applicator op de tube Voorzichtig in tube knijpen en vul applicator tot stopteken Schroef applicator v.d. tube los en schroef tube dicht Zelfzorg stimuleren medicatie zelf aanbrengen , handschoenen geven en medicijn 1ste laten plassen, na inbreng tijdje blijven liggen Applicatie ovule : Onderlichaam ontbloten ; rugligging met de benen opgetrokken en de knieën gespreid Trek handschoenen aan ; spreid de labia met de ene hand en breng met de wijsvinger v.d. andere hand de ovule ± 5 cm in de vagina : vingers naar beneden gericht naar de wervelkolom vervolgens naar de baarmoedermond Zalfapllicator: ± 5 cm in vagina druk zuiger leeg en verwijder applicator 14