Inleidingenslot

advertisement
Inleiding en slot.
Het schrijven van de inleiding.
Het onderwerp van de tekst introduceert u bij de lezer in de inleiding. De lezer krijgt bij het lezen van de
inleiding al een idee van wat hij kan verwachten. Hier een zestal voorbeelden van inleidingen.
1. Een inleiding vanuit een voorbeeld.
Wie vanuit een voorbeeld zijn onderwerp bij de lezer introduceert, begint zijn tekst met een verhaaltje.
Verzonnen of niet, dat doet er niet toe. Met dit concrete ‘verhaaltje’ als voorbeeld, maakt u het abstractere
middenstuk voor de lezer in één oogopslag duidelijk.
’s Ochtends komt hij alleen naar school. De anderen uit het dorp fietsen samen tegen de wind in, hij ploetert
echter in zijn eentje. In de klas is hij de enige die niet naast een ander zit. Als in de pauze klasgenoten van
elkaar het huiswerk overschrijven, eet hij in een hoekje in zijn eentje zijn brood op. Huiswerk maakt hij in
een tussenuur, als de anderen de stad ingaan om koffie te drinken. Marco is een ‘einzelgänger’. Hij is een
buitenbeentje. En dat is niet vanzelf gekomen. Hij is jarenlang gepest.
2. Een inleiding vanuit de geschiedenis.
Wie vanuit de geschiedenis zijn onderwerp bij de lezer introduceert, vertelt eigenlijk in het kort wat er vooraf
is gegaan. Het is een goede manier om uw lezers nieuwsgierig te maken hoe het dan tegenwoordig zit, en
dat is dan meteen uw onderwerp van uw tekst.
In de vorige eeuw was het heel gewoon dat kinderen werkten. Niet vanaf hun zestiende, maar soms al vanaf
hun vijfde jaar. Werken op je twaalfde was eerder regel dan uitzondering. Hele kleintjes kregen helemaal
geen loon, en als je twaalf was, mocht je van geluk spreken als je een paar stuivers in de maand kreeg.
Kinderarbeid was bittere noodzaak. De meeste ouders verdienden zelf niet genoeg om het gezin te voeden
en te kleden. Vergelijk dat eens met onze tijd.
3. Inleiding vanuit de actualiteit.
Het begin vanuit de actualiteit is op dezelfde manier bruikbaar als het begin vanuit de geschiedenis, maar
dan omgekeerd. U begint met iets van uw onderwerp dat nu in het middelpunt van belangstelling staat, om
vervolgens in het verleden te duiken.
De discussie over het beleid in gevangenissen wordt momenteel in alle hevigheid gevoerd en dan gaat het
vooral om de vraag of twee gevangen in één cel gestopt mogen worden. In televisieprogramma’s en
opiniebladen komen betrokkenen en deskundigen aan het woord, maar ook buitenstaanders hebben hun
mening. Die varieert van ‘onmenselijk’ tot ‘net goed’. Ik wil het in deze tekst hebben over de rechten van
gevangenen en over de ontwikkeling daarvan.
4. De actualiteit als inleiding.
Wie goed op de hoogte is van de situatie waarin de lezer zich bevindt, kan zijn inleiding gebruiken om de
lezer te laten zien dat het nuttig voor hem is om de rest van de tekst ook te lezen.
Je hebt je eindexamen gehaald en nu is het dan zover: je gaat studeren in een andere stad. Op kamers
wonen dus. Je moet dan leven van een studiebeurs. Denk even na over je uitgaven: collegegeld, je boeken,
huur, een keertje stappen, nu en dan een nieuw cd’tje en je komt tot de onvermijdelijke conclusie dat je als
student absoluut geen geld hebt voor eten. Aan eten ga je niets uitgeven, dat moet gratis, kosteloos en voor
niets. Daarvoor moet je vindingrijk, listig, sluw en genadeloos zijn, want in studentenland is het eten of
gegeten worden. Hoe pak je dat aan? Niemand heeft langer gestudeerd dan ik en niemand weet dus beter
hoe je het moet aanleggen om dag in dag uit voor niets te schransen. Luister naar de tips van een survivor!
5. Inleiding vanuit een vraag.
Wie vanuit een vraag een tekst schrijft, stelt zichzelf (of eigenlijk de lezers) een vraag. Een prikkelende
vraag die de lezer nieuwsgierig moet maken naar het antwoord. Een antwoord dat u in het middenstuk
geeft. Een vraagbegin past goed bij uiteenzettende en beschouwende teksten.
Wat moet de regering doen om mensen uit hun auto te krijgen? Moet de benzine veel duurder worden? Of
het openbaar vervoer veel goedkoper?
Met deze inleiding valt u wel direct met de deur in huis. Het is daarom goed deze inleiding met een andere
te combineren. Uw inleiding kan dan uit twee alinea’s gaan bestaan. De vraag waarmee u dan eindigt, vormt
dan de verbinding met het middenstuk.
6. De inleiding vanuit een stelling.
Bij een betoog wordt in de inleiding het standpunt naar voren gebracht. De tekst vormt daarvan de
verdediging. U kunt de lezer uitdagen door met een zelfververzekerde stellingname te komen. Dit moet dan
geen stelling zijn waarover iedereen het bij voorbaat al eens is zoals racisme is nooit goed te praten. Beter
is: uw nieren zijn duizend gulden waard.
Ook een stellingname laat zich combineren met één van de eerder beschreven inleidingen. Zo kunt u
bijvoorbeeld beginnen met een voorbeeld om daarop de stelling te laten volgen.
Het slot.
Het schrijven van het slot.
De kernzin in het slot van een betoog is de conclusie. Die conclusie is in feite een herhaling van het
standpunt dat al naar voren hebt gebracht is gebracht in de inleiding. Na de argumentatie in het middenstuk,
komt u vanzelf op uw standpunt terug. Het slot sluit dus aan op de inleiding, u hebt de tekst als het ware
‘rond’ geschreven. Wanneer de argumentatie in het middenstuk erg ingewikkeld en uitvoerig was, zet de
belangrijkste argumenten dan nog een keer op een rijtje. Het slot is dan een kleine samenvatting van de
argumentatie.
Er zijn dus diverse zwaarwegende bezwaren tegen de walkman. Hij kan ernstige gehoorbeschadiging tot
gevolg hebben, en hij belemmert de mogelijkheden tot communicatie behoorlijk. Ook is het krassende geluid
erg hinderlijk voor andere mensen en het leren met een walkman op heeft een ongunstig effect op de
studieresultaten. Ten slotte vormt het apparaatje zonder meer een gevaar in sommige werksituaties en in
het verkeer. Maar als je jongeren vraagt om voorzichtig te zijn, praat je tegen dovemansoren. Wat wil je ook,
ze hebben een walkman op.
Uw werkelijke conclusie kunt u geven in de vorm van een afweging. U bepaalt welke argumenten het zwaarst
wegen: de voor- of de tegenargumenten. Het zal duidelijk zijn dat ik vind dat de overheid van ultra-rechtse
groeperingen moet verbieden. Natuurlijk is het waar dat zo’n beslissing de vrijheid van meningsuiting beperkt.
Maar extreem-rechts gebruikt deze vrijheid om minderheden als joden en zwarten te kwetsen en om burgers
aan te zetten tot geweld tegen die groeperingen. Het recht op bescherming tegen discriminatie behoort
zwaarder te wegen dan het recht op vrijheid van meningsuiting, anders loopt het goed mis met de
maatschappij. Heeft de geschiedenis ons dan helemaal niets geleerd?
Zeer bruikbaar in het slot is de toekomstverwachting.
Als de door mij voorgestelde maatregelen werkelijk worden uitgevoerd, zal de alcoholconsumptie
onder jongeren ongetwijfeld teruglopen. Daarmee zal ook de kans op verslaving afnemen. En verder
verwacht ik dat het aantal verkeersongelukken waarbij aangeschoten jongeren betrokken zijn tot een
minimum zal afnemen. Ten slotte zal de agressie in en om uitgaanscentra zienderogen verminderen.
U kunt in een concluderend slot ook heel goed komen met een aansporing. Deze past goed bij betogen
die als doel hebben de lezer tot actie aan te zetten.
Wacht er niet te lang mee. Ga gewoon morgen even langs de apotheek en haal zo’n donorcodicil. En vul
het dan direct in ook. Het is een zaak van levensbelang. Donor worden dat doe je voor elkaar.
Het slot van een beschouwing.
Na een ingewikkelde beschouwing is het heel goed het slot de vorm van een kleine samenvatting te geven.
Wanneer in het middenstuk veel diverse meningen aan de orde zijn geweest, is het ook mogelijke in het slot
de eigen mening naar voren te laten komen.
Kortom, de overheid ziet drie mogelijkheden voor het bestrijden van graffiti. Het verhogen van de prijzen van
spuitbussen lijkt mij weinig zinvol. Wie spuiten wil, geeft daar altijd geld voor uit. Ook het aanwijzen van
‘gedoogplaatsen’ zal niet veel helpen. Die zijn immers zo volgespoten. En wat dan? De enige manier om
werkelijk iets te bereiken is de vervuiler snel te straffen. En of zij dan boetes of vrijheidsstraffen moeten
krijgen, dan wel alternatieve straffen in de vorm van dienstverlening, zal nader onderzoek nog moeten
uitwijzen.
Wat voor slot u ook kiest, zorg altijd voor een sterke slotzin, een zogenaamde uitsmijter. U zorgt er dan
voor dat de tekst nog even blijft hangen in het hoofd van de lezer. Citaten kunnen bruikbare slotzinnen
vormen. Mijd het gebruik van clichés.
Download