G. Van den Broeck G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 0 Inhoud 1. Wat is een Universele Logische module? P. 2 2. Uitvoeringen van LOGO P. 6 3. Opbouw van de LOGO P. 8 4. LOGO monteren en demonteren P. 11 5. De LOGO aansluiten P. 13 6. Werkingsprincipe van de LOGO P. 16 7. Programmeermogelijkheden met de LOGO P. 17 8. Opstarten en afsluiten LOGO software P. 20 9. Een programma maken P. 24 10. Een programma simuleren P. 25 11. Commentaar toevoegen P. 28 1 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 1. Wat is een Universele Logische Module? Verschillende fabrikanten hebben Logische modules in hun gamma. Enkele voorbeelden zijn: SIEMENS LOGO Telemecanique EASY Verder in de cursus wordt enkel de SIEMENS LOGO verder besproken. Doel van de LOGO: Het doel van de LOGO is de stuurkring van een elektrische schakeling te schakelen in een programmeerbare module. Dit wil zeggen dat alle hulpcontacten, hulprelais, tijdvertragingen, … en de bedrading van de stuurkring wegvallen uit de elektrische schakeling. Deze worden geprogrammeerd in de LOGO. 2 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module De LOGO is: Universeel toepasbaar in: o huisinstallaties − trappenhuisverlichting − buitenverlichting − zonnewering − etalageverlichting − rolluiken − … o Machine- en schakelkastenbouw − werktuigmachines − poortbesturingen − ventilatiesystemen − bedrijfswaterpompen − … Een logische digitale sturing: o programmeerbaar o vervangt de relaissturing Modulair: o installatie mogelijk in modulaire kast o modulair uitbreidbaar Voordelen van de LOGO: Relatief goedkoop in aankoop Plaatsbesparing o geen hulprelais nodig o minder draadgoot o kleinere schakelkast 3 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Tijdbesparing o veel minder bedrading o bij seriewerk enkel overdracht van het programma nodig o eenvoudig aanpassingen aan te brengen in het programma Installatie goedkoper Voorbeeld van een schakelkast met relaissturing 4 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Voorbeeld van een schakelkast met LOGO 5 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 2. Uitvoeringen van LOGO Basismodule LOGO zonder display: De LOGO zonder display vindt zijn gebruik in toestellen die in serie geproduceerd worden. Het programma wordt opgeladen en de LOGO wordt in het toestel gemonteerd. Externen kunnen geen wijzigingen in het programma aanbrengen. Het programma kan beveiligd worden met een paswoord. De LOGO zonder display is goedkoper dan de variant met display. Basismodule LOGO met display: De LOGO met display heeft het voordeel dat hij doormiddel van programmeerknoppen ter plaatse In de installatiekast programmeerbaar is. Zodanig is het eenvoudig om wijzigingen aan te brengen in het programma alsook het wijzigen van parameters. Het programma kan eveneens als de LOGO zonder display beveiligd worden met een paswoord. Een nadeel is dat hij duurder is dan de variant zonder display. De spanningklassen: De LOGO is verkrijgbaar in twee spanningklassen: o Klasse 1 ≤ 24 V: 12 V DC, 24 V DC, 24 V AC o Klasse 2 > 24 V: 115 V …. 240 V AC/DC 6 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module De uitbreidingsmodule: De uitbreidingsmodule is verkrijgbaar in drie uitvoeringen: o De digitale module: Deze is verkrijgbaar in spanningsklasse 1 & 2 o De analoge module: Twee spanningen 12 V DC & 24 V DC (zie LOGO handboek en 7BIE) o De communicatiemodule ASI-bus (zie LOGO handboek en 7BIE) Voor LOGO en digitale uitbreidingsmodule moet de voedingspanning hetzelfde zijn 7 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 3. Opbouw van de LOGO Vooraanzicht basismodule: 1. voeding 2. ingangen 4. display 5. interface aansluiting 6. toetsenpaneel 3. uitgangen 1. Voeding: Hieraan wordt de nominale werkspanning aangelegd (Un) afhankelijk van het type LOGO. 2. Ingangen; Aan de 8 ingangen worden de sensoren aangesloten. Dit kunnen drukknoppen, schakelaars, benaderingschakelaars, eindeloopschakelaars, …, zijn. 3. Uitgangen: Aan de 4 uitgangen worden de actoren aangesloten. Dit kunnen contactoren, verlichting, spoelen van ventielen, …, zijn. 4. Display: Op de display geeft het programma, de toestand van de in- en uitgangen, de parameters, datum en tijd, …, weer. 5. Interface aansluiting: Dit is de communicatieverbinding tussen de LOGO en een PC voor de programma-uitwisseling. 6. Toetsenpaneel: De cursor- en programmeer toetsen om het programma in de LOGO in te geven of te wijzigen. 8 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Rechter zijaanzicht basismodule: Interface voor uitbreidingsmodule Mechanische coderingbussen (voor coderingstiften van de uitbreidingsmodule) Vooraanzicht uitbreidingsmodule: De LOGO uitbreidingsmodule heeft ongeveer dezelfde opbouw als de LOGO basismodule. voeding 4 ingangen Verbindingschuif voor interface mechanische coderingstiften 4 uitgangen 9 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Rechter zijaanzicht uitbreidingsmodule: Interface voor uitbreidingsmodule Rechter zijaanzicht Mechanische coderingbussen (voor coderingstiften voor een tweede of derde uitbreidingsmodule) Linker zijaanzicht uitbreidingsmodule: Interface Mechanische coderingstiften 10 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 4. LOGO monteren en demonteren DIN-rail montage; 1. Plaats de basismodule op de DIN-rail. 2. Zorg dat de montageschuif zich vergrendeld op de DINrail. 3. Neem de afscherming van de interface weg. 4. Plaats de uitbreidingsmodule op dezelfde wijze als de basismodule. 5. Schuif de uitbreidingsmodule tegen de basismodule. 6. Druk zacht op de verbindingschuif en vergrendel door naar rechts te schuiven. Voor demontage: werk omgekeerd Wandmontage; 1. Schuif de montageschuiven naar buiten. 2. Bevestig met een bout M4 of een schroef ø4 mm. 11 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 3. Schema voor de boorgaten. 1. Basismodule 2. uitbreidingsmodule 12 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 5. De LOGO aansluiten Algemeen: o Gebruik een platte schroevendraaier van 3 mm. o Oefen niet te veel kracht uit op de kleine schroeven en klemmen. o Door het ontwerp van de klemmen zijn draadhulzen niet nodig. o De klemmen zijn voorzien voor draadsecties: 1 x 2,5 mm² 2 x 1,5 mm² Aansluitklemmen: Voeding: De aansluiting aan de klemmen L1, N of L+,M is afhankelijk van het type LOGO. Ingangen: De klemmen 1, …,8 zijn verdeeld in 2 groepen van 4 klemmen. Uitgangen: De klemmen Q1, …, Q4 zijn relaiscontacten. Aansluiten van de ingangen: De sensoren schakelen L1 en worden aan de ingangen I1, …, I8 aangesloten. 13 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Aansluiten van de uitgangen: L1 wordt aangelegd aan de relaiscontacten Q1, …, Q4 die de actoren schakelen. L1 N Aansluiten overzicht: 14 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Aansluiten van sensoren verdeeld tussen verschillende fasen: De ingangen zijn verdeeld in twee blokken van 4 ingangen. Per blok van 4 kunnen de sensoren aan een verschillende fase aangesloten worden. Andere aansluitmogelijkheden: o Aansluiten andere types LOGO en andere aansluitmogelijkheden: zie het LOGO handboek o Aansluiten van tweedraad en meerdraad sensoren: zie de cursus sensoren 15 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 6. Werkingsprincipe van de LOGO S E N S O R E N I N G A N G E N PROGRAMMA EN VERWERKING U I T G A N G E N A C T O R E N o De sensoren geven een signaal 1 of 0 (spanning of geen spanning) door aan de ingangen. o De informatie van de ingangen wordt door het programma verwerkt. o Het resultaat van de verwerkte informatie gaan de uitgangen al dan niet schakelen. o Afhankelijk van de toestand van de uitgangen gaan de actoren al dan niet aangestuurd worden 16 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 7. Programmeermogelijkheden met de LOGO De LOGO programmeren met het toetsenbord en de display: Voordelen: o Programmeerbaar zonder externe apparatuur. o Programma aanpassen in de stuurkast. o Parameters aanpassen in de stuurkast. o Toestand van in- en uitgangen opvolgbaar in de stuurkast. Nadelen: o Geen overzicht over het totale programma tijdens het programmeren. o Enkel programmeerbaar in functieblokdiagram. Alle info rond dit item in de LOGO handleiding De LOGO programmeren met LOGO software Belangrijkste eigenschappen: o Simulatie mogelijk op PC. o Opslaan van de programma’s o Overdracht van het programma: - van LOGO naar PC 17 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module - van PC naar LOGO o Programmeerbaar in functieblokdiagram en ladderdiagram. o Goed overzicht tijdens het programmeren. o Afdrukken van een overzichtschema van het schakelprogramma. Programmeren in functieblokdiagram Links-rechts schakeling in functieblokdiagram: Mensen die begaan zij met het werken met Boole algebra en de functieblokken programmeren in functieblok diagram. Alle info rond dit item in de LOGO handleiding 18 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Programmeren in ladderdiagram Omkeerschakeling in ladderdiagram Elektrisch schema van de omkeerschakeling Er is veel gelijkenis tussen de bovenstaande schema’s. Vergelijk de in de schema’s de codering I met S en Q met K en de opbouw van de schema’s. Men vindt de symbolen en de codering op gelijkaardige wijze terug in beide schema’s. Het ladderdiagram wordt gebruikt door mensen die begaan zijn met elektrische schema’s. 19 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 8. Opstarten en afsluiten LOGO software Een nieuw bestand aanmaken: 1. Maak een bestandsmap aan op de geheugenstick: 2. Start het programma: 3. Open een nieuw LOGO bestand: 4. Aanmaken eigenschappen van het project: Uw naam Titel oefening Klik OK 20 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 5. Sluiten van het infovenster: 6. Converteren naar ladder diagram: 7. Afsluiten van het functieblokdiagram: 1. Rechts 2.Klik 21 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Het afsluiten en opslaan van bestanden De software afsluiten 1. Afsluiten: Klik 2. Sluiten en opslaan van bestanden: 1. Selecteer de bestanden 2. Klik 3. Opslaan en benoemen van een bestand: 1. Blader naar de map op de geheugenstick 2.Titel oefening en uw naam 3. Klik 22 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Eén bestand afsluiten 2. Klik 1. Selecteer bestand OFWEL 2. Klik 3. Klik 1. Selecteer bestand Een bestaand bestand openen 1. Klik 2. Blader naar de map op de geheugenstick en selecteer bestand 3. Klik 23 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 9. Een programma maken 1. Klik Ingangen en uitgangen 3. Wijs het symbool aan een ingang toe 4. Klik 2. Klik op het programmaveld Oefening: VolgOefening: onderstaande instructies 1. Plaats de in- en uitgangen 2. Wijs het sluitingscontact toe aan de uitgang Q1 3. Klik verbindingsymbool 4. Sleep de cursor tussen de contactpunten om te verbinden 24 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 10. Een programma simuleren Simulatie starten: ROOD = 1 Klik op de simulatieknop BLAUW = 0 Schakelen ingangen I Toestand uitgangen Q Een schakelaar omzetten naar een drukknop: 1. Rechts klik 2. Klik 3. Selecteer 4. Klik 25 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Oefening: START-STOP 1 1. Maak het onderstaand programma en stel de simulatie in 2. Stel I2 in de simulatie in als maakcontact 3. Stel I1 in de simulatie in als verbreekcontact Werkt de schakeling correct? ………… Oefening: START-STOP 2 1. Maak het onderstaand programma en stel de simulatie in 2. Stel I2 in de simulatie in als maakcontact 3. Stel I1 in de simulatie in als verbreekcontact Werkt de schakeling correct? ………… 26 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module Verklaring van de oefeningen Start-Stop 1 & 2 Ruststand Signaal doorgeven K7 Signaal inverteren De schakelaars en drukknoppen in de simulatiemodus moeten beschouwd worden als de sensoren die aangesloten worden aan de ingangen van de LOGO. De sluitingscontacten (I7) en de openingscontacten (I1) bepalen hoe het signaal van de sensoren wordt doorgegeven in het programma. De sluitingscontacten zullen het signaal doorgeven van de toestand van de sensoren 1 of 0 (zie in bovenstaande figuur de schakeling met ingang 7 (I7). De openingscontacten zullen het signaal van de sensoren inverteren (omkeren). Dit wil zeggen: 1 van de sensor wordt 0 in het programma en andersom. Hieronder een schematische voorstelling van de juiste oplossing voor de Start-Stop schakeling. 27 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module 11. Commentaar toevoegen Commentaar bij symbolen: 2. Selecteer 1. Dubbel klik 3. Typ comentaar 4. Klik Alle symbolen met dezelfde code krijgen gelijk dezelfde commentaar Willekeurig commentaar plaatsen: 2. Klik in het programmeerveld 1. Klik 3. Typ commentaar De commentaar kan na selecteren naar de juiste plaats versleept worden. 28 G. Van den Broeck Basiscursus Universele Logische Module