Stoornissen van neutrofiele granulocyten Gertjan Driessen kinderarts infectioloog-immunoloog ErasmusMC, Sophia Kinderziekenhuis subafdeling infectieziekten-immunologie 5-06-2012, ErasmusMC Granulocyten stoornissen Inleiding over het immuunsysteem Wat zijn neutrofiele granulocyten Stoornissen van de neutrofiele granulocyten omgeving milieu virussen parasieten schimmels bacteriën Het immuunsysteem Kenmerken van het immuunsysteem Verschillende onderdelen vullen elkaar aan vertonen overlap in functie werken samen herkennen “zelf” en “niet zelf” schakelen “indringers” uit zijn in staat te leren zijn tolerant voor wat ongevaarlijk is Belangrijke onderdelen van de afweer Aspecifieke afweer Fagocyten, “etende cellen”: neutrofiele granulocyten Complement Natural Killer cellen Specifieke afweer T-cellen: opruimen van o.a. virussen, hulp aan B-cellen B-cellen: productie van specifieke antistoffen Infecties en afweer Relatie ziekteverwekker en onderliggende afweerstoornis ziekteverwekker immuunsysteem balans ziekte gezond Antistoffen, complement, granulocyten bacteriën opruimen voorkomen van infecties Functies van granulocyten Goed bewegen en hechten een de vaatwand Naar haarden van infectie toegaan Opnemen van bacteriën en schimmels Doden van bacteriën en schimmels Neutrofiele granulocyten http://www.youtube.com/watch?feature =player_detailpage&v=IuGHBtJMDk0 Verdeling Immuundeficiënties in Europa (n=10,003)* Autoimmuun & immuun dysregulatie syndromen 1.4% Autoinflammatoire syndromen 1.2% Anderen 16.8% Complement deficienties 4.2% Fagocyten stoornissen 11.2% T-cel deficienties 8.4% * Based on the ESID registration, www.esid.org Unclassified PIDs 1.8% antistofdeficienties 54.8% Tandvlees en mond ontstekingen vd Berg et al Eur J Ped 2011 Ernstige ontstekingen en abcessen Slechte genezing van wonden Van der Berg et al Eur J Ped 2011 Schimmelinfecties Organen Huid, slijmvliezen, nagels Stoornissen van het aantal granulocyten Stoornissen van het aantal neutrofiele granulocyten Congenitale neutropenie Neutropenie = te weinig neutrofiele granulocyten Congenitaal = aangeboren Cyclische neutropenie: op en af te weinig neutrofiele granulocyten Dr Kostmann 1956 Congenitale (aangeboren) neutropenie Beenmergonderzoek: blokkade in ontwikkeling. Gen defecten: ELA2 50% HAX1 18% G-CSF receptor <1% G6PC3 4% Behandeling tekort aan granulocyten groeifactoren G-CSF of neupogen antibiotica onderhoudsbehandeling anti-schimmel medicatie zo nodig Op de lange termijn: Infecties onder controle houden Rekening houden met verhoogde kans op leukemie Vaker voorkomend: auto-immuun neutropenie van de kinderleeftijd Stoornissen in de functie van de granulocyten Doden van bacteriën: chronische granulomateuze ziekte = CGD Bewegen: chemotaxie stoornissen Hechten (=adhesie); leucocyten adhesie deficiëntie = LAD Chronische granulomateuze ziekte (CGD) Afwijkende “killing” in de neutrofielen Complicaties: infecties darmproblemen afwijkend normaal Andere stoornissen Bewegen (chemotaxie) Aanhechten Behandeling Antibiotica Antischimmel middelen Zelden: interferon Soms: beenmergtransplantatie Dank voor uw aandacht