OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN MAASMECHELEN ___________________________________________________________ Vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 23 november 2009 om 20.00 uur. AANWEZIG: Chr. De Cuyper, voorzitter N. Claesen, P. Debois, M. Geraerts, M. Gerets, A. Merlo, J. Opsteijn, N. Opsteyn, M. Smeets, T. Stappers, en S. Yazici, leden G. Vranken, Secretaris. AGENDA Openbare zitting 1. Goedkeuring verslag vorige vergadering openbare zitting. Algemene diensten 2. Beslissing inzake budgetwijziging nr. 2 van het jaar 2009. 3. Beslissing inzake de invoering van het begrip dagelijks bestuur – dagelijks personeelsbeheer. 4. Beslissing inzake het vastleggen van de bevoegdheden van het Vast bureau. 5. Beslissing inzake het vastleggen van de bevoegdheden van het Bijzonder Comité Ouderenzorg. 6. Beslissing inzake de bevoegdheden van het Bijzonder Comité sociale dienst. 7. Beslissing inzake de vaststelling van de voorwaarden voor het verlenen van het visum door de ontvanger. 8. Beslissing inzake delegatie handtekeningbevoegdheid van secretaris. 9. Beslissing inzake delegatie handtekeningbevoegdheid van ontvanger. 10. Beslissing inzake vaststellen voorwaarden waaronder personeelsleden van het OCMW kunnen worden belast met de inning van geringe dagontvangsten. 11. Beslissing inzake vaststellen voorwaarden voor de terbeschikkingstelling van provisies. 12. Beslissing inzake delegatiebesluit budgethouderschap. 13. Beslissing inzake verhoging toelage 2009 voor de personeelsvereniging. Overheidsopdrachten 14. Beslissing inzake aanduiden leverancier voor de leveringen brood en gebak. 15. Beslissing inzake aanduiden leverancier voor de leveringen diepvriesproducten. 16. Beslissing inzake aanduiden leverancier voor de leveringen drank. Besloten zitting 17. Goedkeuring verslag vorige vergadering besloten zitting. Algemene diensten 18. Beslissing inzake oppensioenstelling van een statutair personeelslid. 19. Ontwerpbeslissing inzake aanvraag om schadeloosstelling voor tijdelijke verwijdering uit het risico van beroepsziekte wegens zwangerschap. Openbare zitting 1. Goedkeuring verslag vorige vergadering openbare zitting. Het verslag van de vorige vergadering openbare zitting wordt goedgekeurd. Algemene diensten 2. Beslissing inzake budgetwijziging nr. 2 van het jaar 2009. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW, zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 december 1997 betreffende de boekhouding en de administratieve organisatie van de OCMW; Overwegende dat de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 17 maart 2009 het meerjarenplan 2009-2011: strategische nota, financiële meerjarenplanning en beleidsnota 2009 heeft goedgekeurd; Overwegende dat de gemeenteraad van 31 maart 2009 het meerjarenplan 2009-2011: strategische nota en financiële meerjarenplanning heeft goedgekeurd; Overwegende dat de gemeenteraad van 31 maart 2009 kennis heeft genomen van het exploitatie- en investeringsbudget 2009 met bijhorende beleidsnota; Overwegende dat er in het exploitatiebudget 2009 een aantal aanpassingen dienen te gebeuren om de continuïteit binnen de verschillende activiteitencentra te kunnen blijven verzekeren; Overwegende dat de voorgestelde budgetwijziging binnen de enveloppe van de vastgestelde gemeentelijke bijdrage blijft; Overwegende het ontwerp van budgetwijziging nr. 2 van het exploitatiebudget 2009; gevoegd als bijlage bij dit besluit; Overwegende het gunstig advies van de budgetcommissie van vrijdag 13 november betreffende de voorgestelde budgetwijziging; 2009 Overwegende dat de Raad voor Maatschappelijk Welzijn de budgetwijziging nr. 2 van het exploitatiebudget 2009 wenst goed te keuren; Overwegende dat de raadsleden Chr. De Cuyper, N. Claesen, P. Debois, M. Gerets, A. Merlo, N. Opsteyn, M. Smeets, T. Stappers en S. Yazici de budgetwijziging wensen goed te keuren; Overwegende dat raadslid M. Geraerts de budgetwijziging niet goedkeurt; BESLUIT: Artikel 1: De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt de budgetwijziging nr. 2 van het exploitatiebudget 2009 goed. Art. 2: Dit besluit over te maken aan de gemeenteraad en aan het provinciebestuur. Aldus beslist in zitting op datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 3. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake de invoering van het begrip dagelijks bestuur – dagelijks personeelsbeheer. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de O.C.M.W. zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op het OCMW decreet van 19 december 2008, meer bepaald art. 52, 10° en artikel 161, §1 waarin staat dat de raad voor maatschappelijk welzijn de inhoud van het begrip dagelijks bestuur vastlegt; Overwegende dat de secretaris niet bevoegd kan worden gemaakt voor aangelegenheden die de exclusieve bevoegdheid van de raad voor maatschappelijk welzijn of het vast bureau blijven; Overwegende dat ingevolge het in voege trede van het OCMW decreet de raad bevoegd is om het begrip ‘dagelijks bestuur’ met inbegrip van het begrip ‘dagelijks personeelsbeheer’ te definiëren; Overwegende dat de raad voor maatschappelijk welzijn een belangrijk deel van de dagelijkse werking kan toevertrouwen aan het Vast Bureau en aan de secretaris om te zorgen voor een goede werking van de OCMW diensten; Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Artikel 1: De raad beslist dat volgende beslissingen vallen onder dagelijks bestuur en gedelegeerd worden naar het vast bureau: - Beslissing tot overheidsopdrachten (goederen, diensten en werken) van het exploitatiebudget met een waarde tussen 5.500 euro en 12.500 euro, excl BTW Beslissing tot overheidsopdrachten van het investeringsbudget met een waarde tussen 5.500 euro en 12.500 euro, excl BTW Art. 2: De raad beslist dat volgende beslissingen vallen onder dagelijks bestuur en gedelegeerd worden naar de secretaris: - Beslissing tot overheidsopdrachten (goederen, diensten en werken) van het exploitatiebudget met een waarde lager dan 5500 euro, excl BTW Beslissing tot overheidsopdrachten van het investeringsbudget met een waarde lager dan 5500 euro, excl BTW Art. 3: De raad beslist dat volgende beslissingen vallen onder dagelijks personeelsbeheer en gedelegeerd worden naar de secretaris: - Goedkeuren van voorafgeplande afwezigheden (loopbaanonderbreking, vrijwillige vierdagenweek, …) zoals opgesomd in de rechtspositieregeling titel 8 hoofdstuk VII, IX, X, XI, XIV en XV en in het administratief statuut titel 6, 7 en 11 - Goedkeuren verlof voor verminderde prestaties zoals opgesomd in het administratief statuut titel 6 - Goedkeuren van aanvragen voor dienstvrijstelling zoals opgesomd in de rechtspositieregeling titel 8 hoofdstuk XVI - Goedkeuren van individuele vormingsaanvragen indien ze passen binnen het vormingsplan (zie rechtspositieregeling inzake het vormingsreglement titel 2 hoofdstuk IX) - Goedkeuren van vormingsaanvragen op dienstniveau indien ze passen binnen het vormingsplan (zie rechtspositieregeling inzake het vormingsreglement titel 2 hoofdstuk IX) - Goedkeuren van vormingsaanvragen op organisatieniveau indien ze passen binnen het vormingsplan (zie rechtspositieregeling inzake het vormingsreglement titel 2 hoofdstuk IX) - Individuele weddevaststellingen en bepaling van anciënniteiten - De individuele toekenning van een vergoeding voor verplaatsingskosten - Aanpassing van bestaande functiebeschrijvingen - Bijvoegsels en aanpassingen aan individuele arbeidsovereenkomsten die geen budgettaire weerslag hebben vb. veranderingen aan uurroosters - Goedkeuren aanvragen tot schoolstage - Invullen van dringende vervangingen met een maximum duur van twee maanden (ziekte, einde loopbaan, …) - Invulling van sociale tewerkstellingsplaatsen (WEP) voor zover het voorzien is in het budget - Goedkeuren van contractverlengingen van maximum twee maanden - Afnemen van alle eedafleggingen behalve voor functies op A-niveau en de leidinggevende functies op niveau A en B. Art. 4: Dit besluit treedt in werking op 01/01/2010. Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 4. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake het vastleggen van de bevoegdheden van het Vast bureau. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de O.C.M.W. zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op ons besluit van 11 januari 2007 tot oprichting van een vast bureau; Gelet op art. 27 §1 van de OCMW- wet dat bepaalt dat de raad bepaalde welomschreven bevoegdheden kan overdragen aan het vast bureau; Gelet op alle personeelszaken die niet tot de bevoegdheid van de raad behoren, zoals bepaald in art. 27, par. 1, 4e lid, OCMW-wet, en onverminderd de bevoegdheid van de secretaris als hoofd van het personeel, zoals bepaald in artikel 45, par. 1, 4e lid, OCMW-wet. Gelet op het OCMW decreet van 19 december 2008, meer bepaald art. 60, art. 62, art 65, art 66 betreffende het vast bureau; Gelet op ons besluit van 8 februari 2007 waarin de bevoegdheden van het vast bureau worden vastgelegd; Overwegende dat met het oog op budgethouderschap de raad deze bevoegdheden opnieuw wenst vast te leggen; Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen BESLUIT: Artikel 1: De Raad gaat ermee akkoord volgende bevoegdheden over te dragen aan het Vast Bureau: a) Algemeen Beleid - de interne werking van alle diensten en instellingen, onverminderd de specifieke bevoegdheden van de bijzondere comités; - dossiers die principieel ter bespreking worden voorgelegd met het oog op voorlegging ervan aan de raad ter goedkeuring. - het overleg tussen het OCMW en de instellingen en diensten voor maatschappelijk werk die op het grondgebied van de gemeente aanwezig zijn en het overleg met de overige erkende dienstverlenende instellingen en organisaties; b) Dagelijks personeelsbeheer - de organisatie van alle aanwervings- en bevorderingsexamens volgens de algemene regels vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn, tenzij de voorwaarden voor het begeven van bepaalde functies een andere procedure opleggen; - bevoegdheden inzake personeelsaangelegenheden zoals bepaald in de rechtspositieregeling en waar deze niet van toepassing is zoals bepaald in het - - administratief statuut en het reglement voor de contractuelen uitgezonderd de bevoegdheden die worden gedelegeerd aan de secretaris in de beslissing rond dagelijks personeelsbeheer; Beslissingen inzake interne personeelsmobiliteit zoals beschreven in de rechtspositieregeling titel 2 Hoofdstuk XIII; Goedkeuren politiek verlof, educatief verlof, vakbondsverlof en verlof voor opdracht zoals beschreven in de rechtspositieregeling titel 2 hoofdstuk IX, titel 8 hoofdstukken VIII, XII, XIII; Goedkeuren beslissingen inzake in disponibiliteitstelling zoals beschreven in de rechtspositieregeling titel 8 hoofdstuk VI; het toestaan van belangrijke afwijkingen op de vigerende verlofreglementering zoals beschreven in de rechtspositieregeling titel 8; de beslissingen aangaande de aangelegenheden inzake veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen alsook de veiligheidsproblemen van de verschillende diensten en instellingen; het voorafgaand onderzoek van de dossiers in tuchtzaken waarvoor de raad bevoegd is (organieke wet, OCMW decreet, gemeentedecreet); de aanwerving en de interimaire vervangingen met een duur langer dan 2 maanden van personeelsleden binnen de perken van de personeelsformatie en met gehele of gedeeltelijke afwijking op de vastgestelde aanwervingsvoorwaarden, overeenkomstig art. 102 en 103 van het OCMW decreet; de organisatie van een regelmatig overleg met de erkende vakbonden van het overheidspersoneel, volgens de van kracht zijnde wettelijke bepalingen. Goedkeuren van vormingsaanvragen (individuele vormingsaanvragen, aanvragen op dienstniveau en aanvragen op organisatieniveau) die niet kaderen binnen het vormingsplan. (zie rechtspositieregeling inzake het vormingsreglement titel 2 hoofdstuk IX) Voor iedere beslissing inzake personeelsaangelegenheden, die een welbepaalde dienst of instelling van het OCMW aanbelangt, dient vooraf het advies ingewonnen te worden van de verantwoordelijke van bedoelde dienst of instelling, alsook van de OCMWsecretaris. c) Beheer van het patrimonium - het vervreemden van roerende zaken, van schuldvorderingen, titels of andere roerende waarden die aan het OCMW toebehoren; - de verkoop van afval, van afbraakmateriaal en van niet meer gebruikte of achtergelaten voorwerpen; - het huren en verhuren van roerende en onroerende goederen en vaststellen van de huurprijzen; d) Algemene bevoegdheid in noodsituaties Het vast bureau kan de opdracht hebben om ingeval van ramp, noodsituaties of onvoorziene gebeurtenissen onmiddellijk alle noodzakelijke maatregelen te treffen met het oog op de bescherming van alle personen en goederen die aan de zorgen van het OCMW zijn toevertrouwd (bejaarden, zieken, kinderen, gerechtigden op steun). Deze beslissingen moeten aan de raad voor maatschappelijk welzijn ter bekrachtiging worden voorgelegd, en dit op de eerst volgende vergadering. e) Inzake overheidsopdrachten (zoals vastgelegd in besluit dd. 23/11/2009 inzake het vastleggen van het begrip dagelijks bestuur) Het vast bureau heeft de bevoegdheid te beslissen inzake overheidsopdrachten voor zover het bedrag tussen 5.500 euro en 12.500 euro excl. BTW ligt. Art. 2: Dit besluit treedt in werking op 01/01/2010 Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 5. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake het vastleggen van de bevoegdheden van het Bijzonder Comité Ouderenzorg. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de O.C.M.W. zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op ons besluit van 11 januari 2007 tot oprichting van een bijzonder comité ouderenzorg; Gelet op art. 27 §1 van de OCMW- wet dat bepaalt dat de raad bepaalde welomschreven bevoegdheden kan overdragen aan het bijzonder comité ouderenzorg; Gelet op het OCMW decreet van 19 december 2008, meer bepaald art 65, art 66 betreffende de bijzondere comités; Overwegende dat de raad op 8 februari 2007 de bevoegdheden van het bijzonder comité ouderenzorg heeft vastgelegd; Overwegende dat de raad deze bevoegdheden wenst te actualiseren; Overwegende dat de raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Artikel 1: De raad gaat ermee akkoord volgende bevoegdheden over te dragen aan het bijzonder comité ouderenzorg: 1. Bevestiging inzake opname van : residenten in woon-zorgcentrum Heyvis residenten in het centrum voor kortverblijf bezoekers dagverzorgingscentrum 2. Beslissingen inzake toekennen, schorsen of afschaffen thuiszorgdiensten. van dienstverlening inzake 3. Beslissingen inzake toekennen, schorsen of afschaffen van mantelzorgtoelage. 4. Formuleren van adviezen inzake veiligheidsbeleid in de diensten en instellingen en beslissingen dienaangaande voor zover niet uitdrukkelijk aan de raad voorbehouden. 5. Bespreking van aangelegenheden inzake de werking, het beleid en het beheer van de instellingen en diensten in de meest ruime zin en beslissingen dienaangaande voor zover niet uitdrukkelijk aan de Raad voorbehouden. 6. Bespreking van beleidsmaatregelen en concrete initiatieven inzake ouderen beleid. Art. 2: Dit besluit treedt in werking op 01/01/2010. Aldus beslist in zitting op datum als hierboven. Namens de Raad, de secretaris get. Giel Vranken 6. de voorzitter get.Christel De Cuyper Beslissing inzake de bevoegdheden van het Bijzonder Comité sociale dienst. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de O.C.M.W. zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op ons besluit van 11 januari 2007 tot oprichting van een bijzonder comité voor de sociale dienst; Gelet op art. 27 §1 van de OCMW- wet dat bepaalt dat de raad bepaalde welomschreven bevoegdheden kan overdragen aan het bijzonder comité sociale dienst; Overwegende dat de raad op 8 februari 2007 de bevoegdheden van het bijzonder comité ouderenzorg heeft vastgelegd; Overwegende dat de raad de bevoegdheden van het bijzonder comité voor de sociale dienst wenst aan te passen; Gelet op het OCMW decreet van 19 december 2008, meer bepaald art 65, art 66 betreffende de bijzondere comités; Overwegende dat de raad beslist met eenparigheid van stemmen BESLUIT: Artikel 1: De raad gaat ermee akkoord volgende bevoegdheden over te dragen aan het bijzonder comité voor de sociale dienst: - - het toekennen van de individuele maatschappelijke dienstverlening aan personen en gezinnen zoals die omschreven is in de artikels 57 tot 60 van de OCMW-wet en in de wet van 26.05.2002 tot het recht op maatschappelijke integratie; bekrachtiging van dringende steunen verleend door de voorzitter; het vaststellen van de bijdrage van de begunstigde in de kosten van de maatschappelijke dienstverlening en het bepalen van de bijdrage van de onderhoudsplichtigen (art. 97 tot 104 van de OCMW-wet), binnen de grenzen van de algemene criteria die door de raad voor maatschappelijk welzijn dienaangaande zijn vastgelegd; het aanstellen van personeel in het kader van artikel 60 §7 van de OCMW-wet; bespreking van beleidsmaatregelen en concrete initiatieven inzake sociaal beleid en maatschappelijke dienstverlening. advies verlenen aan de raad voor maatschappelijk welzijn omtrent de werking van de sociale dienst van het OCMW en de criteria die als basis dienen voor de hulpverlening en de terugvordering. Art. 2: Dit besluit treedt in werking op 01/01/2010. Aldus beslist in zitting op datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 7. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake de vaststelling van de voorwaarden voor het verlenen van het visum door de ontvanger. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de O.C.M.W. zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op artikel 91, 3° van het OCMW-decreet betreffende het verzorgen van financiële analyse en financiële beleidsadvisering in de ruimste zin, door de financieel beheerder onder de functionele leiding van de secretaris; Gelet op artikel 92, 1° van het OCMW-decreet waarbij de financieel beheerder in volle onafhankelijkheid instaat voor de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole van de beslissingen van het OCMW met budgettaire en financiële impact; Gelet op artikel 162, §2 van het OCMW-decreet waarbij de voorgenomen financiële verbintenissen die resulteren in een uitgaande nettokasstroom, onderworpen zijn aan een voorafgaand visum voordat enige verbintenis kan worden aangegaan; Gelet op artikel 162, §2 van het OCMW-decreet waarbij de raad voor maatschappelijk welzijn de nadere voorwaarden bepaalt, na advies van de financieel beheerder, waaronder de financieel beheerder zijn visum verleent; Gelet op artikel 162, §2 van het OCMW-decreet waarbij de raad voor maatschappelijk welzijn, binnen de perken vastgelegd door de Vlaamse regering en na advies van de financieel beheerder, bepaalde categorieën van verrichtingen uitsluit van visumverplichting; Gelet op artikel 168 van het OCMW-decreet waarbij bepaald wordt dat de financieel beheerder minstens eenmaal per jaar aan de raad voor maatschappelijk welzijn rapporteert over de uitvoering van zijn taak van voorafgaande controle van de wettigheid en regelmatigheid van de voorgenomen verbintenissen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009 houdende de uitvoering en inwerkingtreding van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van het OCMW en houdende diverse bepalingen betreffende het personeel, de financiën en de organisatie van de OCMW’s, meer bepaald artikel 9 waarbij de volgende visumgrenzen bepaald worden (vermelde bedragen zijn exclusief BTW): - 7.500,00 EUR in een OCMW van een gemeente ≤ 20.000 inwoners; - 25.000,00 EUR in een OCMW van een gemeente > 20.000 inwoners en ≤ 35.000 inwoners; - 67.000,00 EUR in een OCMW van een gemeente > 35.000 inwoners. Gelet op de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn d.d. 23 november 2009 houdende vaststelling van het begrip dagelijks bestuur - dagelijks personeelsbeheer; Overwegende dat de raad voor maatschappelijk welzijn op eensluidend voorstel van de financieel beheerder, de bevoegdheid inzake het verlenen van visum kan delegeren aan een of meer personeelsleden, die werken onder de verantwoordelijkheid van de financieel beheerder; Als de financieel beheerder een door een budgethouder voorgenomen verbintenis weigert te viseren kan de raad voor maatschappelijk welzijn op eigen verantwoordelijkheid viseren conform het OCMW-decreet artikel 163; Overwegende dat verrichtingen die door de raad voor maatschappelijk welzijn zijn uitgesloten van de visumverplichting kunnen worden voorgelegd aan de financieel beheerder, voordat enige verbintenis werd aangegaan door de betrokken budgethouder. Het betreft hier een mogelijkheid voor de budgethouder om, in bepaalde specifieke of uitzonderlijke dossiers, de zekerheid te bekomen over de wettigheid van een dossier. Deze mogelijkheid kan geenszins de bedoeling hebben de budgethouders te deresponsabiliseren of de gewenste soepele beheersuitvoering te belemmeren; Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Artikel 1: Voor het aanvragen van visum gelden volgende vrijstellingen: - Overheidsopdrachten (goederen, diensten en werken) van het exploitatiebudget met een waarde lager dan 5500 euro, excl. BTW Overheidsopdrachten van het investeringsbudget met een waarde lager dan 5500 euro, excl. BTW aanstelling personeelsleden ≤ 1 jaar individuele toekenning van bezoldigingen - - - vergoedingen voor prestaties en presentiegelden personeel en mandatarissen met een waarde lager dan 5500 euro, excl. BTW sociale vergoedingen aan personeel patronale bijdragen reiskosten en andere geldelijke tegemoetkomingen aan het personeel met een waarde lager dan 5500 euro, excl. BTW pensioen- en rentelasten uitgaven voor verzekeringen tegen arbeidsongevallen en bijdragen aan de arbeidsgeneeskundige dienst en gemeenschappelijke en sociale diensten, voor zover ze voortvloeien uit de concrete toepassing van het personeelsstatuut en rechtsgeldige aanstellingen met een waarde lager dan 5500 euro, excl. BTW. alle schulduitgaven die voortvloeien uit regelmatig aangegane verbintenissen, zoals aflossingen en intresten van lening- en leasingcontracten met een waarde lager dan 5500 euro, excl. BTW. Maatschappelijke dienstverleningen (mantelzorgtoelagen, leefloon, huurwaarborgen, …) nalatigheids- of moratoriumintresten boetes dwangsommen tewerkstellingen met toepassing van artikel 60§7, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. Alle andere categorieën zijn onderworpen aan de visumplicht. Art. 2: Dit besluit treedt in werking op 01/01/2010. Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 8. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake delegatie handtekeningbevoegdheid van secretaris. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009 houdende de uitvoering en inwerkingtreding van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende diverse bepalingen betreffende het personeel, de financiën en de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Overwegende dat de raad de secretaris en de ontvanger/financieel beheerder kan machtigen de ondertekening van bepaalde stukken op te dragen aan één of meerdere ambtenaren van het OCMW; Overwegende dat het delegeren van de handtekeningbevoegdheid bijdraagt tot de efficiënte werking van de diensten; Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Artikel 1: De raad beslist om de handtekeningbevoegdheid van de secretaris, Giel Vranken, te delegeren voor volgende stukken: 1. DELEGATIE AAN RITA BIASI, DIENSTHOOFD DIENST PERSONEELSZAKEN (1 ste vervanger) EN AAN CARINE MAESEN en VIVIANE OPSTEYN, MEDEWERKSTERS DIENST PERSONEELSZAKEN (2de vervanger) - - Aangifte arbeids- en sportongevallen en beroepsziekten Formulier C4- werkloosheid Inlichtingenformulier voor de ziekenfondsen Formulier C61A, loopbaanonderbreking Formulier C61B, gedeeltelijke loopbaanonderbreking Formulier C63RV, attest van vervanging in het kader van loopbaanonderbreking Aanvraag tot het bekomen van een aanmoedingingspremie voor loopbaanonderbreking in de Vlaamse sector Formulier C131A, werkloosheidsbewijs voor de inactiviteitsuren Verklaring van de onmogelijkheid om de zwangere werkneemster of de werkneemster die haar kind zoogt een arbeid te laten verrichten, die met haar toestand verenigbaar is Verklaring van de periode(n) van ziekte (bestemd voor het werkloosheidsdossier) Verklaring van schorsing van de arbeidsovereenkomst (bestemd voor het ziekenfonds) Verklaringen en attesten in verband met de tewerkstelling en bezoldiging, inbegrepen inzake loondelegatie, van alle personeelsleden, op grond van de gegevens die binnen de dienst personeelszaken worden bijgehouden en opgevolgd, ten behoeve van alle instellingen die gerechtigd zijn deze gegevens op te vragen en de btreokkenen (o.m. tewerkstellingsattesten, inkomensverklaringen, verklaringen i.v.m. bezoldigingen ten behoeve van subsidiërende instanties, vakantieattesten, …) Verklaringen ten behoeve van de kassen voor kinderbijslag, voor bijscholingen, voor pensioenkassen met betrekking tot gegevens die binnen de dienst personeelszaken worden bijgehouden en opgevolgd Aangiften en verklaringen met betrekking tot de sociale maribel, gesco’s RSZ op grond van de gegevens die door de dienst personeelszaken worden bijgehouden en opgevolgd 2. DELEGATIE AAN ALBERT PETERS, DIENSTHOOFD SOCIALE DIENST - Verklaring steunverlening Brieven aan cliënten betreffende uithuiszettingen Medicamentenkaarten Budgetteringsovereenkomsten cliënten Verwijskaarten van de apotheek Brieven in verband met kennisgeving van voorschotten Brieven in verband met de afrekening van voorschotten Notulen vergaderingen Bijzonder Comité Sociale Dienst Attesten “heffing afvalwater” aan Vlaamse Milieumaatschappij 3. DELEGATIE AAN RENEE LINKENS, BELEIDSMEDEWERKSTER (1 ste vervanger) EN AAN CARINE BERBEN, DESKUNDIGE MEDEWERKSTER SECRETARIS (2 de vervanger) - Plaatsen van de eerste handtekening in het systeem van de dubbele handtekening voor betaalopdrachten. Art. 2: Dit besluit treedt in werking vanaf 01/01/2010 Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 9. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake delegatie handtekeningbevoegdheid van ontvanger. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009 houdende de uitvoering en inwerkingtreding van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende diverse bepalingen betreffende het personeel, de financiën en de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Overwegende dat de raad de secretaris en de ontvanger/financieel beheerder kan machtigen de ondertekening van bepaalde stukken op te dragen aan één of meerdere ambtenaren van het OCMW; Overwegende dat het delegeren van de handtekeningbevoegdheid bijdraagt tot de efficiënte werking van de diensten; Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Artikel 1: De raad beslist om de handtekeningbevoegdheid van de ontvanger/ financieel beheerder, Guido Cardinaels, te delegeren voor volgende stukken: - Delegatie aan hoofdboekhouder Theo Kellens (1ste vervanger) en aan Eric Wevers (2de vervanger): Plaatsen van de tweede handtekening in het systeem van de dubbele handtekening voor betaalopdrachten Art. 2: Dit besluit treedt in werking vanaf 01/01/2010 Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 10. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake vaststellen voorwaarden waaronder personeelsleden van het OCMW kunnen worden belast met de inning van geringe dagontvangsten. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid de artikelen 164 § 2 en § 4 en 254; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009 houdende de uitvoering en inwerkingtreding van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende diverse bepalingen betreffende het personeel, de financiën en de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Overwegende dat artikel 164 § 2 van het OCMW decreet bepaalt dat de secretaris, na advies van de ontvanger/financieel beheerder, onder zijn verantwoordelijkheid personeelsleden kan belasten met de inning van geringe dagontvangsten; Overwegende dat artikel 164 § 4 van het OCMW decreet stelt dat de raad de voorwaarden bepaalt waaronder personeelsleden van het OCMW kunnen worden belast met de inning van geringe dagontvangsten; Overwegende dat de normale ontvangstenprocedure erin bestaat dat de inning van de gelden gebeurt nadat een vordering werd vastgesteld; Overwegende dat een aantal ontvangsten deze normale procedure niet volgen, d.w.z. dat op het moment van inning van de gelden de vordering nog niet is vastgesteld, zoals het ledigen van het drankautomaat, het schenken van dranken en het aanbieden van versnaperingen in de cafetaria van het dienstencentrum en het woon- en zorgcentrum,…; Overwegende dat deze inningen geringe dagontvangsten worden genoemd; Overwegende dat het aangewezen is de inning van geringe dagontvangsten op te dragen aan personen waarbij het verrichten van kleine geldhandelingen tot hun dagelijks takenpakket behoord in het kader van hun functiebeschrijving, gezien de veelheid en diversiteit van de geringe dagontvangsten; Overwegende dat de inning van geringe dagontvangsten decretaal niet kan opgedragen worden aan de ontvanger/financieel beheerder; Overwegende dat artikel 164 § 3 van het OCMW decreet stelt dat de ontvanger/ financieel beheerder of een door hem aangestelde, onder zijn verantwoordelijkheid, de boekhouding en de geldvoorraad van de personen die belast zijn met de inning van geringe dagontvangsten, minstens eenmaal per jaar, verifieert; Overwegende dat het aangewezen is dat de ontvanger/financieel beheerder de boekhouding en de geldvoorraad van de personen die belast zijn met de inning van geringe dagontvangsten elk kwartaal verifieert; Overwegende dat de personen die belast zijn met de inning van geringe dagontvangsten een aantal bijkomende voorwaarden inzake veiligheid en rapportering moeten naleven; Overwegende het gunstig advies van de ontvanger/financieel beheerder; Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Artikel 1: De secretaris kan, na advies van de ontvanger/ financieel beheerder, onder zijn verantwoordelijkheid personen, belast met de uitvoering van bepaalde taken van het OCMW waarbij geringe dagontvangsten te pas komen, met uitzondering van de ontvanger/financieel beheerder, belasten met de inning van geringe dagontvangsten. Art. 2: De secretaris duidt de volgende personeelsleden aan voor het innen van geringe dagontvangsten: - Erik Joosten, Annemarie Minnen: inkomsten verkoop soepbonnetjes - Eric Wevers, Olga Cuypers i.s.m. de huishoudelijke cel: inkomsten drankautomaat Sociaal Huis - Tony Vallé, Elisabeth Jozwiak: inkomsten dienstencentrum ‘De Bolster’ - Jan Merlo, Jan Mommen: inkomsten Woon-zorgcentrum Art. 3: De ontvanger/financieel beheerder of een door hem aangestelde, onder zijn verantwoordelijkheid, verifieert minstens eenmaal per kwartaal, op een tijdstip vrij door hem te kiezen, de boekhouding en de geldvoorraad van de personeelsleden die belast zijn met de inning van geringe dagontvangsten. Art. 4: De bijkomende algemene voorwaarden bij inning van de geringe dagontvangsten worden als volgt bepaald: - de secretaris of de aangestelde personen mogen onder geen enkel beding uitgaven verrichten met de geïnde geringe dagontvangsten; ook tijdelijk geld ontlenen uit de kas is niet toegestaan; - de aangestelde personen belast met de inning van geringe dagontvangsten, mogen geen gelden innen die de normale ontvangstenprocedure volgen; - in de kassen van de geringe dagontvangsten mogen onder geen enkel beding gelden bewaard worden die niet voor het OCMW-bestuur bestemd zijn; - de inning van geringe dagontvangsten gebeurt in chartaal geld. Bancontact systeem,cheques of ondertekende overschrijvingen mogen niet aanvaard worden. Art. 5: De bijkomende administratieve voorwaarden bij inning van de geringe dagontvangsten worden als volgt bepaald : - de gelden dienen volgens de onderrichtingen van de secretaris afgerekend te worden bij de financiële dienst. - bij de afrekeningen bij de financiële dienst worden de geïnde sommen vergezeld van verantwoordingsdocumenten, opgemaakt volgens de onderrichtingen van de secretaris. Art. 6: De bijkomende veiligheidsvoorwaarden bij inning van de geringe dagontvangsten worden als volgt bepaald : - de kassen met geïnde geringe dagontvangsten mogen nooit meer dan 2.500 euro bevatten; - de gelden dienen bewaard te worden in een gesloten kas en buiten de openingsuren van de dienst opgeborgen te worden in een gesloten geldkoffer. - de kassen dienen minstens tweewekelijks afgerekend te worden bij de financiële dienst. Art. 7: De bijkomende voorwaarden inzake tekorten, diefstal en aansprakelijkheid bij inning van de geringe dagontvangsten worden als volgt bepaald : - indien de aangestelde personen belast met de inning van geringe dagontvangsten, een tekort vaststellen in hun kas van geringe dagontvangsten ten gevolge van verlies of diefstal, dienen zij onmiddellijk de secretaris en de ontvanger/financieel beheerder op de hoogte te brengen; - de secretaris en de ontvanger/financieel beheerder stellen zo snel mogelijk een administratief onderzoek in en gaan onverwijld over tot de verificatie van de kas teneinde het bedrag van het tekort vast te stellen; - zij maken een verslag aan de raad voor maatschappelijk welzijn met een relaas van de feiten en een voorstel betreffende de al dan niet aansprakelijkheid van het personeelslid dat instaat voor de bewaring van de gelden; - indien er een tekort wordt vastgesteld, zijn de personen belast met de inning van geringe dagontvangsten aansprakelijk ingeval van bedrog of zware schuld. Voor lichte schuld is hij enkel aansprakelijk als die eerder gewoonlijk dan toevallig voorkomt. Art. 8: Dit besluit treedt in werking op 01/01/2010 Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 11. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake vaststellen voorwaarden voor de terbeschikkingstelling van provisies. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid de artikelen 164 § 1 en § 4 en 254; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009 houdende de uitvoering en inwerkingtreding van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende diverse bepalingen betreffende het personeel, de financiën en de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Overwegende dat artikel 164 §1 van het OCMW decreet bepaalt dat de secretaris, na advies van de ontvanger/financieel beheerder kan beslissen om aan sommige personeelsleden een provisie ter beschikking te stellen om de betaling mogelijk te maken van geringe exploitatie-uitgaven van het dagelijkse bestuur die zonder uitstel moeten gebeuren of die onmiddellijk moeten worden gedaan voor de goede werking van de dienst; Overwegende dat artikel 164 § 4 stelt dat de raad de voorwaarden bepaalt voor de terbeschikkingstelling van provisies; Overwegende dat het voor sommige geringe exploitatie-uitgaven van dagelijks bestuur niet mogelijk is de normale uitgavenprocedure te volgen, aangezien deze uitgaven onmiddellijk moeten vereffend worden; Overwegende dat de kasprovisie bijdraagt tot de efficiënte werking van de diensten; Overwegende het gunstig advies van de ontvanger/financieel beheerder; Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Artikel 1: De secretaris kan onder de volgende voorwaarden, na advies van de ontvanger/financieel beheerder, overgaan tot het ter beschikking stellen van een kasprovisie aan bepaalde personeelsleden: - De provisies kunnen enkel aangewend worden voor werkingskosten en dit voor kleine en onvoorziene uitgaven; - De provisies worden tegen ontvangstbewijs ter beschikking gesteld aan het personeelslid dat hiervoor kwijting geeft; - De aangestelde personeelsleden zijn persoonlijk verantwoordelijk voor de kasprovisie die ter beschikking is gesteld door de secretaris; - De ter beschikking gestelde provisies bedragen maximaal 2500 euro; - Werkingskosten betaald met een kasprovisie bedragen maximum 150 euro; - Vergoedingen voor opleidingen/cursussen of animatie bedragen maximum 500 euro; - De kasprovisie mag nooit een debetsaldo (negatief saldo) vertonen; - De uitgaven met kasprovisie worden chartaal betaald; - De personeelsleden die over een kasprovisie beschikken houden een kasboekhouding bij, opgemaakt volgens de onderrichtingen van de ontvanger/financieel beheerder. - De ontvanger/financieel beheerder of een door hem aangestelde, onder zijn verantwoordelijkheid, verifieert minstens eenmaal per kwartaal, op een tijdstip vrij door hem te kiezen, de boekhouding en de geldvoorraad van de personeelsleden die beschikken over een kasprovisie. - De aanzuivering van de kasprovisies gebeurt chartaal en op basis van bewijsstukken; - De uitgaven betaald met kasprovisie worden pas opgenomen in de boekhouding op het ogenblik dat de provisiehouder de wedersamenstelling van zijn provisie vraagt. Art. 2: De secretaris vertrouwt aan de volgende personen een provisie toe: - Carine Berben voor een bedrag van 250 euro - Cristel Droogmans voor een bedrag van 500 euro - Ria Geebelen voor een bedrag van 600 euro - Niki Janssen voor een bedrag van 600 euro - Dirk Noppen voor een bedrag van 1250 euro - Tony Valle voor een bedrag van 1500 euro - Albert Peters voor een bedrag van 250 euro - Jan Merlo voor een bedrag van 2400 euro Art. 3: Dit besluit treedt in werking op 01/01/2010 Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken de voorzitter get. Christel De Cuyper 12. Beslissing inzake delegatiebesluit budgethouderschap. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid de artikelen 52, tweede lid en 161 §2; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 april 2009 houdende de uitvoering en inwerkingtreding van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende diverse bepalingen betreffende het personeel, de financiën en de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het raadsbesluit van 23/11/2009 inzake de invoering van het begrip dagelijks bestuur; Gelet op het raadsbesluit van 23/11/2009 inzake het visum; Overwegende dat voor aangelegenheden van dagelijks bestuur de raad voor maatschappelijk welzijn het budgethouderschap kan delegeren aan het vast bureau of aan de O.C.M.W.secretaris; Overwegende dat het wenselijk is om – gelet op de organisatie van het O.C.M.W. – het budgethouderschap te delegeren aan de O.C.M.W.-secretaris en leden van het M- Team; Op voorstel van de voorzitter, gaat over tot de stemming in de wettelijke vorm en besluit met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Artikel 1: Omschrijving Onder budgethouderschap verstaat men de aan een ambtenaar of aan een orgaan toegekende bevoegdheid tot beheer van een budget dat taakstellend is in die zin dat het een norm inhoudt waarvan de budgethouder de realisatie nastreeft. Concreet betekent dit dat de budgethouder door een goed beheer van de aan hem toevertrouwde middelen (budget) betracht de vooropgestelde doelstellingen te bereiken (taakstellend). Art.2: Delegatie Het budgethouderschap komt toe aan de raad voor maatschappelijk welzijn, die optreedt als hoofdbudgethouder. Voor aangelegenheden van dagelijks bestuur kan de raad het budgethouderschap toevertrouwen aan de secretaris van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. Er wordt binnen het ocmw van Maasmechelen voorlopig geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om budgethouderschap buiten dagelijks bestuur toe te wijzen. De secretaris kan de bevoegdheden binnen dagelijks bestuur verder delegeren aan andere personeelsleden. Bij deze delegatie wordt rekening gehouden met het organogram van de diensten van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn. De betrokken personeelsleden kunnen de aan hen gedelegeerde bevoegdheid niet weigeren als hun functieomschrijving erin voorziet. De mate van delegatie is afhankelijk van de beslissing die de raad voor maatschappelijk welzijn hieromtrent neemt. Art. 3: Budgethouders OCMW-Maasmechelen Volgende budgethouders worden binnen de grenzen die in het nieuwe decreet zijn vastgelegd, aangesteld voor de betrokken diensten: De leden van het M- team worden als budgethouder omschreven: diensthoofd diensthoofd diensthoofd diensthoofd diensthoofd secretaris. sociale dienst; algemene diensten; facilitaire dienst; financiële dienst; seniorenzorg; Delegatie Delegatie Art. 3 bis Zolang het organogram niet goedgekeurd is en bepaalde functies niet zijn ingevuld (met name diensthoofd facilitaire dienst, diensthoofd seniorenzorg en diensthoofd algemene diensten) blijft het budgethouderschap, van deze functies, toevertrouwd aan de secretaris. De secretaris kan deze bevoegdheid subdelegeren aan een waarnemend diensthoofd. Art. 4: Afspraken vanuit het bestuur Het bestuur: 1. verklaart zich akkoord met de bevoegdheidsverdeling zoals opgesteld in de bevoegdheidsmatrix. In deze matrix worden de bevoegdheden weergegeven van de hoofdbudgethouder en de overige budgethouders en wordt binnen de diverse domeinen (personeelsaangelegenheden, strategische meerjarenplanning, budgettering, aankopen, voorraadbeheer, debiteurenbeheer, derden, briefwisseling, betalingen, inningen, boekhouding, kas en interne facturatie) aangeduid wie welke taken uitvoert, bevoegdheid heeft en verantwoordelijkheid draagt (zie bijlage 1 gehecht aan dit besluit). 2. bepaalt de beleidslijnen waarbinnen de budgethouder zijn/haar opdracht vervult. Het bestuur keurt hiervoor op voorstel van de budgethouders en het M- team, het meerjarenplan en beleidsplan goed. Binnen de lijnen van deze goedgekeurde plannen vervult de budgethouder zijn of haar te realiseren doelstellingen. 3. verbindt zich er toe om de nodige middelen ter beschikking te stellen teneinde de budgethouder toe te laten de afgesproken doelstellingen te realiseren. Dit houdt niet in dat de budgethouder te allen tijde een budget kan vragen voor het realiseren van bepaalde doelstellingen. Doelstellingen worden in overleg tussen de budgethouder en het bestuur bepaald en moeten passen binnen de algemene doelstellingen (strategische nota) van de dienst of het ocmw en binnen de daarbij horende financiële nota. Het meerjarenplan en beleidsplan met de daaraan gekoppelde financiële nota kunnen op het moment van budgetwijziging worden bijgesteld in samenspraak met de budgethouder. 4. legt de voorwaarden vast waaraan de dienstverlening minimaal moet voldoen. Deze voorwaarden betreffen enerzijds algemeen geldende bepalingen van toepassing op alle diensten en anderzijds specifieke bepalingen die dienstafhankelijk zijn. De voorwaarden en bepalingen worden in diverse documenten en interne nota’s vermeld: - het interne controlesysteem; - de kwaliteitshandboeken; - de raadsbeslissingen terug te vinden op de server: O:/dienstoverschrijdende mappen/ Raad beveiligd; interne nota’s en documenten terug te vinden in de Infoteek op het intranet. Art. 5: Verbintenissen van de budgethouder De budgethouder verbindt zich er toe: - zowel op het vlak van de beleidsvoorbereiding als op dat van de beleidsuitvoering en de – evaluatie, volgende acties te ondernemen: Beleidsvoorbereiding - initiëren en stimuleren van de beleidsvoorbereiding via het M- team; - uitstippelen van de strategie en visie van de eigen dienst en het geheel van de organisatie; - compromissen vinden tussen de eigen doelstellingen geformuleerd door de budgethouder en de beleidslijnen die door het bestuur naar voor worden geschoven; - communicatie naar de medewerkers van de strategische- en operationele doelstellingen geformuleerd door het beleid of door de budgethouder zelf; - nazicht correcte financiële vertaling van de doelstellingen in een taakstellend budget; - jaarlijks een operationeel plan voorleggen met aanduiding van de vooropgestelde resultaatsgebieden en de gehanteerde indicatoren; - jaarlijks zijn/haar operationeel plan (jaarplan) te vertalen in een financieel plan (budget). Beleidsuitvoering - ondernemen van de nodige acties om de vooropgestelde doelstellingen te realiseren; - de verantwoordelijkheid en de bevoegdheid opnemen om de dienst dagelijks te leiden en aan te sturen; - de budgethouder zal: - tijdige communicatie met de medewerkers organiseren; - als motivator naar de personeelsleden toe fungeren; - IT- technisch, organisatorisch, enz de nodige voorzieningen detecteren; - zichzelf en de dienst onderwerpen aan het interne controle systeem; - de noodzakelijke veranderingsprocessen doorvoeren met als doel een verhoging van het rendement na te streven. Beleidsevaluatie - opvolging en bespreking van de behaalde resultaten op operationeel en financieel vlak; - advisering van voorzitter en bestuur rond eventuele opportuniteiten of bedreigingen; - indicatoren toepassen die zullen uitwijzen in welke mate de doelstellingen gerealiseerd zijn; - minstens jaarlijks een evaluatierapport voorleggen met aanduiding van de vooropgestelde resultaatgebieden en de gehanteerde indicatoren. Art. 6: Rapportering De secretaris van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn rapporteert éénmaal per jaar aan de raad voor maatschappelijk welzijn over de uitvoering van het budgethouderschap. Hij rapporteert over de realisatie van de doelstellingen door de door hem met het budgethouderschap belaste personeelsleden. Rapportering Rapportering Het jaarplan vormt samen met de vooropgestelde indicatoren het instrument voor rapportering. Jaarlijks, voor de start van het nieuwe budgetjaar worden bij het jaarplan volgende richtlijnen inzake rapportering door de secretaris toegevoegd: data van evaluatie; specificaties inzake de inhoud van de rapportering in het evaluatierapport. Art. 7: Evaluatie Budgethouderschap betreft een mandaatopdracht die jaarlijks wordt geëvalueerd. Het opvolgen van de operationele doelstellingen en de budgettaire vertaling zal deel uitmaken van het functionerings- en evaluatiegesprek. De secretaris zal overeenkomstig het ocmw- decreet de evaluatie van de budgethouders op zich nemen. De raad voor maatschappelijk welzijn evalueert de secretaris. Art. 8: Interne facturatie Om een duidelijk zicht te krijgen op de reële kosten en opbrengsten per kostenplaats/activiteitencentrum werd de methodiek van interne facturatie tussen de activiteitencentra aangepast (zie bijlage 2 gehecht aan dit besluit). De budgethouder zal werken volgens deze nieuwe afspraken. Art. 9: Duur van de delegatie Het budgethouderschap kan, na advies van de secretaris, te allen tijde worden ingetrokken. Art. 10: Inwerkingtreding De evaluaties en de rapporten waarvan sprake in dit besluit hebben telkens betrekking op een periode van 1 januari tot 31 december. Voor 2010 loopt deze periode van 1 april 2010 tot 31 december 2010. Art. 11: Inwerkingtreding Dit besluit treedt in werking op 01/04/2010. Dit besluit wordt, in overeenstemming met artikel 254 van het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en in overeenstemming met artikel 111 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, overgemaakt aan het college van burgemeester en schepenen en aan de gouverneur voor kennisgeving, evenals aan de O.C.M.W.- secretaris en de O.C.M.W.- financieel beheerder. Art. 12: Evaluatie van dit besluit Dit besluit kan te allen tijde herzien worden en zal tussentijds geëvalueerd worden op 31/03/2011. Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 13. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake verhoging toelage 2009 voor de personeelsvereniging. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW., zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Overwegende dat in het jaar 2000 een personeelsvereniging binnen het OCMW werd opgericht; Overwegende dat deze vereniging als doel heeft het bevorderen en verbeteren van de sfeer tussen de personeelsleden van de verschillende afdelingen binnen het OCMW door het organiseren van activiteiten e.a; Overwegende dat de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 17 maart 2009 de toelage van de personeelsvereniging van het OCMW voor het jaar 2009 goedkeurde zijnde 9.000,00 euro; Overwegende dat een groot deel van deze toelage zijnde 5.500,00 euro dient voor aankoop van cadeaucheques voor personeelsleden naar aanleiding van geboorte, huwelijk, huldiging dienstanciënniteit, pensionering enz.; Overwegende dat we voor de huldigingen van dit jaar een bedrag van 7.586,97 euro nodig hebben ( aankoop cadeaucheques); Overwegende dat dit een 2.000,00 euro meer is dan de hiervoor voorziene toelage; Overwegende dat deze extra toelage niet voor de eigen werking van de personeelsvereniging als zodanig dient; Overwegende dat de personeelsvereniging in het jaar 2007 geen toelage heeft opgevraagd gezien de personeelsvereniging toen over voldoende middelen beschikte; Overwegende dat de personeelsvereniging deze extra meerkost nu niet meer kan dragen met de bestaande middelen; Overwegende dat de verhoging van toelage zijnde 2.000,00 euro voorzien is de budgetwijziging nr. 2 van het jaar 2009 op het rekeningnummer 6190300/104/99; Overwegende dat de Raad voor Maatschappelijk Welzijn akkoord wenst te gaan met de verhoging van de toelage aan de personeelsvereniging voor de aankoop van cadeaucheques voor huldigingen van personeelsleden; Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Enig artikel: De Raad voor Maatschappelijk Welzijn gaat akkoord om de toelage aan de personeelsvereniging te verhogen met 2.000,00 euro; dit voor de aankoop van cadeaucheques voor huldigingen van personeelsleden. Aldus beslist in zitting op datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken de voorzitter get. Christel De Cuyper Overheidsopdrachten 14. Beslissing inzake aanduiden leverancier voor de leveringen brood en gebak. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op de wet van 24 december 1993 en het KB van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; Gelet op het KB van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; Gelet op onze beslissing dd. 28.09.2009 inzake goedkeuring bestek en wijze van gunning heraanbesteding dossier brood en gebak; Overwegende dat alle bakkerijen binnen Maasmechelen per brief werden uitgenodigd voor deelname aan de procedure; Overwegende dat 5 bakkerijen een aanvraag indienden voor het bekomen van een lastenboek, met name Vangrootloon, Het Graantje, Irani, De Korenaar en De Renet; Overwegende dat op de dag van de opening van de offertes, 26 oktober 2009, slechts drie offertes werden ingediend, namelijk deze van Vangrootloon, Irani en de Korenaar; Overwegende dat aan de inschrijvers Vangrootloon en De Korenaar werd gevraagd een staal binnen te brengen van het korstloos brood; dat het korstloos brood van Irani gekend is (wordt momenteel al door Irani aangeleverd); Overwegende dat de drie soorten korstloos brood werd geëvalueerd door de chefkok en de diëtiste; dat de voorkeur uitgaat naar het korstloos brood van De Korenaar omdat dit qua smaak het best aansluit bij het normale brood; dat dit brood ook elke dag ovenvers kan worden geleverd; Overwegende dat dit brood van De Korenaar weliswaar niet volledig korstloos is, maar dat de zeer dunne en zachte (sandwich)korst toch zonder problemen kan worden gekauwd door alle residenten binnen het WZC; Overwegende dat het korstloos brood van Vangrootloon in feite toastbrood blijkt te zijn dat toch nog een wat harde korst heeft; dat dit brood moeilijker (of niet) kan gekauwd worden door de residenten die aangewezen zijn op dit soort brood; dat dit toastbrood daardoor toch nog manueel zou moeten worden ontkorst wat niet de bedoeling is; Overwegende dat hierover overleg werd gepleegd met bakkerij Vangrootloon; dat deze liet weten geen alternatief te hebben voor het toastbrood en telefonisch liet weten verder niet meer geïnteresseerd te zijn in de opdracht in deze omstandigheden; Overwegende dat het korstloos brood van Irani gekend is; dat dit brood qua smaak iets slechter scoort dan dit van De Korenaar en niet ovenvers wordt geleverd; Overwegende dat de prijs van deze broodsoort het duurst is bij Irani (prijs/aantal gr); Overwegende dat de chefkok en diëtiste om al deze redenen de voorkeur geven aan het ontkorst brood van De Korenaar; Overwegende dat de eenheidsprijzen uit de offerteformulieren werden vermenigvuldigd met het geraamd verbruik gedurende één maand; Overwegende dat bij De Korenaar en Vangrootloon het gewicht van enkele aangeboden broodsoorten afwijkt van het gewicht, opgegeven in de meetstaat; dat bij het nazicht van de offertes de nodige aanpassingen werden aangebracht om de vergelijking van de offertes correct te kunnen maken; Overwegende dat uit de globale prijsvergelijking blijkt dat de laagste offerte werd ingediend door De Korenaar; Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Enig artikel: de opdracht voor levering van brood en gebak (via onderhandelingsprocedure, art. 17, §2, 1a) toe te wijzen aan De Korenaar, Industrieweg 50 te 3620 Lanaken voor de periode 01.01.2010 tot en met 31.12.2010 (eenheidsprijzen: zie dossier); de opdracht kan nadien stilzwijgend verlengd worden, maximaal éénmaal voor een periode van één jaar. Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 15. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake aanduiden leverancier voor de leveringen diepvriesproducten. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op de wet van 24 december 1993 en het KB van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; Gelet op het KB van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; Gelet op onze beslissing dd. 28.09.2009 inzake goedkeuring bestek en wijze van gunning heraanbesteding dossier diepvriesproducten; Overwegende dat een offerte werd gevraagd aan de leveranciers Baeten, Tuscho, Fribona, Java, Deli XL, Food Invest, Best Food en Frost Invest; Overwegende dat voor de opening van de offertes op 23 oktober 5 firma’s vijf firma’s hun offerte hadden afgegeven, met name Baeten, Tuscho, Food Invest, Java en Deli XL; Overwegende dat de offertes rekenkundig werden nagezien en verbeterd waar nodig (zie verslag economaat dd. 11.10.2009); Overwegende dat leverancier Baeten vraagt de opgegeven eenheidsprijzen met twee cijfers na de komma te willen aanhouden waardoor de subtotalen per lijn wijzigen en een hoger eindtotaal wordt bekomen (zie gedetailleerde uitleg in verslag economaat); Overwegende dat bij Baeten een verkeerde (te hoge) vermoedelijke hoeveelheid werd genoteerd voor art. 23; dat deze fout werd gecorrigeerd; Overwegende dat bij Deli XL een fout werd vermoed bij het eerste artikel (prijs abnormaal laag t.o.v. deze bij de andere vier inschrijvers); dat Deli XL dit via mail bevestigde en een nieuwe prijs opgaf voor dit artikel (zie dossier); Overwegende dat Deli XL in dezelfde mail een extra korting van 2% aanbiedt op de globale omzet; Overwegende dat de eenheidsprijzen van alle inschrijvers werden verwerkt in een spreadsheet waarbij rekening werd gehouden met bovenvermelde opmerkingen; Overwegende dat uit deze prijsvergelijking blijkt dat de firma Baeten uit Maaseik de laagste offerte heeft ingediend; dat de 2% extra korting geen invloed heeft op de eindrangschikking; Overwegende dat Baeten de huidige leverancier is van diepvriesproducten; dat de producten bekend zijn; dat de chefkok tevreden is over de kwaliteit ervan evenals over de service van de leverancier; Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Enig artikel: de opdracht voor levering van diepvriesproducten (via onderhandelingsprocedure, art. 17, §2, 1a) toe te wijzen aan de laagste inschrijver, de firma Fijnkost Baeten, Weertersteenweg 181 t 3680 Maaseik voor een periode van één jaar (01.01.2010 tot en met 31.12.2010); de opdracht kan nadien eenmaal stilzwijgend verlengd worden voor een periode van een jaar (eenheidsprijzen: zie dossier). Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken 16. de voorzitter get. Christel De Cuyper Beslissing inzake aanduiden leverancier voor de leveringen drank. DE RAAD: Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, zoals tot op heden gewijzigd; Gelet op het decreet van 19 december 2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op de wet van 24 december 1993 en het KB van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; Gelet op het KB van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; Gelet op onze beslissing dd. 28.09.2009 inzake goedkeuring bestek en wijze van gunning heraanbesteding dossier leveringen drank; Overwegende dat 6 kandidaten werden uitgenodigd voor deelname aan de procedure (Dexters, Corstjens, JMC Drinks en Simons (Maasmechelen), Verslegers (Dilsen) en Hubrechts (Opglabbeek); Overwegende dat een offerte werd ingediend door Hubrechts, Dexters, Corstjens en Verslegers; Overwegende dat de eenheidsprijzen uit de inschrijvingen werden vermenigvuldigd met het verbruik gedurende de periode januari- juni 2009; dat uit het resultaat van deze berekeningen blijkt dat de laagste offerte werd ingediend door de firma Hubrechts uit Opglabbeek (zie ook nota economaat dd. 27.10.2009); Overwegende dat de Raad beslist met eenparigheid van stemmen; BESLUIT: Enig artikel: de opdracht voor levering van drank (via onderhandelingsprocedure; art. 17, §2, 1a) toe te wijzen aan de laagste inschrijver, de firma Hubrechts bvba, Nijverheidslaan 1503 te 3660 Opglabbeek voor de leveringen vanaf 01.01.2010 tot 31.12.2010; de opdracht kan éénmaal stilzwijgend verlengd worden voor een periode van één jaar; prijzen: zie eenheidsprijzen offerte. Aldus beslist in zitting in datum als hierboven. Namens de Raad de secretaris get. Giel Vranken de voorzitter get. Christel De Cuyper De volgende vergadering van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn gaat door in het Sociaal Huis, Binnenhof 2 te Maasmechelen op 17 december 2009 om 20.00 uur. De secretaris De voorzitter