Cursus klassieken voorjaar 2017: Vergilius, Aeneis VI Aeneas daalt af in de onderwereld en Ovidius, Metamorphosen, een kleine selectie, in vertaling Data: zes maandagen tweewekelijks: 30 jan., 13 febr., 27 febr., 13 maart, 27 maart, 10 april Tijd: 19.30-21.30 u (inclusief kwartier koffiepauze) Voor: ouders, (oud)-docenten en andere belangstellenden; kennis van Latijn is niet nodig. Docent: Willem Prins, oud-docent klassieke talen. Locatie: Comenius College Lessen 1 t/m 3: Vergilius, Aeneis VI Aeneas daalt af in de onderwereld. Ter inleiding De Trojaan Aeneas, zoon van de godin Aphrodite/Venus, is de beroemdste levende bezoeker van de onderwereld en Vergilius’ verslag van diens tocht daar is de meest gedetailleerde beschrijving ervan. Vergilius schrijft zijn beroemde epos Aeneis (XII boeken/hoofdstukken) ten tijde van keizer Augustus (eind 1e eeuw v. Chr.) en neemt daarbij de Griekse epen Ilias (Trojaanse oorlog) en Odyssee (zwerftocht van Griekse held Odysseus) van Homerus (8e eeuw v. Chr.) als voorbeeld. Aeneas is voorbestemd te ontsnappen aan de ondergang van Troje (Odysseus’ list van het Houten Paard) en na een jarenlange zwerftocht over de Middellandse zee, vol avonturen en een dramatisch afgelopen liefdesaffaire in het Noord-Afrikaanse Carthago met Dido (zelfmoord), in Italië na hevige strijd een nieuw Troje te stichten. In Italië aangekomen moet Aeneas in opdracht van zijn overleden vader Anchises, die hem in een droom verschenen is, eerst bij Napels in de onderwereld afdalen om daar van hem te horen over het leven na de dood en de grote toekomst van Rome. In de les lezen we samen Aeneis VI en geef ik nadere toelichting en historische/culturele achtergrondinformatie. We volgen Aeneas en zijn metgezel/gids de Sibylle, orakelpriesteres van Apollo, op hun buitengewoon beeldend beschreven tocht door de onderwereld. In het schemerduister zien ze eerst allerlei mythologische monsters, laten zich door de veerman Charon over de Styx zetten en horen de driekoppige helhond Cerberus blaffen. Dan komen ze in een soort neutraal gebied – er is noch straf noch gelukzaligheid - waar de schimmen van te vroeg gestorvenen zich ophouden: onschuldig veroordeelden, zelfmoordenaars, slachtoffers van de liefde onder wie Dido, die weigert met Aeneas te praten, en oorlogshelden van Trojaanse en Griekse kant. Daarna zien en horen ze links van een splitsing de Tartarus, waar misdadigers eeuwig gestraft worden, onder wie Sisyphus met zijn rotsblok en Ixion, aan zijn rad vastgebonden. Rechtsaf gaande maakt Aeneas de Gouden Tak, die hij van de Sibylle vòòr de afdaling van een boom moest afbreken, vast aan de deur van het paleis van Hades en Persephone, koning en koningin van de onderwereld en samen bereiken ze dan de Elyseïsche velden, verblijfplaats van de gelukzaligen. In dit lichte, groene lustoord van bos en weiden bevinden zich allerlei personen die zich tijdens hun leven verdienstelijk hebben gemaakt, onder wie de mythische zanger Orpheus. Hier ontmoet Aeneas zijn vader Anchises. Deze legt Aeneas eerst de leer van de zielsverhuizing (van Pythagoras en Plato) uit: na de dood wordt de ziel gereinigd van aardse smetten om daarna in een nieuw lichaam te reïncarneren. Dan wijst hij hem verschillende zielen aan van toekomstige Romeinse helden die op reïncarnatie wachten en te zijner tijd op aarde zullen komen. Onder hen keizer Augustus, die de gouden tijd zal terugbrengen en het Romeinse rijk steeds verder zal uitbreiden. Anchises geeft zijn visie op de roeping van de Romeinen: het is hun taak de wereld te besturen en recht en orde te brengen. Ten slotte hoort Aeneas over de oorlogen die hij nog moet voeren. Samen met de Sibylle verlaat hij de onderwereld en gaat hij met nieuwe moed naar de andere Trojanen terug. Lessen 4 t/m 6: Ovidius, Metamorphosen Ter inleiding: ‘Alles verandert, niets vergaat’ volgens de Griekse filosoof Pythagoras (6e eeuw v. Chr.). Dit is het thema en in een notendop de filosofische onderbouwing van dit epos van ca. 12000 versregels (XV boeken) van Ovidius (ten tijde van Augustus). Het is een kunstig gesponnen web van ca. 135 verhalen uit de Griekse mythologie met meestal een gedaanteverwisseling. Ze zijn in een chronologisch kader geplaatst, vanaf de schepping van de wereld uit de chaos t/m de moord op Julius Caesar, waarna hij een god wordt. Het is een meesterwerk van een meesterverteller. In de les lezen we samen een kleine selectie uit de Metamorphosen, die aansluit bij het onderwerp van de eerste drie lessen en geef ik weer toelichting en achtergrondinformatie. Eerst komt aan de orde: Met. V 341641 het verhaal van Ceres/Demeter (godin van vruchtbaarheid, landbouw) en haar dochter Proserpina/Persephone, die door Hades/Pluto geschaakt en als zijn echtgenote naar de onderwereld meegenomen wordt, en de in een bron veranderde nimf Arethusa. Dan lezen we uit Met. X de zangen van Orpheus na het definitieve verlies van Eurydice aan Hades, met nietalledaagse liefde als thema. Ten slotte is er het prachtverhaal van Ceyx en Alcyone, die in ijsvogels veranderen (Met. XI 410-748). Excursie: Ik organiseer op zaterdag 4 februari een excursie naar de tentoonstelling ‘Palmyra, Stad van Duizend Zuilen’, in Deventer. Cursusgeld: 75 euro Cursusmateriaal: Vergilius, Het verhaal van Aeneas, vertaling M. d’Hane-Scheltema, Athenaeum-Polak & Van Gennep. Zelf aanschaffen, 12.50 euro (midprice) Ovidius, Metamorphosen, vertaling M. d’Hane-Scheltema, Athenaeum-Polak & Van Gennep, momenteel niet in midprice verkrijgbaar. Een Reader met de nodige vertalingen voor degenen die dit boek niet bezitten zal bij mij tegen kostprijs verkrijgbaar zijn. Betaalwijze: U kunt het cursusgeld overmaken naar rek.nr./IBAN: NL19 INGB 0000 795563 ten name van de heer Wim Prins, Hilversum Aanmelding: per e-mail of gewone post: Willem Prins Bilderdijklaan 7 1215 BL Hilversum e-mail: [email protected] tel. 035-6241133