Paul Biegel – De Zwerftochten van Aeneas Opdrachten 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. Welke sporten worden er tijdens de sportwedstrijden ter ere van Aeneas’ overleden vader bedreven? Wat zijn de spelregels? Welke prijzen krijgen ze? Verschillen deze sporten van de huidige vergelijkbare sporten? Vind je ze wreder dan de huidige sporten? (denk ook aan de tegenwoordige kooigevechten). Wie ontmoet Aeneas in de onderwereld? Wat betekenen die ontmoetingen voor hem? Wat komt hij aan de weet over de toekomst? De Trojanen en de Grieken geloven heilig in hun goden, maar ze beseffen ook dat zij zelf niet meer zijn dan een speelbal in de handen van die goden. Goden kunnen met mensen doen en laten wat ze willen. Wat vind jij daarvan? Geloof je dat dat nog zo is? Het boek begint met het oordeel van Paris. Dit is weliswaar het begin van het boek, maar daar gaat nog iets aan vooraf. Waar komt die twistappel vandaan? Hoe komen die drie godinnen erbij aan Paris de vraag te stellen: “Wie van ons is de mooiste?”. Zoek het antwoord op in een boek over de Griekse mythologie. Zoek drie recensies van De zwerftocht van Aeneas. Noteer de meningen van de boekbesprekers en de bijbehorende argumenten. Vergelijk deze met je eigen meningen en argumenten. Zoek een interview met Paul Biegel op over dit boek. (NRC Handelsblad 26 juni 1998 en Haarlems Dagblad 23 mei 1998) Noteer wat Biegel zo leerzaam vindt aan het verhaal van Aeneas. Heb jij er iets van geleerd?