a ct u e e l interview Instabiliteit baart econoom Bob Goudzwaard grote zorgen Het kan niet lang meer goed gaan met de wereldeconomie Het rommelt in de wereldeconomie. De onrust op de Amerikaanse huizenmarkt houdt de gemoederen danig bezig. Maar op de achtergrond is er veel meer aan de hand, waarschuwt econoom Bob Goudzwaard (73), en hij is niet de enige. Er worden al jaren lang te grote risico’s genomen op de financiële markten, waardoor het eens stevige fundament onder de wereldeconomie als een kaartenhuis ineen kan storten. ‘Bangmakerij van zwartkijkers’, brommen optimisten. Maar nu ook grote partijen als het Internationaal Monetair Fonds en de Wereldbank aan de bel trekken, lijkt de voorspelling van een nieuwe, diepe economische crisis behoorlijk reëel. N Tekst en beeld: Felix de Fijter a de economische dip van 2001 en 2002 - toen de internethype op de aandelenmarkten eindigde in een beurskrach - kampt de wereldeconomie opnieuw met zwaar weer. Boosdoener is Amerika, dat worstelt met een inzakkende huizenmarkt. Huiseigenaren raken hun duur betaalde woningen aan de straatstenen niet kwijt; de huizenprijzen dalen en de hypotheekrente stijgt.Amerikaanse banken krijgen hierdoor te maken met klanten die hun aflossing op de hypotheek en de rente niet kunnen betalen.Veel banken krijgen fikse klappen te verduren – en sommige staan zelfs op de helling. Volgens pessimistisch gestemde economen en financieel analisten is de hypotheekcrisis een teken aan de wand: de naderende diepe crisis zal niet alleen Amerika, maar ook de rest van de wereld treffen. Het Westen waant zich ten onrechte rijk, waarschuwen ze. De vergelijking met de beurskrach van 1929 in Amerika is al meer dan eens gevallen. Goudzwaard ziet die parallellen ook. Net als toen was er euforie over de stijgende koersen, maar de onderliggende economie bleek veel zwakker dan zichtbaar was op de beurzen. Zoiets tekent zich ook nu af, zegt Goudzwaard. ,,We leven in de illusie van grote rijkdom en denken dat we met meer geld het geluk tegemoet gaan. Maar het is andersom, we gaan ons ongeluk tegemoet.” Reële versus financiële markt Waarom maakt u zich zo’n zorgen? ,,De wereldeconomie is in de afgelopen twintig jaar in steeds diepere onevenwichtigheid 20 terechtgekomen. Dat heeft denk ik drie oorzaken. De eerste is een radicale wijziging in de verhouding tussen de reële economie en de financiële markten. Zo’n dertig jaar geleden was de reële economie - waarin het gaat om actuele handel - dominant boven de financiële markten. De financiële markt was toen dienstverlener voor de reële markt door te voorzien in geld en andere middelen om al te grote prijsschommelingen, in die van bijvoorbeeld grondstoffen, te verzekeren. De waarde van de huidige financiële markt wordt echter bepaald door een nieuw ontstane handel in risico’s. Banken kunnen in deze handel bijvoorbeeld een verzekering kopen voor het geval dat leners hun geld niet terug kunnen betalen. Als een klant niet voldoet aan de betalingsverplichting, kan het verlies worden gecompenseerd door een claim bij de ‘verzekeraar’. Dit lijkt in eerste instantie een slimmere manier van bankieren, maar het gevolg is dat veel banken te snel en makkelijk en veel te hoge leningen uitgeven aan partijen die dat bedrag mogelijk helemaal niet kunnen terugbetalen. Vaak worden deze verzekeringen over heel de wereld doorverkocht door ze om te zetten in aandelen of op te nemen in fondsen. Op deze manier ontstaat een markt waarin meer en meer wordt gehandeld in toekomstverwachtingen, maar op basis van steeds minder informatie. Het geld dat in deze zogenaamde derivaten omgaat, is wanstaltig gestegen. Momenteel is de waarde van de financiële markt zelfs het tienvoudige van de waarde van de reële economie. cv • ko e rs s e p tember 2007 ,,Momenteel is de waarde van de financiële markt zelfs het tienvoudige van de waarde van de reële economie’’ De situatie van ‘vroeger’ is vergelijkbaar met een grote piramide, waarvan de reële economie de basis vormt en de geldeconomie de top. Nu is de situatie geheel anders, de basis en de top zijn als het ware verwisseld, zodat de piramide op zijn kop staat. De financiële markten hebben veelal de leiding. Dat wil dus zeggen dat de reële economie - en dus de bedrijven - moet volgen wat de financiële markten dicteren. De reële economie zwabbert daarom heen en weer op de speculaties en verwachtingen van de financiële markt, de verhoudingen zijn zoek. En dat terwijl de groei van de reële economie en de financiële economie ongeveer gelijk op zou moeten gaan. De hypotheekcrisis in Amerika is er een van binnenuit, die is wellicht nog wel op te vangen. Maar een onverwachte storing in de wereldeconomie kan fataal zijn, omdat die de c v • koers september 2007 bestaande financiële verwachtingen doet instorten. Het Westen waant zich erg rijk, maar die rijkdom is een illusie.’’ Amerikaanse leningen De tweede oorzaak van de onevenwichtigheid in de economie is een ongezonde Amerikaanse economie, aldus Goudzwaard. Amerikanen consumeren ver boven hun stand. Van sparen hebben ze weinig kaas gegeten. Omdat er weinig aanbod van eigen kapitaal is, wordt er veel geleend. Alle Amerikanen lenen bij elkaar zo’n drie miljard euro per dag van het buitenland. En de rente die over deze leningen wordt geheven, wordt ook weer betaald met leningen. Bovendien is het Amerikaanse begrotingsoverschot dat er was onder het bewind van president Clinton, onder opvolger Bush in een verbijsterend tempo omgeslagen in een gigantisch tekort. Oorzaken zijn onder meer de torenhoge kosten van de Irak-oorlog, de belastingverlagingen en de economische dip in 2001. De VS vullen de gaten dus op met geleend geld, met name nu ook uit China. Volgens Goudzwaard, en andere economen met hem, is dat een zorgelijke zaak. Waarom is het gevaarlijk dat Amerika zo veel geld leent vanuit China? ,,Het vertrouwen van de Chinezen in de Amerikaanse economie kan op een gegeven moment gaan afnemen. De vraag die namelijk kan rijzen, is of Amerika al dat geleende geld wel kan terugbetalen. Het lenen kan niet eindeloos doorgaan. De VS zijn financieel kwetsbaar omdat er zo veel geld uit het buitenland moet komen om de boel draaiende te houden. Ondanks deze kwetsbaarheid gaat Amerika door met de interventies in de Arabische, olierijke landen. Naast de goede bedoelingen daar, staat niet alleen de geloofwaardigheid van de grootmacht op het spel als het gaat om militaire overmacht, maar ook de toegang tot het vloeibare goud, olie. Om de dollar op waarde te houden blijft China echter geld pompen in het financieel instabiele > 21 > Amerika. Afwaardering van de dollar zou na- melijk een vermindering betekenen van de totaalschuld van Amerika aan China; iets dat China niet graag ziet gebeuren. Ten tweede houdt China de dollar op peil om zijn zeer winstgevende exportpositie te behouden. Een goedkopere dollar betekent namelijk een duurdere yuan en dientengevolge een duurder Chinees product. De economische groei is gigantisch. China investeert de laatste tijd dan ook flink in Azië, Afrika en Europa. Als het zo doorgaat, is China over tien jaar een economische grootmacht. In Europa timmert Rusland ook behoorlijk aan de weg. Kortom, Amerika wordt kwetsbaarder. Het is een macht met een kern van machteloosheid. Een macht die wankelt wanneer de verwachtingen zich omkeren, en bijvoorbeeld tegen de dollar wordt gespeculeerd.’’ Centrale banken Een derde oorzaak voor de onevenwichtigheid in de wereldeconomie komt volgens Goudzwaard aan het licht bij het zoeken naar een oplossing. Want de grote spelers, de centrale banken, komen volgens Goudzwaard tot dusver alleen maar met kortetermijnoplossingen op de proppen. Wat zouden de banken kunnen doen? ,,Om de klappen van de in elkaar zakkende huizenmarkt op te vangen pompen Europese banken nu veel geld in de Amerikaanse markt. Ook stellen ze elkaar geld ter beschikking, om het onderlinge vertrouwen weer wat op te vijzelen. Verder hebben ze de rente verlaagd om het lenen weer aantrekkelijker te maken. Zo wordt de economie gestimuleerd, maar zoals ik al zei: dat lenen kan niet door blijven gaan. Het geeft geen structurele oplossing, en juist die is nodig. De geldomvang neemt toe, terwijl die juist beperkt moet worden. Het zou bijvoorbeeld beter zijn als het Internationaal Monetair Fonds - dat in zijn statuten heeft staan dat het verantwoordelijkheid moet dragen voor een stabiele financiële situatie - meer regulerend zou optreden naar speculatieve geld- en kapitaalstromen. Je kunt dan bijvoorbeeld denken aan een minimale belasting op het internationale betalingsverkeer. Je moet dan niet denken aan procenten, maar meer aan honderdsten van procenten. Zo kun je de gigantische geldomloop wellicht verminderen. Maar je kunt merken dat de banken erg beducht zijn voor een schrikreactie op de financiële markten. Zo’n regulerende maatregel 22 ,,Door de derde wereld te laten verkommeren, onzorgvuldig om te springen met het milieu en onrecht te doen aan minderheden, roepen we een oordeel over onszelf af’’ durven ze tot dusver niet aan. Er hoeft maar een directeur van een centrale bank wat negatiefs te zeggen, en de verwachtingen voor de toekomst kunnen afnemen, met alle gevolgen van dien. De dollar kan kelderen, of er kan wantrouwen groeien over de financiële stabiliteit van Amerika. En dat kan het begin zijn van een grote economische crisis.’’ Gevolg van hoogmoed Behalve de drie technische oorzaken gelooft Goudzwaard dat er een diepere reden ligt achter de dreigende economische crisis. De econoom, bekend geworden als architect van de ‘economie van het genoeg’, ziet in de huidige ontwikkeling een ‘rechtmatig oordeel’. De menselijke hoogmoed komt voor de val, aldus Goudzwaard. Een economische crisis als oordeel van God? ,,In onze westerse wereld zijn we veel te veel van onszelf gaan verwachten. We leven in de illusie van een maakbare toekomst. Met een opeenvolging van grote ideologieën, communisme, fascisme en nu het kapitalisme, denken we toch steeds op een of andere manier de toekomst in eigen hand te hebben. En we gaan ervan uit dat ‘meer’ de basis is van het geluk. Maar we lopen nu in alle nuchterheid tegen een aantal markante grenzen aan. Het tekort van energie en grondstoffen bijvoorbeeld, en de toenemende kwetsbaarheid van het wereldmilieu. Daar ons niets van aantrekken, houdt in dat we een oordeel over onszelf afroepen.’’ ,,Deze wereld heeft een oorsprong, daar zullen we rekening mee moeten houden. De schepping komt zelf in opstand. Naastenliefde, rentmeesterschap en gerechtigheid zijn geschapen waarden die meer confronterend zijn dan ooit. Door de derde wereld te laten verkommeren, onzorgvuldig om te springen met het milieu en onrecht te doen aan minderheden, snijden we onszelf uiteindelijk in de vingers. Een boemerangeffect. Het is zoals Groen van Prinsterer het heeft gezegd: we zijn genoodzaakt goed te wezen. Er is een hernieuwd normbesef nodig, en dat gaat veel verder dan de discussie die we op dit moment in Nederland voeren.’’ De Bijbel heeft concrete boodschappen voor de economen van vandaag? ,,God is present in onze werkelijkheid, de wereld is immers door God geschapen. Het is een illusie dat we met onze financiële fantasterij onze eigen realiteit zouden kunnen scheppen. Het is alsof we in een duikboot zitten en niet in de periscoop willen kijken. Als we dat wel doen, zien we dat we in een schijnwerkelijkheid leven en ons toesluiten voor de wereldproblemen die we zelf oproepen. Ze vertonen dan ook een nauwe samenhang. Als we alleen maar meer, meer en meer willen in drang naar meer geld en goederen, heeft dat zijn directe weerslag op het milieu en de wereldarmoede. Zo versterken de problemen elkaar. Maar als problemen elkaar kunnen versterken, kunnen oplossingen elkaar ook versterken. Het is zoals Bonhoeffer het zegt aan de hand van Psalm 119: De weg verwijdt zich onder het gaan. Toen ze in Londen serieuze aandacht schonken aan de vervuiling van de Theems, kwam de zalm ook weer terug.’’ We zijn niet allemaal directeur van een centrale bank. Kan de rest van de samenleving ook wat doen? ,,Er moeten stappen gezet worden die de kleur van het recht en van de zorg voor de schepping dragen. We moeten uit de financiële crisis van vandaag leren, dat je niet het streven naar geld en materiële welvaart voorop kunt stellen in de verwachting dat de rest dan vanzelf goed komt. Ook in onze eigen rijke economieën moet de volgorde net andersom zijn. De financiële markten moeten weer verankerd worden in wat de reële goedereneconomie nodig heeft, de zorg voor het milieu en de arme landen. Die koers zal de inhoud van de reële economie moeten bepalen. Arme landen kunnen worden geholpen door hun langlopende schulden kwijt te schelden. Maar op een kleiner niveau blijft er bijvoorbeeld een toekomst voor maatschappelijk verantwoord ondernemen. Het financiële kapitalisme van vandaag komt uiteindelijk neer op the survival of the fittest. Willen we de stabiliteit terug in de wereldeconomie, dan zullen we een omslag moeten maken. Dan gaat het om the survival of the weakest.’’ < cv • ko e rs s e p tember 2007 SPORT ALGEMEEN TIENERS GEZIN JONGEREN KERKEN VROUWEN UITGAVEN “Gods liefde bepaalt hoe ik naar mijzelf Nieuw! Beleef in het klooster: en mijn omgeving kijk.” EELKE, ROTTERDAM, STUDENT moeder & dochter weekend HBO-V JEZUS' OPDRACHT VOOR U Agapè wil mensen winnen voor Jezus, hen opbouwen in het geloof en uitzenden in de wereld. Op die manier ontstaan er overal bewegingen van geestelijke vermenigvuldiging, zodat iedereen iemand kent die Jezus oprecht volgt. Brengt Gods liefde u in beweging? Wij hebben uw hulp nodig! Steunt u ons, financieel en met gebed? Giften kunt u overmaken naar giro 1021474 of bank 483638846 t.n.v. Stichting Agapè. Agapè, Postbus 271 3940 AG Doorn 0343 415741 [email protected], www.agape.nl “Inspiratie in Generaties” waar? Bezinningshuis Regina Carmeli te Sittard wanneer? vrijdag 9 t/m zondag 11 november 2007 Programma: • Geloofsinspiratie delen als moeder en dochter • Workshop “kleding-, kleur- & stijl” • Samen Gods liefde ontdekken in de generaties Christelijk trainingsbureau CHDM Zeist www.chdm.nl i.s.m. kleur- en stijlconsulente van StyleColor Info en aanmelding: [email protected] 030-2886928 prijs voor dit gehele weekend: 150,- per persoon 15,- korting bij aanmelding vòòr 30 september 2007 Gods liefde in beweging c v • koers september 2007 23