Nazorg voor stomadragers Afdeling algemene chirurgie Een stoma Het krijgen van een stoma is ingrijpend. Voor de één komt de stoma gepland, zorgvuldig afgewogen samen met de arts na een intensief ziekteproces. Voor de ander is het een onverwacht gevolg van een operatie. In alle gevallen kost het tijd om eraan te wennen. Stomaverpleegkundige Gelukkig staat u er niet alleen voor. Uw stomaverpleegkundige begeleidt u bij het vinden van een nieuwe balans. Zij vertelt u alles over de stoma. Uiteindelijk kunt u, voor zover mogelijk, zelfstandig uw stoma verzorgen. Ook na de kennismaking met deze verzorging blijft zij het vaste aanspreekpunt bij vragen van u of uw naasten. U kunt met haar thema’s bespreken zoals stomamaterialen, voeding, de verzorging van de stoma, sport, vakantie, seksualiteit en incontinentie. Ook als zich emotionele problemen voordoen kunt u bij de verpleegkundige terecht. Zij verwijst u zonodig door naar andere hulpverleners. Vanwege de ontwikkelingen op het gebied van stomazorg is het raadzaam om de stomaverpleegkundige minimaal eens per jaar te bezoeken. U kunt altijd een extra afspraak maken om bepaalde zaken te bespreken. Een bezoek aan de stomaverpleegkundige: • Het is belangrijk dat u, indien mogelijk, de huidplaat op de dag van de controle laat zitten. Zo kan uw stomaverpleegkundige goed inschatten of er eventuele problemen zijn en wat de aard van het probleem kan zijn. • Neem nieuw opvangmateriaal en de mal mee. Mal In de eerste periode na de operatie verandert er veel aan de stoma. Onder meer de grootte, kleur en productie ervan kunnen veranderen. Daarom is een mal erg belangrijk. Zorg daarom dat u bij ontslag een goed passende mal mee naar huis neemt. Ontlastingspatroon Het is goed om te weten hoe de ontlasting of urine eruit hoort te zien en welke hoeveelheid normaal is. Afhankelijk van de plaats van de darm waar de stoma zit, kan (wanneer u weer normaal eet en drinkt) het volgende ontlastingspatroon worden waargenomen: Stoma op de dunne darm (ileostoma): (water)dunne tot brijige ontlasting meerdere keren per dag. Stoma op het opstijgende deel van de dikke darm (colostoma): dunne tot brijige ontlasting, meerdere keren per dag Stoma op het dwarse deel van de dikke darm (transversum): brijige ontlasting, twee tot drie keer per dag. Stoma op het dalende deel van de dikke darm (colon descendens): vaste ontlasting, één tot twee keer per dag, soms wordt een dag overgeslagen. Ileostoma (dunne darm) Bij een ileostoma is de dikke darm verwijderd of (tijdelijk) niet in gebruik. In de dikke darm vindt het indikken van de ontlasting plaats en worden vocht en zouten weer in het lichaam opgenomen. Bij een ileostoma gebeurt dit niet. De ontlasting is over het algemeen brijachtig of zelfs waterdun. Bij een ileostoma is verhoogde inname van vocht en zout nodig ten opzichte van normale intake. In principe ontstaan er bij een normaal voedingspatroon plus de aanvulling van extra vocht en zouten geen tekorten. Belangrijk om de adviezen die u heeft gekregen van de diëtiste op te volgen. Indien u het stomazakje meer dan 7x per dag moet legen, is de productie te hoog. Wanneer dit eenmalig voorkomt is het geen probleem, maar gebeurt dit meerdere dagen na elkaar, dan spreken we van een high output stoma of wel een stoma met een te hoge productie. Een goed functionerend ileostoma produceert maximaal 1000ml per dag. Wanneer u uw stomazakje leegt bij ongeveer 1/3 inhoud, kunt u ervan uitgaan dat hier gemiddeld 150ml ontlasting in zit. Door het aantal keer legen per dag te vermenigvuldigen met deze 150ml kunt u berekenen hoe hoog u stomaproductie is. Voorbeeld: bij 5x legen is dit (5 keer 150ml) 750ml. Neem contact op met de stomaverpleegkundige als u stoma meer dan 1500ml per 24 uur afloopt. Bij een urinestoma Per 24 uur zal er 1200 tot 1500 ml urine geproduceerd worden via de stoma. Dit is afhankelijk van de hoeveelheid die u drinkt per dag. Zolang de urine helder van kleur blijft, heeft u voldoende gedronken. De urine hoort helder van kleur te zijn vermengd met wat slijm (dit is afkomstig van het stukje darm waar de stoma van is gemaakt). Bij hoge koorts en pijn in de nierstreek (lendenen) adviseren wij u met klem om nog dezelfde dag contact op te nemen met uw huisarts of medisch specialist. U heeft namelijk een verhoogd risico op urineweginfecties of nierbekkenontsteking. Wanneer een urinekweek nodig is bij een urinestoma dient de urine rechtstreeks uit de stoma afgenomen te worden. De urine in het stomazakje bevat altijd micro-organismen en geeft geen juiste uitslag. Klachten U moet wennen aan de nieuwe situatie. Het is goed te weten dat een aantal zaken kunnen optreden, waar u zich medisch gezien geen zorgen over hoeft te maken: Slijm dat lijkt op ‘ontlasting’ Als de endeldarm en anus (kringspier) nog aanwezig zijn, kan het voorkomen dat u nog slijm verliest. Dit kan onprettig ruiken. De kleur van het slijm kan variëren van wit, geel, lichtbruin tot donkerbruin. In een normale situatie wordt het slijm, dat zich standaard in de darm vormt, vermengt met uw ontlasting. Aangezien dit slijm in het geval van een stoma niet vermengt met de ontlasting is het mogelijk dat u dit via de anus verliest. Indien u hier hinder van ondervindt, kunt u contact opnemen met uw stomaverpleegkundige. Pijn of aandrang Fantoompijn is een gevoel wat ervaren kan worden in het gebied waar de endeldarm en kringspier (rectumextirpatie) zijn verwijderd. Door de (afgesneden) zenuwen in dit gebied kan pijn of aandrang ervaren worden alsof de endeldarm nog aanwezig is. Dit wordt veroorzaakt doordat de resterende darm op dat moment actief is en een prikkel geeft naar de hersenen. Als u last hebt van dat gevoel kunt u op het toilet gaan zitten en doen alsof er ontlasting komt. Daardoor gaat de prikkel meestal weg. Problemen signaleren Zelfs als u uw stoma verzorgt zoals u dat heeft geleerd, kunnen er soms toch problemen ontstaan. Deze problemen kunnen op den duur groot ongemak veroorzaken. Het is dus belangrijk om eventuele problemen te voorkomen of tijdig te signaleren: Hoe hoort uw stoma eruit te zien? In een normale situatie ligt de stoma iets boven huidniveau. In sommige gevallen is dit niet mogelijk en ligt de stoma op of iets onder huidniveau. Uw stomaverpleegkundige zal u aangeven wat in uw situatie normaal is. De stoma zelf hoort er ongeveer net zo uit te zien als uw wangslijmvlies in uw mond: rozerood, glanzend en vochtig. Het is normaal dat de stoma tijdens het schoonmaken een beetje bloedt, dit stopt vanzelf. Zonodig kunt u de bloeding stoppen door een gaasje met koud water op uw stoma te leggen. Hoe weet u of uw stomamateriaal goed past? In een normale situatie sluit de huidplaat goed aan rondom uw stoma. De opening van de huidplaat dient 1-2mm groter te zijn dan de stoma. Dit betekent dat u een randje van de huid rondom de stoma kunt zien nadat de huidplaat is aangebracht. De kleur van de huid rondom de stoma is hetzelfde van kleur als de overige huid op de buik. Tillen Er wordt afgeraden om de eerste zes tot acht weken na de operatie te tillen. Daarna moeten de activiteiten geleidelijk opgebouwd worden. Belangrijk is om tilwerk op een juiste manier te verrichten, waarbij zo weinig mogelijk spanning op de buik en met name de buikspieren ontstaat. Voorkom het tillen van zware voorwerpen (meer dan 10-15 kg), omdat er dan te veel druk op de buikspieren komt te staan. Nuttige tips: • Knip of scheer de haartjes op de plaats waar de huidplak wordt aangebracht regelmatig weg met een wegwerp scheermesje. Gebruik hierbij geen ontharingscrème of scheerzeep, dit kan huidproblemen geven. Let hierbij goed op dat u de stoma niet beschadigd. Deze kunt u beschermen met een gaasje. Scheer met de haargroei mee. • Maak de huid schoon met lauwwarm water, zeepresten kunnen huidirritaties veroorzaken. Eventueel gebruik van pH-neutrale zeep tijdens het douchen is toegestaan. • Gebruik geen zoete olie of vette zalf onder de huidplak. Deze verminderen de plakkracht. • Gebruik nooit een föhn om de huid te drogen. Er bestaat kans op verbranding van de stoma omdat deze ongevoelig is voor pijn. • Strek de huid tijdens het aanbrengen van het materiaal. • Zorg dat u altijd extra opvangmateriaal bij u heeft voor noodgevallen. • Bewaar het stomamateriaal op kamertemperatuur. Voorkom een warme omgeving, bijvoorbeeld dichtbij de verwarming. • Ondersteun met de hand de stoma bij verhoogde druk, zoals bij hoesten en niezen. Contact U vindt de stomaverpleegkundige op de polikliniek chirurgie op route 067 van Máxima Medisch Centrum locatie Veldhoven. Met vragen kunt u terecht bij de polikliniek chirurgie, telefoonnummer: 040 888 85 50. Hier kunt u ook terecht voor het maken of verzetten van een afspraak. Wij zijn op werkdagen aanwezig van 8:00 -16:30 uur. Voor zeer dringende problemen buiten kantoortijden neemt u contact op met de afdeling spoedeisende hulp (eerste hulp), locatie Veldhoven: (040) 888 88 11. Hoe tevreden bent u over uw arts of ziekenhuis? Geef uw mening over MMC op ZorgkaartNederland.nl Máxima Medisch Centrum www.mmc.nl Locatie Eindhoven: Ds. Th. Fliednerstraat 1 Postbus 90 052 5600 PD Eindhoven Locatie Veldhoven: de Run 4600 Postbus 7777 5500 MB Veldhoven De informatie in deze folder is van algemene aard en is bedoeld om u een beeld te geven van de zorg en voorlichting die u kunt verwachten. In uw situatie kunnen andere adviezen of procedures van toepassing zijn. Deze folder is dan ook slechts een aanvulling op de specifieke (mondelinge) voorlichting van uw specialist of behandelaar. © MMC.200.334_07_16