Anus praeternaturalis (AP) verzorgen Een AP of stoma is een operatief kunstmatig aangelegde anus in de buikwand van de zorgvrager. Men onderscheidt tijdelijke en blijvende stoma’s. Dit is afhankelijk van de reden waarom overgegaan wordt tot de aanleg hiervan. Zorgvragers met darmkanker krijgen vaak een blijvende stoma, in geval van bijvoorbeeld een ontsteking van de darm is deze maatregel tijdelijk. Er bestaan drie soorten: - aan a.p.; anus praeternaturalis (= colostoma), afkomstig van de dike darm; - een i.p.; ileostoma, afkomstig van de dunne darm; - een u.p.; urostoma, voor het lozen van urine, afkomstig van de uretheren. De plaats waar de AP aangelegd wordt, wordt bepaald door de dikte en samenstelling van de ontlasting (in de dunne darm: waterdunne ontlasting; in de dikke darm: ingedikte ontlasting) wanneer zowel een AP als een UP zijn aangelegd, spreek je van een ‘dubbelloopstoma’. Bijzonderheden - Er is een grote verscheidenheid aan verzorgingsproducten voor stoma’s op de markt maar in grote lijnen is de werkwijze het zelfde. - Voor een zorgvrager met een blijvende stoma is het noodzakelijk dat hij hier zo snel mogelijk goed mee om kan gaan. De verpleegkundige kan hieraan meewerken door goede voorlichting en instructie en door de zorgvrager te laten oefenen. Een stappenplan is hierbij handig. - In veel instellingen wordt hiervoor een stomaverpleegkundige ingeschakeld, die de zorgvrager vooraf instrueert en gedurende het totale proces begeleidt. - Ook kun je de zorgvrager in contact brengen met de verenining voor stomazorgvragers (de Harry Bacon Club www.stomavereniging.nl) Leerdoel Men kan in 15 minuten een zorgvrager met een stoma helpen volgens de richtlijnen van het protocol. Protocollen basiszorg Doel: Het verzorgen van de huid rondom de stoma en zorg dragen voor het opvangmateriaal Opmerkingen: - Een A.P. is een niet-natuurlijke, door de chirurg aangelegde darmuitgang. De darm mondt hierbij uit op de buik - Een A.P. kan blijvend of tijdelijk zijn - Bij een A.P. van de dikke darm wordt ingedikte ontlasting naar buiten gebracht. De kans op aantasting van de huid is hierbij klein. Bij A.P. van de dunne darm wordt in grote hoeveelheden dunne ontlasting naar buiten gebracht. Hierin zijn nog spijsverteringsenzymen aanwezig - Zorg dat je geïnformeerd bent over het soort A.P. - Houd rekening met de gevoelens van de bewoner. Vooral in het begin kan en bewoner moeite hebben de stoma te accepteren De bewoner schaamt zich en voelt soms een afkeer van het eigen lichaam - Zorg voor voldoende privacy Voorbereiding: BEWONER - Informeer de cliënt over de handeling. - Vraag toestemming. MATERIALEN - waskom met lauw water - ongeparfumeerde zeep, washand en handdoek - plastic handschoenen - watten - stomalotion - celstofmatje - scheermesje en scheercrème indien nodig - (passende) opvangzakjes - stomahesive - maatkaart en schaar - gaasjes - koolstoftabletjes - afvalzak - Maak eventueel vooraf de juiste maat stomahesive klaar.1 à 2 mm groter dan de stoma. - Controleer of de stomahesive en het opvangzakje op elkaar passen. - Zet alles klaar op een schoon, ruim werkvlak. OMGEVING - Scherm het bed af. - Stel het bed op werkhoogte in. Uitvoering: - Was je handen. - Help de cliënt zo nodig in de juiste houding. - Vraag de cliënt het lichaam bij de stoma te ontbloten. - Bescherm zo nodig de onderlaag met een celstofmatje. - Trek de handschoenen aan. - Maak het oude zakje voorzichtig los en doe het in de afvalzak. - Maak met natte watten de huid voorzichtig schoon. - Herhaal deze handeling met watten en stomalotion. - Trek de handschoenen uit. - Dek de stoma af met een gaasje. Voorkom dat er ontlasting op de schone huid komt. - Was de stoma en de huid rondom met lauw water en ongeparfumeerde zeep. Spoel goed na. - Er mag geen lotion en geen zeep achterblijven - Droog de huid voorzichtig maar goed af. - Verwijder eventuele haargroei. - Verwijder het gaasje van de stoma en doe het in de afvalzak. - Vraag de cliënt de huid glad te trekken. - Neem de stomahesive en plak deze glad op de huid. - Plak zonder plooien of luchtbellen. - Stomahesive in de juiste maat. - Voorkom dat er ontlasting op de schone huid komt. - Doe een koolstoftabletje in het opvangzakje. - Breng een passend zakje aan. - Bij bedlegerige cliënten het zakje zijwaarts plakken. - Bij lopende cliënten de onderkant van het zakje naar beneden. - Prik in een bovenhoek van het zakje een gaatje. Zo gaat het niet vol lucht zitten als gevolg van gassen. - Plak het zakje vanuit het centrum naar buiten, zonder plooien. - Let erop dat tijdens het aanbrengen van het zakje geen dunne ontlasting tussen de onderplaklaag en het zakje komt. - Druk het daarna aan. - Controleer of het zakje goed zit. - Was je handen. Nazorg: BEWONER - Bespreek met de cliënt hoe deze de handeling heeft ervaren. - Help de cliënt eventueel met het in orde maken van de kleding. - Help de cliënt eventueel in de gewenste houding. MATERIALEN - Doe het wegwerpmateriaal in de afvalzak. - Ruim de materialen op. - Was je handen. OMGEVING - Verwijder de bedschermen. RAPPORTEREN - Rapporteer alle gegevens. Zorgcombinatie De Nieuwe Maas, 30 september 2003