Repertoriumnummer: Nationaal Nummer (N.N.): N.N. (partner): .......................................................... ........................................................ ........................................................ Contactcenter van de Federale Overheidsdienst Financiën: 0257 257 57 .................................................................................................................................. .................................................................................................................................. Belastingkantoor bevoegd voor uw aangifte: VOORBEREIDING VAN DE AANGIFTE IN DE BELASTING VAN NIET-INWONERS (natuurlijke personen) Aanslagjaar 2016 - Inkomsten van het jaar 2015 DEEL 1 ▲ Opgelet: deze voorbereiding is uitsluitend bestemd voor uzelf en kan dus niet als geldige aangifte naar de administratie worden teruggezonden! Aanbevelingen a) Vul eerst deze voorbereiding in. U kunt er vrij berekeningen of vermeldingen (bv. verwijzingen naar verantwoordingsstukken) in aanbrengen, die u later kunnen helpen om de aangegeven bedragen gemakkelijker weder samen te stellen of er de oorsprong van terug te vinden. Vergeet niet om ook de gegevens in bovenstaand rooster in te vullen. U vindt ze terug op de voorpagina van uw aangifte. Ze kunnen van pas komen als u contact wil opnemen met uw belastingkantoor. b) Breng daarna de gegevens uit deze voorbereiding over op de eigenlijke aangifte: - breng eerst de gegevens van vak I van de voorbereiding over in het gelijknamige vak op de voorpagina van de aangifte; - breng vervolgens de bedragen en andere gegevens die u in de voorbereiding naast voorgedrukte codes van 6 cijfers (bv. 1250-11) hebt ingevuld, samen met die codes over op de binnenzijde van de aangifte; - breng ten slotte de gegevens waarvoor in de voorbereiding geen codes zijn voorgedrukt (bv. vak V, rubrieken K, O en P, vak VI, rubriek C, enz.) over in de overeenstemmende vakken en rubrieken op de laatste pagina van de aangifte. c) Bewaar deze voorbereiding. Ze kan u later nog van nut zijn als uw belastingkantoor u om uitleg vraagt of als u een bezwaarschrift wil indienen. U kunt er ook gebruik van maken om uw aangifte van volgend aanslagjaar in te vullen. Bij ontvangst van uw aanslagbiljet krijgt u het detail van de vaststelling van uw belastbare inkomsten en van de berekening van de aanslag. Zo kunt u de door de administratie uitgevoerde verrichtingen volgen. * * * Vul hierna de vakken in die u aanbelangen. (Lees eerst aandachtig de toelichting) BELANGRIJKE OPMERKINGEN: 1. Waar 2 kolommen zijn voorzien, moeten personen die alleen een aangifte indienen, altijd de linkerkolom invullen. Gehuwden en wettelijk samenwonenden van een verschillend geslacht die een gezamenlijke aangifte indienen, moeten de gegevens van de man in de linkerkolom en die van de vrouw in de rechterkolom invullen. Gehuwden en wettelijk samenwonenden van hetzelfde geslacht die een gezamenlijke aangifte indienen, moeten de gegevens van de oudste in de linkerkolom en die van de jongste in de rechterkolom invullen. 2. Enkel de personen die één van de codes van vak III, A, 6 hebben aangekruist mogen de met een (*) gemerkte rubrieken invullen. Evenwel mogen de personen die één van de codes van vak III, A, 7 hebben aangekruist de met een (*) gemerkte rubrieken van vak III en rubriek 2 (*) van vak VIII invullen. Bovendien mogen enkel de personen die in dat vak III, A, 6 één van de codes hebben aangekruist met betrekking tot de lokalisatie in een Gewest (1093-71, 1094-70 of 1095-69) de met een (**) gemerkte rubrieken invullen. Bepaalde van deze rubrieken verwijzen tevens naar een voetnoot die de bestemming van deze rubriek beperkt tot één (of twee) bepaald(e) Gewest(en); in dat geval mogen deze rubrieken enkel worden ingevuld door personen die gelokaliseerd zijn in het betrokken Gewest (of één ervan) en die dus de code met betrekking tot de lokalisatie in dat Gewest hebben aangekruist. (Zie toelichting bij vak III, A, 6 en 7). Vak I. - BANKREKENING, TELEFOONNUMMER EN E-MAILADRES. 1. In vak I van uw aangifte vindt u het rekeningnummer (IBAN) en de bankidentificatiecode (BIC) van uw bankrekening waarop de administratie de eventuele teruggaven van inkomstenbelastingen, voorheffingen en voorafbetalingen in principe zal overschrijven. Zijn die gegevens correct en mogen uw teruggaven verder op die rekening worden overgeschreven, vul in deze rubriek 1 dan niets in! Als er in vak I van uw aangifte geen rekeningnummer vermeld is, als de vermelde gegevens niet correct zijn of als u uw teruggaven voortaan op een andere rekening wil laten overschrijven, vul dan hieronder het IBAN-rekeningnummer en, als het een rekening in het buitenland betreft, de BIC-code in van de rekening waarop uw teruggaven voortaan en tot herroeping mogen worden overgeschreven. Bevestig in voorkomend geval ook dat de houder van die rekening een mandataris is, die u gerechtigd hebt om teruggaven te ontvangen. Nieuwe rekening: IBAN Nr. 276.2 (deel 1) BIC (alleen in te vullen als het een rekening in het buitenland betreft) Is de houder van deze rekening een mandataris, die u gerechtigd hebt om teruggaven te ontvangen? 2. Telefoonnummer waarop uw belastingkantoor u kan bereiken: 3. E-mailadres waarop uw belastingkantoor u kan bereiken: □ Ja blz. 2 □ Bent u een (zie de precieze omschrijving in de toelichting bij dit vak II): a) sportbeoefenaar die inkomsten heeft verkregen uit een in België als zodanig verrichte werkzaamheid gedurende hoogstens 30 dagen, of een podiumkunstenaar; b) een onderzoeker die persoonlijke vergoedingen uit de exploitatie van uitvindingen heeft verkregen; c) een vennoot of een lid van een burgerlijke vennootschap of een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid die winst of baten heeft verkregen die voortkomen uit een in België uitgeoefende werkzaamheid; of d) een zelfstandige die in artikel 228, § 3, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bedoelde inkomsten heeft verkregen; dan kunt u er voor kiezen om deze aangifte in de belasting van nietinwoners (natuurlijke personen) in te dienen. Die keuze moet u bevestigen door dit vakje aan te kruisen. Uw keuze is definitief, onherroepelijk en bindend (zie toe lichting). □ ongehuwd en niet wettelijk samenwonend □ gehuwd □ U bent in 2015 gehuwd en woonde sinds 2014 of vroeger, tot uw huwelijk, nog niet wettelijk samen met uw echtgenoot, □ wiens nettobestaansmiddelen in 2015 niet meer dan 3.120 euro bedroegen (*) □ wettelijk samenwonend □ U hebt in 2015 een verklaring afgelegd van wettelijke samenwoning met uw partner, □ wiens nettobestaansmiddelen in 2015 niet meer dan 3.120 euro bedroegen (*) □ weduwnaar, weduwe of daarmee gelijkgestelde (door het overlijden van uw wettelijk samenwonende partner) □ Uw echtgenoot of wettelijk samenwonende partner is overleden in 2015. Voor u en hem of haar: □ kiest u voor één gemeenschappelijke aanslag □ kiest u voor twee afzonderlijke aanslagen □ uit de echt gescheiden of daarmee gelijkgesteld (door de beëindiging van de wettelijke samenwoning) □ De echtscheiding of beëindiging van de wettelijke samenwoning vond plaats in 2015 □ van tafel en bed gescheiden □ De scheiding van tafel en bed vond plaats in 2015 □ feitelijk gescheiden □ De feitelijke scheiding vond plaats in 2015 een gehuwde of wettelijk samenwonende persoon die als alleenstaande moet worden belast □ het betreft de man (of, bij partners van hetzelfde geslacht, de oudste partner) □ het betreft de vrouw (of, bij partners van hetzelfde geslacht, de jongste partner) □ een belastingplichtige die in 2015 overleden is en die op de datum van zijn of haar overlijden: □ gehuwd of wettelijk samenwonend was □ niet gehuwd, noch wettelijk samenwonend was, maar in 2015 weduwnaar, weduwe of daarmee gelijkgestelde □ (door het overlijden van zijn of haar wettelijk samenwonende partner) geworden was Voor de belastingplichtige en zijn of haar eerder in 2015 overleden echtgenoot of wettelijk samenwonende partner: kiest u voor één gemeenschappelijke aanslag kiest u voor twee afzonderlijke aanslagen niet gehuwd, noch wettelijk samenwonend was, en die in 2015 ook geen weduwnaar, weduwe of daarmee gelijk gestelde (door het overlijden van zijn of haar wettelijk samenwonende partner) geworden was □ □ a) Hebt u in 2015 beroepsinkomsten verkregen die bij overeenkomst zijn vrijgesteld? b) Hebt u een zware handicap (*)? □ Ja □ Ja □ Ja □ Ja Als u of, ingeval van een gemeenschappelijke aanslag, uw echtgenoot of uw wettelijk samenwonende partner, dan de code hierna : □ hierna uw gegevens Ingeval van een gemeenschappelijke aanslag vult u op de tweede lijn ook de gegevens van uw echtgenoot of wettelijk samenwonende partner in. Beroep uitgeoefend in 2015 Naam Voornaam Geboortedatum in België In het buitenland ...................................................... ................................................... .................................... .................................... ........................................ ...................................................... ................................................... .................................... .................................... ........................................ blz. 3 5. van tot Werkelijke verblijfplaats in 2015: ........................................................................................................................ ................................. ............................................. ........................................................................................................................ ................................. ............................................. 6. Als u in België belastbare beroepsinkomsten hebt verkregen die ten minste 75 pct. bedragen van het geheel van uw in het belastbaar tijdperk verkregen Belgische en buitenlandse beroepsinkomsten, kruis dan het overeenstemmende vakje aan. U bent (zie toelichting): - een inwoner van een Lidstaat van de Europese Economische Ruimte; andere dan België, ‘gelokaliseerd’ 1093-71 □ in het Vlaams Gewest 1094-70 □ in het Waals Gewest 1095-69 □ in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - een inwoner van een andere staat 1073-91 □ 7. Als u geen enkele code van de rubriek 6 hiervoor hebt aangekruist en u inwoner bent van één van volgende landen, kruis dan het overeenstemmende vakje aan (zie toelichting): 1078-86 □ Frankrijk 1079-85 □ Nederland 1080-84 □ Luxemburg 8. Als u geen enkele code van de rubrieken 6 en 7 hiervoor hebt aangekruist, kruis dan de code hierna aan: 1081-83 □ B. GEZINSLASTEN. (Vul het gevraagde aantal in tenzij het gelijk is aan 0) 1. a) Aantal kinderen die fiscaal volledig te uwen laste zijn (*): b) Aantal van de in 1, a vermelde kinderen met een zware handicap: c) Aantal van de in 1, a vermelde kinderen die op 1.1.2016 nog geen 3 jaar waren en voor wie u in vak X, B geen belastingvermindering voor kinderoppas vraagt: d) Aantal van de in 1, c vermelde kinderen met een zware handicap: 2. a) Aantal kinderen die fiscaal te uwen laste zijn, maar voor wie de helft van het belastingvoordeel moet worden toegekend aan de andere ouder wegens de gelijkmatig verdeelde huisvesting van de kinderen (*): b) Aantal van de in 2, a vermelde kinderen met een zware handicap: c) Aantal van de in 2, a vermelde kinderen die op 1.1.2016 nog geen 3 jaar waren en voor wie u in vak X, B geen belastingvermindering voor kinderoppas vraagt: d) Aantal van de in 2, c vermelde kinderen met een zware handicap: 3. a) Aantal kinderen die fiscaal ten laste zijn van de andere ouder, maar voor wie de helft van het belastingvoordeel aan u moet worden toegekend wegens de gelijkmatig verdeelde huisvesting van de kinderen (*): b) Aantal van de in 3, a vermelde kinderen met een zware handicap: c) Aantal van de in 3, a vermelde kinderen die op 1.1.2016 nog geen 3 jaar waren en voor wie u in vak X, B geen belastingvermindering voor kinderoppas vraagt: d) Aantal van de in 3, c vermelde kinderen met een zware handicap: 1030-37 ......... 1031-36 ......... 1038-29 ......... 1039-28 ......... 1034-33 ......... 1035-32 ......... 1054-13 ......... 1055-12 ......... 1036-31 ......... 1037-30 ......... 1058-09 ......... 1059-08 ......... 4. a) Aantal ouders, grootouders, overgrootouders, broers en zusters van 65 jaar of ouder die fiscaal te uwen laste zijn (*): b) Aantal van de in 4, a vermelde personen met een zware handicap: 1043-24 ......... 1044-23 ......... 5. a) Aantal andere personen die fiscaal te uwen laste zijn (noch uzelf, noch uw echtgenoot, noch uw samenwonende partner meetellen!) (*): b) Aantal van de in 5, a vermelde personen met een zware handicap: 1032-35 ......... 1033-34 ......... 6. Vul hierna de naam, voornaam en geboortedatum in van de personen die u hiervoor hebt vermeld in B1 tot B5. Deel eveneens mee tegenover welke code ze werden vermeld (voeg in geval van plaatsgebrek een bijlage toe): Naam Voornaam Geboortedatum Code ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ .......................................... .......................................... .......................................... .......................................... .......................................... ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................................................. ................. ................. ................. ................. ................. blz. 4 Vak IV. - INKOMSTEN VAN IN BELGIË GELEGEN ONROERENDE GOEDEREN. NIET GEINDEXEERD 1. Onroerende goederen die u voor uw beroep gebruikt: KI 2. Gebouwen die u niet verhuurt, die u verhuurt aan natuurlijke personen die ze niet voor hun beroep gebruiken, of die u verhuurt aan andere rechtspersonen dan vennootschappen om ze te laten ter beschikking stellen van natuurlijke personen die ze uitsluitend als woning gebruiken: KI 3. Gronden, materieel en outillering die u niet verhuurt of die u verhuurt aan natuurlijke personen die ze niet voor hun beroep gebruiken: KI 4. Onroerende goederen die u volgens de pachtwetgeving verhuurt voor land- of tuinbouwdoeleinden: KI 5. Onroerende goederen die u verhuurt in andere omstandigheden dan in de nrs. 2 tot 4 hierboven: a) gebouwen: KI Brutohuur KI b) gronden: Brutohuur KI c) materieel en outilering: Brutohuur 6. Bedragen verkregen bij de vestiging of overdracht van een recht van erfpacht of opstal, of van een gelijkaardig onroerend recht: 1105-59 ............................ 2105-29 ........................... 1106-58 ............................ 2106-28 ........................... 1107-57 ............................ 2107-27 ........................... 1108-56 ............................ 2108-26 ........................... 1109-55 1110-54 1112-52 1113-51 1115-49 1116-48 2109-25 2110-24 2112-22 2113-21 2115-19 2116-18 ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ 1114-50 ............................ ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... 2114-20 ........................... blz. 5 Vak V. - WEDDEN, LONEN, WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN, WETTELIJKE UITKERINGEN BIJ ZIEKTE OF INVALIDITEIT, VERVANGINGSINKOMSTEN EN WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN MET BEDRIJFSTOESLAG. A. GEWONE BEZOLDIGINGEN. 1. Wedden, lonen, enz. (andere dan bedoeld in 3; 13, a en 14, a): a) volgens fiches: b) die niet op een fiche zijn vermeld: 2. Totaal van de rubrieken 1, a en 1, b: 3. Wedden, lonen, enz. voor gepresteerde opzegtermijn die voor vrijstelling in aanmerking komen (andere dan bedoeld in 13, a, 2° en 14, a, 2°): a) volgens fiches: b) die niet op een fiche zijn vermeld: c) totaal van de rubrieken a en b: 4. Aandelenopties die zijn toegekend: a) in 2015: b) van 1999 tot 2014: bedrag dat in 2015 belastbaar wordt: 5. Vervroegd vakantiegeld (ander dan bedoeld in 13, b en 14, b): 6. Achterstallen (andere dan bedoeld in 13, c en 14, c): a) gewone: b) voor gepresteerde opzegtermijn die voor vrijstelling in aanmerking komen: 7. Opzeggingsvergoedingen (andere dan bedoeld in 13, d en 14, d) en inschakelingsvergoedingen: a) die voor vrijstelling in aanmerking komen: b) andere: 8. Bezoldigingen van december 2015 (overheid): a) gewone: b) voor gepresteerde opzegtermijn die voor vrijstelling in aanmerking komen: 9. Terugbetaling woon-werkverkeer: a) totaal bedrag: b) vrijstelling: 10. Niet-recurrente resultaatgebonden voordelen: a) gewone: b) achterstallen: c) vrijstelling: 11. Werkgeverstussenkomsten in een privé-pc: a) totale bedrag van de tussenkomsten: b) vrijstelling: 12. Tegen 33 pct. belastbare bezoldigingen van gelegenheidswerknemers in de horeca: 13. Door sportbeoefenaars voor hun sportieve activiteiten verkregen: a) wedden, lonen, enz.: 1° gewone: 2° voor gepresteerde opzegtermijn die voor vrijstelling in aanmerking komen: b) vervroegd vakantiegeld: c) achterstallen: 1° gewone: 2° voor gepresteerde opzegtermijn die voor vrijstelling in aanmerking komen: d) opzeggingsvergoedingen: 1° die voor vrijstelling in aanmerking komen: 14. 15. 16. 17. 18. (250) (250) (250) 1250-11 (306) 1306-52 ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ (250) (250) (250) 2250-78 (306) 2306-22 ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... 1249-12 ............................ 1248-13 ............................ 1251-10 ............................ 2249-79 ........................... 2248-80 ........................... 2251-77 ........................... 1252-09 ............................ 2252-76 ........................... 1307-51 ............................ 2307-21 ........................... 1262-96 ............................ 1308-50 ............................ 2262-66 ........................... 2308-20 ........................... 1247-14 ............................ 2247-81 ........................... 1309-49 1254-07 1255-06 1242-19 1243-18 1244-17 2309-19 2254-74 2255-73 2242-86 2243-85 2244-84 ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... 1240-21 ............................ 1241-20 ............................ 2240-88 ........................... 2241-87 ........................... 1263-95 ............................ 2263-65 ........................... 1273-85 ............................ 2273-55 ........................... 1310-48 ............................ 1274-84 ............................ 1275-83 ............................ 2310-18 ........................... 2274-54 ........................... 2275-53 ........................... 1311-47 ............................ 2311-17 ........................... 1238-23 ............................ 2° andere: 1276-82 ............................ Door scheidsrechters voor hun activiteiten als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden, en door opleiders, trainers en begeleiders voor hun activiteiten ten behoeve van sportbeoefenaars verkregen: a) wedden, lonen, enz.: 1° gewone: 1277-81 ............................ 2° voor gepresteerde opzegtermijn die voor vrijstelling in aanmerking komen: 1312-46 ............................ b) vervroegd vakantiegeld: 1278-80 ............................ c) achterstallen: 1° gewone: 1279-79 ............................ 2° voor gepresteerde opzegtermijn die voor vrijstelling in aanmerking komen: 1313-45 ............................ d) opzeggingsvergoedingen: 1° die voor vrijstelling in aanmerking komen: 1239-22 ............................ 2° andere: 1280-78 ............................ Premie van het Impulsfonds voor de huisartsengeneeskunde verkregen door een erkend huisarts om zich te vestigen in een ‘prioritaire’ zone: 1267-91 ............................ Forfait voor verre verplaatsingen: 1256-05 ............................ Niet ingehouden persoonlijke sociale bijdragen: 1257-04 ............................ Andere beroepskosten (alleen invullen als u geen toepassing van het wettelijke forfait wenst): 1258-03 ............................ (Zie ook het vervolg van vak V op de volgende blz.) 2238-90 ........................... 2276-52 ........................... 2277-51 ........................... 2312-16 ........................... 2278-50 ........................... 2279-49 ........................... 2313-15 ........................... 2239-89 ........................... 2280-48 ........................... 2267-61 ........................... 2256-72 ........................... 2257-71 ........................... 2258-70 ........................... blz. 6 Vak V. - WEDDEN, LONEN, WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN, WETTELIJKE UITKERINGEN BIJ ZIEKTE OF INVALIDITEIT, VERVANGINGSINKOMSTEN EN WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN MET BEDRIJFSTOESLAG - VERVOLG. B. WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN. 1. Uitkeringen zonder anciënniteitstoeslag: a) gewone uitkeringen (wettelijke en aanvullende): b) aanvullende uitkeringen van december 2015 (overheid): c) achterstallen: 2. Uitkeringen met anciënniteitstoeslag: a) gewone uitkeringen (wettelijke): b) achterstallen: C. WETTELIJKE UITKERINGEN BIJ ZIEKTE OF INVALIDITEIT. 1. Gewone uitkeringen: 2. Uitkeringen van december 2015 (overheid): 3. Achterstallen: D. VERVANGINGSINKOMSTEN. 1260-01 ............................ 1304-54 ............................ 1261-97 ............................ 2260-68 ........................... 2304-24 ........................... 2261-67 ........................... 1264-94 ............................ 1265-93 ............................ 2264-64 ........................... 2265-63 ........................... 1266-92 ............................ 1303-55 ............................ 1268-90 ............................ 2266-62 ........................... 2303-25 ........................... 2268-60 ........................... 1292-66 ............................ 1300-58 ............................ 1293-65 ............................ 2292-36 ........................... 2300-28 ........................... 2293-35 ........................... 1294-64 ............................ 1301-57 ............................ 1295-63 ............................ 2294-34 ........................... 2301-27 ........................... 2295-33 ........................... 1297-61 □ Ja 1298-60 □ Neen 1269-89 ............................ 2297-31 □ Ja 2298-30 □ Neen 2269-59 ........................... 1270-88 1271-87 1302-56 1272-86 2270-58 2271-57 2302-26 2272-56 1. Aanvullende vergoedingen betaald door een gewezen werkgever krachtens een CAO of een individuele overeenkomst: a) met een clausule van doorbetaling bij werkhervatting: 1° gewone vergoedingen: 2° vergoedingen van december 2015 (overheid): 3° achterstallen: b) zonder clausule van doorbetaling bij werkhervatting: 1° gewone vergoedingen: 2° vergoedingen van december 2015 (overheid): 3° achterstallen: Hebt u na uw ontslag bij bovenbedoelde werkgever, maar vóór 1.1.2016 het werk hervat bij een andere werkgever of als zelfstandige? 2. Aanvullende ziekte- of invaliditeitsuitkeringen: 3. Uitkeringen bij beroepsziekte of arbeidsongeval (wettelijke en aanvullende): 4. Andere: 5. Onder 2 tot 4 bedoelde uitkeringen van december 2015 (overheid): 6. Achterstallen van onder 2 tot 4 bedoelde uitkeringen: E. WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN MET BEDRIJFSTOESLAG (voorheen brugpensioenen). 1. Wettelijke werkloosheidsuitkeringen: a) gewone uitkeringen: b) achterstallen: 2. Bedrijfstoeslag: a) gewone bedrijfstoeslag: b) achterstallen: F. INHOUDINGEN VOOR AANVULLEND PENSIOEN. 1. Gewone bijdragen en premies: 2. Bijdragen en premies voor individuele voortzetting: G. OVERUREN DIE RECHT GEVEN OP EEN OVERWERKTOESLAG. 1. Totale aantal werkelijk gepresteerde overuren: a) die in aanmerking komen voor de begrenzing tot 130 uren: b) die in aanmerking komen voor de begrenzing tot 180 uren: c) die in aanmerking komen voor de begrenzing tot 360 uren: ............................ ............................ ............................ ............................ ........................... ........................... ........................... ........................... 1281-77 ............................ 1282-76 ............................ 2281-47 ........................... 2282-46 ........................... 1235-26 ............................ 1236-25 ............................ 2235-93 ........................... 2236-92 ........................... 1285-73 ............................ 1283-75 ............................ 2285-43 ........................... 2283-45 ........................... 1246-15 ............................ 1305-53 ............................ 1317-41 ............................ 2246-82 ........................... 2305-23 ........................... 2317-11 ........................... 2. Berekeningsgrondslag van de overwerktoeslag voor overuren die recht geven op een belastingvermindering: a) van 66,81 pct.: b) van 57,75 pct.: H. BEDRIJFSVOORHEFFING. 1. Volgens fiches: 1233-28 ............................ 1234-27 ............................ 2233-95 ........................... 2234-94 ........................... (286) (286) (286) (286) (286) (286) 2. Op het niet op een fiche vermelde vakantiegeld vermeld in A, 1, b en A, 3, b: 3. Totaal van de rubrieken 1 en 2: I. INHOUDINGEN VOOR DE BIJZONDERE BIJDRAGE VOOR DE SOCIALE ZEKERHEID: ............................ ........................... 1286-72 ............................ 2286-42 ........................... 1287-71 ............................ 2287-41 ........................... J. OVERHEIDSPERSONEEL ZONDER ARBEIDSOVEREENKOMST (*): 1290-68 ............................ ............................ ............................ □ Ja 2290-38 ........................... ........................... ........................... □ Ja blz. 7 K. NAAM OF BENAMING VAN DE SCHULDENAARS VAN DE INKOMSTEN (zie fiches). Vermeld ook het adres indien geen fiches zijn opgemaakt. Periode waarop de inkomsten betrekking hebben ............................................................................................................. van ...................................... tot ........................................ ............................................................................................................. van ...................................... tot ........................................ (partner) ............................................................................................... van ...................................... tot ........................................ ............................................................................................................. van ...................................... tot ........................................ L. WERKBONUS: 1. toegekend van 1.1.2015 tot 31.7.2015: 2. toegekend van 1.8.2015 tot 31.12.2015: 1284-74 ............................ 1291-67 ............................ 2284-44 ........................... 2291-37 ........................... 1296-62 ............................ 2296-32 ........................... M. WERKHERVATTINGSLOON. Als u in D, 1, a, aanvullende vergoedingen en/of in E, 2 een bedrijfstoeslag hebt ingevuld, en u na uw ontslag bij uw gewezen werkgever het werk hebt hervat bij één of meer nieuwe werkgevers, vermeld dan hier het loon (A, 1 + A, 4 + A, 9, a + A, 11, a - A, 9, b - A, 11, b) dat u van die nieuwe werkgever(s) hebt verkregen: N. ROERENDE VOORHEFFING OP IN A, 1; A, 3 OF A, 6 VERMELDE INKOMSTEN UIT AUTEURSRECHTEN, NABURIGE RECHTEN EN WETTELIJKE EN VERPLICHTE LICENTIES: O. HELPENDE GEZINSLEDEN VAN ZELFSTANDIGEN. code Vermeld hiernaast de code waaronder de inkomsten als ............... helpend gezinslid van een zelfstandige zijn aangegeven ............... (bv. 1250-11) en het bedrag. Vermeld op de laatste regel ............... het beroep van de zelfstandige. beroep P. AANDELENOPTIES. Toegekend vanaf 1.1.1999 en overgedragen in de loop van 2015: 1299-59 ............................ 2299-29 ........................... bedrag .............................................................. .............................................................. .............................................................. .............................................. .............................................. □ Ja □ Ja Vak VI. - PENSIOENEN. A. PENSIOENEN. 1. Andere dan de onder 2 en 3 bedoelde pensioenen. a) Wettelijke pensioenen verkregen vanaf de wettelijke pensioenleeftijd: b) Totaal van rubriek a: c) Achterstallen van onder a bedoelde wettelijke pensioenen: d) Overlevingspensioenen en overgangsuitkeringen: e) Achterstallen van overlevingspensioenen: f) Andere pensioenen, renten (behalve omzettingsrenten) en als zodanig geldende kapitalen, afkoopwaarden, enz., die gezamenlijk belastbaar zijn: g) Totaal van rubriek f: h) Achterstallen van onder f bedoelde pensioenen, renten, enz.: (228) (228) 1228-33 1230-31 1229-32 1231-30 ............................ ............................ (211) (211) 1211-50 1212-49 ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ ............................ (228) (228) 2228-03 2230-01 2229-02 2231-97 ........................... ........................... (211) (211) 2211-20 2212-19 ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... ........................... i) Kapitalen en afkoopwaarden die afzonderlijk belastbaar zijn: 1° tegen 33 pct.: 2° tegen 20 pct.: 3° tegen 18 pct.: 1213-48 ............................ 1245-16 ............................ 1253-08 ............................ 2213-18 ........................... 2245-83 ........................... 2253-75 ........................... 1232-29 1237-24 1214-47 1215-46 2232-96 2237-91 2214-17 2215-16 4° tegen 16,5 pct.: a. gekapitaliseerde waarde van wettelijke pensioenen verkregen vanaf de wettelijke pensioenleeftijd: b. gekapitaliseerde waarde van overlevingspensioenen: c. andere: 5° tegen 10 pct.: ............................ ............................ ............................ ............................ ........................... ........................... ........................... ........................... j) Omzettingsrenten van kapitalen en afkoopwaarden die zijn betaald of toegekend: 1° in 2015: 2° tijdens de jaren 2003 tot 2014: 1216-45 ............................ 1218-43 ............................ 2216-15 ........................... 2218-13 ........................... 1217-44 ............................ 1224-37 ............................ 2217-14 ........................... 2224-07 ........................... 1226-35 ............................ 1227-34 ............................ 2226-05 ........................... 2227-04 ........................... 2. Arbeidsongevallen en beroepsziekten (wettelijke vergoedingen wegens blijvende ongeschiktheid). a) Uitkeringen, toelagen en renten (behalve omzettingsrenten): b) Achterstallen van onder a bedoelde uitkeringen, enz.: c) Omzettingsrenten van kapitalen betaald of toegekend: 1° in 2015: 2° tijdens de jaren 2003 tot 2014: (Zie ook het vervolg van vak VI op de volgende blz.) blz. 8 Vak VI. - PENSIOENEN - VERVOLG. 3. Pensioensparen. a) Pensioenen, renten, spaartegoeden, kapitalen en afkoopwaarden die gezamenlijk belastbaar zijn: 1219-42 ............................ 2219-12 ........................... 1220-41 1221-40 1222-39 1223-38 ............................ 2220-11 2221-10 2222-09 2223-08 ........................... (225) (225) (225) 1225-36 ............................ (225) (225) (225) 2225-06 ........................... (425) (425) (425) 1425-30 ............................ (425) (425) (425) 2425-97 ........................... b) Spaartegoeden, kapitalen en afkoopwaarden die afzonderlijk belastbaar zijn: 1° tegen 33 pct.: 2° tegen 16,5 pct.: 3° tegen 8 pct.: 4. Niet ingehouden persoonlijke sociale bijdragen: ............................ ............................ ............................ ........................... ........................... ........................... B. BEDRIJFSVOORHEFFING. 1. Verrekenbaar en terugbetaalbaar. a) Volgens fiches: b) Totaal van rubriek a: ............................ ............................ ............................ ........................... ........................... ........................... 2. Verrekenbaar, maar niet terugbetaalbaar. a) Volgens fiches: ............................ ............................ b) Totaal van rubriek a: ............................ C. NAAM OF BENAMING VAN DE SCHULDENAARS VAN DE INKOMSTEN (zie fiches). Vermeld ook het adres indien geen fiches zijn opgemaakt. ........................... ........................... ........................... Periode waarop de inkomsten betrekking hebben ............................................................................................................... van ...................................... tot ........................................ ............................................................................................................... van ...................................... tot ........................................ (partner) ................................................................................................. van ...................................... tot ........................................ ............................................................................................................... van ...................................... tot ........................................ Vak VII. - DIVERSE INKOMSTEN. 1. Persoonlijke vergoedingen uit de exploitatie van uitvindingen, toegekend aan onderzoekers: a) brutobedrag: 1209-52 ............................ 2209-22 ........................... b) bedrijfsvoorheffing: 1210-51 ............................ 2210-21 ........................... 2. Belastbaar bedrag van de meerwaarden op aandelen, verwezenlijkt buiten het normale beheer van een privévermogen: 1169-92 ............................ 2169-62 ........................... 3. Belastbaar bedrag van de meerwaarden, verwezenlijkt bij de gehele of gedeeltelijke overdracht van belangrijke deelnemingen aan rechtspersonen gevestigd buiten de Europese Economische Ruimte: 1174-87 ............................ 2174-57 ........................... Vak VIII. - VORIGE VERLIEZEN EN AFTREKBARE BESTEDINGEN. 1. Nog aftrekbare beroepsverliezen van vorige belastbare tijdperken: a) betreffende een in de vorm van een feitelijke vereniging uitgeoefende werkzaamheid: b) andere: 2. Onderhoudsuitkeringen (werkelijk betaald bedrag) (*): a) verschuldigd door uzelf: b) verschuldigd door beide echtgenoten of wettelijk samenwonenden samen: 1350-08 ............................ 1349-09 ............................ 2350-75 ........................... 2349-76 ........................... 1390-65 ............................ 2390-35 ........................... 1392-63 .................................. c) naam, voornaam en adres van de genieter(s): ....................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................................... ............................................................................................................................................................................................................... blz. 9 Vak IX. - INTERESTEN EN KAPITAALAFLOSSINGEN VAN LENINGEN EN SCHULDEN, PREMIES VAN INDIVIDUELE LEVENSVERZEKERINGEN EN ERFPACHT- EN OPSTALVERGOEDINGEN OF GELIJKAARDIGE VERGOEDINGEN, DIE RECHT GEVEN OP EEN BELASTINGVOORDEEL. ▲ Opgelet: vermeld de in dit vak bedoelde uitgaven en de andere gevraagde gegevens in de passende rubriek! • Rubriek A is in principe bestemd voor de interesten van leningen die van 1.1.2009 tot 31.12.2011 zijn gesloten om energiebesparende uitgaven te financieren (en die voldoen aan de voorwaarden voor een interestbonificatie van de Staat). • Rubriek B (**) is bestemd voor de (niet in rubriek A vermelde) uitgaven voor de woning die op het tijdstip van de betaling uw ‘eigen woning’ was (zie echter punt 2 van de belangrijke opmerkingen, vermeld op pagina 1). Onder ‘eigen woning’ wordt verstaan: de woning die u als eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder of vruchtgebruiker zelf betrok of niet zelf betrok om één van de volgende redenen: beroepsredenen, redenen van sociale aard, wettelijke of contractuele belemmeringen waardoor u de woning onmogelijk zelf kon betrekken, of de stand van de bouw- of verbouwingswerkzaamheden waardoor u de woning niet zelf kon betrekken (zie ook de toelichting voor meer bijzonderheden). • Rubriek C is bestemd voor de (niet in rubriek A vermelde) uitgaven die geen betrekking hebben op een woning of voor een woning die op het tijdstip van de betaling niet uw ‘eigen woning’ was. A. INTERESTEN VAN LENINGEN GESLOTEN VAN 2009 TOT 2011 OM ENERGIEBESPARENDE UITGAVEN TE FINANCIEREN: 1143-21 ................................... B. UITGAVEN VOOR UW ‘EIGEN WONING’ (**): 1. Interesten en kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen en premies van individuele levensverzekeringen gesloten vanaf 2005 die in aanmerking komen voor de gewestelijke ‘woonbonus’ (**). a) Leningen gesloten in 2015. 1° Interesten en kapitaalaflossingen: 3360-35 ........................... 4360-05 ........................... 2° Premies van individuele levensverzekeringen tot waarborg of wedersamenstelling van die leningen: 3361-34 ........................... 4361-04 ........................... 1° Interesten en kapitaalaflossingen: 3370-25 ........................... 4370-92 ........................... 2° Premies van individuele levensverzekeringen tot waarborg of wedersamenstelling van die leningen: 3371-24 ........................... 4371-91 ........................... Nr. contract .................... .................... Naam van de verzekeringsinstelling ................................................................... ................................................................... b) Leningen gesloten van 2005 tot 2014. Nr. contract .................... .................... Naam van de verzekeringsinstelling ................................................................... ................................................................... Hebt u in B, 1, b interesten, kapitaalaflossingen of premies vermeld die betrekking hebben op een lening gesloten vanaf 2006? Zo ja, - was de woning waarvoor die lening is aangegaan, op 31.12.2015 nog altijd uw enige woning? - aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van afsluiting van die lening: 3372-23 3380-15 3374-21 3375-20 □ Ja □ Neen □ Ja □ Neen 4372-90 4380-82 4374-88 4375-87 □ Ja □ Neen □ Ja □ Neen 3373-22 ........................... 4373-89 ........................... 3100-04 ........................... 4100-71 ........................... 3106-95 ........................... 3109-92 ........................... 3110-91 ........................... 4106-65 ........................... 4109-62 ........................... 4110-61 ........................... 3133-68 ........................... 3138-63 ........................... 4133-38 ........................... 4138-33 ........................... 2. Andere dan de in 1 bedoelde interesten, die in aanmerking komen voor een gewestelijke belastingvermindering (**). a) Gegevens over het vrijgestelde inkomen van uw ‘eigen woning’: NIET GEINDEXEERD - die u niet verhuurt: KI - die u verhuurt aan een natuurlijke persoon die ze niet voor zijn beroep gebruikt of aan een andere rechtspersoon dan een vennootschap om ze te laten ter beschikking stellen van natuurlijke personen die ze uitsluitend als woning gebruiken: KI - die u verhuurt in andere omstandigheden: KI Brutohuur b) Interesten van hypothecaire leningen (met een minimumlooptijd van 10 jaar) die na 30.4.1986 en (in principe) vóór 2005 zijn gesloten om in België: 1° uw enige woning te bouwen of in nieuwe staat (met btw) te verwerven: a. Leningen gesloten in 2015 (1): b. Leningen gesloten vóór 2015: (Zie ook het vervolg van vak IX op de volgende blz.) (1) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen die in het Waals Gewest of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelokaliseerd zijn (zie vak III, A, 6). blz. 10 Vak IX. - INTERESTEN EN KAPITAALAFLOSSINGEN VAN LENINGEN EN SCHULDEN, PREMIES VAN INDIVIDUELE LEVENSVERZEKERINGEN EN ERFPACHT- EN OPSTALVERGOEDINGEN OF GELIJKAARDIGE VERGOEDINGEN, DIE RECHT GEVEN OP EEN BELASTINGVOORDEEL - VERVOLG. 2° uw enige en bij het sluiten van de lening sedert ten minste 15 of 20 jaar in gebruik zijnde woning te vernieuwen: Bedrag van de lening: 3134-67 ........................... 3139-62 ........................... 3140-61 l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 3141-60 ........................... 4134-37 ........................... 4139-32 ........................... 4140-31 l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 4141-30 ........................... Aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van afsluiting van de lening: 3142-59 ........................... 4142-29 ........................... a. leningen gesloten in 2015 (1): b. leningen vóór 2015: Datum van de lening (dag, maand, jaar): Datum van ingebruikneming van de nieuwe woning of van de voltooiing van de vernieuwingswerken (dag, maand, jaar): Uw aandeel in de ‘eigen woning’: 3144-57 l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 4144-27 l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 3145-56 .......................... 4145-26 ........................... 3148-53 R.RR.R,R.. pct. 4148-23 R.RR.R,R.. pct. Aandeel in de ‘eigen woning’, van personen die de lening samen met u hebben aangegaan: 3149-52 R.RR.R,R.. pct. 4149-22 R.RR.R,R.. pct. Totale kostprijs van de vernieuwingswerken (btw inbegrepen): Betreft het de ‘eigen woning’ van beide samen belaste echtgenoten of wettelijk samenwonenden, die voor beiden de enige woning is? 3136-65 3137-64 □ Ja □ Neen c) Andere dan de in b bedoelde interesten van leningen en schulden voor het verwerven of behouden van uw ‘eigen woning’: 1° leningen die (in principe) vóór 2005 zijn gesloten: a. leningen gesloten in 2015: b. leningen gesloten vóór 2015: 3150-51 ................................... 3146-55 ................................... 2° andere schulden: a. schulden aangegaan in 2015 (2): b. schulden aangegaan vóór 2015: 3151-50 ................................... 3152-49 ................................... 3. Kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen aangegaan voor het verwerven of (ver)bouwen van uw ‘eigen woning’ (**): a) die in aanmerking komen voor de gewestelijke vermindering voor het bouwsparen: 1° leningen gesloten vanaf 1989 en (in principe) vóór 2005: a. leningen gesloten in 2015 (1): b. leningen gesloten vóór 2015: 2° leningen gesloten vóór 1989 voor: a. een sociale woning: b. een middelgrote woning: b) die in aanmerking komen voor de gewestelijke vermindering voor het lange termijnsparen (leningen gesloten vanaf 1993): 3359-36 ........................... 3355-40 ........................... 4359-06 ........................... 4355-10 ........................... 3356-39 ........................... 3357-38 ........................... 4356-09 ........................... 4357-08 ........................... 3358-37 ........................... 4358-07 ........................... 3350-45 ........................... 4350-15 ........................... 3351-44 ........................... 3352-43 ........................... 4351-14 ........................... 4352-13 ........................... 3353-42 ........................... 3354-41 ........................... 4353-12 ........................... 4354-11 ........................... 4. Premies van individuele levensverzekeringen (**): a) die in aanmerking komen voor de gewestelijke vermindering voor het bouwsparen: 1° contracten tot waarborg of wedersamenstelling van hypothecaire leningen gesloten in 2015 (1): 2° contracten tot waarborg of wedersamenstelling van hypothecaire leningen gesloten vóór 2015: a. contracten gesloten vanaf 1989: b. contracten gesloten vóór 1989: b) die in aanmerking komen voor de gewestelijke vermindering voor het lange termijnsparen: 1° contracten gesloten vanaf 1989: 2° contracten gesloten vóór 1989: c) nr. contract .................... .................... naam van de verzekeringsinstelling ......................................................................... ......................................................................... 5. Betaalde erfpacht- en opstalvergoedingen of gelijkaardige vergoedingen (**): a) contracten gesloten in 2015: b) contracten gesloten vóór 2015: 3143-58 ................................... 3147-54 ................................... Naam, voornaam en adres van de genieter: .......................................................................................................................................... (1) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen die in het Waals Gewest of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelokaliseerd zijn (zie vak III, A, 6). (2) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen die in het Vlaams Gewest gelokaliseerd zijn (zie vak III, A, 6). blz. 11 C. UITGAVEN DIE GEEN BETREKKING HEBBEN OP UW ‘EIGEN WONING’: 1. Interesten en kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen gesloten van 2005 tot 2013 die in aanmerking komen voor de federale ‘woonbonus’ (*): 1370-85 ........................... 2370-55 ........................... 2. Premies van individuele levensverzekeringen gesloten vanaf 2005 die in aanmerking komen voor de federale ‘woonbonus’ (*): 1371-84 ........................... 2371-54 ........................... Nr. contract ....................... ....................... Naam van de verzekeringsinstelling ......................................................................... ......................................................................... Hebt u in C, 1 (*) of C, 2 (*) interesten, kapitaalaflossingen of premies vermeld die betrekking hebben op een lening gesloten vanaf 2006? Zo ja, - was de woning waarvoor die lening is aangegaan, op 31.12.2015 nog altijd uw enige woning? - aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van afsluiting van die lening: 1372-83 1380-75 1374-81 1375-80 □ Ja □ Neen □ Ja □ Neen 2372-53 2380-45 2374-51 2375-50 □ Ja □ Neen □ Ja □ Neen 1373-82 ........................... 2373-52 ........................... 1138-26 ........................... 2138-93 ........................... Bedrag van de lening: 1139-25 ........................... 1140-24 l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 1141-23 ........................... 2139-92 ........................... 2140-91 l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 2141-90 ........................... Aantal kinderen ten laste op 1 januari van het jaar na het jaar van afsluiting van de lening: 1142-22 ........................... 2142-89 ........................... 3. Andere dan de in 1 bedoelde interesten, die in aanmerking komen voor een federaal belastingvoordeel: a) (*) van hypothecaire leningen (met een minimumlooptijd van 10 jaar) die na 30.4.1986 en (in principe) vóór 2005 zijn gesloten om in België: - uw enige woning te bouwen of in nieuwe staat (met btw) te verwerven: - uw enige en bij het sluiten van de lening sedert ten minste 15 of 20 jaar in gebruik zijnde woning te vernieuwen: Datum van de lening (dag, maand, jaar): Datum van ingebruikneming van de nieuwe woning of van de voltooiing van de vernieuwingswerken (dag, maand, jaar): Totale kostprijs van de vernieuwingswerken (btw inbegrepen): Uw aandeel in de woning: Aandeel in de woning, van personen die de lening samen met u hebben aangegaan: Betreft het een woning van beide samen belaste echtgenoten of wettelijk samenwonenden, die voor beiden de enige woning is? b) van andere dan de in a bedoelde schulden voor het verwerven of behouden van onroerende goederen die niet vrijgestelde onroerende inkomsten hebben opgebracht: 1144-20 l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 2144-87 l...ı...l...ı...l...ı...ı...ı...l 1145-19 .......................... 2145-86 ........................... 1148-16 R.RR.R,R.. pct. 2148-83 R.RR.R,R.. pct. 1149-15 R.RR.R,R.. pct. 2149-82 R.RR.R,R.. pct. 1136-28 □ Ja 1137-27 □ Neen 1146-18 ........................... 2146-85 ........................... 1355-03 ........................... 2355-70 ........................... 1358-97 ........................... 2358-67 ........................... 1359-96 ........................... 1360-95 ........................... 2359-66 ........................... 2360-65 ........................... 1351-07 ........................... 2351-74 ........................... 1353-05 ........................... 1354-04 ........................... 2353-72 ........................... 2354-71 ........................... 1147-17 ........................... 2147-84 ........................... 4. Kapitaalaflossingen van hypothecaire leningen aangegaan voor het verwerven of (ver)bouwen van een andere woning dan uw ‘eigen woning’ (*): a) die in aanmerking komen voor de federale vermindering voor het bouwsparen (leningen gesloten vanaf 1993 en (in principe) vóór 2005): b) die in aanmerking komen voor de federale vermindering voor het lange termijnsparen: 1° leningen gesloten vanaf 1989: 2° leningen gesloten vóór 1989 voor: a. een sociale woning: b. een middelgrote woning: 5. Premies van individuele levensverzekeringen: a) die in aanmerking komen voor de federale vermindering voor het bouwsparen (contracten gesloten vanaf 1993): b) die in aanmerking komen voor de federale vermindering voor het lange termijnsparen: 1° contracten gesloten vanaf 1989: 2° contracten gesloten vóór 1989: c) nr. contract .................... .................... naam van de verzekeringsinstelling ......................................................................... ......................................................................... 6. Betaalde erfpacht- en opstalvergoedingen of gelijkaardige vergoedingen voor onroerende goederen die niet vrijgestelde onroerende inkomsten hebben opgebracht: Naam, voornaam en adres van de genieter: .......................................................................................................................................... blz. 12 Vak X. - (UITGAVEN DIE RECHT GEVEN OP) BELASTINGVERMINDERINGEN. A. GIFTEN (*): 1394-61 ................................... B. VOOR BELASTINGVERMINDERING IN AANMERKING KOMEND BEDRAG VAN DE UITGAVEN VOOR KINDEROPPAS (*): 1384-71 ................................... C. NIET DOOR SUBSIDIES GEDEKT GEDEELTE VAN DE UITGAVEN VOOR HET ONDERHOUD EN DE RESTAURATIE VAN NIET VERHUURDE, VOOR HET PUBLIEK TOEGANKELIJKE EIGENDOMMEN DIE BESCHERMD ZIJN VOLGENS DE WETGEVING OP HET BEHOUD VAN MONUMENTEN EN LANDSCHAPPEN OF EEN GELIJKAARDIGE WETGEVING IN EEN ANDERE LIDSTAAT VAN DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE (**): D. BEZOLDIGINGEN VAN EEN HUISBEDIENDE (*): E. BETALINGEN VOOR PENSIOENSPAREN: 3385-10 ........................... 4385-77 ........................... 1389-66 ................................... 1361-94 ........................... 2361-64 ........................... F. BETALINGEN VOOR HET VERWERVEN VAN NIEUWE KAPITAALAANDELEN VAN EEN IN DE EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE GEVESTIGDE VENNOOTSCHAP WAARIN U WERKNEMER BENT OF WAARVAN UW VENNOOTSCHAP-WERKGEEFSTER EEN (KLEIN)DOCHTERONDERNEMING IS. 1. Betalingen gedaan in 2015 (*): 1362-93 ........................... 2362-63 ........................... 2. Terugname van de voorheen verkregen belastingvermindering door de vervroegde overdracht van aandelen in 2015: 1366-89 ........................... 2366-59 ........................... G. BETALINGEN VOOR PRESTATIES IN HET KADER VAN PLAATSELIJKE WERKGELEGENHEIDSAGENTSCHAPPEN (PWA-CHEQUES) (**): 3365-30 ........................... 4365-97 ........................... 3364-31 ........................... 3366-29 ........................... 4364-01 ........................... 4366-96 ........................... 3332-63 ........................... 3333-62 ........................... 4332-33 ........................... 4333-32 ........................... 1. Betalingen die in aanmerking komen voor de belastingvermindering van 30 pct.: 1318-40 ........................... 2318-10 ........................... 2. Betalingen die in aanmerking komen voor de belastingvermindering van 45 pct.: 1320-38 ........................... 2320-08 ........................... H. DIENSTENCHEQUES (**). 1. Betalingen voor prestaties betaald met dienstencheques (1): 2. Aantal dienstencheques (2): I. IN HET KADER VAN GEREGISTREERDE RENOVATIEOVEREENKOMSTEN TER BESCHIKKING GESTELDE BEDRAGEN DIE IN AANMERKING KOMEN VOOR BELASTINGVERMINDERING (**) (3). Totaal van de ter beschikking gestelde bedragen: 1. op 1.1.2015: 2. op 31.12.2015: J. BETALINGEN VOOR HET VERWERVEN VAN NIEUWE AANDELEN VAN STARTENDE KLEINE VENNOOTSCHAPPEN. K. BELASTINGVERMINDERINGEN VOOR ENERGIEBESPARENDE UITGAVEN IN EEN WONING DIE OP 31 DECEMBER VAN HET JAAR VAN HET BEGIN VAN DE WERKEN 5 JAAR OF LANGER IN GEBRUIK GENOMEN WAS. 1. Vermindering voor in 2015 betaalde uitgaven voor dakisolatie (**): 3317-78 ................................... 2. Overgedragen verminderingen voor uitgaven betaald in 2012. a) Als uw uitgaven 1 enkele woning betreffen, vermeld hierna: 1° uw aandeel in die woning: 1334-24 R.RR....,R.. pct. 2334-91 RRR.....,R.. pct. 2° uw overgedragen verminderingen voor in 2012 betaalde uitgaven voor volgende werken die in het kader van een vóór 28.11.2011 gesloten contract zijn uitgevoerd aan die woning: a. - de vervanging of het onderhoud van stookketels - de plaatsing van dubbele beglazing - de isolatie van daken - de plaatsing van een warmteregeling van een centrale verwarmingsinstallatie door thermostatische kranen of een kamerthermostaat met tijdsinschakeling 1314-44 ................................... - een energie-audit van de woning b. de plaatsing van zonnecelpanelen om zonne-energie in elektrische energie om te zetten: 1315-43 ................................... c. - de installatie van een systeem van waterverwarming met zonne-energie 1316-42 ................................... - de plaatsing van een andere uitrusting voor geothermische energieopwekking (1) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen die in het Vlaams Gewest of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelokaliseerd zijn (zie vak III, A, 6). (2) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen die in het Waals Gewest gelokaliseerd zijn (zie vak III, A, 6). (3) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen die in het Vlaams Gewest gelokaliseerd zijn (zie vak III, A, 6). blz. 13 b) Als uw uitgaven meer dan 1 woning betreffen, lees aandachtig de toelichting en vermeld hierna: 1° het aantal woningen waarop uw uitgaven betrekking hebben: 2° het totale bedrag van de belastingvermindering waarop u voor aanslagjaar 2016 aanspraak maakt en dat volgens de wet: a. in aanmerking kan komen voor de omzetting in een terugbetaalbaar belastingkrediet: b. niet in aanmerking kan komen voor de omzetting in een terugbetaalbaar belastingkrediet: L. BELASTINGVERMINDERING VOOR: - LAGE ENERGIEWONINGEN: - PASSIEFWONINGEN: - NULENERGIEWONINGEN: M. BELASTINGVERMINDERING VOOR UITGAVEN VOOR DE VERNIEUWING VAN EEN WONING VERHUURD VIA EEN SOCIAAL VERHUURKANTOOR (**): N. BELASTINGVERMINDERING VOOR UITGAVEN VOOR DE BEVEILIGING VAN EEN WONING TEGEN INBRAAK OF BRAND (**) (1): O. BELASTINGVERMINDERING VOOR HET VERWERVEN VAN AANDELEN VAN ERKENDE ONTWIKKELINGSFONDSEN. 1. Belastingvermindering voor aandelen verworven in 2015: 2. Terugname van de voorheen werkelijk verkregen belastingvermindering door de vervroegde overdracht van aandelen in 2015: P. BELASTINGVERMINDERING VOOR UITGAVEN VOOR HET VERWERVEN VAN EEN NIEUWE ELEKTRISCHE: - MOTORFIETS OF DRIEWIELER: - VIERWIELER: 1342-16 ................................... 1343-15 ................................... 1344-14 1347-11 1367-88 1348-10 ................................... ................................... ................................... ................................... 3395-97 ................................... 3383-12 ................................... 1323-35 ........................... 2323-05 ........................... 1376-79 ........................... 2376-49 ........................... 1325-33 1326-32 ................................... ................................... Vak XI. - BEDRAGEN DIE IN AANMERKING KOMEN VOOR EEN BELASTINGKREDIET VOOR WINWINLENINGEN (**) (2). 1. Bedragen die in aanmerking komen voor het jaarlijks belastingkrediet. Uitstaand saldo der uitgeleende of ter beschikking gestelde bedragen: a) op 1.1.2015: b) op 31.12.2015: 3377-18 .......................... 3378-17 .......................... 4377-85 .......................... 4378-84 .......................... 3379-16 .......................... 4379-83 .......................... 2. Bedrag dat in aanmerking komt voor het eenmalig belastingkrediet. Bedrag van de hoofdsom dat in 2015 definitief verloren is gegaan: Vak XII. - VOORAFBETALINGEN VOOR HET AANSLAGJAAR 2016. 1. Totaal bedrag van de betalingen: 2. Refertenummer van het rekeninguittreksel: 1570-79 ............................ 1575-74 ............................ 2570-49 ........................... 2575-44 ........................... (1) Rubriek alleen bestemd voor belastingplichtigen die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelokaliseerd zijn (zie vak III, A, 6). (2) Vak alleen bestemd voor belastingplichtigen die in het Vlaams Gewest gelokaliseerd zijn (zie vak III, A, 6). blz. 14 Vak XIII. - INKOMSTEN VAN BUITENLANDSE OORSPRONG EN DE VAN BELGISCHE OORSPRONG VRIJGESTELDE INKOMSTEN. BELANGRIJKE OPMERKING: In dit vak XIII moet u alle inkomsten van buitenlandse oorsprong en alle van Belgische oorsprong vrijgestelde inkomsten vermelden die u tijdens het belastbaar tijdperk hebt verkregen. Deze inkomsten zijn niet als dusdanig belastbaar in de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen), maar moeten in voorkomend geval in aanmerking genomen worden voor de juiste toepassing van een aantal bepalingen (zie toelichting). Wanneer u geen dergelijke inkomsten hebt verkregen, (zie toelichting bij dit vak XIII), kruist u hierna onder A.4 het betreffende vakje ‘nihil’ aan. A. TOTALE INKOMSTEN 1. Beroepsinkomsten ‘zonder vermeerdering’ Nettobedragen a) Pensioenen Land(en) van oorsprong (België of het buitenland) ............................................................................................................. 1330-28 ............................ 2330-95 ........................... 1331-27 ............................. 2331-94 ............................ b) Werkloosheidsuitkeringen Land(en) van oorsprong (België of het buitenland) ............................................................................................................. c) Wettelijke ziekte- en invaliditeitsuitkeringen Land(en) van oorsprong (België of het buitenland) ............................................................................................................. 1332-26 ............................. 2332-93 ............................ d) Andere vervangingsinkomsten Land(en) van oorsprong (België of het buitenland) ............................................................................................................. 1333-25 ............................. 2333-92 ............................ e) Andere beroepsinkomsten ‘zonder vermeerdering’ Land(en) van oorsprong (België of het buitenland) ............................................................................................................. 1049-18 ............................. 2049-85 ............................ 2. Beroepsinkomsten ‘met vermeerdering’ (winst, baten, bezoldigingen van bedrijfsleiders) Land(en) van oorsprong (België of het buitenland) ............................................................................................................. 1050-17 ............................ 3. Andere inkomsten (onroerende inkomsten, diverse inkomsten,R) Land(en) van oorsprong (België of het buitenland) ............................................................................................................. 1053-14 ............................ 4. Indien u tijdens het belastbaar tijdperk geen inkomsten hebt verkregen, waarvan u wordt gevraagd ze in vak XIII te vermelden, kruis dan het betreffende vakje hiernaast aan 1057-10 Nettobedrag 2050-84 ........................... Nettobedrag □ 2053-81 ........................... 2057-77 Nihil □ Nihil B. SPORTGERELATEERDE INKOMSTEN 1. Beroepsinkomsten ‘zonder vermeerdering’ Vermeld hier het bedrag van de hiervoor onder A.1, e (code 1049-18 of 2049-85) opgenomen beroepsinkomsten die werden verkregen als sportbeoefenaar, of als scheidsrechter, opleider, trainer of begeleider voor activiteiten ten behoeve van sportbeoefenaars 1091-73 ............................ 2. Beroepsinkomsten ‘met vermeerdering’ Vermeld hier het bedrag van de hiervoor onder A.2 (code 1050-17 of 2050-84) opgenomen beroepsinkomsten die werden verkregen als sportbeoefenaar, of als scheidsrechter, opleider, trainer of begeleider voor activiteiten ten behoeve van sportbeoefenaars 1092-72 ............................ Aantal toegevoegde bladen: RRRRRRRRRR. ▲ OPGELET! Nettobedrag 2091-43 ........................... Nettobedrag 2092-42 ........................... Datum: ................................................................................. VERGEET NIET: - de gegevens die u hebt ingevuld in vak I van deze voorbereiding over te brengen op de voorpagina van uw eigenlijke aangifte; - de bedragen en andere gegevens die u in deze voorbereiding naast voorgedrukte codes van 6 cijfers (bv. 1250-11) hebt ingevuld, samen met die codes over te brengen op de binnenzijde van uw eigenlijke aangifte; de gegevens waarvoor in deze voorbereiding geen codes zijn voorgedrukt (bv. vak V, rubrieken K, O en P, vak VI, rubriek C, enz.) over te brengen in de overeenstemmende vakken en rubrieken op de laatste pagina van uw eigenlijke aangifte. -