PRAKTIJKBLAD SALARISADMINISTRATIE nr 8 / 24 mei 2013 LOONHEFFINGEN Rechtspraak over negatief loon: een overzicht Werknemer betaalt geld (terug) aan werkgever In de afgelopen jaren zijn in de rechtspraak de contouren van het begrip negatief loon bepaald. In deze bijdrage wordt daar aan de hand van de rechtspraak van de Hoge Raad nader op in gegaan. Heidi Bröker Deloitte Belastingadviseurs Global Employer Services Loon is al hetgeen uit een tegenwoordige of een vroegere dienstbetrekking wordt genoten, aldus de Wet op de loonbelasting 1964 (Wet LB 1964). Onder loon wordt op grond van de werkkostenregeling ook begrepen hetgeen is vergoed of verstrekt in het kader van de dienstbetrekking. Betalingen van werknemer aan werkgever Betalingen van werkgevers aan werknemers vormen loon als de werknemers de betalingen genieten uit hun dienstbetrekking. Vormen betalingen van werknemers aan hun werkgever die voortvloeien uit hun dienstbetrekking dan negatief loon? Als een werknemer zich met succes op het standpunt kan stellen dat een betaling aan de werkgever als negatief loon kan worden aangemerkt, dan kan de betaling in mindering worden gebracht op zijn belastbaar inkomen. Waarom negatief loon? In de Wet LB 1964 is limitatief opgenomen welke betalingen in mindering mogen worden gebracht op het brutoloon. Dit zijn bijvoorbeeld werknemersbijdragen in een pensioenregeling en premies voor verzekeringen die naar hun aard overeenkomen met de werknemersverzekeringen. Om andere posten dan de posten die wettelijk geregeld zijn in mindering te kunnen brengen op het brutoloon, moet sprake zijn van negatief loon. In de rechtspraak die is gewezen over het begrip negatief loon, zijn enkele categorieën te onderscheiden. Het gaat daarbij onder meer om schadevergoedingen, de terugbetaling van genoten loon en (in uitzonderlijke gevallen) betalingen voor loon in natura. Betaling van een schadevergoeding Het kan voorkomen dat werknemers gehouden zijn om een schadevergoeding aan hun werkgever te betalen, bijvoorbeeld doordat zij gehandeld hebben in strijd met een bepaling in hun arbeidsovereenkomst. Om te bepalen of sprake is van negatief loon, is de zogeheten causaliteit van belang. Net zoals een schadevergoeding van de werkgever als loon belast is als deze rechtstreeks samenhangt met de dienstbetrekking en als daaruit genoten moet worden beschouwd, kwalificeert een schadevergoeding van de werknemer aan de werkgever als negatief loon indien hetzelfde oorzakelijk verband aanwezig is. Met andere woorden: of het nu om positief of om negatief loon gaat, er moet een oorzakelijk verband zijn met de dienstbetrekking. Afkoopsom marineofficier Al in 1957 heeft de Hoge Raad geoordeeld over het begrip negatief loon (HR 17 april 1957). Een marineofficier (een adelborst) beëindigde zijn dienstbetrekking voortijdig. Aan zijn arbeidsovereenkomst was de voorwaarde verbonden dat hij dan een afkoopsom van 3.000 gulden aan het Rijk moest betalen als vergoeding voor de kosten die het Rijk aan zijn opleiding had besteed. De adelborst wenste de afkoopsom in aanmerking te nemen als negatief voordeel uit dienstbetrekking. De Hoge Raad oordeelde dat als een werknemer zijn dienstbetrekking beëindigt en daarvoor een schadevergoeding aan zijn werkgever moet betalen, die betaling een negatieve opbrengst van de dienstbetrekking is. De betaling van de marineofficier was volgens de Hoge Raad een dergelijke betaling. Boete vanwege overtreden concurrentiebeding In dezelfde categorie valt een recenter arrest waarin de Hoge Raad oordeelde over een werknemer die vanwege het overtreden van een concurrentiebeding in zijn arbeidsovereenkomst een boete aan zijn voormalige werkgever moest betalen (HR 5 februari 2010). Evenals bij de marineofficier is de boete een betaling die voortvloeit uit de arbeidsovereenkomst. Anders dan bij de marineofficier had deze werknemer de boete kunnen voorkomen door zich aan het concurrentiebeding te houden. De Hoge Raad bevestigde echter het oordeel van het gerechtshof dat het door belanghebbende aan zijn ex-werkgever betaalde bedrag als negatief loon moest worden aangemerkt. De verplichting tot betaling vond namelijk 11 www.kluwersalarisadministratie.nl LOONHEFFINGEN wil behouden, is geen sprake van belastbaar loon. Dit was aan de orde bij een werknemer die drie maanden bij zijn werkgever had gewerkt, maar over de vierde maand ook nog salaris ontving. De werkgever verzocht de werknemer een maand later het loon over de vierde maand terug te betalen en de werknemer gaf daar meteen gehoor aan. De Hoge Raad oordeelde dat ten onrechte ontvangen loon niet tot het loon behoort als de ontvanger ervan binnen redelijke termijn heeft blijk gegeven het niet te willen behouden (HR 21 december 1988). Bijzonderheden voor dga’s Bij terugbetaling van eerder genoten voordelen door directeur-grootaandeelhouders (dga’s) geldt naast het causaliteitsvereiste - er moet voldoende verband zijn met de dienstbetrekking - de aanvullende eis dat het negatieve loon voortvloeit uit een wettelijke verplichting of uit een beding dat onderdeel uitmaakt van de overeenkomst tussen de dga en de vennootschap op grond waarvan het voordeel is genoten. geheel en rechtstreeks haar oorzaak in de dienstbetrekking van belanghebbende bij die werkgever. Terugbetaling van loon Anders dan bij de schadevergoeding gaat het bij terugbetaling van loon om loon dat al eerder genoten is. Naast de hiervoor besproken causaliteit geldt bij terugbetaling van loon een tweede voorwaarde, namelijk dat het eerder genoten loon al in de belastingheffing is betrokken. Als voorbeeld kan het ten onrechte uitbetaalde overwerk worden genoemd. Hoe de terugbetaling in de salarisadministratie moet worden verwerkt, hangt af van het moment waarop de terugbetaling plaatsvindt. ã De werknemer betaalt het nettobedrag terug binnen het kalenderjaar. Bij toepassing van de loon-in-methode (de hoofdregel) vormt het brutobedrag dat hoort bij het netto terugbetaalde bedrag, negatief loon in het loontijdvak waarin de terugbetaling plaatsvindt. Wordt nog gebruik gemaakt van de loon-over-methode, dan wordt de terugbetaling verwerkt in het loontijdvak waarop de terugbetaling betrekking heeft. ã De werknemer betaalt het teveel ontvangen brutobedrag terug na afloop van het kalenderjaar waarin hij het teveel betaalde loon heeft genoten. De werkgever verrekent het negatieve loon dan in één of meer loontijdvakken met het in die tijdvakken betaalde reguliere loon (‘positief loon’). Als geen verrekening plaatsvindt, bijvoorbeeld omdat de werknemer al uit dienst is getreden, dan kan de werknemer het negatief loon verrekenen in zijn aangifte inkomstenbelasting. Ten onrechte genoten salaris Wanneer het om ten onrechte genoten salaris gaat en de werknemer binnen een redelijke termijn laat weten dat hij het loon ten onrechte heeft ontvangen en het niet 12 Betaling voor loon in natura Bedragen die een werknemer betaalt voor loon in natura, komen in mindering op de waarde van dat loon in natura. Het bekendste voorbeeld is de eigen bijdrage voor privégebruik van de auto van de zaak die onder voorwaarden op de fiscale bijtelling in mindering mag worden gebracht. Er is dan geen sprake van negatief loon, maar van een lagere waardering van de betreffende looncomponent. Wanneer de eigen bijdrage echter hoger is dan de fiscale bijtelling, kan het verschil volgens de Hoge Raad niet als negatief loon worden aangemerkt, omdat het verband met de dienstbetrekking in zoverre ontbreekt (HR 26 maart 1997). Toch kan in een specifieke situatie wel sprake zijn van negatief loon. Het moet dan gaan om de situatie waarin de werknemer zich jegens de werkgever niet kan onttrekken aan het aanvaarden van de ter beschikking gestelde auto. Deelname aan leaseregeling De Hoge Raad vond dat er in de volgende situatie geen sprake was van negatief loon (HR 14 juni 2002). Een werknemer kon bij zijn nieuwe dienstbetrekking deelnemen aan de leaseregeling. Hij koos voor de sale-andlease-back optie, zodat hij zijn eigen auto kon blijven rijden. Zijn werkgever werd daardoor echter geconfronteerd met niet verrekenbare omzetbelasting en verhaalde die op de werknemer door inhouding op zijn salaris. De werknemer wilde de verhaalde omzetbelasting in mindering brengen op de fiscale bijtelling voor de auto. De Hoge Raad hechtte er echter aan dat de werknemer niet gedwongen was om gebruik te maken van de saleand-lease-back optie. De bedragen die op zijn loon werden ingehouden hingen niet zo rechtstreeks samen met de dienstbetrekking als het loon dat hij had genoten als PRAKTIJKBLAD SALARISADMINISTRATIE nr 8 / 24 mei 2013 LOONHEFFINGEN tegenprestatie voor het nakomen van de verplichtingen uit hoofde van die dienstbetrekking. De op het loon ingehouden bedragen vormden geen negatief loon. Terugbetaling vrije vergoeding en verstrekking Wanneer werknemers een vergoeding terugbetalen die eerder als een vrije vergoeding of verstrekking is toegekend, is geen sprake van negatief loon. Aangezien de vrije vergoeding niet in de loonheffingen betrokken is geweest, zou het tot een teruggaaf van niet eerder betaalde loonheffingen leiden als de terugbetaling als negatief loon zou worden aangemerkt (HR 12 december 2008). Dit doet zich bijvoorbeeld voor bij vergoedingen voor studiekosten die de werknemer (gedeeltelijk) moet terugbetalen bij uitdiensttreding. Wanneer de vergoeding van studiekosten niet tot het loon behoort, kan de terugbetaling van een dergelijke vergoeding ook niet als negatief loon kwalificeren. Deze verzekering kon alleen worden afgesloten door werknemers die verplicht zijn deel te nemen aan een pensioenregeling bij het pensioenfonds. De verzekering voorzag in een inkomensvoorziening ten behoeve van de echtgenote van werknemer na diens overlijden. De werkgever was niet betrokken bij het sluiten van de verzekering. De vraag deed zich voor of de premiebetalingen als negatief loon konden worden aangemerkt. Zowel het gerechtshof als de Hoge Raad oordeelde dat dit niet kon Bij positief of negatief loon is oorzakelijk verband met dienstbetrekking vereist Overige situaties Naast de hiervoor beschreven categorieën negatief loon, doen zich situaties voor waarin betalingen of inhoudingen om diverse redenen als negatief loon worden aangemerkt. In de afgelopen jaren is een diversiteit aan onderwerpen bij de Hoge Raad gepasseerd. Solidariteitsheffing Een bedrijf dat in een slechte bedrijfseconomische situatie verkeerde had een sociaal plan opgesteld. Op grond van een afspraak in de (ondernemings-)cao werd op het loon van de werknemers een solidariteitsheffing ingehouden. De solidariteitsheffingen werden vervolgens verstrekt als aanvulling op uitkeringen van boventallige werknemers. Indien werknemers zoals bij dit bedrijf uit hoofde van hun dienstbetrekking - namelijk op grond van de cao - een deel van hun loon hebben afgedragen aan de werkgever, is volgens de Hoge Raad sprake van negatief loon (HR 5 februari 2010). De op de werknemer verhaalde WGA-premie Een ander inmiddels bekend arrest is dat de op de werknemers verhaalde WGA-premies uiteindelijk door de Hoge Raad als negatief loon zijn aangemerkt en daarom op het brutoloon in mindering mochten worden gebracht (HR 8 april 2011). De wetgever heeft echter naar aanleiding van de eerdere rechtbankuitspraken met ingang van 1 januari 2009 expliciet in de Wet LB 1964 (artikel 11c) opgenomen dat bij de bepaling van het belastbare loon geen rekening mag worden gehouden met de op een werknemer verhaalde WGA-premie. De verhaalde WGA-premie moet daarom op het nettoloon worden ingehouden. Vrijwillige ANW-vangnetverzekering Tot slot een medewerker die bij het pensioenfonds een vrijwillige ANW-vangnetverzekering had afgesloten. (HR 23 maart 2012). De betaling van de premie hield onvoldoende causaal verband met de dienstbetrekking en kon als gevolg daarvan niet worden aangemerkt als negatief loon. De omstandigheid dat deelname aan de verzekering alleen mogelijk was voor degenen die verplicht waren om deel te nemen aan een pensioenregeling bij het Pensioenfonds leidde volgens het gerechtshof niet tot een ander oordeel. De Hoge Raad vulde nog aan dat de enkele omstandigheid dat een betaling achterwege zou zijn gebleven als er geen sprake was geweest van een dienstbetrekking, onvoldoende is om het voor (negatief) loon vereiste verband tussen de dienstbetrekking en die betaling aan te nemen. Conclusie In de wetgeving wordt alleen gesproken van loon, waaronder zowel positief als negatief loon wordt begrepen. Voor positief en negatief loon gelden daarom dezelfde voorwaarden: er moet in het algemeen sprake zijn van een voordeel of een nadeel dat zozeer samenhangt met de dienstbetrekking dat het als daaruit genoten moet worden beschouwd. Betalingen van werknemers aan hun werkgever die aan deze voorwaarde voldoen, kunnen als negatief loon worden aangemerkt. Hierop zijn vele nuanceringen te maken, die het kader van dit artikel te buiten gaan. Bij terugbetalingen van eerder genoten loon vormen is er een symmetrie met het eerder genoten loon: als dat in de heffing betrokken is geweest, vormt de terugbetaling negatief loon. Voor dga’s lijkt tot slot een aanvullende voorwaarde te gelden dat het negatieve loon voortvloeit uit een wettelijke verplichting of uit een beding dat onderdeel uitmaakt van de overeenkomst tussen de dga en de vennootschap op grond waarvan dat voordeel is genoten. 13