Aardrijkskunde Vakwerkplan Onderbouw 2007-2008

advertisement
Geologie van ons wandelgebied
Inleiding
We gaan lopen in het zogenaamde Leisteengebergte (duits: Rheinische Schiefergebirge), dat
zich uitstrekt over delen van Duitsland, maar ook over delen van België en Frankrijk.
Dat de Belgen dit Leisteengebergte ‘Ardennen’ en ‘Hoge Venen’ noemen en de Duitsers de
namen ‘Eiffel’, ‘Taunus’, ‘Hunsrück’ en Sauerland (etc…) gebruiken (zie onderstaande
figuur), heeft meer te maken met natuurlijke grenzen (vooral rivieren) en regionale
verschillen (ander gesteente, andere hoogteligging) dan met de algemene
ontstaansgeschiedenis. Geologisch gezien hebben deze gebieden namelijk een gezamenlijke
geologische oorsprong.
Op de volgende bladzijde is een overzichtje van de belangrijkste geologische gebeurtenissen
opgenomen.
Het deel van de Rijn dat door dit gebergte loopt, wordt ‘Mittelrhein’ genoemd. Het stukje
van deze Mittelrhein (de Oben-Mittelrhein) waar wij langs lopen, is op de werelderfgoedlijst
van UNESCO geplaatst, vanwege het bijzondere cultuurlandschap.
1
Geologisch tijdvak
Wat gebeurde er in ons wandelgebied ?
Voor het ontstaan van al
het leven
Niks wat je tegenwoordig ook aan de oppervlakte kan zien
(4,6 miljard jaar geleden
– 500 miljoen jaar
geleden)
Paleozoïcum (het eerste
leven)
(500 – 250 miljoen jaar
geleden)
1) Botsing van Noord-Amerika met delen van Europa (ontstaan
van Laurazië): De Schotse hooglanden en de Scandinavische
gebergten ontstonden.
Deze bergen sleten in de loop van vele miljoenen jaren en lieten
via riviertjes zand en klei achter in ons huidige wandelgebied.
Door de aanvoer van deze materialen schoof de kustlijn van
Laurazie naar het zuiden en kwam ons gebied in ondieper water
te liggen. In dit ondiepe water werd kalk afgezet (veel diertjes
met een skelet zinken naar de bodem van de zee als ze sterven).
Het zand, klei en kalk van deze periode bevindt zich nu aan het
oppervlak (!) in de vorm van zandsteen, kleisteen en kalksteen.
Door een volgende, ingrijpende gebeurtenis (zie 2) vond er
echter nog een verandering in de structuur van het merendeel
van de gesteenten plaats.
2) Botsing van Laurazië met Gondwana (Gondwana bestond uit
Zuid Amerika, Afrika, delen van Azië, Australië en Antartica).
Ontstaan van het supercontinent Pangeae. Door deze botsing
ontstond o.a. de Eiffel, maar ook bijvoorbeeld het Centraal
Massief.
Bij deze botsing werd het zand en de klei in ons wandelgebied
onder grote druk gezet, zodat het zand(steen) soms tot
graniet werd omgevormd en de klei(steen) soms tot leisteen
of schalie. Tevens werd het gebied, gelijk een gordijn dat je ’s
ochtends openschuift, geplooid, waardoor grote
hoogteverschillen ontstonden.
Mesozoïcum (het middelleven)
(250 – 65 miljoen jaar
geleden)
Kenozoïcum (het nieuwe
leven)
(65 miljoen jaar geleden
– heden)
Slijtage (verwering en erosie) van het gebergte door o.a. de
insnijding van rivieren.
Ondertussen drijven alle continenten richting hun huidige plek op
de wereldkaart. Rond Europa vinden er geen botsingen plaats
tussen continenten, zodat hier in het Mesozoïcum geen
gebergtes ontstaan.
Door de botsing van Afrika tegen Europa zijn de Alpen ontstaan,
maar ook ons gebied is daardoor opnieuw omhoog gedrukt.
De Rijn was er toen al. De erosie van de Rijn kon de
zogenaamde opheffing van ons gebied bijhouden (dat heet
officieel: een antecedente rivier)
Vulkanische activiteit in o.a. de Hunsrück (bijv. in het Nahe-dal
zichtbaar)
Het hoogste topje is tegenwoordig 880 meter hoog in ligt ten
oosten van de Rijn in het Taunusgebergte, nl. de Feldberg.
2
De bovenstaande tabel geeft wel een duidelijk overzicht, maar wat ontbreekt zijn plaatjes.
Vandaar hieronder een extra toelichting op de tabel met wat beelden.
Op plaatje 1(zie hieronder) zie je de situatie zoals die was na de vorming van Pangeae,
het supercontinent (het gebergte dat toen ontstond, wordt ook wel Hercynisch gebergte
genoemd). Een gedeelte van dat gebergte kwam onder nieuw materiaal (zand, klei en kalk)
te liggen uit de geologische perioden 'Trias, Jura en Krijt' (subperioden in het Mesozoïcum),
maar ons wandelgebied niet, want wij lopen precies op de zogenaamde ‘opheffing’ (plaatje
2). Toen de Afrikaanse plaat tegen Europa begon te duwen, werd dit gebergte opnieuw
omhoog geduwd en ontstonden er tegelijkertijd breuken (plaatje 2). De steile rotswanden
langs een gedeelte van de Boven-Rijn zijn breukvlakken, waarlangs een gedeelte van het
gebergte is afgeschoven (het huidige Rijndal) (plaatje 3). Bij Bingen bevinden we ons in
het uiterste noorden van dit breukvlak, waar het Rijndal veel breder is, dan als we verder
naar het noorden lopen. Boven Bingen tot aan Koblenz lopen we langs een zeer smal
rivierdal, waar geen breukvlakken zijn en de rivier de opheffing van het Schiefergebergte
heeft kunnen bijhouden door insnijding.
Toelichting: het Tertiair is een subperiode in het Kenozoïcum
3
Als je het gebied geologisch nog meer in detail gaat bekijken, wordt het natuurlijk veel
ingewikkelder. In elke geologische (sub)periode worden verschillende gesteenten gevormd,
zodat het noemen van deze perioden nog niks zegt over wat er nu daadwerkelijk voor
gesteenten worden aangetroffen op onze wandeltocht. Hieronder zijn alleen de gesteenten
toegelicht die we zullen tegenkomen.
periode
Paleozoïcum
subperiode
(onder) Devoon
soort
gesteente:
Kwartsiet
periode
Paleozoïcum
subperiode
(onder) Devoon
soort gesteente:
voornamelijk
Kleisteen en
Grauwacke
periode:
Kenozoïcum
subperiode:
Pleistoceen
soort gesteente:
Los sediment
(grind, zand, klei)
Ons wandelgebied
Toelichting:
Grauwacke is een soort zandsteen
kwartsiet is een door hoge druk en temperatuur, uit zandsteen ontstaan gesteente
4
Download