De TDI-registratie in de Belgische ziekenhuizen Informatiesessie Brussel, 7 oktober 2014 Jérôme Antoine, nationaal coördinator van het TDI-project (WIV-ISP) Lies Gremeaux, verantwoordelijke Programma Drugs (WIV-ISP) Rue Juliette Wytsmanstraat 14 | 1050 Brussels | Belgium T +32 2 642 51 11 | F +32 2 642 54 10 | email: [email protected] | http://www.wiv-isp.be Inhoud 1. De context van de TDI-registratie 2. Het registratie protocol 3. De gedetailleerde vragenlijst 4. De registratie in de praktijk 5. Hulp en hulpbronnen 1. De context van de TDI-registratie 1.1. In Europa • Treatment Demand Indicator (= Indicator van de behandelingsaanvraag) Geregistreerd in alle EU-landen voor het EMCDDA • • Deel van de sleutelindicatoren voor het verstrekken van gestandardiseerde informatie over drugs Probleemgebruik van drugs Algemene bevolkingsonderzoeken Overdraagbare aandoeningen ten gevolge van druggebruik Mortaliteit ten gevolge van druggebruik Behandelingsaanvragen 1. De context van de TDI-registratie 1.1. In Europa • In 1994, 1ste gestandardiseerde protocol op het niveau van enkele steden • In 2000, 2de Europees protocol op het niveau van de lidstaten • In 2012, 3de versie van het Europees protocol 1. De context van de TDI-registratie 1.2. In België Brussel Registratiesystemen MPG 1. De context van de TDI-registratie 1.2. In België • In 2005, interministeriële conferentie • WIV-ISP verantwoordelijk voor de nationale coördinatie van het project • Belgisch protocol aangepast vanuit het Europees protocol 2.0 (bv.: alcohol) • Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer • Trusted third party (eHealth) voor de veiligheidsaspecten van de gegevens • Ontwikkeling van registratiewerktuigen • Oprichting van het coördinatiecomité (CocoTDI) • In 2011, eerste feitelijke registraties • In 2015, nieuw protocol aangepast vanuit het protocol 3.0 van het EMCDDA 1. De context van de TDI-registratie 1.3. In de ziekenhuizen • Piloot-project in 3 fasen: FASE 1 08/2011 FASE 2 08/2012 25 ziekenhuizen 5519 registraties FASE 3 12/2013 42 ziekenhuizen 11466 registraties 12/2014 65 ziekenhuizen ? registraties • Koninklijk besluit voor de TDI-registratie in alle ziekenhuizen vanaf 2015 • Akkoord van de commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer 1. De context van de TDI-registratie 1.4. Gebruik van TDI-gegevens • • Vervullen van de engagementen ten aanzien van de EU Ondersteunen van het gezondheidsbeleid door epidemiologische gegevens over : • • • 1) de grootte van het aantal behandelingsaanvragen en de daaraan gekoppelde nood aan middelen en voorzieningen; 2) de trends op het vlak van drugsgebruik; 3) de toegankelijkheid van instellingen die de behandelingen op zich nemen Epidemiologische gegevens >< Register van verslaafden Gebruik van geaggregeerde gegevens >< individuële gegevens Geen doelstelling van controle of beheer van gezondheidsstructuren 2. Het registratie protocol 2.1. Casusdefinitie De TDI-registratie moet plaatsvinden voor elke behandelingsepisode die een persoon in het behandelingscentrum opstartte voor problemen vanwege zijn/haar drug- of alcoholgebruik. 2. Het registratie protocol 2.2. Definitie van behandeling Activiteit/activiteiten rechtstreeks gericht op personen die Telefoon, briefwisseling, internet, andere dan de persoon zelf problemen hebben met hun drug- en alcoholgebruik om de vooropgestelde doelstellingen inzake de vermindering en/of oplossing van deze problemen te behalen. Deze activiteiten Sporadische interventies : somatische gevolgen, infecties, sociale ondersteuning zijn toegediend door ervaren of erkende professionals, in Zelfhulpgroepen het kader van een erkende medische, psychologische of maatschappelijke hulpverleningspraktijk. 2. Het registratie protocol 2.2. Definitie van behandelingsepisode De start van de behandeling wordt beschouwd als het eerste geformaliseerde face-to-face-contact tussen de persoon en de professional. Tijdens dit contact moet de persoon kunnen worden geïdentificeerd en zijn/haar eigenschappen en behoeften inzake zijn/haar probleem van drug- of alcoholgebruik geëvalueerd. Bij de residentiële hulpverlening start een behandelingsepisode wanneer de persoon in het centrum wordt opgenomen of onvoorzien opnieuw opgenomen (meestal wegens herval). Bij de ambulante hulpverlening start een nieuwe behandelingsepisode wanneer een persoon die 6 maanden niet meer werd gezien zichzelf terug aanbiedt voor een behandeling. 2. Het registratie protocol 2.2. Definitie van behandelingsepisode De behandelingsepisode wordt als beëindigd beschouwd wanneer er een formele (al dan niet overeengekomen) conclusie is of wanneer de persoon stopt het centrum te bezoeken of overlijdt. Bij de residentiële hulpverlening eindigt een behandelingsepisode wanneer de persoon uit het centrum wordt ontslagen. Niet beëindigd wanneer verandering van eenheid Bij de ambulante hulpverlening eindigt een behandelingsepisode wanneer de persoon 6 maanden lang niet opdaagt. 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.1. Identificatie van de registratie CI2. Naam van het programma / afdeling / antenne waar de patiënt is behandeld: CI4. Soort hospitalisatie 1 24 uur-hospitalisatie in een psychiatrisch bed 2 Daghospitalisatie in een psychiatrisch bed 3 Nachthospitalisatie in een psychiatrisch bed 88 Andere type bed : 99 Onbekend PI1. Soort identificatie van de patiënt TD1. 1 99 Rijksregisternr. PI2. Identificatie van de patiënt .. Geen identificatie Op welke datum is deze behandelingsepisode begonnen? .. PD1. PD2. PD3. 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.2. Beschrijving van de patiënt Geslacht 1 2 99 Man Vrouw Onbekend Leeftijd bij begin van de behandelingsepisode jaar Waar woonde u meestal de afgelopen 30 dagen? 1 Vaste verblijfplaats 2 Verschillende verblijfplaatsen 3 Op straat 4 Instelling Ga rechtstreeks naar vraag PD6 5 Gevangenis Ga rechtstreeks naar vraag PD6 88 Een andere type verblijfplaats: 99 Onbekend 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.2. Beschrijving van de patiënt PD4. Met wie woonde u de afgelopen 30 dagen meestal samen? 1 Alleen 2 Met partner 3 Ouder(s) 4 Andere familieleden 5 Vrienden of andere personen (zonder verwantschap) 88 Andere: 99 Onbekend PD5. Heeft u de afgelopen 30 dagen samengewoond met kinderen jonger dan 18 jaar waarvoor u verantwoordelijk bent? 1 Ja 2 Nee 99 Onbekend 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.2. Beschrijving van de patiënt PD6. Wat is het hoogste diploma dat u ooit heeft behaald? 1 Geen 2 Basisonderwijs 3 Secundair onderwijs 4 Hoger onderwijs/Universiteit 88 Andere : 99 Onbekend PD7. Wat was in de afgelopen 30 dagen uw voornaamste werksituatie? 1 Regelmatige tewerkstelling 2 Occasionele tewerkstelling 3 Werkloos 4 Scholier / Student / Beroepsopleiding 5 Arbeidsongeschikt 6 Huisvrouw / Huisman 7 Op pensioen / Op vervroegd pensioen 88 Andere: 99 Onbekend PD8. 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.2. Beschrijving van de patiënt Wat was in de afgelopen 30 dagen uw voornaamste bron van inkomsten? 1 Loon / Beroepsinkomen 2 Werkloosheidsuitkeringen 3 Studiebeurs 4 Ziekte- of invaliditeitsuitkering 5 Leefloon of OCMW-steun 6 Kinderbijslag 7 Pensioen of overlevingspensioen 8 Geen eigen inkomsten 88 Andere : 99 Onbekend 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.3. Beschrijving van de behandeling TD2. Welke persoon of instelling heeft u ertoe aangezet om deze behandeling te volgen? 1 Ikzelf 2 Iemand uit mijn familie 3 Een vriend 4 Een huisarts 5 Een centrum voor verslaafden (ambulant of residentieel) 6 Een ziekenhuis (algemeen of psychiatrisch) 7 Een andere medische of psycho-sociale dienst 8 Het gerecht/ de politie / de strafuitvoeringsrechtbank 88 Andere: 99 Onbekend TD3. Bent u in het verleden al behandeld voor een middelgebonden problematiek? 1 Ja 2 Nee Ga rechtstreeks naar vraag AP1 99 Onbekend Ga rechtstreeks naar vraag AP1 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.3. Beschrijving van de behandeling TD4. Heeft u ooit al een substitutiebehandeling gevolgd? 1 Ja 2 Nee Ga rechtstreeks naar vraag AP1 99 Onbekend Ga rechtstreeks naar vraag AP1 TD5. Welke types substitutiebehandeling heeft u al gevolgd? 1 Methadon 2 Buprenorfine 3 Andere opiaten 88 Andere types van substitutiebehandelingen: 99 Onbekend TD6. Op welke leeftijd heeft u uw eerste substitutiebehandeling gevolgd? jaar 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.3. Beschrijving van de behandeling TD7. Wat is het type van problematisch gedrag door gebruik van middelen? (slechts één keuze mogelijk) 1 Intoxicatie 2 Misbruik 3 Verslaving 88 Andere : 99 Onbekend TD8. Wat is het doel dat de therapeutische ploeg met de behandeling wil bereiken? (slechts één keuze mogelijk) 1 Geen doelstelling 2 Stabilisatie van de consumptie 3 Substitutiebehandeling 4 Vermindering van de consumptie 5 Ontwenning 88 Andere : 99 Onbekend 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.4. Beschrijving van het verslavingsprofiel AP1. Welke psychoactieve substanties vormen momenteel problemen voor u? 10 20 30 Opiaten (categorie) 11 Heroïne 12 Methadon (misbruik) 13 Buprenorfine (misbruik) 14 Fentanyl (illegaal/misbruik) 15 Andere opiaten: Cocaïne (categorie) 21 Cocaïne in poeder 22 Crack 23 Andere cocaïne: Stimulantia, andere dan cocaïne (categorie) 31 Amfetamine 32 Methamfetamine 33 MDMA of derivaten 34 Mefedrone 35 Andere stimulantia: 40 50 60 70 80 88 Hypnotica of sedativa (categorie) 41 Barbituraten 42 Benzodiazepine 43 GHB/GBL 44 Ander hypnoticum : Hallucinogenen (categorie) 51 LSD 52 Ketamine 53 Andere hallucinogenen: Vluchtige snuifmiddelen Cannabis (categorie) 71 Marihuana (wiet) 72 Hasj (hars) 73 Andere cannabis: Alcohol Andere: ! Indien meerdere substanties aangevinkt = polydrug gebruik AP2. Onder deze substanties wat is de voornaamste die u ertoe bracht om de huidige behandeling te starten? 1 Voornaamste substantie : 2 Voornaamste substantie niet identificeerbaar Ga rechtstreeks naar vraag AP6 99 Onbekend Ga rechtstreeks naar vraag AP6 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.4. Beschrijving van het verslavingsprofiel AP3. De voorbije 30 dagen, op welke manier gebruikt u deze voornaamste substantie gewoonlijk? 1 Injectie 2 Roken/inhaleren 3 Eten/drinken 4 Snuiven 88 Andere: 99 Onbekend AP4. De voorbije 30 dagen, hoe frequent gebruikt u deze voornaamste substantie gewoonlijk? 1 De voorbije 30 dagen heb ik de substantie niet gebruikt 2 1 dag per week of minder 3 2 tot 3 dagen per week 4 4 tot 6 dagen per week 5 Dagelijks 99 Onbekend AP5. Op welke leeftijd heeft u deze voornaamste substantie voor het eerst gebruikt? jaar 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.4. Beschrijving van het verslavingsprofiel AP6. Heeft u in uw leven al een psychoactieve substantie geïnjecteerd (ongeacht welke substantie)? 1 Ja 2 Nee Eind van de vragenlijst 99 Onbekend Eind van de vragenlijst AP7. Op welke leeftijd heeft u een psychoactieve substantie voor het eerst geïnjecteerd? AP8. jaar Wanneer heeft u een psychoactieve substantie voor het laatst geïnjecteerd? 1 De voorbije 30 dagen 2 Het voorbije jaar 3 Meer dan een jaar geleden 99 Onbekend 3. De gedetailleerde vragenlijst 3.4. Beschrijving van het verslavingsprofiel AP9. Heeft u in de loop van uw leven al naalden of spuiten gedeeld? 1 Ja 2 Nee Eind van de vragenlijst 99 Onbekend Eind van de vragenlijst AP10. Wanneer heeft u voor het laatst een naald of spuit gedeeld? 1 De voorbije 30 dagen 2 Het voorbije jaar 3 Meer dan een jaar geleden 99 Onbekend 4. De registratie in de praktijk 4.1. Datacollectie • Wanneer ? Zo dicht mogelijk bij de opname van de patiënt om de situatie bij de start van behandeling te schetsen • Hoe ? Tijdens een face-to-face gesprek met de patiënt. Hetzij op papier of elektronisch • Door wie ? Een persoon die verantwoordelijk is voor de patiënt • Rechten van het patiënt ? Op de hoogte brengen van de registratie, de behandeling van gegevens, gebruik van gegevens, toegangs- en correctie rechten Correctie van gegevens via de verantwoordelijk van de patiënt Recht van verzet tegen de registratie van de gegevens -> schriftelijk 4. De registratie in de praktijk 4.2. Versturen van gegevens • 2 methodes voor overdracht van de gegevens naar het WIV-ISP 1) Registratie module : • • • • • Online applicatie waar de vragenlijsten moeten ingevuld worden Beveiligde toegang via de elektronische identiteitskaart van de clinici Mogelijkheid om een registratie in meerdere stappen te doen Aangepast voor tablets Beschikbaar vanaf april 2015 2) Repository module : • • • • Opsturen van een gestructureerd gegevensbestand 1 keer per jaar : vóór maart van het volgende jaar Via een beveiligde mailbox (eHealthbox) Bestand conform aan de codebook en de gevraagde structuur voor de anonimisering door eHealth ! Keuze van een methode geldt voor een jaar 4. De registratie in de praktijk 4.2. Versturen van gegevens • Noodzakelijke apparatuur : Kaartlezer Software voor kaartlezer PIN code gelinkt aan de identiteitskaart Elektronische identiteitskaart Internet browser 4. De registratie in de praktijk 4.2. Versturen van gegevens • Inschrijving noodzakelijk : • Toegang tot applicaties via het systeem van www.socialsecurity.be • Als nog niet het geval is : toegang tot deze dienst vragen • Ziekenhuizen krijgen toegang tot de TDI applicaties via hun RIZIV-nummer • Toegangs- en gebruikersbeheer gebeurt intern : 1 of meer verantwoordelijke voor de registratie 4. De registratie in de praktijk 4.2. Versturen van gegevens • Diensten : • Ontwikkeling van een rapporteringssysteem van de gegevens • Grafieken, tabellen • Vergelijking met de andere ziekenhuizen • Export van ruwe gegevens • Technische en ICT ondersteuning 5. Hulp en hulpbronnen • TDI website : http://tdi.wiv-isp.be • Contact email adres : • Voor technische vragen of gelinkt met de registratie [email protected] • Voor administratieve vragen gelinkt aan de FOD [email protected] 5. Hulp en hulpbronnen • Planning • 1 januari 2015 : Registratie van patiënten via de nieuwe vragenlijst V3.0 • 1 april 2015 : Registratiemodule online beschikbaar 5. Hulp en hulpbronnen • Tot januari 2015 : Organisatie van de TDI-registratie binnen uw ziekenhuis Nagaan van de toegang van uw ziekenhuis tot de website van de sociale zekerheid Voorbereiding voor aanpassingen van uw systeem (als u de repositorymodule gebruiken) Op te sturen naar [email protected] : • Welke systeem zal worden gebruikt? • Welke eenheden van uw ziekenhuis gaan deelnemen aan de registratie? (als u de registratiemodule gebruiken)