Hoe het juiste jumpshot ontwikkelen? 1. Shotlijn 1. Eén lijn vanaf de shooting pocket (rechter schouder voor rechtshandige spelers = triple threat) en vervolgens de curve van de bal van het punt waar hij je handen verlaat naar het midden van de ring. 2. Stand van de voeten Je voeten zijn op één lijn naar de ring gericht (=square). Als je voeten naar doel gericht zijn dan zijn je schouders automatisch (in natuurlijke houding) naar doel gericht. Je 10 tenen wijzen naar de ring. 2. 3. Balance Beide voeten onder beide schouders en beide benen leveren evenveel kracht. Je ogen zijn gericht naar het doel. 3. 4. Grip van je shothand: Draag de bal als een kelner (of weegschaal) . Spreid je vingers, plooi je pols zo ver je kan. Je duim en pink houden de bal tegen. Je drie andere vingers vervolmaken de driehoek waarin de bal rust! De bal ligt op je vingers niet op het middelste deel van je hand. 5. Grip van je begeleidende hand: Alle vingers wijzen naar boven. Als je de bal nu naar je shooting pocket brengt dan mag de bal niet vallen. Indien wel dan moet je pink, ringvinger en misschien zelfs middenvinger beetje aanpassen. Je voorarm van je shothand moet evenwijdig zijn met de vloer. 4. Door B. Minne 5. pagina 1 www.betterbasketball.com bron: Better Shooting 2 Hoe het juiste jumpshot ontwikkelen? 6. De shot beweging: UP & OUT 6. Eén vloeiende beweging. Terwijl je lichaam strekt gaat de bal via de shotline naar boven. [Je pols en je elleboog blijven in een hoek van 90° totdat je de ring ziet tussen je armen] Strek je arm niet je pols. Dit bewaar je tot het laatste ogenblik (polsslag = pols breken). Je elleboog strek je ter gelijkertijd op het ogenblik dat je pols “breekt”. Coördinatie: op ogenblik dat je pols “breekt” verlaten je voeten de grond. Enkel bij vrijworpen verlaten je voeten de grond niet. 7. De bal lossen: “the point off release” 7. De pols is volledig gebroken. De pols fladdert een beetje. De 3 middelste vingers zijn boven de ring naar beneden gericht in verlengde van de shotline. De tippen van je shooting vingers staan op of juist boven het witte kleine rechthoekje. Van je begeleidende hand wijzen alle vingers naar boven. Je handpalm zou de zijkant van de ring moeten aanwijzen. Je blijft kijken naar de ring, je volgt de bal NIET. 8. Na het shot 8. Je 10 tenen wijzen nog steeds naar de ring. Je lichaam niet draaien in de lucht. Je voeten zijn na het landen nog steeds onder je schouders. Trainingtip: Controleer na je shot de stand van handen en voeten. Corrigeer indien nodig iedere keer, zo verbeter je techniek. Succes! Door B. Minne pagina 2 www.betterbasketball.com bron: Better Shooting 2