Het Gerodent-project: Mondzorg op maat met mobiele apparatuur voor de geriatrische patiënt Verslag en kritische beschouwingen vanuit de Commissie “Q & S” Om ook ouderen een goede mondverzorging te bieden, bezoeken mobiele tandartsen van het Gerodent-project sinds enkele jaren woonzorgcentra in Oost- en West-Vlaanderen. Dit is een nieuw zorgpad uitgaande van het Universitair Ziekenhuis Gent dat een groot succes kent én er heerst een overweldigende vraag vanuit de woonzorgcentra. Prof. dr. L. De Visschere, coördinator van het Gerodent-project geeft een toelichting. Dit project werd daarenboven in 2013 winnaar van de prijs ‘Excellentie in ziekenhuismanagement’ uitgereikt door het Rode Kruis-Vlaanderen, het Centrum voor Ziekenhuis- en Verplegingswetenschap (CZV) en Zorgnet Vlaanderen. Toelichting best practice Prof. dr. De Visschere geeft aan dat dit project gegroeid is vanuit een aantal maatschappelijke uitdagingen. Naast de vergrijzing op zich, worden we steeds meer geconfronteerd met een vergrijzing binnen de vergrijzing. Mensen worden steeds ouder en worden op latere leeftijd veelvuldig geconfronteerd met comorbiditeit en polypharmacie, wat naast cognitieve beperkingen ook vaak gepaard gaat met een verminderde mobiliteit (wat het vervoer naar de tandarts bemoeilijkt). Ook de zorgafhankelijkheid neemt enorm toe, waarbij de OESO tegen 2040 nog een belangrijke bijkomende toename voorspelt met factor 3,5). Oudere zorgvragers behouden langer hun natuurlijke dentitie, dat door alle interventies die in het verleden werden uitgevoerd, erg complex kan worden. Bovendien kan opgemerkt worden dat mondhygiëne vaak zwaar onvoldoende is en dat met name vooral voor de natuurlijke tanden. Doordat de mondzorgnood over het algemeen laag wordt ingeschat door de oudere zelf of zijn omgeving (terwijl die ontzettend groot is), is er zowel in ziekenhuizen, woonzorgcentra als thuiszorg vaak geen doorgedreven en gestructureerd mondzorgbeleid geëxpliciteerd. De combinatie van alle bovenstaande factoren leidt ertoe dat er vooral curatief (bij urgenties) wordt geïntervenieerd en het gebit van oudere zorgvragers vaak niet (voldoende) verzorgd is. Er hoeft nochtans geen twijfel te bestaan omtrent het belang van een goede mondhygiëne. Naast een impact op de kwaliteit van leven (kauwen, spraak, voorkomen,…) leidt een dagelijkse goede mondverzorging met periodisch nazicht (en zo nodig curatief ingrijpen) tot een betere algemene gezondheid. Bovendien bestaat er voldoende evidentie die het belang van een goede mondgezondheid aantoont in relatie tot diabetes, longaandoeningen, cardiovasculaire aandoeningen en ondervoeding. Voor diabetes bestaat er zelfs een wederzijds verband. Pagina 1 van 4 Aan het Gerodent-project werden een aantal doelstellingen gekoppeld. Naast het bieden van een aangepast preventieve en curatieve mondzorg op maat van de oudere zorgvrager, wil men ook vooral de zorgverleners voldoende vorming en training geven om dagelijks een goede mondverzorging aan hun patiënten aan te bieden. Gerodent biedt ook opleiding en navorming aan tandartsen en wil ook een bijdrage leveren voor gericht wetenschappelijk onderzoek. In de toekomst kan Gerodent ook als stageplaats fungeren voor de nieuwe opleiding Bachelor in de mondzorg. Binnen Gerodent wordt gewerkt met een innovatief zorgmodel en zorgpad in een mondzorgnetwerk van 38 woonzorgcentra verspreid in West- en Oost-Vlaanderen. Als woonzorgcentra of thuiszorgdiensten beroep wensen te doen op dit project, wordt een eerste overleg gepland met een tandarts van het Gerodent team. Na akkoord van de raad van bestuur en/of directie en het maken van een aantal afspraken (vb. op moment dat het extern team ter plaatse komt, is er steeds een zorgverlener bij de patiënt aanwezig), wordt vooreerst de nodige vorming gegeven aan de directie, de zorgcoördinator, de hoofdverpleegkundigen en een projectleider. Vervolgens wordt de instelling doorgelicht om zo de sterke maar ook zwakke punten van het huidige mondzorgbeleid in kaart te brengen. Van daaruit wordt een mondzorgteam geïnstalleerd (2 voortrekkers per afdeling van 30 bewoners) die bijkomend opgeleid worden. Deze leden van het mondzorgteam brengen aan de hand van een train de trainer principe hun collegae zorgdragers de nodige kennis, vaardigheden en correcte attitude bij. Dit moet resulteren in het organisatiebreed implementeren van een aantal richtlijnen en protocollen. Het samenspel van die factoren moet ertoe leiden dat mondzorg geïntegreerd wordt in de dagelijkse zorg van de patiënt. Dit implementatieproces wordt ondersteund door een extern tandheelkundig team dat mee in het proces stapt en periodieke bezoeken plant waarbij preventieve en curatieve mondzorg op maat van iedere individuele zorgvrager wordt gegeven. Het Gerodentproject steunt op een aantal principes. Zo wordt de autonomie of het zelfbeschikkingsrecht van de zorgvrager steeds gerespecteerd, mondzorg wordt enkel verleend indien de patiënt daarmee instemt en indien de patiënt zelf vraagt om de zorg van de huistandarts over te nemen. Bij het voorstellen van een behandeling wordt uitgegaan van de eigen noden en verwachtingen van de patiënt. Gerodent ijvert heel duidelijk voor een totaal mondzorgaanbod gaande van een goede preventie (door poetsen, spoelen en controles) en curatieve behandelingen inclusief nazorg; steeds met als doel het comfort van de zorgvrager te optimaliseren. Daartoe is een continue vorming van de zorgverleners een essentieel gegeven. De meerwaarde van het project is uit een aantal aspecten af te leiden. Zo kan opgemerkt worden dat de vraag om in te stappen de huidige capaciteiten overstijgt. Maar vooral de feedback die zowel door de zorgvragers, zorgverleners, woonzorgcentra en het team van Gerodent wordt gegeven, is één van de sterkte punten van dit zorgpad. Aspecten zoals toegankelijkheid, haalbaarheid, efficiëntie, innovatieve zorg en de multidisciplinaire patiëntgerichte benadering zijn maar enkele termen die veelvuldig worden aangehaald. Ook de resultaten spreken voor zich. Prof. dr. De Visschere geeft aan dat curatieve interventies voornamelijk nodig zijn bij nieuwe zorgvragers waarbij er in de periode voor de opname in een woonzorgcentra een ongepaste of geen mondzorg werd gegeven. Door de gepaste maatregelen te nemen in samenspraak met de woonzorgcentra kan de financiële balans in evenwicht gehouden Pagina 2 van 4 worden. De vaste kosten voor de woonzorgcentra blijven beperkt tot een bedrag van 1500 € op jaarbasis, wat uitkomt op ongeveer 20 tot 30 € per bewoner per jaar. Consultaties gebeuren conform de RIVIZ-conventietarieven (en worden gefactureerd volgens het principe ‘derde betaler’). De tandartsen van het team werken in loondienst van het Universitair Ziekenhuis. Hier is een onbaatzuchtige ingesteldheid nodig met een flinke portie empathie en geduld in ruil voor een aangename werksfeer, spontane en oprechte dankbaarheid van de bewoners, familie en staf van het woonzorgcentrum. Naar de toekomst toe hoopt Prof. dr. De Visschere dat de maatschappelijke relevantie van dit project ook zal gevalideerd worden en een plaats kan krijgen in het RIZIV-aanbod. Hiertoe dienen beleidsmakers de moed te hebben na te denken over andere vormen van financiering zoals een vast forfait per bewoner. Dit zou het mogelijk maken om het project verder uit te breiden (ook naar andere zorgorganisaties inclusief de thuiszorg) en zo tegemoet te komen aan de steeds toenemende vraag. Gerodent wil het initiatief op zich nemen om in samenwerking met externe partners, die begaan zijn met goede zorg, een expertise centrum mondzorg voor kwetsbare ouderen op te richten. Dit centrum kan een complementaire meerwaarde bieden aan het Globaal plan voor mondzorg voor personen met bijzonderen noden dat in opdracht van het Riziv ontwikkeld werd met een breed forum van meer dan 40 verschillende organisaties betrokken in de zorg onder de coördinatie van het Verbond der Vlaamse Tandartsen vzw. Dit plan voorziet het installeren van mondzorgnetwerken en coördinatiecellen , waarin zowel dergelijke multidisciplinaire teams als ‘reguliere ’ huistandartsen op een constructieve manier samen een mondzorgbeleid uitwerken. Ook internationaal kan het Gerodent zorgpad op de nodige aandacht rekenen door het feit dat zowel het preventieve als het curatieve aspect samen vervat zitten in 1 project. Als mededeling geeft Prof. dr. De Visschere aan dat in 2015 een symposium zal georganiseerd worden waarin de resultaten van ‘4 jaar Gerodent’ zullen gepresenteerd worden. Men hoopt ook om in de loop van 2015 een tweede team te kunnen opstarten met subsidie van de provincie West-Vlaanderen, wat ertoe zou leiden dat ongeveer 1/5 van de woonzorgcentra van West- en Oost-Vlaanderen deel kunnen uitmaken van dit mondzorgnetwerk. De relevantie van het project spreekt voor zich, want tenslotte is ‘een goed mondzorgplan een fundamenteel recht voor iedereen.’ Bespreking in de Commissie “Q & S” Na de presentatie van Prof. dr. De Visschere zijn er heel wat lovende woorden voor zowel het innovatieve idee op zich als de daadwerkelijke uitwerking. Elementen die uit de reacties naar voren komen, zijn onder meer de maatschappelijke relevantie en de patiëntgerichtheid. Aanvullend worden nog een aantal vragen en bemerkingen geuit. Zo vraagt één van de leden of er geen gelijkaardige nood is bij personen verblijvend in instelling voor mensen met een mentale handicap. Prof. dr. De Visschere geeft aan dat hij deze vraag al een aantel keren heeft gekregen. Het feit dat zij zich enkel richten op oudere zorgvragers is trouwens één van de redenen waarom zij geen financiering vanuit de Vlaamse overheid konden verwerven bij de opstart van dit project. Pagina 3 van 4 Er wordt opgemerkt dat het mondzorgbeleid ook vaak problematisch is in ziekenhuizen. Prof. dr. De Visschere geeft aan dat sedert 2004 binnen het universitair ziekenhuis gewerkt werd aan standaarden voor mondzorg die ziekenhuis breed worden gebruikt oa. op de afdeling Geriatrie en oncologie patiënten en een aantal andere . De rol van een ‘trekker’ is fundamenteel om zo het beleid vorm te geven en continu onder de aandacht te houden. Tot slot vraagt één van de leden of het aanwerven van gemotiveerde medewerkers geen bijkomend probleem vormt. Prof. dr. De Visschere geeft aan dat het inderdaad niet altijd makkelijk is om tandartsen warm te maken om in dit project te stappen omdat de inkomsten veelal heel wat lager uit dan wat men in een privépraktijk kan verdienen. Dit vormt een uitdaging.. Men merkt op dat het vooral tandartsen zijn die reeds een mooie carrière hebben uitgebouwd en intrinsiek gemotiveerd zijn om hieraan mee te werken en zich daarvoor ook deels vrij maken. Ook de reguliere tandartsen vinden de huidige nomenclatuur als onvoldoende omdat mondzorg verlenen voor kwetsbare ouderen vaak veel meer tijd vergt. De verplaatsingsonkosten van de tandartsen wordt niet vergoed. Prof. dr. De Visschere wordt nogmaals bedankt voor de duidelijke toelichting. De presentatie en het verslag van deze best practice zullen dan ook opgenomen worden op de website van ICURO. Pagina 4 van 4