2-Petrus

advertisement
2.
Een onvergankelijke erfenis
Hoofdstuk 1 is voor onze 21ste eeuwse westerse geest niet altijd even makkelijk: een ander denkpatroon, referenties aan teksten uit het O.T., liturgische formules uit de eerste eeuw… Hierbij moet
niet vergeten worden dat de auteur schrijft aan mensen die, met grote moeite en soms in verdrukking, christen proberen te zijn (v. 6 ‘ook al moet u nu tot uw verdriet nog een korte tijd allerlei beproevingen verduren…’, in een omgeving die niet geloofsvriendelijk was (‘als vreemdelingen verspreid’ – v.1 /
‘Als u gehoond wordt omdat u de naam van Christus draagt… - 4:14)
Je kunt je makkelijk verliezen in allerlei uitdrukkingen en details. Het is echter belangrijk om een algemene lijn te ontdekken, de boodschap waar de auteur naar toe werkt. In hoofdstuk 1 wordt dit in
vers 13 ingeleid met de woorden ‘daarom’ (NBV) of ‘dus’ (NBG), waarna op verschillende manieren
wordt aangespoord om het nieuwe leven in Christus concreet te maken. Het is dus niet de bedoeling
van de schrijver om een theologisch of leerstellig betoog te houden, maar om te bemoedigen, aan te
sporen, als hulp in het dagelijkse leven.
 Een eenvoudig schema van de inhoud van hoofdstuk 1 zou er zo kunnen uitzien:
1. Vertrekpunt: uitverkiezing / voorbestemming en barmhartigheid van God
2. Resultaat: - een nieuw leven (opnieuw geboren – v. 3) in geloof, hoop en liefde… en gehoorzaamheid
- redding, een onvergankelijke erfenis, die nabij is
3. Gevolg: Dit geeft vreugde, niettegenstaande beproevingen
4. Aansporing om dat nieuwe leven concreet te maken (vanaf v. 13): wees toegewijd, en houd vol!
Samen overleggen
1. Deel met elkaar de eerste indrukken bij het lezen van dit hoofdstuk… Wat spreekt aan, wat niet? Wat is
makkelijk te begrijpen, wat vind je eerder moeilijk?
1. Vertrekpunt: uitverkiezing, voorbestemming en barmhartigheid
“Van Petrus, apostel van Jezus Christus. Aan de uitverkorenen die als vreemdelingen verspreid in
Pontus, Galatië, Kappadocië, Asia en Bitynië verblijven, 2 door God, de Vader, voorbestemd om;
geheiligd door de Geest, gehoorzaam te zijn aan Jezus Christus en met zijn bloed besprenkeld te
worden. Genade zij u en vrede, in overvloed. Geprezen zij de God en Vader van onze Heer Jezus
Christus: in zijn grote barmhartigheid heeft hij ons opnieuw geboren doen worden…” – 1 Petrus 1:1,2
Uitverkiezing en voorbestemming
”Het betekent niet dat God vooraf bepaalt dat sommige mensen wel en andere mensen niet gered worden. Het betekent ook niet dat het publiek van Petrus behoorde tot de groep die door God uitgekozen
was voor verlossing, terwijl anderen verloren zouden gaan. Dat leert de Bijbel ons niet.” (Dialoog p. 23)
Van bij het scheppingsverhaal zien we dat God kiest voor de mens, ook en misschien vooral wanneer deze in de fout gaat (God neemt het initiatief, komt naderbij en roept: ‘Adam (= mens), waar
ben je (aan toe)?’ – Gen 3). In zijn barmhartigheid (terugvertaald naar
Ook het begrip ‘genade’
het Hebreeuws krijgen we een woord dat komt van ‘baarmoeder’ –
komt enkele keren voor
baarmoederlijke liefde dus!) wil God het beste voor ieder mens. Dat
(1:2,10,13). In de oorspron‘beste’ is wat God in gedachten heeft voor de mens, dat is waar hij, als
kelijke taal ligt de nadruk
Vader, naar verlangt (= voorbestemd – een bestemming in gedachten
niet op iets wat je niet
hebben en al het mogelijke doen om dat te realiseren). Alleen heeft
verdient, wel op ‘goedgunde mens hierin zijn eigen verantwoordelijkheid (“geheiligd door de
stigheid, welwillendheid’.
Geest, gehoorzaam zijn aan Jezus Christus “ 1:1)
Paulus’ gedachtegang komt hiermee overeen: “…opdat wij een stil en rustig leven mogen leiden in
alle godsvrucht en waardigheid. 3 Dit is goed en aangenaam voor God, onze Heiland, 4 die wil, dat
alle mensen behouden worden en tot erkentenis der waarheid komen.” – 1 Tim 2:3,4
 Samen overleggen
1. Wat zou er volgens jou bedoeld zijn met ‘uitverkiezing’ en ‘voorbestemming’? Welke gevolgen heeft
de visie hierop voor het Godsbeeld en het mensbeeld?
2. Barmhartigheid en genade van Godswege: hoe belangrijk is dit als vertrekpunt?
2de kwartaal 2017 – de brieven van Petrus – Studie 2
J.D.
 2 a. Resultaat: een nieuw leven
“In zijn grote barmhartigheid heeft hij ons opnieuw geboren doen worden door de opstanding van
Jezus Christus uit de dood, waardoor wij leven in hoop.” – 1:3 (zie ook vers 23)
Een nieuwe manier van leven (dit is ook de betekenis van het woord ‘bekering’), in referentie tot
Jezus Christus:
 een leven in gehoorzaamheid aan (of: in overeenstemming met) Jezus Christus (1:2, 14)
 besprenkeld door zijn bloed: = de idee van reiniging en vergiffenis
 zijn opstanding geeft hoop (v 3 – zie ook v. 21)
 de gelovige heeft Christus lief en gelooft in hem, ook zonder hem te zien (v. 8)
 Samen overleggen
1. Een nieuw leven… Heb jij dat zelf ook ervaren? Deel met elkaar!
2. Gehoorzaamheid aan Christus: betekent dit gewoon gehoorzamen aan zijn bevelen? Of zie jij dit anders?
3. Wat betekent het concreet in Christus te geloven en hem lief te hebben?
 2 b. Resultaat: redding, een onvergankelijke erfenis…
“Er wacht u, die door Gods kracht wordt beschermd omdat u gelooft, in de hemel een onvergankelijke, ongerepte erfenis die nooit verwelkt. U ziet de redding tegemoet, die aan het einde van de
tijd zeker geopenbaard zal worden” – 1:4,5
Het Hebreeuwse woord YESHA (redding - aanwezig in Jezus’ naam Yeshua) geeft aan dat je (adem)ruimte krijgt zodat je je intens goed kunt voelen. De ‘redder’ is degene die ‘te hulp komt’ om dit
waar te maken. Naargelang de omstandigheden kan het accent liggen op bevrijding, steun, hulp,
genezing of verzorging… Dit ‘heil’ wordt oorspronkelijk niet gesitueerd in een eschatologische toekomst, maar in het leven nu. Het begrip ‘ongerepte erfenis’ (v. 4) roept het beeld op van het Beloofde Land Kanaän (“de Heer zal u zeker zegenen in het land, dat de Heer, uw God, u als erfdeel in
bezit zal geven” – Deut 15:4 + overal verspreid in Numeri en Deuteronomium). Voor Israël een beoogde realiteit in dit leven, maar die geleidelijk aan ook werd gebruikt als beeld voor ‘later’.
De auteur van 1 Petrus lijkt de nadruk te verschuiven naar dat later (‘het einde van de tijd’ – v.5 /
‘het einddoel –TELOS – van uw geloof’ – 1:9). In zijn ogen (en in die van de meeste christenen in die
tijd) was dit echter heel nabij: “nu is Christus, aan het einde van de tijd, verschenen omwille van u” (v
20 / “nog een korte tijd” – v 5). In een context van moeilijkheden en verdrukking, waar het bijzonder
moeilijk lijkt om die ‘YESHA’ (bevrijding, redding, welzijn) te ervaren, hoeft het niet te verbazen dat
mensen meer dan anders uitkijken naar de toekomst. De bijvoeglijke naamwoorden die gebruikt
worden om dit later te omschrijven (onvergankelijk, ongerept – v. 4, 23) staan dan ook in schril contrast
met wat de gelovigen ervoeren in hun dagelijkse leven.
 Samen overleggen
1. Wat betekent ‘redding’ voor jou? Situeer je dit in het heden of in de toekomst? Of allebei? Verklaar…
2. In 1:8 wordt redding het ‘einddoel van uw geloof’ genoemd. Streefdoel? Eindpunt? Uiteindelijk resultaat
(zoals een vrucht)?
3. Kun je begrijpen dat naargelang de omstandigheden de nadruk verschuift van het nu naar de toe-
komst of omgekeerd? Kun je voorbeelden geven?
 3. Gevolg: vreugde
“Verheug u hierover, ook al moet u nu tot uw verdriet nog een korte tijd allerlei beproevingen
verduren.” - 1:6/ “Zonder hem nu te zien gelooft u in hem en ervaart u een onuitsprekelijke, hemelse
vreugde, 9 omdat u het einddoel van uw geloof bereikt: uw redding.” – 1:8
Gods keuze voor de mens, zijn barmhartigheid en genade, de mogelijkheid van een nieuw leven,
het vooruitzicht op een ‘ongerepte erfenis’… maken het mogelijk om vreugde te ervaren niettegenstaande de moeilijkheden waarmee de lezers van Petrus' brief te kampen hadden.
Samen overleggen
1. Hoe kan dat: een ‘onuitsprekelijke hemelse vreugde’ temidden van moeilijkheden en vervolging? Heb
je zelf al zoiets ervaren? Vertel! Hoe bereik je dat… of wat helpt om die vreugde te ervaren?
2de kwartaal 2017 – de brieven van Petrus – Studie 2
J.D.
 4. Aansporing om het nieuwe leven concreet te maken
In de aanhef (v. 1,2) werd duidelijk gemaakt dat God de initiatiefnemer is. En dat maakt heel veel
dingen mogelijk. Alleen is er van de kant van de mens een juiste instelling nodig, en de bereidheid
om een en ander om te zetten in concrete levenshoudingen en daden… De auteur probeert dit
duidelijk te maken a.d.h.v. verschillende aansporingen:
v. 13 “laat uw geest paraat zijn”. In de grondtekst staat: “omgordt uw lendenen met verstand”.
De lendenen omgorden werd gezien als de voorbereiding om tot actie over te gaan (denk aan
het verhaal van de paasmaaltijd bij de uittocht, waar de Israëlieten moesten klaarstaan met
omgorde lendenen – Ex 12:11). Een Franse bijbelvertaling (NBS) vertaalt het zo: “mobiliseer al je
mentale mogelijkheden”.
 “wees waakzaam”: letterlijk staat er ‘wees nuchter’ (zie NBS)
 “vestig al uw hoop op de genade die u ontvangt bij de openbaring van Jezus Christus” Dit kan op
twee manieren gelezen worden: genade die u (nu) ontvangt, of: genade die u ontvangen zult.

1. Kun je concrete tips geven over hoe je ‘al je mentale mogelijkheden kunt mobiliseren’?
2. Probeer eens in te vullen wat het tegenovergestelde zou kunnen zijn van ‘nuchter zijn’. Wat kan er zoal
de oorzaak van zijn dat iemand niet al zijn mogelijkheden (mentale of andere) gebruikt?

v. 14 “Wees als gehoorzame kinderen” Ook dit doet natuurlijk denken aan Israël dat, bevrijd uit
Egypte, op weg was naar het Beloofde Land, maar hiervoor wel langs de Sinaï moest gaan. Het
werkwoord ‘horen’ (SJAMA) betekent ook ‘gehoorzamen’. In Vers 2 wordt de gehoorzaamheid
gekoppeld aan Jezus Christus; vers 22 heeft het dan weer aan ‘gehoorzaam zijn aan de waarheid”.
Let wel: in het bijbelse taalgebruik is ‘waarheid’ niet zozeer een filosofisch of leerstellig geheel.
Een betere weergave is ‘waarachtigheid’, waarmee een eerlijke en goede manier van leven
wordt bedoeld, in overeenstemming met Gods Woord (“mensen die opnieuw zijn geboren, niet uit
vergankelijk maar uit onvergankelijk zaad, door Gods levende en altijd blijvende woord.” – 1:23)
Voor de overeenkomst ‘zaad’, ‘woord’ en ook ‘vrucht dragen’: zie de parabel van de zaaier in
Mat 13:3-9)
1. Deel met elkaar wat het beeld van ‘gehoorzame kinderen’ bij u oproept. Wat zegt dit over God? En
over ons? Vergelijk dit met de ervaringen van het volk van Israël. En wat leert de link met Jezus Christus
ons in dit verband?

v. 14-16 “Geef niet opnieuw toe aan de begeerten waardoor u vroeger, toen u nog onwetend
was, werd beheerst, 15 maar leid een leven dat in alle opzichten heilig is, zoals hij die u geroepen
heeft heilig is. 16 Er staat immers geschreven: ‘Wees heilig, want ik ben heilig.” De mensen
tot wie deze brief gericht is, hebben een ingrijpende verandering (= bekering) meegemaakt in
hun leven. Daar waar ze vroeger een leven leidden dat beheerst was door allerlei begeerten (in
vers 18 is er sprake van ‘zinloze (NBG: ijdel) leven’ (wat tot niets leidt, in tegenstelling tot onvergankelijk, wat nooit verwelkt – 1:4 / niet vergankelijk als zilver en goud – 1:18 / onvergankelijk,
altijd blijven, eeuwig bestaan – 23,24), worden ze nu opgeroepen tot ‘heiligheid’. Dit wordt kracht
bijgezet door Leviticus te citeren (Lev 19:2 e.a.). In het kader van Leviticus zit de uitspraak ‘Heilig
zijn zoals de Heer heilig is’ in een context waar verschillende concrete levensregels worden gegeven.
‘Heilig’ bevat zowel de idee van ‘anders zijn’ (voor de lezers toen: anders dan voorheen, en
anders dan het milieu waarin ze leefden), als ‘toegewijd zijn’.
De schrijver is er zich echter van bewust dat dit alles niet evident is, en dat de verleiding om weer
te leven als vroeger heel reëel is, en dat bemoediging en aansporing bijgevolg nodig zijn…
1. Hebt u ook een ‘ervoor’ en ‘erna’ ervaren? Vertel elkaar hierover…
2. Ervaart u ook soms de zuigkracht van uw verleden? Zo ja, hoe overwin je dat? Kun je hierover iets delen?

v. 22,23 “Nu u gehoorzaam bent aan de waarheid, is uw hart gelouterd en kunt u oprecht van
uw broeders en zusters houden; heb elkaar dan ook onvoorwaardelijk lief, met een zuiver hart,
23 als mensen die opnieuw zijn geboren, niet uit vergankelijk maar uit onvergankelijk zaad, door
Gods levende en altijd blijvende woord. 24 ‘De mens is als gras en zijn schoonheid als een bloem
in het veld: het gras verdort en de bloem valt af, 25 maar het woord van de Heer blijft eeuwig
bestaan.’ Dit woord is het evangelie dat u verkondigd is…”
2de kwartaal 2017 – de brieven van Petrus – Studie 2
J.D.
De ultieme conclusie van heel het betoog gaat over liefde. (Merk op dat dit ook het geval is in
Jezus’ laatste redevoering en gebed in het Johannesevangelie!).
Elkaar liefhebben…
- oprecht: letterlijk ‘zonder hypocrisie’
- onvoorwaardelijk (NBG: bestendig’) – het Griekse woord kan vertaald worden als ‘vurig, intens’
- met een zuiver hart (NBG: van harte).
Deze ‘vrucht’ van het evangeliewoord zal uiteindelijk onvergankelijk blijken te zijn, en zal niet
vergaan (cf. 1 Kor 13:8).
1. Vindt u het terecht dat het hele betoog uitmondt in de liefde? Waarom wel / niet?
2. Waarom preciseert de schrijver dat deze liefde oprecht, onvoorwaardelijk (of: bestendig, vurig, intens),
en met een zuiver hart (of: van harte) moet zijn? Wat betekent elk van deze bepalingen en waarom
legt de schrijver er de nadruk op? Hoe kan dit ook bij ons (individueel en in de gemeenschap) realiteit
worden?
2de kwartaal 2017 – de brieven van Petrus – Studie 2
J.D.
Download