Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog - Naaldwijk Herziene versie: oktober 2015 1.Inleiding ...................................................................................................................................................................... 3 1.1.Aanleiding ........................................................................................................................................................... 3 1.2.Schoolondersteuningsprofiel .............................................................................................................................. 3 1.3.Doelstelling van het schoolondersteuningsprofiel vanuit het referentiekader Passend Onderwijs ................... 3 1.4.Onderscheiden niveaus van zorg binnen Passend Onderwijs in het schoolondersteuningsprofiel .................... 4 1.5.Netwerk, smalle of brede zorgschool, inclusieve school .................................................................................... 4 1.6.Standaarden voor basisondersteuning, extra ondersteuning binnen en buiten de eigen school op het niveau van het SWV .............................................................................................................................................................. 5 1.7.Basisondersteuning ijkpunten ............................................................................................................................. 5 1.8.Extra ondersteuning binnen de eigen school ...................................................................................................... 7 1.9.Extra ondersteuning buiten de eigen school ....................................................................................................... 7 2.Algemene gegevens .................................................................................................................................................... 8 2.1.Contactgegevens ................................................................................................................................................. 8 2.2.Onderwijsvisie/schoolconcept ............................................................................................................................ 8 2.3.Kengetallen leerlingenpopulatie van dit schooljaar en de afgelopen 3 schooljaren ........................................... 9 2.3.1.Leerlingaantallen ......................................................................................................................................... 9 2.3.2.Voor- of vroegschool ................................................................................................................................... 9 2.3.4. Schoolondersteuningsteams ...................................................................................................................... 9 2.3.5.Indicaties en Verwijzingen ........................................................................................................................... 9 2.3.6.Functies en taken ........................................................................................................................................ 9 2.3.7. Kenmerken van het schoolgebouw .......................................................................................................... 10 3.Basisondersteuning ................................................................................................................................................... 13 3.1.Standaarden kwaliteit van de schoolorganisatie ............................................................................................... 13 3.2.Standaarden Handelingsgericht werken ........................................................................................................... 14 3.3.Voorzieningen waarvan de school gebruikt maakt ........................................................................................... 15 3.4.Samenwerking met andere instanties ............................................................................................................... 16 4.Onderwijs(zorg-)arrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ............................................ 17 4.1.Algemeen .......................................................................................................................................................... 17 4.2.Vragenlijsten ..................................................................................................................................................... 18 4.2.1.Competenties op de dimensies Relatie, Welbevinden, Ontwikkeling en Veiligheid. .................................... 18 4.2.2.Uitkomsten. .................................................................................................................................................... 19 5.Grenzen aan de mogelijkheden van ons onderwijs .................................................................................................. 22 6.Ambities ........................................................................................................................ Error! Bookmark not defined. 7.Wat de school voor anderen binnen het SWV kan en wil betekenen in het kader van passend onderwijs ............. 26 8.Samenvattende conclusies ........................................................................................................................................ 27 9.Bijlagen………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..30 Bijlage 1: Toelichting op de schema’s van het zorgprofiel (ruwe scores) .................... Error! Bookmark not defined. Bijlage 2: Uitslagen enquête.................................................................................................................................... 35 Bijlage 3: lijst met competenties ............................................................................................................................. 37 Bijlage 4: Beschrijving van vier schoolprofielen ...................................................................................................... 43 2 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 1.Inleiding 1.1.Aanleiding In het kader van de wet Passend Onderwijs is Nederland verdeeld in een aantal regio’s. Binnen elke regio hebben de gezamenlijke besturen de plicht om te zorgen voor een dekkend aanbod aan onderwijs voor alle kinderen binnen de regio. De schoolbesturen zijn hiertoe vertegenwoordigd in het bestuur van het SWV Passend Onderwijs in de regio. Binnen deze regio heeft elke school een schoolondersteuningsprofiel opgesteld, waarin staat aangegeven op welke wijze de school invulling geeft aan het bieden van passend onderwijs. Tevens geeft de school aan waar haar grenzen liggen en welke de ambities zijn als het gaat om voor zoveel mogelijk kinderen onderwijs te bieden dat past bij hun onderwijsbehoeften. Samengevat geeft het schoolondersteuningsprofiel een antwoord op de volgende vragen: * Wat kunnen we realiseren met ons huidige team? * Wat kunnen we realiseren met ondersteuning van externen? * Wat willen we op termijn kunnen bieden, waarop gaan we ons ontwikkelen? * Voor welke onderwijsbehoeften verwijzen we naar een andere instantie? * Waarmee kunnen we andere scholen binnen het SWV helpen? 1.2.Schoolondersteuningsprofiel Voor u ligt het schoolondersteuningsprofiel van basisschool De Regenboog in Naaldwijk. Dit is opgesteld na het verzamelen en bespreken van gegevens met als doel zicht te krijgen op de huidige en gewenste breedte van het onderwijs en zorgaanbod van de school. Het schoolondersteuningsprofiel is tot stand gekomen door het zetten van een drietal stappen: Het verzamelen van facts & findings omtrent de mate waarin op dit moment passend onderwijs kan worden verzorgd op de school Het in kaart brengen van de huidige en gewenste situatie door alle teamleden Het bespreken en vaststellen van de mogelijkheden, grenzen en ambities die het team als geheel ziet. 1.3.Doelstelling van het schoolondersteuningsprofiel vanuit het referentiekader Passend Onderwijs De doelstelling van het schoolondersteuningsprofiel is het vinden van antwoorden op drie kernvragen: 1. In welke mate is de school op dit moment in staat Passend Onderwijs te verzorgen? Voor welke kinderen is er al een passend aanbod? Voor welke kinderen hebben we een passend aanbod met behulp van externe partners? Voor welke kinderen kunnen we geen passend aanbod realiseren? 3 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 2. In welke richting wil de school zich ontwikkelen? Welke expertise hebben we nu al in huis? Voor welke kinderen wordt in de komende periode een aanbod ontwikkeld wat er nu nog niet in voldoende mate is? 3. Hoe kan op het niveau van het SWV het profiel benut worden bij het gesprek over de inrichting van de bovenschoolse zorg en de verdeling van zorgmiddelen? De antwoorden op vraag 1 en 2 kunnen de school helpen om richting te geven aan het onderwijs- en zorgbeleid in de planperiode 2014-2018. Immers in het profiel is beschreven hoe het onderwijs en de zorg nu vorm hebben gekregen en waar ontwikkelambities liggen om deze verder te verbreden en te verdiepen. U vindt de beschrijving van het huidige onderwijs en zorgaanbod in de paragraaf "basisondersteuning" De voorgenomen ontwikkelingen van de school zijn verwoord in paragraaf "ambities". Het antwoord op vraag 3 is te vinden in het ondersteuningsplan 2014-2018 van het SWV Primair Onderwijs Westland. Dit ondersteuningsplan geeft meer praktische antwoorden op vragen die in dit schoolondersteuninsplan nog onbeantwoord blijven. 1.4.Onderscheiden niveaus van zorg binnen Passend Onderwijs in het schoolondersteuningsprofiel In het kader van Passend onderwijs wordt binnen Nederland een onderscheid gemaakt tussen basisondersteuning, extra ondersteuning binnen de eigen school en extra ondersteuning buiten de eigen school: Basisondersteuning betreft de reguliere onderwijszorg die de school zelf kan bieden. Hierbij gaat het om de mogelijkheden die de school heeft om het onderwijs aanbod met behoud van kwaliteit aan te passen aan verschillen in onderwijsbehoeften van kinderen op hun school. Extra ondersteuning binnen de school betreft de onderwijsondersteuning die school kan bieden mits er ondersteuning is van externe partners die samenwerken met en in de school. Hierbij gaat het om de mogelijkheden die de school kan organiseren om de vereiste deskundigheid te mobiliseren om zodoende de verantwoordelijkheid om voor alle kinderen passend onderwijs te bieden, waar te kunnen maken. Extra ondersteuning buiten de school betreft de ondersteuning die vorm gegeven wordt door gespecialiseerde voorzieningen binnen het SWV. Wanneer basisondersteuning- en extra ondersteuning binnen de school samen ontoereikend zijn, wordt de verantwoordelijkheid van de school overgedragen aan een andere instantie binnen het SWV, bijvoorbeeld het speciaal (basis-) onderwijs. 1.5.Netwerk, smalle of brede zorgschool, inclusieve school De mate waarin en de wijze waarop een school in staat is om basisondersteuning en/of extra ondersteuning te kunnen realiseren verschilt uiteraard per school. Tal van factoren spelen hierbij een rol. Te denken valt aan verschillen in deskundigheden tussen schoolteams, de mate waarin er sprake is van kinderen die speciale onderwijsbehoeften hebben, de mogelijkheden van het schoolgebouw etc. Om deze verschillen tussen scholen in kaart te brengen binnen een schoolondersteuningsprofiel, maken we gebruik van het door bureau Sardes in haar notitie 4 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk “Profielen en indiceren“ aangereikte kader waarmee scholen hun huidige situatie én hun ambitie in beeld kunnen krijgen. In dit kader wordt een onderscheid gemaakt tussen een netwerkschool, een smalle zorgschool, een brede zorgschool en een inclusieve school. Een bewerking van dit kader treft u aan in de bijlage. Met behulp van indicatoren kunnen scholen aangeven hoe het huidige onderwijs en ondersteuningsaanbod er uit ziet en hoe dit er over een aantal (4) jaren uit kan komen te zien. Jaarlijks bekijkt de school of er aanpassingen gedaan moeten worden i.v.m. veranderde regelgeving, maatschappelijke ontwikkelingen of doorontwikkeling in de school. Hoe de collega’s van de school de huidige en de gewenste situatie hebben aangegeven is te lezen in hoofdstuk 4 t/m 8. 1.6.Standaarden voor basisondersteuning, extra ondersteuning binnen en buiten de eigen school op het niveau van het SWV Zoals opgemerkt geven scholen in het schoolondersteuningsprofiel zelf aan wat zij verstaan onder basisondersteuning en extra ondersteuning binnen en buiten de eigen school en op welke wijze ze dit in praktijk brengen. De definitie kan dus per school verschillen. Om als SWV goed beleid te kunnen maken en op een verantwoorde wijze de ondersteuningsmiddelen te kunnen verdelen binnen het SWV, is het nodig dat is vastgelegd wat wordt verstaan onder basisondersteuning en extra ondersteuning binnen en buiten de eigen school op het niveau van het SWV. 1.7.Basisondersteuning Het samenwerkingsverband heeft ijkpunten voor basisondersteuning geformuleerd. Basisondersteuning geeft het niveau van ondersteuning weer dat op elke reguliere basisschool van het samenwerkingsverband gerealiseerd wordt, uiterlijk augustus 2017. De onderdelen van de basisondersteuning zijn opgedeeld in vier verschillende domeinen. Elk domein is opgedeeld in ijkpunten, waarvan de belangrijkste aspecten zijn benoemd in indicatoren. Dit geeft de volgende structuur van domeinen en ijkpunten. 1. Domein Beleid IJkpunt 1 De school voert een helder beleid op het terrein van leerlingondersteuning. IJkpunt 2 De school heeft haar schoolondersteuningsprofiel vastgesteld. IJkpunt 3 De school bepaalt jaarlijks de effectiviteit van de leerlingondersteuning en past het beleid zo nodig aan. 2. Domein onderwijs IJkpunt 4 Leerlingen ontwikkelen zich in een veilige omgeving. IJkpunt 5 De school heeft continu zicht op de ontwikkeling van leerlingen. 5 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk IJkpunt 6 Het personeel werkt opbrengst- en handelingsgericht aan het realiseren van de onderwijsondersteuningsarrangementen. IJkpunt 7 Het personeel werkt met effectieve methoden en aanpakken. IJkpunt 8 Het personeel werkt continu aan hun handelingsbekwaamheid en competenties. 3. Domein begeleiding IJkpunt 9 Leerlingen met extra onderwijsbehoeften. IJkpunt 10 De school draagt de leerling zorgvuldig over. IJkpunt 11 Ouders (en leerlingen) zijn nauw betrokken bij de school en de ondersteuning. 4. Domein organisatie IJkpunt 12 De school heeft een effectieve interne ondersteuningstructuur. IJkpunt 13 De school heeft een effectief ondersteuningsteam 6 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 1.8.Extra ondersteuning binnen de eigen school Als een leerling meer ondersteuning nodig heeft dan waarin een school vanuit de basisondersteuning kan voorzien, wordt extra ondersteuning gearrangeerd op maat van de onderwijsbehoefte van de leerling en de ondersteuningsbehoefte van de leerkracht. Een arrangement is een vorm van extra ondersteuning voor een leerling die ingeschreven staat in het regulier of speciaal basisonderwijs. Het arrangement wordt ofwel georganiseerd binnen de eigen school, ofwel kortdurend of in deeltijd aangeboden op een andere school. Het samenwerkingsverband werkt op hoofdlijnen met de volgende arrangementen: 1. Arrangeren op maat Doel: Door middel van financiële ondersteuning van het SWV creëert de school een passende onderwijsplek om de leerling(en) met extra onderwijsbehoefte kind nabij onderwijs te bieden en/of tegemoet te komen aan de ondersteuningsbehoefte van de leerkracht. (dus in de eigen school). Middel: financiële ondersteuning. 2. Gedragsgroep SBO Doel: Het bieden van een tussenvoorziening om scholen en leerlingen met ernstige gedragsen werkhoudingsproblemen te begeleiden, waardoor de leerling daarna weer volledig op de eigen basisschool verder kan. Middel: tijdelijke plaatsing in een gedragsgroep. 3. Ambulante begeleiding gedragsproblematiek Doel: tegemoet komen aan extra ondersteuningsvragen van leerlingen met gedragsproblematiek. Middel: Inzet ambulante begeleiding 1.9.Extra ondersteuning buiten de eigen school De doelen van passend onderwijs brengen met zich mee dat actief gewerkt wordt aan het vergroten van de expertise van het reguliere basisonderwijs. Als de school samen met de ouders tot de conclusie komt dat er mogelijk sprake is van een (tijdelijke) verwijzing naar een speciale onderwijsvoorziening (huidige SBO of SO cluster 3 en 4) moet er deskundigenadvies worden ingewonnen. Dit is bij wet en AMvB geregeld. Voor het deskundigenadvies is één orthopedagoog en één andere deskundige op het gebied van de specifieke ondersteuningsbehoefte van de leerling nodig. De schoolondersteuner van het Sociaal Kernteam neemt hier de leiding. 7 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 2.Algemene gegevens 2.1.Contactgegevens School: RKBS De Regenboog Brinnummer: 22MD Directeur: Nico Arkesteijn Adres: Aalbersestraat 47 2672 DR Naaldwijk Telefoonnummer: 0174-622870 Emailadres: [email protected] Bestuur: WSKO Samenwerkingsverband: Samenwerkingsverband Westland 2.2.Onderwijsvisie/schoolconcept Het is de kerntaak van de leerkracht om te zorgen dat het kind vanuit zijn uniciteit zich veilig voelt op school. Alleen als het kind die veiligheid ervaart zal het kind leren. Kernwoorden hiernaast zijn zelfvertrouwen, eigenwaarden, bescherming gevoelsleven. Het is de taak van de leerkracht om de leerlingen actief bij de les te betrekken door te laten doen, samenwerken en ontdekken. Als ik hoor, vergeet ik. Als ik zie dan weet ik. Als ik doe, onthoud ik. Naast het cognitieve wordt op de Regenboog ingezet tot het stimuleren van zelfontwikkeling, verantwoordelijkheidsgevoel, zelfredzaamheid en weerbaarheid, creativiteit. We werken vanuit het leerstofjaarklassensysteem met grote aandacht voor niveauverschillen voor tussen kinderen. De missie van de school is ‘De Regenboog geeft je toekomst kleur’. Hiermee willen we aangeven dat we ervoor staan, om voor de kinderen op onze school een perspectiefrijke basis te bieden voor later, waarbij we ervan uitgaan dat die toekomst er voor elk kind anders uit kan zien, afhankelijk van persoonlijkheid, capaciteiten en interesses. We proberen in ons onderwijs daar zoveel mogelijk aan tegemoet te komen. 8 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 2.3.Kengetallen leerlingenpopulatie van dit schooljaar en de afgelopen 3 schooljaren 2.3.1.Leerlingaantallen Jaar Aantal leerlingen 1 okt Gewichten 0,3 Gewichten 1,2 2012 247 22 1 2013 248 19 0 2014 249 25 0 2015 247 23 0 2.3.2. Voor- of vroegschool In de voor- en vroegschool wordt gewerkt met het stimuleringsprogramma PUK. 2.3.3. Schoolondersteuningsteams Aanmeldingen per schooljaar bij het SOT (SchoolOndersteuningsTeam), MDO (multidisciplinair overleg), of bovenschools zorgteam: 2011-2012 2012-2013 2013-2014 2014-2015 ll.besprekingen ll.besprekingen 14 11 2015-2016 2.3.4.Indicaties en Verwijzingen 2011-2012 2012-2013 2013-2014 2014-2015 Aanmeldingen PCL 1 1 2 2 Verwijzingen SBO 1 1 2 2 Terugplaatsingen SBO 0 0 0 0 LWOO/Pro 2 3 0 1 Beschikkingen/adviezen 2.3.5.Inzet formatie De school heeft gemiddeld rond de 250 leerlingen Het team bestaat uit: 22 personeelsleden dit is 13,1 fte. De gemiddelde groepsgrootte is: 28 leerlingen De bezetting van de groep is: Er is één professional in de klas. Als er extra handen in de klas nodig zijn dan kan onze leerkracht assistent dit doen, of iemand die nu nog loopt op NOA-gelden. Zij begeleiden ook leerlingen buiten de klas, die een apart handelingsplan hebben. 9 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Aantal dagdelen dat er speciale onderwijszorg beschikbaar is door (preventieve) ambulante begeleiding in de school. 1 tot 2 dagdelen per week 3 tot 7 dagdelen per week v 7 dagdelen of meer per week nee, er is geen preventieve ambulante begeleiding beschikbaar v Anders (lkr uit NOA-gelden) voor 4 dagdelen Er zijn beperkte mogelijkheden vanuit het SWV. Om zo goed mogelijk passend onderwijs te kunnen bieden blijven de IB-er, RT-er, NOA-leerkracht en de leerkrachtondersteuner, zoals wij die inzetten vanuit eigen formatie, van essentieel belang. 2.3.6.Functies en taken Welke functies en taken (zoals bouwcoordinator IB, RT), kent uw team voor een schoolpopulatie van gem. 250 lln 1 fulltime directeur (heeft 1 dagdeel een groep), 1 adjunct (plaatsvervangend directeur) met 1 dag ambulantschap, 1 bouwcoördinator 1 dag ambulantschap, 1 ib-er met 3 dagen IB-taken, 16 leerkrachten, 1 RT-er, NOA-leerkracht, 1 onderwijsassistent, 1 administratief medewerker. aanwezig zonder diploma aanwezig met diploma of certificaten niet aanwezig Orthopedagoog * Psycholoog * Schoolmaatschappelijk werker * Remedial teacher * Motorische Remedial Teaching * Intern Begeleider * Taal/leesspecialist * * Reken/wiskundespecialist * Gedragsspecialist * Sociale vaardigheden specialist Hoogbegaafdheid specialist Coaching en Video Interactie Begeleiding * * * Speltherapeut * Anders aanwezig is en of hij/zij gediplomeerd is bij * niet aanwezig 10 wel aanwezig geen 0,1 0,2 0,3 0,4 0,5 meer dan 0,5 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk meer dan 1 meer dan 2 formatie Orthopedagoog * Psycholoog * Schoolmaatschappelijk werker * Remedial teacher * Motorische remedial teacher * Intern begeleider * Taal/leesspecialist * Reken/wiskundespecialist * Gedragsspecialist * Soc. vaardigh specialist * Hoogbeg. specialist * Coaching en video interactie specialist * Speltherapeut * NOA-leerkracht * Ond. assistente * Het bieden van mogelijkheden voor passend onderwijs nu en in de toekomst voor deze school zal afhankelijk zijn van: De kansen en de grenzen die een individuele leerkracht ziet voor een zorgkind in haar klas. De aan te bieden deskundigheid (intern/extern) De zwaarte van de zorgvraag De gelegenheid die het team krijgt om cursussen te volgen. Teamcursussen en cursussen IB-er gaan voor als het over de verdeling van gelden gaat). 2.3.7.Kenmerken van het schoolgebouw Er is ruimte in de groep voor één-op-één begeleiding * Er is ruimte op de gang voor één-op-één begeleiding Er zijn prikkelarme werkplekken Er is ruimte voor een time-out De lokalen zijn aangepast voor leerlingen met speciale onderwijsbehoeften Er zijn ruimten met specifieke functies voor bewegings- en leerbehoeften (fysiotherapie, schooltuin, enzovoort) Er zijn werkplekken voor leerlingen beschikbaar op de gang of in flexibele ruimten Slecht Zijn de werkruimten 11 Matig Voldoende * * * * * Goed Zeer goed * Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk afgestemd op de onderwijsbehoeften van kinderen? Is de inrichting van de lokalen afgestemd op de onderwijsbehoeften van kinderen? * Voor leerlingen met speciale behoeften voortkomend uit lichamelijke beperkingen, op problemen met visus of gehoor, zullen de mogelijkheden aangepast moeten worden. 12 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 3.Basisondersteuning 3.1.Standaarden kwaliteit van de schoolorganisatie Zwak 1.1 De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden 1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden 2.4 De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerling-gewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand 4.2 De leerlingen voelen zich aantoonbaar veilig op school 4.4 De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen 4.5/6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen en afhandelen van incidenten in en om de school 4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan 6.1 De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen 6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen 6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen 6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen 7.1 De school gebruikt een samenhangend systeem genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in ontwikkeling van de leerlingen 8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben 8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen 8.3 De school voert de zorg planmatig uit 8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg 8.5 De school zoekt de structurele samenwerking met ketenpartners waar noodzakelijke interventies op leerlingniveau 13 Voldoende * Goed Excellent * * Geen substantieel aantal lln met een leerlinggewicht. * * * * * * * * * * * * * * * Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk haar eigen kerntaak overschrijden * Dit is moeilijk van de eigen school te zeggen, omdat dit een blijvende ontdekkingstocht is 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingpopulatie 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen 9.3 De school evalueert regelmatig het leerproces 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces 9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit * * * * * * * Deze gegevens leren ons dat we leerlingen met speciale behoeften kunnen opvangen. Per kind moet bekeken worden of dit deze leerling ook de optimale zorg krijgt. Minpunt zijn de grote groepen op de Regenboog. Pluspunt: de kwaliteit van de leerkrachten op de Regenboog. 3.2.Standaarden Handelingsgericht werken Zwak Leerkrachten verkennen en benoemen de onderwijsbehoeften van leerlingen o.a. door observatie, gesprekken en het analyseren van toetsen Leerkrachten bekijken en bespreken de wisselwerking tussen de leerling, de leerkracht, de groep en de leerstof om de onderwijsbehoeften te begrijpen en daarop af te stemmen Leerkrachten reflecteren op hun eigen rol en het effect van hun gedrag op het gedrag van leerlingen, ouders, collega’s Leerkrachten zijn zich bewust van de grote invloed die zij op de ontwikkeling van hun leerlingen hebben Alle teamleden zoeken, benoemen en benutten de sterke kanten en interesses van de leerlingen, de leerkrachten, de ouders en het schoolteam Leerkrachten werken samen met hun leerlingen. Ze betrekken hen bij de analyse, formuleren samen doelen en benutten de ideeën en oplossingen van leerlingen Leerkrachten werken samen met ouders. Ze betrekken hen als ervaringsdeskundige en partner bij de analyse van de situatie en het bedenken en uitvoeren van de aanpak Leerkrachten benoemen hoge, reële doelen voor de lange (einde schooljaar) en voor de korte (tussendoelen) termijn. Deze doelen worden gecommuniceerd en geëvalueerd met leerlingen, ouders en collega’s Leerkrachten werken met een groepsplan 14 Voldoende Goed Excellent * * * * * * * * * * * * Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk waarin ze de doelen en de aanpak voor de groep, subgroepjes en mogelijk een individuele leerling beschrijven Leerkrachten bespreken minstens drie keer per jaar hun vragen betreffende het opstellen, uitvoeren en realiseren van hun groepsplannen met de intern begeleider De onderwijs- en begeleidingsstructuur is voor eenieder duidelijk. Er zijn heldere afspraken over wie wat doet, waarom, waar, hoe en wanneer Alle teamleden zijn open naar collega’s, leerlingen en ouders over het werk dat gedaan wordt of is. Motieven en opvattingen worden daarbij inzichtelijk gemaakt * * * Onze grondhouding is dat we denken in, praten over en kijken naar sterke kanten, mogelijkheden van kinderen, leerkrachten en ouders. We zoeken samen naar oplossingen. We werken met groepsplannen, gebaseerd op onderwijsbehoeften. 3.3.Voorzieningen waarvan de school gebruikt maakt Zorg in de school zelf Time-out Schakelklas Meer- en hoogbegaafdengroep * Observatiegroep Preventieve ambulante begeleiding Autiklas Voorschool (VVE) Regionaal Interventie team Anders Zo nodig zou het fijn zijn om van bovenstaande mogelijkheden gebruik te kunnen maken, maar de ruimte ontbreekt. 15 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 3.4.Samenwerking met andere instanties Zorg om de school heen van onderwijs- en ketenpartners Vanuit het samenwerkingsverband PO (IB netwerken, trajectbegeleiders) * SBO PAB (V)SO Rec 1, 2, 3, 4 SWV VO * * * Anders (vul in bij toelichting) Lokale overheid Sociaal Kernteam GGZ Leerplicht * * * Buurtnetwerk Buurtregisseur/politie Club- en buurthuiswerk Brede school, srs Reboundvoorziening Plusklas Kerk * Anders Voor hulp kunnen we nu, in plaats van bij vele instanties, bij het SKT terecht. Welke deskundigheid kan de Regenboog inzetten voor het samenwerkingsverband? We hebben weinig echte specialisten. We hebben een taalspecialist, een kindercounselor die speltherapie kan bieden en een gedragsspecialist die mogelijk kinderen individueel kan begeleiden. 16 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 4.Onderwijs(zorg-)arrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften 4.1.Algemeen In het schoolondersteuningsprofiel van NTO-Effekt (begeleiders van onze school) wordt gewerkt met beschrijvingen van leerlingen op 5 onderwijsdomeinen. De domeinen worden hieronder beschreven. Per onderwijsdomein zijn kindbeschrijvingen van kinderen uit de onderbouw (groep 1-4) en uit de bovenbouw (groep 5-8). In elke kindbeschrijving ligt er een accent voor de onderwijsbehoeften van de leerling in dat betreffende domein. De 5 domeinen zijn in de praktijk vaak minder makkelijk te scheiden, omdat ze elkaar wederzijds beïnvloeden. Het gaat in de beschrijving dan ook om een accent en niet om een exclusieve omschrijving. Leren en ontwikkeling De omschrijvingen bevatten kenmerken van de leerling die de ontwikkeling en het leren bemoeilijken en die niet hoofdzakelijk toe te schrijven zijn aan de andere vier domeinen. Te denken valt aan leer- en ontwikkelingsmoeilijkheden c.q. stoornissen, zoals bijvoorbeeld dyslexie. Fysiek/ medisch De omschrijvingen bevatten een meer rechtstreekse relatie tussen de lichamelijke kenmerken van de leerling (en de medische consequenties) en de onderwijsbehoeften van deze leerling. Hierbij gaat het om lichamelijke of verstandelijke beperkingen. Sociaal-emotioneel / gedrag De omschrijvingen bevatten gedrag van de leerling dat ervoor zorgt dat de leerprocessen belemmerd worden. De gedragsmoeilijkheden/ stoornissen zorgen er in meer of mindere mate voor dat de leerling niet optimaal aan de leerprocessen kan deelnemen. Werkhouding De omschrijvingen bevatten moeilijkheden met de vaardigheden van de leerling om aandachtig en betrokken aan de leerprocessen deel te nemen. De oorzaken hiervan zijn uiteraard divers. Thuissituatie De omschrijvingen bevatten belemmeringen in de thuissituatie. De omstandigheden belasten de leerling zodanig dat speciale onderwijsbehoeften ontstaan om de leerprocessen op gang te brengen en te houden. 17 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 4.2. Vragenlijsten De hierboven beschreven domeinen komen terug in de vragenlijsten (zie bijlage 9) die door de leerkrachten, IB en MT zijn ingevuld om te polsen in hoeverre de Regenboog in staat is kinderen met een zorgbehoefte te kunnen helpen. Nadat betrokkenen het instrument hebben ingevuld, zijn er vier analyses benut: 1. 2. 3. 4. Een beeld van de school als geheel Een beeld van het management Een beeld van de collega's werkzaam in de onderbouw Een beeld van de collega's werkzaam in de bovenbouw De analyses geven een antwoord op de vraag in hoeverre het schoolteam in staat is een passend aanbod te bieden op het genoemde onderwijsgebied. A. Wij zijn in staat een passend aanbod te ontwikkelen (groen). B. Wij willen een passend aanbod ontwikkelen, maar hebben daarbij ondersteuning en/of professionalisering voor nodig (geel). C. Nee, wij verwijzen door naar een ander school (rood) 4.2.1. Competenties op de dimensies Relatie, Welbevinden, Ontwikkeling en Veiligheid. Bij de afname van het instrument zijn ook de competenties in kaart gebracht die nodig zijn om passend onderwijs te verzorgen. Deze competenties zijn onder te brengen in de volgende dimensies: Relatie De mate van betrokkenheid op en verbondenheid met de leraar en medeleerlingen. In de relatie ligt de mogelijkheid van leren met en van elkaar door samenwerken of feedback. Gerichtheid van de leerling op de ander maakt leren mogelijk door de inzet van spiegelneuronen in het brein. Voor de leraar ligt in de relatie de mogelijkheid tot pedagogische invloed. Indien er structureel en schijnbaar onomkeerbaar geen relatie met de leerling is, kan de school geen passend onderwijs organiseren. Welbevinden De mate waarin de leerling zich vrij, sociaal-emotioneel veilig en plezierig voelt in de schoolomgeving. Onbehagen, van welke aard ook, zorgt voor een bedreigd gevoel in leer- en ontwikkelingstaken. De reactie hierop legt eerder een accent op "overleven", dan op ontwikkelen. Indien er structureel en schijnbaar onomkeerbaar een gebrek aan welbevinden is, kan de school geen passend onderwijs organiseren. Ontwikkeling 18 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk De mate waarin de leerling voortgang maakt in leer- en ontwikkelingstaken. De waargenomen ontwikkeling door de leerling zelf en de ervaren waardering hiervoor, zijn de brandstof voor betrokkenheid op de eigen ontwikkeling. De mate waarin de school haar begeleiding kan afstemmen op verschillen in ontwikkeling van haar leerlingen, bepaalt voor een groot deel de zorgbreedte van de school. Indien er structureel en schijnbaar onomkeerbaar onvoldoende ontwikkeling waarneembaar is, kan de school geen passend onderwijs organiseren. Veiligheid De mate van fysieke veiligheid van de leerling zelf, de medeleerlingen en de leraar. Deze kan direct in het geding zijn bij bijvoorbeeld agressie, of indirect door bijvoorbeeld gebrek aan inzicht bij de leerling. De emotionele veiligheid is bij de dimensie welbevinden benoemd. Indien er structureel en schijnbaar onomkeerbaar onveilige situaties ontstaan, kan de school geen passend onderwijs organiseren. Het team voelt zich het meest competent op het gebied van relatie en welbevinden. Dit komt overeen met de opvattingen van de leerkrachten over hun kerntaak: zorgen dat het kind vanuit zijn uniciteit zich veilig voelt op school. Alleen als het kind die veiligheid ervaart, zal het kind leren. Kernwoorden in de visie/missie van de school zijn zelfvertrouwen, eigenwaarden, bescherming gevoelsleven. Het team ervaart het meest handelingsbekwaam te zijn op het gebied van leren en ontwikkelen en de thuissituatie. De grootste handelingsverlegenheid ervaart het team op sociaal-emotioneel gebied/gedrag. 4.2.2. Uitkomsten Er is sprake van een harmonieus positief beeld in het team als het gaat om de aanwezige competenties om passend onderwijs te realiseren. Alle teamleden geven aan de kinderen met speciale onderwijsbehoeften op het gebied van leren en ontwikkeling, werkhouding en hun thuissituatie op te willen vangen. Wel zal er in bepaalde situaties ondersteuning en/of professionalisering nodig zijn. Op het fysiek-medisch en sociaal-emotioneel gebied geeft het team aan meer externe ondersteuning nodig te hebben. De kinderen met zeer speciale onderwijsbehoeften op het gebied van hun fysiek-medische ontwikkeling of op sociaal-emotioneel gebied/gedrag worden doorverwezen naar een andere (speciale) school. De grondhouding van het team is dat de teamleden denken in, praten over en kijken naar de sterke kanten, mogelijkheden van kinderen, leerkrachten en ouders. Er wordt samen naar oplossingen gezocht. Het team is daarbij praktisch ingesteld. Uitgesplitst naar de verschillende domeinen kan hierbij het volgende opgemerkt worden: Voor de categorie leren en ontwikkeling geeft het team van De Regenboog aan deskundigheid in huis te hebben en op dit gebied veelal passend onderwijs te willen en kunnen realiseren. Het team heeft ervoor gekozen om het binnen de formatie en organisatie structureel mogelijk te maken dat zowel de leerlingen als leerkrachten hierbij begeleid kunnen worden. De ontwikkeling van de kinderen in groep 3 t/m 8 wordt gevolgd met het cognitieve LVS uit 19 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk parnassys. In de groepen 1 en 2 is dat “Kijk”. Het team is erop gericht de lessen aantrekkelijk te maken voor alle leerlingen. Binnen het leerstofjaarklassensysteem is er grote aandacht voor het individuele kind, dat anders mag zijn. De methoden, waarmee gedifferentieerd gewerkt wordt, zijn daarbij leidend. Er wordt ingespeeld op dat wat kinderen nodig hebben om op actieve, betrokken manier te leren. Coöperatief leren is gemeengoed in het team. De leerkrachten zijn goed in staat om coachende gesprekken met kinderen te voeren, gericht op het zelf bedenken van oplossingen in het omgaan met een beperking of belemmering. In de groepen wordt gedifferentieerd, zodat de kinderen die moeite hebben met lezen, taal en/of rekenen begeleid worden en kinderen die een ontwikkelingsvoorsprong hebben compacte basisstof met extra uitdagende leerstof aangeboden krijgen. Ans (IB) brengt de kinderen met een eigen leerlijn (OPP) in kaart en vertaalt dit naar de praktijk. Kinderen die meer dan een jaar vooruitgang of achterstand hebben kunnen op het gebied van rekenen de lessen in een andere groep volgen. RT kan tijdelijk binnen of buiten de klas ingezet worden, afgestemd op de aanpak van de leerkracht in de groep. Wanneer kinderen ernstige leermoeilijkheden of een leerstoornis hebben, is ondersteuning van buitenaf nodig. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de externe deskundigheid en ambulante begeleiding van het SWV, Onderwijsadvies en het SKT. Ook wordt er samengewerkt met partners uit het netwerk rondom de school zoals logopedisten e.d. Voor de categorie fysiek en medisch geeft het team aan voor kinderen met een lichte fysiekmedische beperking passend onderwijs te kunnen realiseren. Het MT geeft aan minder snel een grens te trekken als het gaat om kinderen met speciale onderwijsbehoeften op fysiekmedisch gebied. Dit komt omdat zij uit ervaring weet dat met ondersteuning van ouders en externen er mogelijkheden te creëren zijn. Het team deelt de mening, dat het de moeite waard is om deze kinderen een kans te geven op De Regenboog, zodat ze zoveel mogelijk thuisnabij kunnen participeren in een ‘normale schoolsituatie’. Het schoolgebouw is rolstoeltoegankelijk. Er kunnen eventueel voorzieningen geplaatst worden, mits er budget voor is. De teamleden geven nadrukkelijk aan deskundig te zijn als onderwijsprofessional en niet medisch geschoold te zijn. Zij zijn bereid zich in de problematiek te verdiepen en extra aandacht aan deze kinderen te besteden, binnen haalbare afgesproken kaders waarbij zij zelf geen medische handelingen verrichten. Zij kunnen er voor zorgen dat een kind met speciale behoeften op dit gebied geaccepteerd wordt door de groep. Voor hen is het een voorwaarde dat de samenwerking met ouders strak georganiseerd is en goed verloopt met duidelijkheid over ieders verantwoordelijkheden. Het team hecht er aan dat er samen met ouders en hulpverleners een plan wordt opgesteld, zodat het kind binnen de reguliere groep kan functioneren. Voor de categorie sociaal-emotioneel geeft De Regenboog aan voor een deel van de kinderen met speciale onderwijsbehoeften op dit gebied een passend onderwijsaanbod te kunnen realiseren. Er wordt planmatig aandacht besteed aan de ontwikkeling van sociaal-emotionele vaardigheden van kinderen door inzet van methoden en methodieken zoals Goed Gedaan en Taakspel. De kinderen vanaf groep 4 worden gevolgd via het jaarlijks invullen van vragenlijsten 20 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk op soc. emotioneel gebied. Dit programma heet “Op school” en is ontwikkeld door Harry Janssens Op De Regenboog wordt een onderwijsleeromgeving georganiseerd met veel voorspelbaarheid en routines, ondersteund door picto’s, dagritmekaarten, dagindeling op het bord e.d. Tijdens de lessen worden regelmatig coöperatieve werkvormen ingezet zodat kinderen met en van elkaar leren, waarbij ieders talenten benut en gewaardeerd worden. De groepsleerkrachten vinden het belangrijk dat leerlingen in hun waarde worden gelaten en als persoon geaccepteerd. Regelmatig wordt met leerlingen in gesprek gegaan, zodat zij elkaar accepteren en elkaar de ruimte geven om anders te mogen zijn. Eén van de teamleden is kindercounselor en kan speltherapie inzetten. Vanuit een constructieve relatie zijn de leerkrachten duidelijk, volhardend en voorspelbaar in hun reactiepatroon op grensoverschrijding. Tevens wordt positieve feedback gegeven op positieve effecten van gedrag. Er wordt o.a. gewerkt met beloningssystemen. Het team heeft bij kinderen met speciale onderwijsbehoeften, bijvoorbeeld vanwege een ernstige gedrags- of ontwikkelingsstoornis, ondersteuning nodig van externe deskundigen in de vorm van praktische coaching en/of ondersteuning in de groep, adviezen voor begeleiding, informatie over gedrag en aanpakken en indien nodig nader onderzoek. Voor de categorie werkhouding geeft het team aan veelal passend onderwijs te kunnen en willen realiseren. De leerkrachten werken met richtinggevende, concrete doelen die vertaald worden naar betekenisvol aantrekkelijk onderwijs. Er zijn hoge verwachtingen ten aanzien van de werkhouding van leerlingen en er wordt waardering uitgesproken wat de leerling daarmee bereikt. Het team streeft er naar dat kinderen op bepaalde momenten ‘hun ei kwijt kunnen’. Het werken met coöperatieve werkvormen, waarbij sociale en persoonlijke talenten van kinderen benut worden, draagt daar zeker toe bij. Actieve werkvormen worden afgewisseld met momenten van rust en stilte, zonder leerlingen te isoleren van de groep. Er is functionele kennis aanwezig in het team over leerprocessen, zodat de betrokkenheid en zelfsturing van leerlingen bij het leerproces vergroot kan worden. Het ombuigen van weerstand en (hyper)activiteit naar positieve energie wordt als een gezamenlijke verantwoordelijkheid gezien. Er wordt regelmatig feedback gegeven waarbij succeservaringen benadrukt en toegeschreven worden aan eigen inzet, vaardigheden en prestaties. De leerkrachten werken met ouders samen met als doel plezier in het leren en een goede werkhouding te stimuleren en zelfstandigheid en zelfvertrouwen van leerlingen te vergroten. Het team heeft in bepaalde situaties ondersteuning nodig van externe deskundigen in de vorm van observatie, praktische coaching en/of ondersteuning in de groep, adviezen voor begeleiding, informatie over werkhouding en aanpakken. Voor de categorie thuissituatie geeft het team aan dat er goed gesignaleerd wordt. Er wordt op school tijd vrijgemaakt om gesprekken te voeren, er is een luisterend oor voor de kinderen, ouders en leerkrachten. Het schoolgebouw biedt ruimte om in rust een persoonlijk gesprek te voeren. 21 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Er is informatie over allerlei onderwerpen beschikbaar. Wekelijks worden de ouders middels een nieuwsbrief op de hoogte gehouden van actuele zaken en onderwijsveranderingen. De leerkrachten ervaren, dat zij er niet alleen voor staan, er is een klankbord op school. Steeds beter worden grenzen aangegeven; wat hoort bij het terrein van de school als onderwijsinstituut en wat hoort meer bij andere instanties, zoals Sociaal Kernteam. Ook de afbakening tussen betrokkenheid als onderwijsprofessional en betrokkenheid vanuit privésituaties lukt steeds beter. De school weet waar en wanneer specialistische deskundigen gehaald en ingezet kunnen worden; Er is samenwerking met en ondersteuning van het Sociaal Kernteam en ambulante begeleiders van verschillende REC’s. Balans in de groep De mate waarin de school ruimte heeft om leerlingen op te nemen in haar groepen of waarin zij handelingsverlegen dreigt te worden voor leerlingen die al op school zijn, wordt voor een belangrijk deel bepaald door de "balans in de groep" van dat moment. Onder balans in de groep verstaan wij de ruimte die er voor de leerkracht en de leerlingen is om voor alle leerlingen in de groep een pedagogisch klimaat en een leeromgeving te bieden waarin de leerlingen zich kunnen ontwikkelen. Het gaat bij balans in de groep dus om een combinatie van leerlingkenmerken, groepssamenstelling en de leerkracht van die groep. 22 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 5.Grenzen aan de mogelijkheden van ons onderwijs De basisondersteuning is kwalitatief goed op orde op De Regenboog. Vanuit deze basis, aangevuld met ondersteuning van binnen en buiten de school kan de school voor een groot deel van de kinderen met speciale onderwijsbehoeften passend onderwijs bieden. Wanneer kinderen iets extra’s of anders nodig hebben, is het team bereid te denken in mogelijkheden en samen op zoek te gaan naar oplossingen. De school wil daarbij realistisch en duidelijk zijn in haar mogelijkheden en grenzen. Het team hecht eraan om samen te werken met ouders, en indien nodig met externe deskundigen, bij het realiseren van passend onderwijs. Dit vergroot de kans van slagen. onvoldoende ontwikkeling op gang gebracht kan worden, vanwege een combinatie van leermoeilijkheden met andere belemmeringen het welbevinden van het kind in het gedrang komt In het fysiek - medisch domein kan de school geen passend onderwijsaanbod bieden bij: ernstig meervoudig gehandicapte kinderen (zoals beperkte cognitieve mogelijkheden in combinatie met fysieke beperkingen). Het moeten verrichten van medische handelingen door de leerkracht. situaties waarin permanent één op één hulp in de klas noodzakelijk is situaties waarbij een kind teveel fysieke ruimte inneemt vanwege een bed o.i.d., zodat andere kinderen letterlijk ‘in de knel zitten’ Ten aanzien van de sociaal - emotionele ontwikkeling kan de school geen passend onderwijs organiseren voor: leerlingen die voor zichzelf, medeleerlingen of leerkracht structureel een bedreiging vormen vanwege hun agressiviteit en/of fysiek geweld, waarbij voortdurend beschermd toezicht geboden moet worden als het welbevinden van andere leerlingen in de groep structureel in het gedrang komt In relatie tot de thuissituatie kan de school geen passend onderwijsaanbod bieden wanneer: er geen samenwerking met of ten minste medewerking van ouders mogelijk is 23 Het werken met groepsplannen, waarin wordt aangeven op welke wijze de instructie aangeboden wordt, bijv. A-B-C groepen en hoe daarbij het onderwijs nog beter afgestemd wordt op de verschillende onderwijsbehoeften van de kinderen Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 6.Ambities Om in het kader van passend onderwijs voor zoveel mogelijk kinderen de juiste school te kunnen zijn, heeft het team ingezet op de volgende, met elkaar samenhangende, ambities voor de komende periode 2014-2018: Werken met meervoudige intelligentie, zodat er nog meer recht gedaan wordt aan de verschillen in leerstijlen en interesses, zodat kinderen met meer motivatie en taakgerichtheid kunnen werken. De autonomie van kinderen stimuleren door o.a. leerprocessen te organiseren waarbij kinderen zelfstandig leren leren en kiezen centraal staan i.p.v. moeten. De zelfstandigheid en het verantwoordelijk gedrag van kinderen stimuleren door te leren selectieve reacties en krachtige feedback te geven. Taakspel in te zetten in die klassen waar het nodig is. Vaardigheden en beleid ontwikkelen om preventief te kunnen werken aan gedrag en werkhouding, zodat moeilijkheden voorkómen kunnen worden in plaats van corrigerende begeleiding achteraf. Op het gebied van gedrag en sociaal-emotionele ontwikkeling concrete, haalbare korte termijn doelen leren stellen in samenspraak met het kind en ouders en daar gericht aan werken. Bekwamen in het op een rustige en consequente wijze reageren op extreem/hysterisch gedrag van kinderen zonder geëmotioneerd te raken. De deskundigheid op het gebied van geletterdheid/lezen/dyslexie vergroten, weten wanneer welke hulpmiddelen ingezet kunnen worden Kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong uitdagende stof aanbieden middels “Talentenlijn” en “Pittige Plustorens”. Ten aanzien van passend onderwijs voor kinderen met speciale fysiek -medische behoeften doorgaan op de ingeslagen weg. Daarbij de groep stimuleren/aanspreken op hun medeverantwoordelijkheid en het desbetreffende kind weerbaarder maken om zo ‘gewoon mogelijk op school’ te kunnen functioneren. 24 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk De inschatting van het team met behulp van de door SARDES gehanteerde indeling kunnen we als volgt visualiseren: Huidige situatie: een smalle zorgschool Gewenste situatie over vier jaar: een sterke smalle zorgschool die op weg is naar een brede zorgschool 25 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 7.Wat de school voor anderen binnen het SWV kan en wil betekenen in het kader van passend onderwijs De Regenboog wil graag in het samenwerkingsverband bekend staan als een samenwerkende partner die in principe een school wil zijn voor alle kinderen, tenzij de veiligheid en/of het welbevinden van kinderen en leerkrachten in het gedrang komt. De school heeft ervaring met coöperatief leren en taakspel en is bereid om met collegascholen mee te denken over deze of andere thema’s. Als we gebeld worden door ouders met een kind met een zorgvraag, dan volgen we de volgende stappen: - We nemen contact op met de directie en IB van de huidige school - Directie/IB voeren gesprek met ouders en het kind die ons benaderen - IB heeft zorgoverleg met eventueel betrokken instanties - Een aangemeld kind kan mogelijk cognitief onderzocht worden door IB of een externe deskundige - Directie/IB hebben overleg met de groepsleerkracht(en) van De Regenboog - Met leerkracht, ouders, IB en andere betrokkenen wordt een concreet plan opgesteld waarin de doelen, aanpak en verantwoordelijkheden duidelijk aangegeven worden 26 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 8.Samenvattende conclusies De Regenboog is een school met gemiddeld 250 leerlingen. De school situeert zichzelf op dit moment als een smalle zorgschool die een kwalitatief goede basisondersteuning kan bieden, volgens de criteria van de onderwijsinspectie. Het team stelt zich constructief op om passend onderwijs voor zoveel mogelijk kinderen op de school te realiseren. De visie van de school ‘De Regenboog geeft je toekomst kleur’ staat hoog in vaandel. Hiermee wil de school aangeven, dat ze voor alle kinderen op deze school een perspectiefrijke basis wil bieden voor later, waarbij ze ervan uitgaat dat die toekomst er voor elk kind anders uit kan zien, afhankelijk van persoonlijkheid, capaciteiten en interesses. Binnen het leerstofjaarklassensysteem proberen de teamleden daar zoveel mogelijk aan tegemoet te komen. Kernwaarden zijn veiligheid, zelfvertrouwen, eigenwaarden, bescherming gevoelsleven. Er wordt op een actieve wijze geleerd door leerlingen te laten doen, samenwerken en ontdekken, o.a. met inzet van coöperatieve werkvormen. Naast het cognitieve wordt op de Regenboog ingezet op het stimuleren van zelfontwikkeling, verantwoordelijkheidsgevoel, zelfredzaamheid, weerbaarheid en creativiteit. Er is zowel bij het team als directie/IB een positieve houding ten aan zien van passend onderwijs. Over het algemeen voelt het team zich op alle gebieden competent. Het team voelt zich het meest competent op het gebied van relatie en welbevinden. Het team ervaart het meest handelingsbekwaam te zijn op het gebied van leren en ontwikkelen en de thuissituatie. De grootste handelingsverlegenheid ervaart het team op sociaal-emotioneel gebied/gedrag. De school is bereid binnen de kaders van het leerstofjaarklassensysteem te zoeken naar mogelijkheden, waarbij ze realistisch wil zijn. Op het gebied van leren en ontwikkeling, werkhouding en thuissituatie kan de school voor de meeste kinderen passend onderwijs realiseren. Op het gebied van gedrag/sociaal-emotionele ontwikkeling en fysiek-medisch kan de school voor een deel van de kinderen passend onderwijs bieden. In bepaalde situaties heeft de school externe ondersteuning nodig in de vorm van advisering en begeleiding bijv. door ambulante begeleiders en/of externe deskundigen. Grenzen aan de mogelijkheden in het kader van passend onderwijs zijn: Bij leren en ontwikkeling/werkhouding als er ondanks de inspanningen: onvoldoende ontwikkeling op gang gebracht kan worden, vanwege een combinatie van leermoeilijkheden met andere belemmeringen het welbevinden van het kind in het gedrang komt Bij het fysiek - medisch domein: ernstig meervoudig gehandicapte kinderen (zoals beperkte cognitieve mogelijkheden in combinatie met fysieke beperkingen) als het nodig is dat de leerkracht medische handelingen moet verrichten situaties waarin permanent één op één hulp in de klas noodzakelijk is situaties waarbij een kind teveel fysieke ruimte inneemt vanwege een bed o.i.d., zodat andere kinderen letterlijk ‘in de knel zitten’ 27 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Ten aanzien van de sociaal - emotionele ontwikkeling kan de school geen passend onderwijs organiseren voor: leerlingen die voor zichzelf, medeleerlingen of leerkracht structureel een bedreiging vormen vanwege hun agressiviteit en/of fysiek geweld, waarbij voortdurend beschermd toezicht geboden moet worden als het welbevinden van andere leerlingen in de groep structureel in het gedrang komt In relatie tot de thuissituatie kan de school geen passend onderwijsaanbod bieden wanneer: er geen samenwerking met of ten minste medewerking van ouders mogelijk is De Regenboog heeft voor de komende jaren de ambitie om vanuit een sterke smalle zorgschool als basis richting een brede zorgschool te willen ontwikkelen. Zij heeft daarbij de volgende concrete ambities: Het verder uitwerken van groepsplannen op basis van onderwijsbehoeften Werken met meervoudige intelligentie De autonomie van kinderen verder stimuleren. Taakspel inzetten in die klassen die het kunnen gebruiken. Beleid/vaardigheden t.a.v. gedrag/werkhouding ontwikkelen om zoveel mogelijk preventief te kunnen werken Op het gebied van gedrag en sociaal-emotionele ontwikkeling concrete, haalbare korte termijn doelen stellen en uitwerken in samenspraak met het kind en ouders Zonder geëmotioneerd te raken op een rustige en consequente wijze reageren op extreem/hysterisch gedrag van kinderen Deskundigheid op het gebied van geletterdheid/lezen/dyslexie vergroten, weten wanneer welke hulpmiddelen ingezet kunnen worden Ten aanzien van passend onderwijs voor kinderen met speciale fysiek-medische behoeften doorgaan op de ingeslagen weg om deze kinderen, indien haalbaar, ‘zo gewoon mogelijk op onze school’ te laten functioneren. 28 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 9.Bijlagen 9.1.Bijlage 1: Toelichting op de schema's van het schoolondersteuningsprofiel (ruwe scores) 9.2.Bijlage 2: Gebruikte profielen 9.3.Bijlage 3: lijst met competenties 9.4.Bijlage 4: Beschrijving van vier schoolprofielen 29 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 9.1.Bijlage 1: Toelichting op de schema's van het schoolondersteuningsprofiel In de enquête beantwoorden teamleden twee vragen: 1. Kunnen wij als team voor deze leerling een passend aanbod verzorgen? 2. Hoe goed beheerste u deze competenties? Geef uw inschatting op een vijfpuntsschaal. Nadat alle betrokkenen het instrument invulden, zijn er vier analyses gemaakt: 1. 2. 3. 4. een beeld van de school als geheel, een beeld van het management, een beeld van de collega’s werkzaam in de onderbouw, een beeld van de collega’s werkzaam in de bovenbouw. De afbeelding bestaat uit twee schema’s, een groot schema en een ‘balk’. Toelichting onderste ‘balk’: De onderste balk is het resultaat op de eerste vraag in de enquête: “Kunnen wij als team voor deze leerling een passend aanbod verzorgen?” In de onderste balk worden de standaard vragen afgezet tegen de vijf onderwijsgebieden. In de onderwijspraktijk beïnvloeden deze gebieden elkaar wederzijds: 1. leren en ontwikkeling 2. fysiek en medisch 3. sociaal emotioneel en gedrag 4. werkhouding en 5. thuissituatie. De betekenis van deze vijf onderwijsgebieden worden toegelicht in hoofdstuk 4 van dit onderwijszorgprofiel. De analyses in de onderste balk geven een antwoord op de vraag in hoeverre het schoolteam in staat is een passend aanbod te bieden op het genoemde onderwijsgebied: A. wij zijn instaat een passend aanbod te ontwikkelen ( groen), B. wij willen een passend aanbod ontwikkelen, maar hebben daarbij ondersteuning en/of professionalisering nodig ( geel), C. nee, wij verwijzen door naar een andere school ( rood). De percentage in de afzonderlijke vakken geven aan in hoeverre het schoolteam een A, B of en C scoorde. Het hoogste percentage bepaalt de kleur groen, geel of rood. 30 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Twee voorbeelden: Matrix standaardvragen (1) Leer – en ontwikkeling Fysiek en medisch Sociaalemotioneel/ Gedrag 3%/14%/84% Standaard vragen (A,B,C) Rood (C) Geel (B) Groen ( A) Nee, deze kinderen kunnen en/of willen we niet opvangen Ja, deze kinderen kunnen we met ondersteuning en door ontwikkeling opvangen Ja, deze kinderen kunnen we (nu al) opvangen Werkhouding 2% / 52% / 46% Thuissituatie 60%/36%/4% 3% / 14% / 84% 8 3% 14% 84% heeft een C gescoord heeft een B gescoord heeft een A gescoord Totaal ongeveer 100% (afrondingsverschillen) Fig. 3 Matrix standaardvragen (2) Leer – en ontwikkeling Fysiek en medisch 3%/14%/84% Standaard vragen Rood (C) Geel (B) Sociaalemotioneel/ Gedrag 2% / 52% / 46% Werkhouding Thuissituatie 60%/36%/4% Groen ( A) 2% / 52% / 46% Nee, deze kinderen kunnen en/of willen we niet opvangen 9 Ja, deze kinderen kunnen we met ondersteuning en door ontwikkeling opvangen Ja, deze kinderen kunnen we (nu al) opvangen 2% 52% 46% heeft een C gescoord heeft een B gescoord heeft een A gescoord Totaal ongeveer 100% (afrondingsverschillen) Fig. 4 Met name de geel en roodgekleurde gebieden zijn besproken met het team in de tweede workshop. Bij de gele vlakken is door het team onderzocht wat nodig is in deze gevallen een passend aanbod te kunnen ontwikkelen. Bij de rode vlakken is benoemd wanneer de grenzen zijn bereikt. Interessanter is wat de school wel aan denkt te kunnen. 31 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Toelichting bovenste schema Het bovenste schema geeft een antwoord op de tweede vraag in de enquête: “Hoe goed beheerst u deze competenties? Geef uw inschatting op een vijf-puntschaal” In het bovenste schema van figuur 4 in deze toelichting zijn de competenties in kaart gebracht die nodig zijn om passend onderwijs te verzorgen. Deze competenties zijn onder te brengen in de volgende vier dimensies: 1. 2. 3. 4. relatie, welbevinden, ontwikkeling en veiligheid. In hoofdstuk 4 van dit zorgprofiel wordt de uitgebreide betekenis van de dimensies gegeven. In de resultaten van het bovenste schema is aangegeven in hoeverre teams denken een passende aanpak te hebben voor de vijf genoemde onderwijsgebieden. Ofwel: op welke gebieden achten zij zich al of niet competent. Hiervoor is namelijk gevraagd naar benodigde leerkracht-competenties op basis van de onderwijsbehoeften van het kind in de casus. Bij elke casus zijn vier competenties opgenomen en gaven leerkrachten en leden van het managementteam aan wat voor hen van toepassing is: 1. 2. 3. 4. 5. 32 hij/zij voelt zich onvoldoende competent, hoe/zij voelt zich matig competent, hij/zij voelt zich voldoend competent, hij/zij voelt zich uitstekend competent of hij/zij voelt zich uitstekend competent. Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Een voorbeeld: relatie welbevinden ontwikkeling veiligheid leren en ontwikkelen fysiek medisch 3 / 14 / 84 sociaalemotioneel en gedrag werkhouding 3% scoorde een 1 of 2 14% scoorde een 3 84 % scoorde een 4 of 5 Omdat met 84% het vaakst een 4 of 5 is gescoord, is dit vlak groen gekleurd. 33 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Hieronder staat tot slot nog een aantal voorbeelden, door middel waarvan de inhoud van het schema wordt verduidelijkt: Leren en ontwikkeling & Relatie Om te kunnen leren en ontwikkelen, is het voor een kind belangrijk dat het in hoge mate betrokken en verbonden is met de leerkracht en medeleerlingen. Indien een relatie ontbreekt, kan de school geen passend onderwijs organiseren. Fysiek en medisch & Welbevinden Voor kinderen met een fysiek en/of medische diagnose is het van groot belang dat zij zich vrij, sociaal-emotioneel, veilig en plezierig voelen in de schoolomgeving. Onbehagen zorgt voor een bedreigd gevoel in leer- en ontwikkelingstaken. Bij een gebrek aan welbevinden, kan de school geen passend onderwijs organiseren. Sociaal-emotioneel & Ontwikkeling Voor een kind met sociaal-emotionele behoeften, is het van belang dat het voortgang maakt in leer- en ontwikkelingstaken. De mate waarin de school haar begeleiding kan afstemmen op verschillen in ontwikkeling van haar leerlingen, bepaalt de zorgbreedte van de school. Werkhouding & Veiligheid Hierbij gaat het om de mate van fysieke (niet emotionele) veiligheid van alle leerlingen en de leerkracht. Deze kan bijvoorbeeld in het geding komen als gevolg van agressie. 34 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Bijlage 2: Uitslagen enquête Totaal: Managementteam: Onderbouw 35 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Bovenbouw 36 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Bijlage 3: lijst met competenties Deze lijst met competenties ligt onder de casussen; ze definiëren de categorieën relatie, ontwikkeling, welbevinden en veiligheid. Leren en ontwikkeling R 1. Met kinderen op een coachende wijze gesprekken voeren, gericht op het zelf bedenken van oplossingen in het omgaan met een beperking. 2. Voorkomen dat kinderen met leerachterstand te geïsoleerd raken in de klas, bijvoorbeeld door hen bij samenwerkingsopdrachten een zinvolle (alternatieve) bijdrage te laten leveren. 3. Een appèl kunnen doen op talenten die in het gebruikelijke basisaanbod te weinig benut worden. 4. Kinderen leren om oog te hebben voor elkaars kwaliteiten en dit bespreekbaar maken. 5. Moeilijkheden benaderen vanuit mogelijkheden en kansen, door uit te gaan van wat een kind al wel kan en nodig heeft om bepaalde doelen te bereiken. 6. Waarderen waar kinderen sterk in zijn en hen daarin uitdagen. 7. Positieve verwachtingen uitspreken en positieve aspecten kunnen benoemen en benutten. O 8. Kennis op het gebied van (ernstige) leerproblematiek, zodat effectieve instructie en begeleiding geboden kan worden. 9. Het reguliere onderwijsaanbod indikken, aanpassen en aanvullen met verdiepende en uitdagende leerinhouden en andere leerstrategieën. 10. Een ontwikkelperspectief (eigen leerlijn met tussendoelen) kunnen opstellen in overleg met kind, ouders en begeleiders. 11. De ontwikkeling van de ontluikende geletterdheid en gecijferdheid nauwkeurig volgen en begeleiden. 12. Klassenmanagement zo organiseren dat bepaalde kinderen een instructie op eigen niveau krijgen en kunnen werken met eigen opdrachten passend bij hun leerlijn. 13. In relatie tot de tussendoelen effectieve werkvormen organiseren die passen bij het thema. 14. Formuleren van inhoudelijke doelen in de zone van naaste ontwikkeling voor kinderen die iets extra’s of anders nodig hebben. 15. Voor kinderen die iets extra’s of anders nodig hebben, passende activiteiten en werkvormen inbedden in het groepsaanbod. 16. Vertrouwd zijn met de opbouw en inhoud van de leerlijnen. Op basis daarvan een passend onderwijsaanbod kunnen organiseren, zodat kinderen aan onderliggende vaardigheden kunnen werken. 17. Haalbare uitdagingen kunnen bieden om succeservaringen te laten opdoen. Daarbij ook toewerken naar toerusting voor het groepsaanbod. W 18. Ook voor kinderen die moeite hebben met leren, succeservaringen organiseren en deze met hen zichtbaar maken. 19. Samenwerkingsopdrachten en sociale interactie regisseren waarbij kinderen een eigen inbreng kunnen hebben, elkaar waarderen en van en met elkaar leren. 37 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 20. Stimuleren, waarderen en ontwikkelen van eigen keuzes, initiatief en eigen verantwoordelijkheid van kinderen. 21. Op een geduldige, positieve manier kinderen benaderen, vanuit hoge maar ook reële verwachtingen afgestemd op het ontwikkelingsperspectief van het kind. 22. Met de ouders op een open manier bespreken van hun zorgen en ideeën, op zoek naar mogelijkheden om samen te werken in de begeleiding van het kind. 23. Eigen keuzes, initiatief en verantwoordelijkheid stimuleren, benoemen, waarderen en belonen. 24. Kinderen leren te reflecteren op hun gevoelens en ondersteunen bij het opbouwen van een reëel positief zelfbeeld. 38 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Fysiek en medisch R 1. Activiteiten en spelletjes organiseren waarin alle kinderen, ook kinderen met een verstandelijke beperking, mee kunnen doen. 2. Kinderen coachen in de interactie met een doof groepsgenootje, o.a. door het introduceren en samen leren van gebarentaal en picto’s. 3. Een groepsklimaat kunnen creëren waarin kinderen met een (beperking of) medisch probleem gestimuleerd worden zelf uit te leggen wat het probleem inhoudt en hoe je daar het beste mee kunt omgaan. 4. Een groepsklimaat kunnen creëren, waarin kinderen leren elkaar te accepteren en waarderen om hoe iemand is in plaats van hoe iemand eruit ziet en wat iemand heeft. 5. Vanuit deze basis kinderen leren elkaar op ongewenst gedrag aan te spreken, zonder daarbij elkaar als persoon af te wijzen. O 6. Klassenmanagement zo organiseren dat bepaalde kinderen een instructie op eigen niveau krijgen en rustig kunnen werken met eigen opdrachten passend bij hun leerlijn. 7. Aangepaste materialen en technieken zo normaal mogelijk in het leerprogramma plaatsen. 8. Daarbij in samenwerking met een gespecialiseerde ambulant begeleider reflecteren op de effectiviteit van de eigen aanpak. 9. Een overzichtelijk, gestructureerd onderwijsleerklimaat kunnen realiseren met een goede balans tussen inspanning en ontspanning. 10. Vanuit een goed zicht op leerlijnen, activiteiten op maat kunnen aanbieden, zodat ook kinderen met een verstandelijke handicap zich optimaal kunnen ontwikkelen. W 11. Creëren van een positief groepsklimaat door het bespreken van de sfeer in de groep en de omgang met elkaar. 12. Op een open, constructieve manier met ouders samenwerken om de aanpak en begeleiding van kinderen thuis en op school op elkaar af te stemmen. V 13. Introduceren en consequent hanteren van concrete, functionele signalen, waardoor kinderen op een zelfstandige en veilige manier kunnen spelen en werken. 14. Weten hoe te handelen wanneer kinderen een ‘aanval’ hebben en anderen mogelijk in paniek raken. 15. Op een open manier en met regelmaat met kinderen bespreken wat zij nodig hebben om zich op hun gemak te voelen op school. 16. Op een positieve, consequente manier situaties overzichtelijk en inzichtelijk voor kinderen kunnen maken. 39 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Sociaal emotioneel en gedrag 1. Op grond van observatie aansluiting kunnen maken bij de belevingswereld van kinderen die moeite hebben met het maken van contact. 2. Samen met een kind concrete sociale vaardigheden kunnen bepalen, die het kind met steun van de leerkracht gaat oefenen. 3. Effectieve, niet (ver)oordelende feedback geven, zodat de leerling leert te reflecteren op de gewenste en ongewenste effecten van zijn gedrag op anderen. 4. Onvoorwaardelijk accepteren door in doen en laten te laten blijken dat de leerling gezien is, gewaardeerd wordt en welkom is. R O 5. Het inrichten en organiseren van een onderwijsleeromgeving met veel voorspelbaarheid en routines, ondersteund door picto’s . 6. Realiseren van een prikkelarme omgeving met veel structuur voor bepaalde kinderen. 7. Samen met een leerling leerdoelen in concrete taal formuleren en evalueren door ze zoveel mogelijk toe te schrijven aan de eigen inbreng. 8. Haalbare sociaal - emotionele vaardigheden in de zone van naaste ontwikkelingen als korte termijn doelen kunnen formuleren en concretiseren. 9. Organiseren van samenwerkingsopdrachten waarbij een ieders talenten benut en gewaardeerd worden. W 10. Initiatief nemen om tijdig hulp in te roepen van externe deskundigen om de beste aanpak voor een kind te realiseren voor zowel op school als in het gezin. 11. Met ouders samenwerken om het kind het gevoel te geven dat leerkracht en ouders op één lijn zitten als betrouwbare volwassenen. 12. Accepteren van de leerling, waarbij onderscheid gemaakt wordt tussen de persoon en het gedrag in wat wel of niet acceptabel is. 13. Initiatief, sociale betrokkenheid en reflectie concreet benoemen en waarderen. V 14. Met een kind routine ontwikkelen voor bedreigende situaties, waarbij het kind zoveel mogelijk zelf de regie kan houden. 15. Kunnen confronteren en grenzen aangeven. 16. Situaties overzichtelijk en inzichtelijk voor kinderen kunnen maken en op een rustige, besliste wijze kunnen handelen bij onveilige en/of onverwachte situaties. 40 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Werkhouding R 1. Kunnen omgaan met de behoeften van (hyper)actieve kinderen en hun energie positief kunnen inzetten. 2. Weerstand kunnen accepteren en ombuigen naar positieve energie en gezamenlijke verantwoordelijkheid. 3. Hoge verwachtingen hebben ten aanzien van de werkhouding waarderen wat de leerling daarmee bereikt. 4. Feedback geven waarbij succeservaringen benadrukt en toegeschreven worden aan eigen inzet, vaardigheden en prestaties. O 5. Structurerende, ondersteunende begeleiding gericht op het voorkómen van moeilijkheden in plaats van corrigerende begeleiding achteraf. 6. Functionele kennis van leerprocessen om leerlingen te begeleiden, gericht op het vergroten van hun betrokkenheid en zelfsturing bij het leerproces. 7. Leerstof voor leerlingen hanteerbaar en betekenisvol kunnen maken. 8. De betrokkenheid en het leerrendement van de leerlingen kunnen vergroten door het gebruik van relevante motivatie-theorieën. 9. Concrete, inhoudelijke doelen met de leerling kunnen formuleren op het gebied van leren en werkhouding en deze kunnen realiseren met uitnodigende. werkvormen en materialen Succeservaringen creëren door haalbare doelen te stellen. Daarbij zorgen dat de lat geleidelijk hoger komt te liggen. W 10. Momenten van rust en stilte organiseren voor en met de leerling, zonder de leerling te isoleren van de groep. 11. De sociale en persoonlijke talenten van de leerling kunnen inzetten bij de (samenwerkings)opdrachten. 12. Leerprocessen kunnen organiseren waarbij willen en kiezen centraal staan i.p.v. moeten. 13. Constructief kunnen samenwerken met de ouders met als doel een betere werkhouding en plezier in het leren. 14. Autonomie stimuleren door selectieve reacties op zelfstandig en verantwoordelijk gedrag. 15. Samenwerken met de ouders met als doel de zelfstandigheid en het zelfvertrouwen van de leerling te vergroten. 41 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Thuissituatie R 1. Verantwoordelijkheid en vertrouwen geven in (sociale) taken in de groep, die aansprekend zijn voor de leerling en de groepsgenoten. 2. Ouders confronteren met de ongewenste effecten van de huidige aanpak op het leergedrag van de leerling en de samenwerking opnieuw starten. 3. Negatief aandachtvragend gedrag kunnen ombuigen naar gewenst aandachtvragend gedrag door bedoelingen en effecten te benoemen en herkaderen. 4. Ouders ondersteunen bij het "loslaten van hun kind waar het kan" en "structureren waar het nodig is". O 5. Structureren, ondersteunen en uitbouwen van de werkplanning van de leerling op basis van hoge verwachtingen en concrete doelen 6. Samen met de leerling een plan van aanpak maken, waarbij de verantwoordelijkheid van de leerling toeneemt. 7. Stimuleren van initiatief en verantwoordelijkheid door positieve feedback. 8. Betrokkenheid vergroten door het bieden van aansprekende inhouden, keuzevrijheden en mogelijkheid tot samenwerken. Dit kunnen organiseren binnen overzichtelijke leersituaties 9. Leeromgeving creëren waarin kinderen hun zelfvertrouwen kunnen ontwikkelen door positieve feedback op hun activiteiten. W 10. Constructief samenwerken met ouders vanuit het gezamenlijke belang van het kind door zowel ondersteunend als grenzenstellend te zijn. 11. Zelfvertrouwen van kinderen ontwikkelen en verstevigen door vertrouwen te tonen in hun mogelijkheden 12. Confronteren zonder moraliseren door te benoemen, te luisteren en inzichten te delen. 13. Kind onvoorwaardelijk accepteren, waarderen en helpen aandacht te verwerven door positief gedrag consequent te belonen. 14. Ouders ondersteunen bij het bieden van vaste patronen en leefregels. 15. Laten ervaren dat alle kinderen ertoe doen en erbij horen door hun ‘eigen’aardigheden te waarderen en te benutten. V 16. Een veilig pedagogisch klimaat kunnen creëren waar kinderen leren voor zichzelf en elkaar te zorgen. 42 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk Bijlage 4: Beschrijving van vier schoolprofielen Bron: Sardes – Profileren en indiceren 1. Speciale onderwijszorg op de netwerkschool Veld 1. Setting binnen de klas Hoeveelheid aandacht en tijd Er is één paar handen in de klas. De leerkracht zorgt zelf voor bijv. pre-teaching, werken aan de instructietafel, op tijdelijke basis (bijv. een uur per week) Setting binnen de school Er is speciale begeleiding door de RT’er en/of IB’er op tijdelijke basis. (gedurende 7 dagdelen per week) Er wordt gewerkt met de gegeven groepsgrootte ( ca. 28 leerlingen) 2. Onderwijsmaterialen Er wordt waar nodig gebruik gemaakt van niveaudifferentiatie volgens de lesmethoden. Er is aanvullend remediërend materiaal voor de kernvakken, behoren bij de gebruikte lesmethoden. Er zijn onderwijsmaterialen beschikbaar die tegemoet komen aan specifieke didactische kenmerken en speciale pedagogische/psychologische kenmerken (bijv. beloningssysteem) 3. Ruimtelijke omgeving In de klas is er gelegenheid om éénop-één begeleiding te geven. Er is op de gang ruimte waar één-opéén begeleiding of begeleiding van een groepje leerlingen kan plaats vinden. 4. Expertise De leerkracht heeft enige kennis van en competenties op het gebied van speciale onderwijsbehoeften De rt’er en/of ib’er hebben kennis van en competenties op het gebied van de meest voorkomende speciale onderwijsbehoeften. 5. Samenwerking met andere instanties De leekracht onderhoudt contacten met de ib’er om op de hoogte te blijven. Er is op basis van behoefte samenwerking en afstemming met professionals uit S(B)O en zorginstellingen. 43 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 2. Speciale onderwijszorg op de smalle zorgschool Veld 1. Hoeveelheid aandacht en tijd Setting binnen de klas Setting binnen de school Er is één paar handen in de klas, de lkr zorgt eventueel met extra ondersteuning van oa/ou/mll voor bijv. preteaching, extra leestijd, op tijdelijke basis (enkele uren per week). Er is speciale begeleiding door RT’er en/of IB’er op tijdelijke basis (een dagdeel of dag per week). Er is speciale onderwijszorg door AB’er (gedurende enkele uren per week). Er wordt grotendeels gewerkt met de gegeven groepsgrootte (± 28 leerlingen). Voor korte perioden kan de groep kleiner worden gemaakt door inzet van oa/ou/mll. De lk kan dan individuele zorgleerling of groepje zorgleerlingen helpen. 2. Onderwijsmaterialen Er wordt gebruik gemaakt van niveau- en tempodifferentiatie in de lesmethoden. Er is aanvullend remediërend materiaal, behorend bij de gebruikte lesmethoden. Er zijn onderwijsmaterialen beschikbaar die tegemoetkomen aan specifieke didactische kenmerken (bijv. pictogrammen) en speciale pedagogische/psychologische kenmerken. Er wordt op projectbasis gewerkt aan het pedagogisch klimaat. 3. Ruimtelijke omgeving Er is een aparte plek (bijv. prikkelarm hoekje) waar één-opéén begeleiding of begeleiding van een groepje leerlingen met speciale onderwijsbehoeften kan plaatsvinden. Er is op de gang ruimte waar één-opéén begeleiding of begeleiding van een groepje leerlingen met speciale onderwijsbehoefen kan plaatsvinden. 4. Expertise De lkr heeft enige kennis van en competenties op het gebied van speciale onderwijsbehoeften. Enkele leerkrachten hebben zich verdiept in de meest voorkomende speciale onderwijsbehoeften en aanpakken. De RT’er en/of IB’er hebben kennis van en competenties op het gebied van speciale onderwijsbehoeften. De lkr onderhoudt contacten met de IB’er om op de hoogte te blijven. Er is geregeld samenwerking en afstemming met professionals uit s(b)o en zorginstellingen. 5. Samenwerking met andere instanties 44 Het team heeft redelijke kennis van en competenties op het gebied van speciale onderwijsbehoeften. Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 3. Speciale onderwijszorg op de brede zorgschool Veld 1. Setting binnen de klas Hoeveelheid aandacht en tijd Er zijn meer handen in de klas mogelijke, door oa, voor aanvullende begeleiding, op tijdelijke basis (gedurende) enkele dagdelen per week). De groepen zijn kleiner. 2. Onderwijsmaterialen Setting binnen de school Er is speciale begeleiding door RT’er en/of IB’er, op semipermanente basis (gedurende enkele dagen per week). Er is speciale ondersteuning door AB’er (gedurende enkele dagdelen per week). Er wordt niveau- en tempodifferentiatie toegepast binnen de lesmethoden. Voor leerlingen met speciale onderwijsbehoeften zijn er ook andere materialen en methoden beschikbaar. Er is aanvullend remediërend materiaal, behorend bij de gebruikte lesmethoden. Er wordt lesstof aangeboden vanuit leerlijnen die zijn gebaseerd op de kerndoelen. Er is een orthotheek met onderwijsmaterialen, die tegemoetkomen aan specifieke didactische kenmerken, speciale pedagogische/psychologische kenmerken en fysieke/lichamelijke kenmerken. Er wordt door de hele school gewerkt met een speciaal programma of methodiek voor de sociaal-emotionele ontwikkeling . 3. Ruimtelijke omgeving Er zijn aparte plekken waar één-opéén begeleiding en begeleiding van groepjes leerlingen met speciale onderwijsbehoeften kan plaatsvinden. Er is en aparte ruimte voor andere functies (bijvoorbeeld voor verzorging of voor een time-out). 4. Expertise Meerdere lk hebben veel kennis en competenties op het gebied van wat leerlingen met speciale onderwijsbehoeften nodig hebben. Een groot deel van het team heeft kennis van en competenties op het gebied van de speciale onderwijsbehoeften van leerlingen Via collegiale consultatie en intervisie blijven lk scherp. 5. Samenwerking met andere instanties De IB’er, RT’er en lk werken regelmatig samen met professionals van externe instanties . Er is regelmatig samenwerking en afstemming met professionals uit s(b)o en zorginstellingen (bijv. gezamenlijke bijdrage aan uitvoering van het plan van aanpak). Externe experts zijn op afroep beschikbaar als daar behoefte aan is (bijvoorbeeld faalangsttrainer). 45 Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk 4. Speciale onderwijszorg op de inclusieve school Veld 1. Hoeveelheid aandacht en tijd Setting binnen de klas Setting binnen de school Er zijn meerdere handen in de klas, door lk/oa voor intensieve (één-opéén) begeleiding, op permanente basis (gedurende de gehele week). Er is speciale onderwijszorg door vlk, RT’er en/of IB’er op permanente basis (gedurende alle dagen). Er wordt gewerkt in kleinere groepen. 2. 3. Onderwijsmaterialen Ruimtelijke omgeving Er is speciale onderwijszorg door AB’er (gedurende enkele dagen per week). Leerlingen met speciale onderwijsbehoeften volgen (individuele) leerlijnen in de kernvakken, gebaseerd op de kerndoelen. Er zijn onderwijsmaterialen aanwezig met speciale didactische kenmerken, speciale pedagogische kenmerken en fysieke/lichamelijke kenmerken, tegemoetkomend aan kindspecifieke behoeften (bijv. verpleegmateriaal voor langdurig zieke kinderen). Er is een rijk geoutilleerde orthotheek met onderwijsmaterialen die tegemoetkomen aan specifieke didactische kenmerken, speciale pedagogische/psychologische kenmerken en fysieke/ lichamelijke kenmerken. De lokalen zijn aangepast voor leerlingen met speciale bewegingsbehoeften (bijv. rolstoelgebruik). De lokalen zijn ruim en er zijn deelruimtes voor diverse activiteiten. De binnen- en buitenruimte zijn volledig aangepast voor leerlingen met speciale behoeften (bijv. rolstoelgebruik, time-out), voor speciale verzorging (bijv. revalidatie, fysiotherapie) en voor speciale leerbehoeften (bijv. schooltuin). Er wordt door de hele school gewerkt met een speciaal programma of methodiek voor de sociaal-emotionele ontwikkeling (preventief pedagogisch schoolklimaat). Er zijn meerdere aparte ruimtes met een eigen functie (bijv. voor timeout). 4. Expertise De lk zijn experts op het gebied van speciale onderwijsbehoeften. Zij hebben daartoe scholings- en certificeringstrajecten gevolgd (bijv. akte so en master SEN). De lk laten zich voortdurend bijscholen, m.b.v. coaching en ‘training on the spot’(video-interactie-begeleiding). Via externe audits/inspectiebezoeken blijven lk scherp. Het gehele team heeft kennis van en competenties op het gebied van de speciale onderwijsbehoeften van leerlingen. Experts op het gebied van de verschillende domeinen, zoals gedrag, fysiek-medisch, thuissituatie, leren en ontwikkelen, zijn direct beschikbaar (bijv. logopedist, schoolmaatschappelijk werker, orthopedagogisch specialist, kinderfysiotherapeut, schoolpsycholoog). Er is een ouderconsulent die belangen behartigt van ouders en hen wegwijs maakt in de ‘wereld die zorg heet’ (bijv. bij aanvragen lgf/pgb). 5. Samenwerking met andere instanties 46 De IB’er, RT’er en lkr werken intensief samen met professionals van externe instanties (hogescholen en universiteiten), benutten nieuwe Er is op structurele basis intensieve samenwerking en afstemming met s(b)o en andere zorginstellingen voor alle leerlingen met speciale Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk wetenschappelijke inzichten en evidence based behandelingsmethoden (na raadpleging databank Effectieve jeugdinterventies). Daarnaast wordt op een verantwoorde wijze ook nieuwe aanpakken uitgeprobeerd. 47 onderwijs- en opvoedingsbehoeften (bv. gezamenlijke bijdrage aan uitvoering van het plan van aanpak). Externe experts zijn op afroep beschikbaar (bv. speltherapeut, faalangsttrainer, maar ook wijkagent, wijkverpleegkundige/ schoolarts, leerplichtambtenaar). De school biedt i.s.m. instellingen aantrekkelijke (opvoedings)cursussen aan voor ouders. Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk