Rapportage Schoolondersteuningsprofiel

advertisement
Schoolondersteuningsprofiel
De Regenboog - Naaldwijk
Herziene versie: oktober 2015
1.Inleiding ...................................................................................................................................................................... 3
1.1.Aanleiding ........................................................................................................................................................... 3
1.2.Schoolondersteuningsprofiel .............................................................................................................................. 3
1.3.Doelstelling van het schoolondersteuningsprofiel vanuit het referentiekader Passend Onderwijs ................... 3
1.4.Onderscheiden niveaus van zorg binnen Passend Onderwijs in het schoolondersteuningsprofiel .................... 4
1.5.Netwerk, smalle of brede zorgschool, inclusieve school .................................................................................... 4
1.6.Standaarden voor basisondersteuning, extra ondersteuning binnen en buiten de eigen school op het niveau
van het SWV .............................................................................................................................................................. 5
1.7.Basisondersteuning ijkpunten ............................................................................................................................. 5
1.8.Extra ondersteuning binnen de eigen school ...................................................................................................... 7
1.9.Extra ondersteuning buiten de eigen school ....................................................................................................... 7
2.Algemene gegevens .................................................................................................................................................... 8
2.1.Contactgegevens ................................................................................................................................................. 8
2.2.Onderwijsvisie/schoolconcept ............................................................................................................................ 8
2.3.Kengetallen leerlingenpopulatie van dit schooljaar en de afgelopen 3 schooljaren ........................................... 9
2.3.1.Leerlingaantallen ......................................................................................................................................... 9
2.3.2.Voor- of vroegschool ................................................................................................................................... 9
2.3.4. Schoolondersteuningsteams ...................................................................................................................... 9
2.3.5.Indicaties en Verwijzingen ........................................................................................................................... 9
2.3.6.Functies en taken ........................................................................................................................................ 9
2.3.7. Kenmerken van het schoolgebouw .......................................................................................................... 10
3.Basisondersteuning ................................................................................................................................................... 13
3.1.Standaarden kwaliteit van de schoolorganisatie ............................................................................................... 13
3.2.Standaarden Handelingsgericht werken ........................................................................................................... 14
3.3.Voorzieningen waarvan de school gebruikt maakt ........................................................................................... 15
3.4.Samenwerking met andere instanties ............................................................................................................... 16
4.Onderwijs(zorg-)arrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ............................................ 17
4.1.Algemeen .......................................................................................................................................................... 17
4.2.Vragenlijsten ..................................................................................................................................................... 18
4.2.1.Competenties op de dimensies Relatie, Welbevinden, Ontwikkeling en Veiligheid. .................................... 18
4.2.2.Uitkomsten. .................................................................................................................................................... 19
5.Grenzen aan de mogelijkheden van ons onderwijs .................................................................................................. 22
6.Ambities ........................................................................................................................ Error! Bookmark not defined.
7.Wat de school voor anderen binnen het SWV kan en wil betekenen in het kader van passend onderwijs ............. 26
8.Samenvattende conclusies ........................................................................................................................................ 27
9.Bijlagen………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..30
Bijlage 1: Toelichting op de schema’s van het zorgprofiel (ruwe scores) .................... Error! Bookmark not defined.
Bijlage 2: Uitslagen enquête.................................................................................................................................... 35
Bijlage 3: lijst met competenties ............................................................................................................................. 37
Bijlage 4: Beschrijving van vier schoolprofielen ...................................................................................................... 43
2
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
1.Inleiding
1.1.Aanleiding
In het kader van de wet Passend Onderwijs is Nederland verdeeld in een aantal regio’s. Binnen
elke regio hebben de gezamenlijke besturen de plicht om te zorgen voor een dekkend aanbod
aan onderwijs voor alle kinderen binnen de regio. De schoolbesturen zijn hiertoe
vertegenwoordigd in het bestuur van het SWV Passend Onderwijs in de regio. Binnen deze
regio heeft elke school een schoolondersteuningsprofiel opgesteld, waarin staat aangegeven
op welke wijze de school invulling geeft aan het bieden van passend onderwijs. Tevens geeft
de school aan waar haar grenzen liggen en welke de ambities zijn als het gaat om voor zoveel
mogelijk kinderen onderwijs te bieden dat past bij hun onderwijsbehoeften. Samengevat geeft
het schoolondersteuningsprofiel een antwoord op de volgende vragen:
*
Wat kunnen we realiseren met ons huidige team?
*
Wat kunnen we realiseren met ondersteuning van externen?
*
Wat willen we op termijn kunnen bieden, waarop gaan we ons ontwikkelen?
*
Voor welke onderwijsbehoeften verwijzen we naar een andere instantie?
*
Waarmee kunnen we andere scholen binnen het SWV helpen?
1.2.Schoolondersteuningsprofiel
Voor u ligt het schoolondersteuningsprofiel van basisschool De Regenboog in Naaldwijk.
Dit is opgesteld na het verzamelen en bespreken van gegevens met als doel zicht te krijgen op
de huidige en gewenste breedte van het onderwijs en zorgaanbod van de school. Het
schoolondersteuningsprofiel is tot stand gekomen door het zetten van een drietal stappen:

Het verzamelen van facts & findings omtrent de mate waarin op dit moment passend
onderwijs kan worden verzorgd op de school
Het in kaart brengen van de huidige en gewenste situatie door alle teamleden
Het bespreken en vaststellen van de mogelijkheden, grenzen en ambities die het team
als geheel ziet.


1.3.Doelstelling van het schoolondersteuningsprofiel vanuit het
referentiekader Passend Onderwijs
De doelstelling van het schoolondersteuningsprofiel is het vinden van antwoorden op drie
kernvragen:
1.
In welke mate is de school op dit moment in staat Passend Onderwijs te verzorgen?


Voor welke kinderen is er al een passend aanbod?
Voor welke kinderen hebben we een passend aanbod met behulp van externe
partners?
Voor welke kinderen kunnen we geen passend aanbod realiseren?

3
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
2.
In welke richting wil de school zich ontwikkelen?


Welke expertise hebben we nu al in huis?
Voor welke kinderen wordt in de komende periode een aanbod ontwikkeld wat er nu
nog niet in voldoende mate is?
3.
Hoe kan op het niveau van het SWV het profiel benut worden bij het gesprek over de
inrichting van de bovenschoolse zorg en de verdeling van zorgmiddelen?
De antwoorden op vraag 1 en 2 kunnen de school helpen om richting te geven aan het
onderwijs- en zorgbeleid in de planperiode 2014-2018. Immers in het profiel is beschreven hoe
het onderwijs en de zorg nu vorm hebben gekregen en waar ontwikkelambities liggen om deze
verder te verbreden en te verdiepen. U vindt de beschrijving van het huidige onderwijs en
zorgaanbod in de paragraaf "basisondersteuning" De voorgenomen ontwikkelingen van de
school zijn verwoord in paragraaf "ambities".
Het antwoord op vraag 3 is te vinden in het ondersteuningsplan 2014-2018 van het SWV
Primair Onderwijs Westland. Dit ondersteuningsplan geeft meer praktische antwoorden op
vragen die in dit schoolondersteuninsplan nog onbeantwoord blijven.
1.4.Onderscheiden niveaus van zorg binnen Passend Onderwijs in het
schoolondersteuningsprofiel
In het kader van Passend onderwijs wordt binnen Nederland een onderscheid gemaakt tussen
basisondersteuning, extra ondersteuning binnen de eigen school en extra ondersteuning
buiten de eigen school:
Basisondersteuning betreft de reguliere onderwijszorg die de school zelf kan bieden. Hierbij
gaat het om de mogelijkheden die de school heeft om het onderwijs aanbod met behoud van
kwaliteit aan te passen aan verschillen in onderwijsbehoeften van kinderen op hun school.
Extra ondersteuning binnen de school betreft de onderwijsondersteuning die school kan
bieden mits er ondersteuning is van externe partners die samenwerken met en in de school.
Hierbij gaat het om de mogelijkheden die de school kan organiseren om de vereiste
deskundigheid te mobiliseren om zodoende de verantwoordelijkheid om voor alle kinderen
passend onderwijs te bieden, waar te kunnen maken.
Extra ondersteuning buiten de school betreft de ondersteuning die vorm gegeven wordt door
gespecialiseerde voorzieningen binnen het SWV. Wanneer basisondersteuning- en extra
ondersteuning binnen de school samen ontoereikend zijn, wordt de verantwoordelijkheid van
de school overgedragen aan een andere instantie binnen het SWV, bijvoorbeeld het speciaal
(basis-) onderwijs.
1.5.Netwerk, smalle of brede zorgschool, inclusieve school
De mate waarin en de wijze waarop een school in staat is om basisondersteuning en/of extra
ondersteuning te kunnen realiseren verschilt uiteraard per school. Tal van factoren spelen
hierbij een rol. Te denken valt aan verschillen in deskundigheden tussen schoolteams, de mate
waarin er sprake is van kinderen die speciale onderwijsbehoeften hebben, de mogelijkheden
van het schoolgebouw etc. Om deze verschillen tussen scholen in kaart te brengen binnen een
schoolondersteuningsprofiel, maken we gebruik van het door bureau Sardes in haar notitie
4
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
“Profielen en indiceren“ aangereikte kader waarmee scholen hun huidige situatie én hun
ambitie in beeld kunnen krijgen. In dit kader wordt een onderscheid gemaakt tussen een
netwerkschool, een smalle zorgschool, een brede zorgschool en een inclusieve school. Een
bewerking van dit kader treft u aan in de bijlage.
Met behulp van indicatoren kunnen scholen aangeven hoe het huidige onderwijs en
ondersteuningsaanbod er uit ziet en hoe dit er over een aantal (4) jaren uit kan komen te zien.
Jaarlijks bekijkt de school of er aanpassingen gedaan moeten worden i.v.m. veranderde
regelgeving, maatschappelijke ontwikkelingen of doorontwikkeling in de school.
Hoe de collega’s van de school de huidige en de gewenste situatie hebben aangegeven is te
lezen in hoofdstuk 4 t/m 8.
1.6.Standaarden voor basisondersteuning, extra ondersteuning
binnen en buiten de eigen school op het niveau van het SWV
Zoals opgemerkt geven scholen in het schoolondersteuningsprofiel zelf aan wat zij verstaan
onder basisondersteuning en extra ondersteuning binnen en buiten de eigen school en op
welke wijze ze dit in praktijk brengen. De definitie kan dus per school verschillen.
Om als SWV goed beleid te kunnen maken en op een verantwoorde wijze de
ondersteuningsmiddelen te kunnen verdelen binnen het SWV, is het nodig dat is vastgelegd
wat wordt verstaan onder basisondersteuning en extra ondersteuning binnen en buiten de
eigen school op het niveau van het SWV.
1.7.Basisondersteuning
Het samenwerkingsverband heeft ijkpunten voor basisondersteuning geformuleerd.
Basisondersteuning geeft het niveau van ondersteuning weer dat op elke reguliere basisschool
van het samenwerkingsverband gerealiseerd wordt, uiterlijk augustus 2017.
De onderdelen van de basisondersteuning zijn opgedeeld in vier verschillende domeinen. Elk
domein is opgedeeld in ijkpunten, waarvan de belangrijkste aspecten zijn benoemd in
indicatoren. Dit geeft de volgende structuur van domeinen en ijkpunten.
1. Domein Beleid
IJkpunt 1 De school voert een helder beleid op het terrein van leerlingondersteuning.
IJkpunt 2 De school heeft haar schoolondersteuningsprofiel vastgesteld.
IJkpunt 3 De school bepaalt jaarlijks de effectiviteit van de leerlingondersteuning en past het
beleid zo nodig aan.
2. Domein onderwijs
IJkpunt 4 Leerlingen ontwikkelen zich in een veilige omgeving.
IJkpunt 5 De school heeft continu zicht op de ontwikkeling van leerlingen.
5
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
IJkpunt 6 Het personeel werkt opbrengst- en handelingsgericht aan het realiseren van de
onderwijsondersteuningsarrangementen.
IJkpunt 7 Het personeel werkt met effectieve methoden en aanpakken.
IJkpunt 8 Het personeel werkt continu aan hun handelingsbekwaamheid en competenties.
3. Domein begeleiding
IJkpunt 9 Leerlingen met extra onderwijsbehoeften.
IJkpunt 10 De school draagt de leerling zorgvuldig over.
IJkpunt 11 Ouders (en leerlingen) zijn nauw betrokken bij de school en de ondersteuning.
4. Domein organisatie
IJkpunt 12 De school heeft een effectieve interne ondersteuningstructuur.
IJkpunt 13 De school heeft een effectief ondersteuningsteam
6
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
1.8.Extra ondersteuning binnen de eigen school
Als een leerling meer ondersteuning nodig heeft dan waarin een school vanuit de
basisondersteuning kan voorzien, wordt extra ondersteuning gearrangeerd op maat van de
onderwijsbehoefte van de leerling en de ondersteuningsbehoefte van de leerkracht.
Een arrangement is een vorm van extra ondersteuning voor een leerling die ingeschreven
staat in het regulier of speciaal basisonderwijs. Het arrangement wordt ofwel georganiseerd
binnen de eigen school, ofwel kortdurend of in deeltijd aangeboden op een andere school.
Het samenwerkingsverband werkt op hoofdlijnen met de volgende arrangementen:
1. Arrangeren op maat
Doel: Door middel van financiële ondersteuning van het SWV creëert de school een passende
onderwijsplek om de leerling(en) met extra onderwijsbehoefte kind nabij onderwijs te bieden
en/of tegemoet te komen aan de ondersteuningsbehoefte van de leerkracht. (dus in de eigen
school). Middel: financiële ondersteuning.
2. Gedragsgroep SBO
Doel: Het bieden van een tussenvoorziening om scholen en leerlingen met ernstige gedragsen werkhoudingsproblemen te begeleiden, waardoor de leerling daarna weer volledig op de
eigen basisschool verder kan. Middel: tijdelijke plaatsing in een gedragsgroep.
3. Ambulante begeleiding gedragsproblematiek
Doel: tegemoet komen aan extra ondersteuningsvragen van leerlingen met
gedragsproblematiek. Middel: Inzet ambulante begeleiding
1.9.Extra ondersteuning buiten de eigen school
De doelen van passend onderwijs brengen met zich mee dat actief gewerkt wordt aan het
vergroten van de expertise van het reguliere basisonderwijs.
Als de school samen met de ouders tot de conclusie komt dat er mogelijk sprake is van een
(tijdelijke) verwijzing naar een speciale onderwijsvoorziening (huidige SBO of SO cluster 3 en 4)
moet er deskundigenadvies worden ingewonnen. Dit is bij wet en AMvB geregeld. Voor het
deskundigenadvies is één orthopedagoog en één andere deskundige op het gebied van de
specifieke ondersteuningsbehoefte van de leerling nodig. De schoolondersteuner van het
Sociaal Kernteam neemt hier de leiding.
7
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
2.Algemene gegevens
2.1.Contactgegevens
School: RKBS De Regenboog
Brinnummer: 22MD
Directeur: Nico Arkesteijn
Adres: Aalbersestraat 47 2672 DR Naaldwijk
Telefoonnummer: 0174-622870
Emailadres: [email protected]
Bestuur: WSKO
Samenwerkingsverband: Samenwerkingsverband Westland
2.2.Onderwijsvisie/schoolconcept
Het is de kerntaak van de leerkracht om te zorgen dat het kind vanuit zijn uniciteit zich veilig
voelt op school. Alleen als het kind die veiligheid ervaart zal het kind leren. Kernwoorden
hiernaast zijn zelfvertrouwen, eigenwaarden, bescherming gevoelsleven.
Het is de taak van de leerkracht om de leerlingen actief bij de les te betrekken door te laten
doen, samenwerken en ontdekken.
Als ik hoor, vergeet ik.
Als ik zie dan weet ik.
Als ik doe, onthoud ik.
Naast het cognitieve wordt op de Regenboog ingezet tot het stimuleren van zelfontwikkeling,
verantwoordelijkheidsgevoel, zelfredzaamheid en weerbaarheid, creativiteit.
We werken vanuit het leerstofjaarklassensysteem met grote aandacht voor niveauverschillen
voor tussen kinderen. De missie van de school is ‘De Regenboog geeft je toekomst kleur’.
Hiermee willen we aangeven dat we ervoor staan, om voor de kinderen op onze school een
perspectiefrijke basis te bieden voor later, waarbij we ervan uitgaan dat die toekomst er voor
elk kind anders uit kan zien, afhankelijk van persoonlijkheid, capaciteiten en interesses. We
proberen in ons onderwijs daar zoveel mogelijk aan tegemoet te komen.
8
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
2.3.Kengetallen leerlingenpopulatie van dit schooljaar en de afgelopen 3
schooljaren
2.3.1.Leerlingaantallen
Jaar
Aantal leerlingen 1 okt
Gewichten 0,3
Gewichten 1,2
2012
247
22
1
2013
248
19
0
2014
249
25
0
2015
247
23
0
2.3.2. Voor- of vroegschool
In de voor- en vroegschool wordt gewerkt met het stimuleringsprogramma PUK.
2.3.3. Schoolondersteuningsteams
Aanmeldingen per schooljaar bij het SOT (SchoolOndersteuningsTeam), MDO (multidisciplinair
overleg), of bovenschools zorgteam:
2011-2012
2012-2013
2013-2014
2014-2015
ll.besprekingen
ll.besprekingen
14
11
2015-2016
2.3.4.Indicaties en Verwijzingen
2011-2012
2012-2013
2013-2014
2014-2015
Aanmeldingen PCL
1
1
2
2
Verwijzingen SBO
1
1
2
2
Terugplaatsingen SBO
0
0
0
0
LWOO/Pro
2
3
0
1
Beschikkingen/adviezen
2.3.5.Inzet formatie
De school heeft gemiddeld rond de 250 leerlingen
Het team bestaat uit: 22 personeelsleden dit is 13,1 fte.
De gemiddelde groepsgrootte is: 28 leerlingen
De bezetting van de groep is:
Er is één professional in de klas. Als er extra handen in de klas nodig zijn dan kan onze
leerkracht assistent dit doen, of iemand die nu nog loopt op NOA-gelden. Zij begeleiden ook
leerlingen buiten de klas, die een apart handelingsplan hebben.
9
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Aantal dagdelen dat er speciale onderwijszorg beschikbaar is door (preventieve) ambulante
begeleiding in de school.
1 tot 2 dagdelen per week
3 tot 7 dagdelen per week
v
7 dagdelen of meer per week
nee, er is geen preventieve ambulante begeleiding
beschikbaar
v
Anders (lkr uit NOA-gelden) voor 4 dagdelen
Er zijn beperkte mogelijkheden vanuit het SWV. Om zo goed mogelijk passend onderwijs te
kunnen bieden blijven de IB-er, RT-er, NOA-leerkracht en de leerkrachtondersteuner, zoals wij
die inzetten vanuit eigen formatie, van essentieel belang.
2.3.6.Functies en taken
Welke functies en taken (zoals bouwcoordinator IB, RT), kent uw team voor een
schoolpopulatie van gem. 250 lln
1 fulltime directeur (heeft 1 dagdeel een groep), 1 adjunct (plaatsvervangend directeur) met 1
dag ambulantschap, 1 bouwcoördinator 1 dag ambulantschap, 1 ib-er met 3 dagen IB-taken,
16 leerkrachten, 1 RT-er, NOA-leerkracht, 1 onderwijsassistent, 1 administratief medewerker.
aanwezig
zonder
diploma
aanwezig met
diploma of
certificaten
niet aanwezig
Orthopedagoog
*
Psycholoog
*
Schoolmaatschappelijk
werker
*
Remedial teacher
*
Motorische Remedial
Teaching
*
Intern Begeleider
*
Taal/leesspecialist
*
*
Reken/wiskundespecialist
*
Gedragsspecialist
*
Sociale vaardigheden
specialist
Hoogbegaafdheid
specialist
Coaching en Video
Interactie Begeleiding
*
*
*
Speltherapeut
*
Anders aanwezig is en of
hij/zij gediplomeerd is bij
*
niet
aanwezig
10
wel
aanwezig
geen
0,1
0,2
0,3
0,4
0,5
meer
dan
0,5
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
meer
dan
1
meer
dan
2
formatie
Orthopedagoog
*
Psycholoog
*
Schoolmaatschappelijk
werker
*
Remedial teacher
*
Motorische remedial
teacher
*
Intern begeleider
*
Taal/leesspecialist
*
Reken/wiskundespecialist
*
Gedragsspecialist
*
Soc. vaardigh specialist
*
Hoogbeg. specialist
*
Coaching en video
interactie specialist
*
Speltherapeut
*
NOA-leerkracht
*
Ond. assistente
*
Het bieden van mogelijkheden voor passend onderwijs nu en in de toekomst voor deze school
zal afhankelijk zijn van:




De kansen en de grenzen die een individuele leerkracht ziet voor een zorgkind in haar
klas.
De aan te bieden deskundigheid (intern/extern)
De zwaarte van de zorgvraag
De gelegenheid die het team krijgt om cursussen te volgen. Teamcursussen en
cursussen IB-er gaan voor als het over de verdeling van gelden gaat).
2.3.7.Kenmerken van het schoolgebouw
Er is ruimte in de groep voor één-op-één
begeleiding
*
Er is ruimte op de gang voor één-op-één
begeleiding
Er zijn prikkelarme werkplekken
Er is ruimte voor een time-out
De lokalen zijn aangepast voor leerlingen met
speciale onderwijsbehoeften
Er zijn ruimten met specifieke functies voor
bewegings- en leerbehoeften (fysiotherapie,
schooltuin, enzovoort)
Er zijn werkplekken voor leerlingen beschikbaar op
de gang of in flexibele ruimten
Slecht
Zijn de werkruimten
11
Matig
Voldoende
*
*
*
*
*
Goed
Zeer
goed
*
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
afgestemd op de
onderwijsbehoeften
van kinderen?
Is de inrichting van
de lokalen
afgestemd op de
onderwijsbehoeften
van kinderen?
*
Voor leerlingen met speciale behoeften voortkomend uit lichamelijke beperkingen, op
problemen met visus of gehoor, zullen de mogelijkheden aangepast moeten worden.
12
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
3.Basisondersteuning
3.1.Standaarden kwaliteit van de schoolorganisatie
Zwak
1.1 De opbrengsten liggen op het niveau dat
op grond van de kenmerken van de
leerlingenpopulatie verwacht mag worden
1.4 Leerlingen met specifieke
onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar
hun mogelijkheden
2.4 De school met een substantieel aantal
leerlingen met een leerling-gewicht biedt bij
Nederlandse taal leerinhouden die passen bij
de onderwijsbehoeften van leerlingen met
een taalachterstand
4.2 De leerlingen voelen zich aantoonbaar
veilig op school
4.4 De school heeft inzicht in de
veiligheidsbeleving van leerlingen en
personeel en in de incidenten die zich op het
gebied van sociale veiligheid op de school
voordoen
4.5/6 De school heeft een veiligheidsbeleid
gericht op het voorkomen en afhandelen van
incidenten in en om de school
4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor
dat de leerlingen op een respectvolle manier
met elkaar en anderen omgaan
6.1 De leraren stemmen de aangeboden
leerinhouden af op verschillen in
ontwikkeling tussen de leerlingen
6.2 De leraren stemmen de instructie af op
verschillen in ontwikkeling tussen de
leerlingen
6.3 De leraren stemmen de
verwerkingsopdrachten af op verschillen in
ontwikkeling tussen de leerlingen
6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af
op verschillen in ontwikkeling tussen de
leerlingen
7.1 De school gebruikt een samenhangend
systeem genormeerde instrumenten en
procedures voor het volgen van de prestaties
en de ontwikkeling van de leerlingen
7.2 De leraren volgen en analyseren
systematisch de voortgang in ontwikkeling
van de leerlingen
8.1 De school signaleert vroegtijdig welke
leerlingen zorg nodig hebben
8.2 Op basis van een analyse van de
verzamelde gegevens bepaalt de school de
aard van de zorg voor de zorgleerlingen
8.3 De school voert de zorg planmatig uit
8.4 De school evalueert regelmatig de
effecten van de zorg
8.5 De school zoekt de structurele
samenwerking met ketenpartners waar
noodzakelijke interventies op leerlingniveau
13
Voldoende
*
Goed
Excellent
*
*
Geen substantieel
aantal lln met een
leerlinggewicht.
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
haar eigen kerntaak overschrijden
*
Dit is moeilijk van de
eigen school te
zeggen, omdat dit een
blijvende ontdekkingstocht is
9.1 De school heeft inzicht in de
onderwijsbehoeften van haar leerlingpopulatie
9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten
van de leerlingen
9.3 De school evalueert regelmatig het
leerproces
9.4 De school werkt planmatig aan
verbeteractiviteiten
9.5 De school borgt de kwaliteit van het
onderwijsleerproces
9.6 De school verantwoordt zich aan
belanghebbenden over de gerealiseerde
onderwijskwaliteit
*
*
*
*
*
*
*
Deze gegevens leren ons dat we leerlingen met speciale behoeften kunnen opvangen. Per kind
moet bekeken worden of dit deze leerling ook de optimale zorg krijgt. Minpunt zijn de grote
groepen op de Regenboog. Pluspunt: de kwaliteit van de leerkrachten op de Regenboog.
3.2.Standaarden Handelingsgericht werken
Zwak
Leerkrachten verkennen en benoemen de
onderwijsbehoeften van leerlingen o.a.
door observatie, gesprekken en het
analyseren van toetsen
Leerkrachten bekijken en bespreken de
wisselwerking tussen de leerling, de
leerkracht, de groep en de leerstof om de
onderwijsbehoeften te begrijpen en
daarop af te stemmen
Leerkrachten reflecteren op hun eigen rol
en het effect van hun gedrag op het gedrag
van leerlingen, ouders, collega’s
Leerkrachten zijn zich bewust van de grote
invloed die zij op de ontwikkeling van hun
leerlingen hebben
Alle teamleden zoeken, benoemen en
benutten de sterke kanten en interesses
van de leerlingen, de leerkrachten, de
ouders en het schoolteam
Leerkrachten werken samen met hun
leerlingen. Ze betrekken hen bij de
analyse, formuleren samen doelen en
benutten de ideeën en oplossingen van
leerlingen
Leerkrachten werken samen met ouders.
Ze betrekken hen als ervaringsdeskundige
en partner bij de analyse van de situatie en
het bedenken en uitvoeren van de aanpak
Leerkrachten benoemen hoge, reële
doelen voor de lange (einde schooljaar) en
voor de korte (tussendoelen) termijn. Deze
doelen worden gecommuniceerd en
geëvalueerd met leerlingen, ouders en
collega’s
Leerkrachten werken met een groepsplan
14
Voldoende
Goed
Excellent
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
waarin ze de doelen en de aanpak voor de
groep, subgroepjes en mogelijk een
individuele leerling beschrijven
Leerkrachten bespreken minstens drie keer
per jaar hun vragen betreffende het
opstellen, uitvoeren en realiseren van hun
groepsplannen met de intern begeleider
De onderwijs- en begeleidingsstructuur is
voor eenieder duidelijk. Er zijn heldere
afspraken over wie wat doet, waarom,
waar, hoe en wanneer
Alle teamleden zijn open naar collega’s,
leerlingen en ouders over het werk dat
gedaan wordt of is. Motieven en
opvattingen worden daarbij inzichtelijk
gemaakt
*
*
*
Onze grondhouding is dat we denken in, praten over en kijken naar sterke kanten,
mogelijkheden van kinderen, leerkrachten en ouders. We zoeken samen naar oplossingen.
We werken met groepsplannen, gebaseerd op onderwijsbehoeften.
3.3.Voorzieningen waarvan de school gebruikt maakt
Zorg in de school zelf
Time-out
Schakelklas
Meer- en hoogbegaafdengroep
*
Observatiegroep
Preventieve ambulante begeleiding
Autiklas
Voorschool (VVE)
Regionaal Interventie team
Anders
Zo nodig zou het fijn zijn om van bovenstaande mogelijkheden gebruik te kunnen maken, maar
de ruimte ontbreekt.
15
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
3.4.Samenwerking met andere instanties
Zorg om de school heen van onderwijs- en ketenpartners
Vanuit het samenwerkingsverband PO (IB
netwerken, trajectbegeleiders)
*
SBO PAB
(V)SO Rec 1, 2, 3, 4
SWV VO
*
*
*
Anders (vul in bij toelichting)
Lokale overheid
Sociaal Kernteam
GGZ
Leerplicht
*
*
*
Buurtnetwerk
Buurtregisseur/politie
Club- en buurthuiswerk
Brede school, srs
Reboundvoorziening
Plusklas
Kerk
*
Anders
Voor hulp kunnen we nu, in plaats van bij vele instanties, bij het SKT terecht.
Welke deskundigheid kan de Regenboog inzetten voor het samenwerkingsverband?
We hebben weinig echte specialisten. We hebben een taalspecialist, een kindercounselor die
speltherapie kan bieden en een gedragsspecialist die mogelijk kinderen individueel kan
begeleiden.
16
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
4.Onderwijs(zorg-)arrangementen voor leerlingen met
specifieke onderwijsbehoeften
4.1.Algemeen
In het schoolondersteuningsprofiel van NTO-Effekt (begeleiders van onze school) wordt
gewerkt met beschrijvingen van leerlingen op 5 onderwijsdomeinen. De domeinen worden
hieronder beschreven. Per onderwijsdomein zijn kindbeschrijvingen van kinderen uit de
onderbouw (groep 1-4) en uit de bovenbouw (groep 5-8). In elke kindbeschrijving ligt er een
accent voor de onderwijsbehoeften van de leerling in dat betreffende domein. De 5 domeinen
zijn in de praktijk vaak minder makkelijk te scheiden, omdat ze elkaar wederzijds beïnvloeden.
Het gaat in de beschrijving dan ook om een accent en niet om een exclusieve omschrijving.
Leren en ontwikkeling
De omschrijvingen bevatten kenmerken van de leerling die de ontwikkeling en het leren
bemoeilijken en die niet hoofdzakelijk toe te schrijven zijn aan de andere vier domeinen. Te
denken valt aan leer- en ontwikkelingsmoeilijkheden c.q. stoornissen, zoals bijvoorbeeld
dyslexie.
Fysiek/ medisch
De omschrijvingen bevatten een meer rechtstreekse relatie tussen de lichamelijke kenmerken
van de leerling (en de medische consequenties) en de onderwijsbehoeften van deze leerling.
Hierbij gaat het om lichamelijke of verstandelijke beperkingen.
Sociaal-emotioneel / gedrag
De omschrijvingen bevatten gedrag van de leerling dat ervoor zorgt dat de leerprocessen
belemmerd worden. De gedragsmoeilijkheden/ stoornissen zorgen er in meer of mindere mate
voor dat de leerling niet optimaal aan de leerprocessen kan deelnemen.
Werkhouding
De omschrijvingen bevatten moeilijkheden met de vaardigheden van de leerling om
aandachtig en betrokken aan de leerprocessen deel te nemen. De oorzaken hiervan zijn
uiteraard divers.
Thuissituatie
De omschrijvingen bevatten belemmeringen in de thuissituatie. De omstandigheden belasten
de leerling zodanig dat speciale onderwijsbehoeften ontstaan om de leerprocessen op gang te
brengen en te houden.
17
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
4.2. Vragenlijsten
De hierboven beschreven domeinen komen terug in de vragenlijsten (zie bijlage 9) die door de
leerkrachten, IB en MT zijn ingevuld om te polsen in hoeverre de Regenboog in staat is
kinderen met een zorgbehoefte te kunnen helpen.
Nadat betrokkenen het instrument hebben ingevuld, zijn er vier analyses benut:
1.
2.
3.
4.
Een beeld van de school als geheel
Een beeld van het management
Een beeld van de collega's werkzaam in de onderbouw
Een beeld van de collega's werkzaam in de bovenbouw
De analyses geven een antwoord op de vraag in hoeverre het schoolteam in staat is een
passend aanbod te bieden op het genoemde onderwijsgebied.
A.
Wij zijn in staat een passend aanbod te ontwikkelen (groen).
B.
Wij willen een passend aanbod ontwikkelen, maar hebben daarbij ondersteuning en/of
professionalisering voor nodig (geel).
C.
Nee, wij verwijzen door naar een ander school (rood)
4.2.1. Competenties op de dimensies Relatie, Welbevinden, Ontwikkeling
en Veiligheid.
Bij de afname van het instrument zijn ook de competenties in kaart gebracht die nodig zijn om
passend onderwijs te verzorgen. Deze competenties zijn onder te brengen in de volgende
dimensies:
Relatie
De mate van betrokkenheid op en verbondenheid met de leraar en medeleerlingen. In de
relatie ligt de mogelijkheid van leren met en van elkaar door samenwerken of feedback.
Gerichtheid van de leerling op de ander maakt leren mogelijk door de inzet van
spiegelneuronen in het brein. Voor de leraar ligt in de relatie de mogelijkheid tot pedagogische
invloed. Indien er structureel en schijnbaar onomkeerbaar geen relatie met de leerling is, kan
de school geen passend onderwijs organiseren.
Welbevinden
De mate waarin de leerling zich vrij, sociaal-emotioneel veilig en plezierig voelt in de
schoolomgeving. Onbehagen, van welke aard ook, zorgt voor een bedreigd gevoel in leer- en
ontwikkelingstaken. De reactie hierop legt eerder een accent op "overleven", dan op
ontwikkelen. Indien er structureel en schijnbaar onomkeerbaar een gebrek aan welbevinden
is, kan de school geen passend onderwijs organiseren.
Ontwikkeling
18
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
De mate waarin de leerling voortgang maakt in leer- en ontwikkelingstaken. De waargenomen
ontwikkeling door de leerling zelf en de ervaren waardering hiervoor, zijn de brandstof voor
betrokkenheid op de eigen ontwikkeling. De mate waarin de school haar begeleiding kan
afstemmen op verschillen in ontwikkeling van haar leerlingen, bepaalt voor een groot deel de
zorgbreedte van de school. Indien er structureel en schijnbaar onomkeerbaar onvoldoende
ontwikkeling waarneembaar is, kan de school geen passend onderwijs organiseren.
Veiligheid
De mate van fysieke veiligheid van de leerling zelf, de medeleerlingen en de leraar. Deze kan
direct in het geding zijn bij bijvoorbeeld agressie, of indirect door bijvoorbeeld gebrek aan
inzicht bij de leerling. De emotionele veiligheid is bij de dimensie welbevinden benoemd.
Indien er structureel en schijnbaar onomkeerbaar onveilige situaties ontstaan, kan de school
geen passend onderwijs organiseren.
Het team voelt zich het meest competent op het gebied van relatie en welbevinden. Dit komt
overeen met de opvattingen van de leerkrachten over hun kerntaak: zorgen dat het kind
vanuit zijn uniciteit zich veilig voelt op school. Alleen als het kind die veiligheid ervaart, zal het
kind leren. Kernwoorden in de visie/missie van de school zijn zelfvertrouwen, eigenwaarden,
bescherming gevoelsleven.
Het team ervaart het meest handelingsbekwaam te zijn op het gebied van leren en
ontwikkelen en de thuissituatie. De grootste handelingsverlegenheid ervaart het team op
sociaal-emotioneel gebied/gedrag.
4.2.2. Uitkomsten
Er is sprake van een harmonieus positief beeld in het team als het gaat om de aanwezige
competenties om passend onderwijs te realiseren.
Alle teamleden geven aan de kinderen met speciale onderwijsbehoeften op het gebied van
leren en ontwikkeling, werkhouding en hun thuissituatie op te willen vangen. Wel zal er in
bepaalde situaties ondersteuning en/of professionalisering nodig zijn.
Op het fysiek-medisch en sociaal-emotioneel gebied geeft het team aan meer externe
ondersteuning nodig te hebben. De kinderen met zeer speciale onderwijsbehoeften op het
gebied van hun fysiek-medische ontwikkeling of op sociaal-emotioneel gebied/gedrag worden
doorverwezen naar een andere (speciale) school.
De grondhouding van het team is dat de teamleden denken in, praten over en kijken naar de
sterke kanten, mogelijkheden van kinderen, leerkrachten en ouders. Er wordt samen naar
oplossingen gezocht. Het team is daarbij praktisch ingesteld.
Uitgesplitst naar de verschillende domeinen kan hierbij het volgende opgemerkt worden:
Voor de categorie leren en ontwikkeling geeft het team van De Regenboog aan deskundigheid
in huis te hebben en op dit gebied veelal passend onderwijs te willen en kunnen realiseren.
Het team heeft ervoor gekozen om het binnen de formatie en organisatie structureel mogelijk
te maken dat zowel de leerlingen als leerkrachten hierbij begeleid kunnen worden. De
ontwikkeling van de kinderen in groep 3 t/m 8 wordt gevolgd met het cognitieve LVS uit
19
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
parnassys. In de groepen 1 en 2 is dat “Kijk”. Het team is erop gericht de lessen aantrekkelijk te
maken voor alle leerlingen. Binnen het leerstofjaarklassensysteem is er grote aandacht voor
het individuele kind, dat anders mag zijn. De methoden, waarmee gedifferentieerd gewerkt
wordt, zijn daarbij leidend. Er wordt ingespeeld op dat wat kinderen nodig hebben om op
actieve, betrokken manier te leren. Coöperatief leren is gemeengoed in het team. De
leerkrachten zijn goed in staat om coachende gesprekken met kinderen te voeren, gericht op
het zelf bedenken van oplossingen in het omgaan met een beperking of belemmering. In de
groepen wordt gedifferentieerd, zodat de kinderen die moeite hebben met lezen, taal en/of
rekenen begeleid worden en kinderen die een ontwikkelingsvoorsprong hebben compacte
basisstof met extra uitdagende leerstof aangeboden krijgen. Ans (IB) brengt de kinderen met
een eigen leerlijn (OPP) in kaart en vertaalt dit naar de praktijk. Kinderen die meer dan een jaar
vooruitgang of achterstand hebben kunnen op het gebied van rekenen de lessen in een andere
groep volgen.
RT kan tijdelijk binnen of buiten de klas ingezet worden, afgestemd op de aanpak van de
leerkracht in de groep.
Wanneer kinderen ernstige leermoeilijkheden of een leerstoornis hebben, is ondersteuning
van buitenaf nodig. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de externe deskundigheid en
ambulante begeleiding van het SWV, Onderwijsadvies en het SKT. Ook wordt er samengewerkt
met partners uit het netwerk rondom de school zoals logopedisten e.d.
Voor de categorie fysiek en medisch geeft het team aan voor kinderen met een lichte fysiekmedische beperking passend onderwijs te kunnen realiseren. Het MT geeft aan minder snel
een grens te trekken als het gaat om kinderen met speciale onderwijsbehoeften op fysiekmedisch gebied. Dit komt omdat zij uit ervaring weet dat met ondersteuning van ouders en
externen er mogelijkheden te creëren zijn. Het team deelt de mening, dat het de moeite waard
is om deze kinderen een kans te geven op De Regenboog, zodat ze zoveel mogelijk thuisnabij
kunnen participeren in een ‘normale schoolsituatie’. Het schoolgebouw is rolstoeltoegankelijk.
Er kunnen eventueel voorzieningen geplaatst worden, mits er budget voor is. De teamleden
geven nadrukkelijk aan deskundig te zijn als onderwijsprofessional en niet medisch geschoold
te zijn. Zij zijn bereid zich in de problematiek te verdiepen en extra aandacht aan deze
kinderen te besteden, binnen haalbare afgesproken kaders waarbij zij zelf geen medische
handelingen verrichten. Zij kunnen er voor zorgen dat een kind met speciale behoeften op dit
gebied geaccepteerd wordt door de groep. Voor hen is het een voorwaarde dat de
samenwerking met ouders strak georganiseerd is en goed verloopt met duidelijkheid over
ieders verantwoordelijkheden. Het team hecht er aan dat er samen met ouders en
hulpverleners een plan wordt opgesteld, zodat het kind binnen de reguliere groep kan
functioneren.
Voor de categorie sociaal-emotioneel geeft De Regenboog aan voor een deel van de kinderen
met speciale onderwijsbehoeften op dit gebied een passend onderwijsaanbod te kunnen
realiseren. Er wordt planmatig aandacht besteed aan de ontwikkeling van sociaal-emotionele
vaardigheden van kinderen door inzet van methoden en methodieken zoals Goed Gedaan en
Taakspel. De kinderen vanaf groep 4 worden gevolgd via het jaarlijks invullen van vragenlijsten
20
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
op soc. emotioneel gebied. Dit programma heet “Op school” en is ontwikkeld door Harry
Janssens Op De Regenboog wordt een onderwijsleeromgeving georganiseerd met veel
voorspelbaarheid en routines, ondersteund door picto’s, dagritmekaarten, dagindeling op het
bord e.d. Tijdens de lessen worden regelmatig coöperatieve werkvormen ingezet zodat
kinderen met en van elkaar leren, waarbij ieders talenten benut en gewaardeerd worden. De
groepsleerkrachten vinden het belangrijk dat leerlingen in hun waarde worden gelaten en als
persoon geaccepteerd.
Regelmatig wordt met leerlingen in gesprek gegaan, zodat zij elkaar accepteren en elkaar de
ruimte geven om anders te mogen zijn. Eén van de teamleden is kindercounselor en kan
speltherapie inzetten.
Vanuit een constructieve relatie zijn de leerkrachten duidelijk, volhardend en voorspelbaar in
hun reactiepatroon op grensoverschrijding. Tevens wordt positieve feedback gegeven op
positieve effecten van gedrag. Er wordt o.a. gewerkt met beloningssystemen.
Het team heeft bij kinderen met speciale onderwijsbehoeften, bijvoorbeeld vanwege een
ernstige gedrags- of ontwikkelingsstoornis, ondersteuning nodig van externe deskundigen in
de vorm van praktische coaching en/of ondersteuning in de groep, adviezen voor begeleiding,
informatie over gedrag en aanpakken en indien nodig nader onderzoek.
Voor de categorie werkhouding geeft het team aan veelal passend onderwijs te kunnen en
willen realiseren. De leerkrachten werken met richtinggevende, concrete doelen die vertaald
worden naar betekenisvol aantrekkelijk onderwijs.
Er zijn hoge verwachtingen ten aanzien van de werkhouding van leerlingen en er wordt
waardering uitgesproken wat de leerling daarmee bereikt. Het team streeft er naar dat
kinderen op bepaalde momenten ‘hun ei kwijt kunnen’. Het werken met coöperatieve
werkvormen, waarbij sociale en persoonlijke talenten van kinderen benut worden, draagt daar
zeker toe bij. Actieve werkvormen worden afgewisseld met momenten van rust en stilte,
zonder leerlingen te isoleren van de groep. Er is functionele kennis aanwezig in het team over
leerprocessen, zodat de betrokkenheid en zelfsturing van leerlingen bij het leerproces vergroot
kan worden. Het ombuigen van weerstand en (hyper)activiteit naar positieve energie wordt als
een gezamenlijke verantwoordelijkheid gezien. Er wordt regelmatig feedback gegeven waarbij
succeservaringen benadrukt en toegeschreven worden aan eigen inzet, vaardigheden en
prestaties. De leerkrachten werken met ouders samen met als doel plezier in het leren en een
goede werkhouding te stimuleren en zelfstandigheid en zelfvertrouwen van leerlingen te
vergroten.
Het team heeft in bepaalde situaties ondersteuning nodig van externe deskundigen in de vorm
van observatie, praktische coaching en/of ondersteuning in de groep, adviezen voor
begeleiding, informatie over werkhouding en aanpakken.
Voor de categorie thuissituatie geeft het team aan dat er goed gesignaleerd wordt. Er wordt
op school tijd vrijgemaakt om gesprekken te voeren, er is een luisterend oor voor de kinderen,
ouders en leerkrachten. Het schoolgebouw biedt ruimte om in rust een persoonlijk gesprek te
voeren.
21
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Er is informatie over allerlei onderwerpen beschikbaar. Wekelijks worden de ouders middels
een nieuwsbrief op de hoogte gehouden van actuele zaken en onderwijsveranderingen.
De leerkrachten ervaren, dat zij er niet alleen voor staan, er is een klankbord op school. Steeds
beter worden grenzen aangegeven; wat hoort bij het terrein van de school als
onderwijsinstituut en wat hoort meer bij andere instanties, zoals Sociaal Kernteam. Ook de
afbakening tussen betrokkenheid als onderwijsprofessional en betrokkenheid vanuit
privésituaties lukt steeds beter.
De school weet waar en wanneer specialistische deskundigen gehaald en ingezet kunnen
worden; Er is samenwerking met en ondersteuning van het Sociaal Kernteam en ambulante
begeleiders van verschillende REC’s.
Balans in de groep
De mate waarin de school ruimte heeft om leerlingen op te nemen in haar groepen of waarin
zij handelingsverlegen dreigt te worden voor leerlingen die al op school zijn, wordt voor een
belangrijk deel bepaald door de "balans in de groep" van dat moment.
Onder balans in de groep verstaan wij de ruimte die er voor de leerkracht en de leerlingen is
om voor alle leerlingen in de groep een pedagogisch klimaat en een leeromgeving te bieden
waarin de leerlingen zich kunnen ontwikkelen.
Het gaat bij balans in de groep dus om een combinatie van leerlingkenmerken,
groepssamenstelling en de leerkracht van die groep.
22
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
5.Grenzen aan de mogelijkheden van ons onderwijs
De basisondersteuning is kwalitatief goed op orde op De Regenboog. Vanuit deze basis,
aangevuld met ondersteuning van binnen en buiten de school kan de school voor een groot
deel van de kinderen met speciale onderwijsbehoeften passend onderwijs bieden. Wanneer
kinderen iets extra’s of anders nodig hebben, is het team bereid te denken in mogelijkheden
en samen op zoek te gaan naar oplossingen. De school wil daarbij realistisch en duidelijk zijn in
haar mogelijkheden en grenzen. Het team hecht eraan om samen te werken met ouders, en
indien nodig met externe deskundigen, bij het realiseren van passend onderwijs. Dit vergroot
de kans van slagen.


onvoldoende ontwikkeling op gang gebracht kan worden, vanwege een combinatie
van leermoeilijkheden met andere belemmeringen
het welbevinden van het kind in het gedrang komt
In het fysiek - medisch domein kan de school geen passend onderwijsaanbod bieden bij:
 ernstig meervoudig gehandicapte kinderen (zoals beperkte cognitieve mogelijkheden
in combinatie met fysieke beperkingen).
 Het moeten verrichten van medische handelingen door de leerkracht.
 situaties waarin permanent één op één hulp in de klas noodzakelijk is
 situaties waarbij een kind teveel fysieke ruimte inneemt vanwege een bed o.i.d., zodat
andere kinderen letterlijk ‘in de knel zitten’
Ten aanzien van de sociaal - emotionele ontwikkeling kan de school geen passend onderwijs
organiseren voor:
 leerlingen die voor zichzelf, medeleerlingen of leerkracht structureel een bedreiging
vormen vanwege hun agressiviteit en/of fysiek geweld, waarbij voortdurend
beschermd toezicht geboden moet worden
 als het welbevinden van andere leerlingen in de groep structureel in het gedrang komt
In relatie tot de thuissituatie kan de school geen passend onderwijsaanbod bieden wanneer:
 er geen samenwerking met of ten minste medewerking van ouders mogelijk is

23
Het werken met groepsplannen, waarin wordt aangeven op welke wijze de instructie
aangeboden wordt, bijv. A-B-C groepen en hoe daarbij het onderwijs nog beter
afgestemd wordt op de verschillende onderwijsbehoeften van de kinderen
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
6.Ambities

Om in het kader van passend onderwijs voor zoveel mogelijk kinderen de juiste school
te kunnen zijn, heeft het team ingezet op de volgende, met elkaar samenhangende,
ambities voor de komende periode 2014-2018:

Werken met meervoudige intelligentie, zodat er nog meer recht gedaan wordt aan de
verschillen in leerstijlen en interesses, zodat kinderen met meer motivatie en
taakgerichtheid kunnen werken.

De autonomie van kinderen stimuleren door o.a. leerprocessen te organiseren waarbij
kinderen zelfstandig leren leren en kiezen centraal staan i.p.v. moeten. De
zelfstandigheid en het verantwoordelijk gedrag van kinderen stimuleren door te leren
selectieve reacties en krachtige feedback te geven.

Taakspel in te zetten in die klassen waar het nodig is.

Vaardigheden en beleid ontwikkelen om preventief te kunnen werken aan gedrag en
werkhouding, zodat moeilijkheden voorkómen kunnen worden in plaats van
corrigerende begeleiding achteraf.

Op het gebied van gedrag en sociaal-emotionele ontwikkeling concrete, haalbare korte
termijn doelen leren stellen in samenspraak met het kind en ouders en daar gericht
aan werken.

Bekwamen in het op een rustige en consequente wijze reageren op
extreem/hysterisch gedrag van kinderen zonder geëmotioneerd te raken.

De deskundigheid op het gebied van geletterdheid/lezen/dyslexie vergroten, weten
wanneer welke hulpmiddelen ingezet kunnen worden

Kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong uitdagende stof aanbieden middels
“Talentenlijn” en “Pittige Plustorens”.

Ten aanzien van passend onderwijs voor kinderen met speciale fysiek -medische
behoeften doorgaan op de ingeslagen weg. Daarbij de groep stimuleren/aanspreken
op hun medeverantwoordelijkheid en het desbetreffende kind weerbaarder maken
om zo ‘gewoon mogelijk op school’ te kunnen functioneren.
24
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
De inschatting van het team met behulp van de door SARDES gehanteerde indeling kunnen we
als volgt visualiseren:
Huidige situatie: een smalle zorgschool
Gewenste situatie over vier jaar:
een sterke smalle zorgschool die op weg is naar een brede zorgschool
25
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
7.Wat de school voor anderen binnen het SWV kan en wil
betekenen in het kader van passend onderwijs
De Regenboog wil graag in het samenwerkingsverband bekend staan als een samenwerkende
partner die in principe een school wil zijn voor alle kinderen, tenzij de veiligheid en/of het
welbevinden van kinderen en leerkrachten in het gedrang komt.
De school heeft ervaring met coöperatief leren en taakspel en is bereid om met collegascholen mee te denken over deze of andere thema’s.
Als we gebeld worden door ouders met een kind met een zorgvraag, dan volgen we de
volgende stappen:
-
We nemen contact op met de directie en IB van de huidige school
-
Directie/IB voeren gesprek met ouders en het kind die ons benaderen
-
IB heeft zorgoverleg met eventueel betrokken instanties
-
Een aangemeld kind kan mogelijk cognitief onderzocht worden door IB of een externe
deskundige
-
Directie/IB hebben overleg met de groepsleerkracht(en) van De Regenboog
-
Met leerkracht, ouders, IB en andere betrokkenen wordt een concreet plan opgesteld
waarin de doelen, aanpak en verantwoordelijkheden duidelijk aangegeven worden
26
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
8.Samenvattende conclusies
De Regenboog is een school met gemiddeld 250 leerlingen. De school situeert zichzelf op dit
moment als een smalle zorgschool die een kwalitatief goede basisondersteuning kan bieden,
volgens de criteria van de onderwijsinspectie. Het team stelt zich constructief op om passend
onderwijs voor zoveel mogelijk kinderen op de school te realiseren. De visie van de school ‘De
Regenboog geeft je toekomst kleur’ staat hoog in vaandel. Hiermee wil de school aangeven,
dat ze voor alle kinderen op deze school een perspectiefrijke basis wil bieden voor later,
waarbij ze ervan uitgaat dat die toekomst er voor elk kind anders uit kan zien, afhankelijk van
persoonlijkheid, capaciteiten en interesses.
Binnen het leerstofjaarklassensysteem proberen de teamleden daar zoveel mogelijk aan
tegemoet te komen. Kernwaarden zijn veiligheid, zelfvertrouwen, eigenwaarden, bescherming
gevoelsleven. Er wordt op een actieve wijze geleerd door leerlingen te laten doen,
samenwerken en ontdekken, o.a. met inzet van coöperatieve werkvormen.
Naast het cognitieve wordt op de Regenboog ingezet op het stimuleren van zelfontwikkeling,
verantwoordelijkheidsgevoel, zelfredzaamheid, weerbaarheid en creativiteit.
Er is zowel bij het team als directie/IB een positieve houding ten aan zien van passend
onderwijs. Over het algemeen voelt het team zich op alle gebieden competent. Het team voelt
zich het meest competent op het gebied van relatie en welbevinden. Het team ervaart het
meest handelingsbekwaam te zijn op het gebied van leren en ontwikkelen en de thuissituatie.
De grootste handelingsverlegenheid ervaart het team op sociaal-emotioneel gebied/gedrag.
De school is bereid binnen de kaders van het leerstofjaarklassensysteem te zoeken naar
mogelijkheden, waarbij ze realistisch wil zijn. Op het gebied van leren en ontwikkeling,
werkhouding en thuissituatie kan de school voor de meeste kinderen passend onderwijs
realiseren. Op het gebied van gedrag/sociaal-emotionele ontwikkeling en fysiek-medisch kan
de school voor een deel van de kinderen passend onderwijs bieden. In bepaalde situaties heeft
de school externe ondersteuning nodig in de vorm van advisering en begeleiding bijv. door
ambulante begeleiders en/of externe deskundigen.
Grenzen aan de mogelijkheden in het kader van passend onderwijs zijn:
Bij leren en ontwikkeling/werkhouding als er ondanks de inspanningen:
 onvoldoende ontwikkeling op gang gebracht kan worden, vanwege een combinatie
van leermoeilijkheden met andere belemmeringen
 het welbevinden van het kind in het gedrang komt
Bij het fysiek - medisch domein:
 ernstig meervoudig gehandicapte kinderen (zoals beperkte cognitieve mogelijkheden
in combinatie met fysieke beperkingen)
 als het nodig is dat de leerkracht medische handelingen moet verrichten
 situaties waarin permanent één op één hulp in de klas noodzakelijk is
 situaties waarbij een kind teveel fysieke ruimte inneemt vanwege een bed o.i.d., zodat
andere kinderen letterlijk ‘in de knel zitten’
27
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Ten aanzien van de sociaal - emotionele ontwikkeling kan de school geen passend onderwijs
organiseren voor:
 leerlingen die voor zichzelf, medeleerlingen of leerkracht structureel een bedreiging
vormen vanwege hun agressiviteit en/of fysiek geweld, waarbij voortdurend
beschermd toezicht geboden moet worden
 als het welbevinden van andere leerlingen in de groep structureel in het gedrang komt
In relatie tot de thuissituatie kan de school geen passend onderwijsaanbod bieden wanneer:
 er geen samenwerking met of ten minste medewerking van ouders mogelijk is
De Regenboog heeft voor de komende jaren de ambitie om vanuit een sterke smalle
zorgschool als basis richting een brede zorgschool te willen ontwikkelen. Zij heeft daarbij de
volgende concrete ambities:
 Het verder uitwerken van groepsplannen op basis van onderwijsbehoeften
 Werken met meervoudige intelligentie
 De autonomie van kinderen verder stimuleren.
 Taakspel inzetten in die klassen die het kunnen gebruiken.
 Beleid/vaardigheden t.a.v. gedrag/werkhouding ontwikkelen om zoveel mogelijk
preventief te kunnen werken
 Op het gebied van gedrag en sociaal-emotionele ontwikkeling concrete, haalbare korte
termijn doelen stellen en uitwerken in samenspraak met het kind en ouders
 Zonder geëmotioneerd te raken op een rustige en consequente wijze reageren op
extreem/hysterisch gedrag van kinderen
 Deskundigheid op het gebied van geletterdheid/lezen/dyslexie vergroten, weten
wanneer welke hulpmiddelen ingezet kunnen worden
 Ten aanzien van passend onderwijs voor kinderen met speciale fysiek-medische
behoeften doorgaan op de ingeslagen weg om deze kinderen, indien haalbaar, ‘zo
gewoon mogelijk op onze school’ te laten functioneren.
28
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
9.Bijlagen
9.1.Bijlage 1: Toelichting op de schema's van het schoolondersteuningsprofiel
(ruwe scores)
9.2.Bijlage 2: Gebruikte profielen
9.3.Bijlage 3: lijst met competenties
9.4.Bijlage 4: Beschrijving van vier schoolprofielen
29
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
9.1.Bijlage 1: Toelichting op de schema's van het schoolondersteuningsprofiel
In de enquête beantwoorden teamleden twee vragen:
1. Kunnen wij als team voor deze leerling een passend aanbod verzorgen?
2. Hoe goed beheerste u deze competenties? Geef uw inschatting op een vijfpuntsschaal.
Nadat alle betrokkenen het instrument invulden, zijn er vier analyses gemaakt:
1.
2.
3.
4.
een beeld van de school als geheel,
een beeld van het management,
een beeld van de collega’s werkzaam in de onderbouw,
een beeld van de collega’s werkzaam in de bovenbouw.
De afbeelding bestaat uit twee schema’s, een groot schema en een ‘balk’.
Toelichting onderste ‘balk’:
De onderste balk is het resultaat op de eerste vraag in de enquête:
“Kunnen wij als team voor deze leerling een passend aanbod verzorgen?”
In de onderste balk worden de standaard vragen afgezet tegen de vijf onderwijsgebieden. In
de onderwijspraktijk beïnvloeden deze gebieden elkaar wederzijds:
1. leren en ontwikkeling
2. fysiek en medisch
3. sociaal emotioneel en gedrag
4. werkhouding en
5. thuissituatie.
De betekenis van deze vijf onderwijsgebieden worden toegelicht in hoofdstuk 4 van dit
onderwijszorgprofiel.
De analyses in de onderste balk geven een antwoord op de vraag in hoeverre het schoolteam
in staat is een passend aanbod te bieden op het genoemde onderwijsgebied:
A. wij zijn instaat een passend aanbod te ontwikkelen ( groen),
B. wij willen een passend aanbod ontwikkelen, maar hebben daarbij ondersteuning en/of
professionalisering nodig ( geel),
C. nee, wij verwijzen door naar een andere school ( rood).
De percentage in de afzonderlijke vakken geven aan in hoeverre het schoolteam een A, B of en
C scoorde. Het hoogste percentage bepaalt de kleur groen, geel of rood.
30
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Twee voorbeelden:
Matrix standaardvragen (1)
Leer – en
ontwikkeling
Fysiek en
medisch
Sociaalemotioneel/
Gedrag
3%/14%/84%
Standaard
vragen (A,B,C)
Rood (C)
Geel (B)
Groen ( A)
Nee, deze
kinderen
kunnen
en/of willen
we niet
opvangen
Ja, deze
kinderen
kunnen we met
ondersteuning
en door
ontwikkeling
opvangen
Ja, deze
kinderen
kunnen we
(nu al)
opvangen
Werkhouding
2% / 52% / 46%
Thuissituatie
60%/36%/4%
3% / 14% / 84%
8
3%
14%
84%
heeft een C gescoord
heeft een B gescoord
heeft een A gescoord
Totaal ongeveer 100% (afrondingsverschillen)
Fig. 3
Matrix standaardvragen (2)
Leer – en
ontwikkeling
Fysiek en
medisch
3%/14%/84%
Standaard
vragen
Rood (C)
Geel (B)
Sociaalemotioneel/
Gedrag
2% / 52% / 46%
Werkhouding
Thuissituatie
60%/36%/4%
Groen ( A)
2% / 52% / 46%
Nee, deze
kinderen
kunnen
en/of willen
we niet
opvangen
9
Ja, deze
kinderen
kunnen we met
ondersteuning
en door
ontwikkeling
opvangen
Ja, deze
kinderen
kunnen we
(nu al)
opvangen
2%
52%
46%
heeft een C gescoord
heeft een B gescoord
heeft een A gescoord
Totaal ongeveer 100% (afrondingsverschillen)
Fig. 4
Met name de geel en roodgekleurde gebieden zijn besproken met het team in de tweede
workshop. Bij de gele vlakken is door het team onderzocht wat nodig is in deze gevallen een
passend aanbod te kunnen ontwikkelen. Bij de rode vlakken is benoemd wanneer de grenzen
zijn bereikt. Interessanter is wat de school wel aan denkt te kunnen.
31
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Toelichting bovenste schema
Het bovenste schema geeft een antwoord op de tweede vraag in de enquête:
“Hoe goed beheerst u deze competenties? Geef uw inschatting op een vijf-puntschaal”
In het bovenste schema van figuur 4 in deze toelichting zijn de competenties in kaart gebracht
die nodig zijn om passend onderwijs te verzorgen. Deze competenties zijn onder te brengen in
de volgende vier dimensies:
1.
2.
3.
4.
relatie,
welbevinden,
ontwikkeling en
veiligheid.
In hoofdstuk 4 van dit zorgprofiel wordt de uitgebreide betekenis van de dimensies gegeven.
In de resultaten van het bovenste schema is aangegeven in hoeverre teams denken een
passende aanpak te hebben voor de vijf genoemde onderwijsgebieden. Ofwel: op welke
gebieden achten zij zich al of niet competent. Hiervoor is namelijk gevraagd naar benodigde
leerkracht-competenties op basis van de onderwijsbehoeften van het kind in de casus. Bij elke
casus zijn vier competenties opgenomen en gaven leerkrachten en leden van het
managementteam aan wat voor hen van toepassing is:
1.
2.
3.
4.
5.
32
hij/zij voelt zich onvoldoende competent,
hoe/zij voelt zich matig competent,
hij/zij voelt zich voldoend competent,
hij/zij voelt zich uitstekend competent of
hij/zij voelt zich uitstekend competent.
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Een voorbeeld:
relatie welbevinden ontwikkeling veiligheid
leren en
ontwikkelen
fysiek
medisch
3 / 14 / 84
sociaalemotioneel
en gedrag
werkhouding
3%
scoorde een 1 of 2

14%
scoorde een 3

84 %
scoorde een 4 of 5

Omdat met 84% het vaakst een 4 of 5 is gescoord, is dit vlak groen gekleurd.
33
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Hieronder staat tot slot nog een aantal voorbeelden, door middel waarvan de inhoud van het
schema wordt verduidelijkt:
Leren en ontwikkeling & Relatie
Om te kunnen leren en ontwikkelen, is het
voor een kind belangrijk dat het in hoge mate
betrokken en verbonden is met de leerkracht
en medeleerlingen. Indien een relatie
ontbreekt, kan de school geen passend
onderwijs organiseren.
Fysiek en medisch & Welbevinden
Voor kinderen met een fysiek en/of medische
diagnose is het van groot belang dat zij zich
vrij, sociaal-emotioneel, veilig en plezierig
voelen in de schoolomgeving. Onbehagen
zorgt voor een bedreigd gevoel in leer- en
ontwikkelingstaken. Bij een gebrek aan
welbevinden, kan de school geen passend
onderwijs organiseren.
Sociaal-emotioneel & Ontwikkeling
Voor een kind met sociaal-emotionele
behoeften, is het van belang dat het
voortgang maakt in leer- en
ontwikkelingstaken. De mate waarin de school
haar begeleiding kan afstemmen op
verschillen in ontwikkeling van haar
leerlingen, bepaalt de zorgbreedte van de
school.
Werkhouding & Veiligheid
Hierbij gaat het om de mate van fysieke (niet
emotionele) veiligheid van alle leerlingen en
de leerkracht. Deze kan bijvoorbeeld in het
geding komen als gevolg van agressie.
34
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Bijlage 2: Uitslagen enquête
Totaal:
Managementteam:
Onderbouw
35
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Bovenbouw
36
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Bijlage 3: lijst met competenties
Deze lijst met competenties ligt onder de casussen; ze definiëren de categorieën relatie,
ontwikkeling, welbevinden en veiligheid.
Leren en ontwikkeling
R
1. Met kinderen op een coachende wijze gesprekken voeren, gericht op het zelf
bedenken van oplossingen in het omgaan met een beperking.
2. Voorkomen dat kinderen met leerachterstand te geïsoleerd raken in de klas,
bijvoorbeeld door hen bij samenwerkingsopdrachten een zinvolle
(alternatieve) bijdrage te laten leveren.
3. Een appèl kunnen doen op talenten die in het gebruikelijke basisaanbod te
weinig benut worden.
4. Kinderen leren om oog te hebben voor elkaars kwaliteiten en dit
bespreekbaar maken.
5. Moeilijkheden benaderen vanuit mogelijkheden en kansen, door uit te gaan
van wat een kind al wel kan en nodig heeft om bepaalde doelen te bereiken.
6. Waarderen waar kinderen sterk in zijn en hen daarin uitdagen.
7. Positieve verwachtingen uitspreken en positieve aspecten kunnen benoemen
en benutten.
O
8. Kennis op het gebied van (ernstige) leerproblematiek, zodat effectieve
instructie en begeleiding geboden kan worden.
9. Het reguliere onderwijsaanbod indikken, aanpassen en aanvullen met
verdiepende en uitdagende leerinhouden en andere leerstrategieën.
10. Een ontwikkelperspectief (eigen leerlijn met tussendoelen) kunnen opstellen
in overleg met kind, ouders en begeleiders.
11. De ontwikkeling van de ontluikende geletterdheid en gecijferdheid
nauwkeurig volgen en begeleiden.
12. Klassenmanagement zo organiseren dat bepaalde kinderen een instructie op
eigen niveau krijgen en kunnen werken met eigen opdrachten passend bij hun
leerlijn.
13. In relatie tot de tussendoelen effectieve werkvormen organiseren die passen
bij het thema.
14. Formuleren van inhoudelijke doelen in de zone van naaste ontwikkeling voor
kinderen die iets extra’s of anders nodig hebben.
15. Voor kinderen die iets extra’s of anders nodig hebben, passende activiteiten
en werkvormen inbedden in het groepsaanbod.
16. Vertrouwd zijn met de opbouw en inhoud van de leerlijnen. Op basis daarvan
een passend onderwijsaanbod kunnen organiseren, zodat kinderen aan
onderliggende vaardigheden kunnen werken.
17. Haalbare uitdagingen kunnen bieden om succeservaringen te laten opdoen.
Daarbij ook toewerken naar toerusting voor het groepsaanbod.
W
18. Ook voor kinderen die moeite hebben met leren, succeservaringen
organiseren en deze met hen zichtbaar maken.
19. Samenwerkingsopdrachten en sociale interactie regisseren waarbij kinderen
een eigen inbreng kunnen hebben, elkaar waarderen en van en met elkaar
leren.
37
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
20. Stimuleren, waarderen en ontwikkelen van eigen keuzes, initiatief en eigen
verantwoordelijkheid van kinderen.
21. Op een geduldige, positieve manier kinderen benaderen, vanuit hoge maar
ook reële verwachtingen afgestemd op het ontwikkelingsperspectief van het
kind.
22. Met de ouders op een open manier bespreken van hun zorgen en ideeën, op
zoek naar mogelijkheden om samen te werken in de begeleiding van het kind.
23. Eigen keuzes, initiatief en verantwoordelijkheid stimuleren, benoemen,
waarderen en belonen.
24. Kinderen leren te reflecteren op hun gevoelens en ondersteunen bij het
opbouwen van een reëel positief zelfbeeld.
38
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Fysiek en medisch
R
1. Activiteiten en spelletjes organiseren waarin alle kinderen, ook kinderen met
een verstandelijke beperking, mee kunnen doen.
2. Kinderen coachen in de interactie met een doof groepsgenootje, o.a. door het
introduceren en samen leren van gebarentaal en picto’s.
3. Een groepsklimaat kunnen creëren waarin kinderen met een (beperking of)
medisch probleem gestimuleerd worden zelf uit te leggen wat het probleem
inhoudt en hoe je daar het beste mee kunt omgaan.
4. Een groepsklimaat kunnen creëren, waarin kinderen leren elkaar te
accepteren en waarderen om hoe iemand is in plaats van hoe iemand eruit
ziet en wat iemand heeft.
5. Vanuit deze basis kinderen leren elkaar op ongewenst gedrag aan te spreken,
zonder daarbij elkaar als persoon af te wijzen.
O
6. Klassenmanagement zo organiseren dat bepaalde kinderen een instructie op
eigen niveau krijgen en rustig kunnen werken met eigen opdrachten passend
bij hun leerlijn.
7. Aangepaste materialen en technieken zo normaal mogelijk in het
leerprogramma plaatsen.
8. Daarbij in samenwerking met een gespecialiseerde ambulant begeleider
reflecteren op de effectiviteit van de eigen aanpak.
9. Een overzichtelijk, gestructureerd onderwijsleerklimaat kunnen realiseren met
een goede balans tussen inspanning en ontspanning.
10. Vanuit een goed zicht op leerlijnen, activiteiten op maat kunnen aanbieden,
zodat ook kinderen met een verstandelijke handicap zich optimaal kunnen
ontwikkelen.
W
11. Creëren van een positief groepsklimaat door het bespreken van de sfeer in de
groep en de omgang met elkaar.
12. Op een open, constructieve manier met ouders samenwerken om de aanpak
en begeleiding van kinderen thuis en op school op elkaar af te stemmen.
V
13. Introduceren en consequent hanteren van concrete, functionele signalen,
waardoor kinderen op een zelfstandige en veilige manier kunnen spelen en
werken.
14. Weten hoe te handelen wanneer kinderen een ‘aanval’ hebben en anderen
mogelijk in paniek raken.
15. Op een open manier en met regelmaat met kinderen bespreken wat zij nodig
hebben om zich op hun gemak te voelen op school.
16. Op een positieve, consequente manier situaties overzichtelijk en inzichtelijk
voor kinderen kunnen maken.
39
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Sociaal emotioneel en gedrag
1. Op grond van observatie aansluiting kunnen maken bij de belevingswereld van
kinderen die moeite hebben met het maken van contact.
2. Samen met een kind concrete sociale vaardigheden kunnen bepalen, die het
kind met steun van de leerkracht gaat oefenen.
3. Effectieve, niet (ver)oordelende feedback geven, zodat de leerling leert te
reflecteren op de gewenste en ongewenste effecten van zijn gedrag op
anderen.
4. Onvoorwaardelijk accepteren door in doen en laten te laten blijken dat de
leerling gezien is, gewaardeerd wordt en welkom is.
R
O
5. Het inrichten en organiseren van een onderwijsleeromgeving met veel
voorspelbaarheid en routines, ondersteund door picto’s .
6. Realiseren van een prikkelarme omgeving met veel structuur voor bepaalde
kinderen.
7. Samen met een leerling leerdoelen in concrete taal formuleren en evalueren
door ze zoveel mogelijk toe te schrijven aan de eigen inbreng.
8. Haalbare sociaal - emotionele vaardigheden in de zone van naaste
ontwikkelingen als korte termijn doelen kunnen formuleren en concretiseren.
9. Organiseren van samenwerkingsopdrachten waarbij een ieders talenten benut
en gewaardeerd worden.
W
10. Initiatief nemen om tijdig hulp in te roepen van externe deskundigen om de
beste aanpak voor een kind te realiseren voor zowel op school als in het gezin.
11. Met ouders samenwerken om het kind het gevoel te geven dat leerkracht en
ouders op één lijn zitten als betrouwbare volwassenen.
12. Accepteren van de leerling, waarbij onderscheid gemaakt wordt tussen de
persoon en het gedrag in wat wel of niet acceptabel is.
13. Initiatief, sociale betrokkenheid en reflectie concreet benoemen en
waarderen.
V
14. Met een kind routine ontwikkelen voor bedreigende situaties, waarbij het kind
zoveel mogelijk zelf de regie kan houden.
15. Kunnen confronteren en grenzen aangeven.
16. Situaties overzichtelijk en inzichtelijk voor kinderen kunnen maken en op een
rustige, besliste wijze kunnen handelen bij onveilige en/of onverwachte
situaties.
40
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Werkhouding
R
1. Kunnen omgaan met de behoeften van (hyper)actieve kinderen en hun
energie positief kunnen inzetten.
2. Weerstand kunnen accepteren en ombuigen naar positieve energie en
gezamenlijke verantwoordelijkheid.
3. Hoge verwachtingen hebben ten aanzien van de werkhouding waarderen wat
de leerling daarmee bereikt.
4. Feedback geven waarbij succeservaringen benadrukt en toegeschreven
worden aan eigen inzet, vaardigheden en prestaties.
O
5. Structurerende, ondersteunende begeleiding gericht op het voorkómen van
moeilijkheden in plaats van corrigerende begeleiding achteraf.
6. Functionele kennis van leerprocessen om leerlingen te begeleiden, gericht op
het vergroten van hun betrokkenheid en zelfsturing bij het leerproces.
7. Leerstof voor leerlingen hanteerbaar en betekenisvol kunnen maken.
8. De betrokkenheid en het leerrendement van de leerlingen kunnen vergroten
door het gebruik van relevante motivatie-theorieën.
9. Concrete, inhoudelijke doelen met de leerling kunnen formuleren op het
gebied van leren en werkhouding en deze kunnen realiseren met
uitnodigende. werkvormen en materialen Succeservaringen creëren door
haalbare doelen te stellen. Daarbij zorgen dat de lat geleidelijk hoger komt te
liggen.
W
10. Momenten van rust en stilte organiseren voor en met de leerling, zonder de
leerling te isoleren van de groep.
11. De sociale en persoonlijke talenten van de leerling kunnen inzetten bij de
(samenwerkings)opdrachten.
12. Leerprocessen kunnen organiseren waarbij willen en kiezen centraal staan
i.p.v. moeten.
13. Constructief kunnen samenwerken met de ouders met als doel een betere
werkhouding en plezier in het leren.
14. Autonomie stimuleren door selectieve reacties op zelfstandig en
verantwoordelijk gedrag.
15. Samenwerken met de ouders met als doel de zelfstandigheid en het
zelfvertrouwen van de leerling te vergroten.
41
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Thuissituatie
R
1. Verantwoordelijkheid en vertrouwen geven in (sociale) taken in de groep, die
aansprekend zijn voor de leerling en de groepsgenoten.
2. Ouders confronteren met de ongewenste effecten van de huidige aanpak op
het leergedrag van de leerling en de samenwerking opnieuw starten.
3. Negatief aandachtvragend gedrag kunnen ombuigen naar gewenst
aandachtvragend gedrag door bedoelingen en effecten te benoemen en
herkaderen.
4. Ouders ondersteunen bij het "loslaten van hun kind waar het kan" en
"structureren waar het nodig is".
O
5. Structureren, ondersteunen en uitbouwen van de werkplanning van de
leerling op basis van hoge verwachtingen en concrete doelen
6. Samen met de leerling een plan van aanpak maken, waarbij de
verantwoordelijkheid van de leerling toeneemt.
7. Stimuleren van initiatief en verantwoordelijkheid door positieve feedback.
8. Betrokkenheid vergroten door het bieden van aansprekende inhouden,
keuzevrijheden en mogelijkheid tot samenwerken. Dit kunnen organiseren
binnen overzichtelijke leersituaties
9. Leeromgeving creëren waarin kinderen hun zelfvertrouwen kunnen
ontwikkelen door positieve feedback op hun activiteiten.
W
10. Constructief samenwerken met ouders vanuit het gezamenlijke belang van het
kind door zowel ondersteunend als grenzenstellend te zijn.
11. Zelfvertrouwen van kinderen ontwikkelen en verstevigen door vertrouwen te
tonen in hun mogelijkheden
12. Confronteren zonder moraliseren door te benoemen, te luisteren en inzichten
te delen.
13. Kind onvoorwaardelijk accepteren, waarderen en helpen aandacht te
verwerven door positief gedrag consequent te belonen.
14. Ouders ondersteunen bij het bieden van vaste patronen en leefregels.
15. Laten ervaren dat alle kinderen ertoe doen en erbij horen door hun
‘eigen’aardigheden te waarderen en te benutten.
V
16. Een veilig pedagogisch klimaat kunnen creëren waar kinderen leren voor
zichzelf en elkaar te zorgen.
42
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Bijlage 4: Beschrijving van vier schoolprofielen
Bron: Sardes – Profileren en indiceren
1.
Speciale onderwijszorg op de netwerkschool
Veld
1.
Setting binnen de klas
Hoeveelheid aandacht en
tijd
Er is één paar handen in de klas.
De leerkracht zorgt zelf voor bijv.
pre-teaching, werken aan de
instructietafel, op tijdelijke basis
(bijv. een uur per week)
Setting binnen de school
Er is speciale begeleiding door de
RT’er en/of IB’er op tijdelijke basis.
(gedurende 7 dagdelen per week)
Er wordt gewerkt met de gegeven
groepsgrootte ( ca. 28 leerlingen)
2.
Onderwijsmaterialen
Er wordt waar nodig gebruik
gemaakt van niveaudifferentiatie
volgens de lesmethoden.
Er is aanvullend remediërend
materiaal voor de kernvakken,
behoren bij de gebruikte
lesmethoden.
Er zijn onderwijsmaterialen
beschikbaar die tegemoet komen
aan specifieke didactische
kenmerken en speciale
pedagogische/psychologische
kenmerken (bijv. beloningssysteem)
3.
Ruimtelijke omgeving
In de klas is er gelegenheid om éénop-één begeleiding te geven.
Er is op de gang ruimte waar één-opéén begeleiding of begeleiding van
een groepje leerlingen kan plaats
vinden.
4.
Expertise
De leerkracht heeft enige kennis
van en competenties op het gebied
van speciale onderwijsbehoeften
De rt’er en/of ib’er hebben kennis
van en competenties op het gebied
van de meest voorkomende speciale
onderwijsbehoeften.
5.
Samenwerking met andere
instanties
De leekracht onderhoudt contacten
met de ib’er om op de hoogte te
blijven.
Er is op basis van behoefte
samenwerking en afstemming met
professionals uit S(B)O en
zorginstellingen.
43
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
2. Speciale onderwijszorg op de smalle zorgschool
Veld
1.
Hoeveelheid aandacht en
tijd
Setting binnen de klas
Setting binnen de school
Er is één paar handen in de klas, de
lkr zorgt eventueel met extra
ondersteuning van oa/ou/mll voor
bijv. preteaching, extra leestijd, op
tijdelijke basis (enkele uren per
week).
Er is speciale begeleiding door RT’er
en/of IB’er op tijdelijke basis (een
dagdeel of dag per week). Er is
speciale onderwijszorg door AB’er
(gedurende enkele uren per week).
Er wordt grotendeels gewerkt met
de gegeven groepsgrootte (± 28
leerlingen). Voor korte perioden
kan de groep kleiner worden
gemaakt door inzet van oa/ou/mll.
De lk kan dan individuele
zorgleerling of groepje
zorgleerlingen helpen.
2.
Onderwijsmaterialen
Er wordt gebruik gemaakt van
niveau- en tempodifferentiatie in
de lesmethoden. Er is aanvullend
remediërend materiaal, behorend
bij de gebruikte lesmethoden.
Er zijn onderwijsmaterialen
beschikbaar die tegemoetkomen aan
specifieke didactische kenmerken
(bijv. pictogrammen) en speciale
pedagogische/psychologische
kenmerken.
Er wordt op projectbasis gewerkt aan
het pedagogisch klimaat.
3.
Ruimtelijke omgeving
Er is een aparte plek (bijv.
prikkelarm hoekje) waar één-opéén begeleiding of begeleiding van
een groepje leerlingen met speciale
onderwijsbehoeften kan
plaatsvinden.
Er is op de gang ruimte waar één-opéén begeleiding of begeleiding van
een groepje leerlingen met speciale
onderwijsbehoefen kan
plaatsvinden.
4.
Expertise
De lkr heeft enige kennis van en
competenties op het gebied van
speciale onderwijsbehoeften.
Enkele leerkrachten hebben zich
verdiept in de meest voorkomende
speciale onderwijsbehoeften en
aanpakken.
De RT’er en/of IB’er hebben kennis
van en competenties op het gebied
van speciale onderwijsbehoeften.
De lkr onderhoudt contacten met
de IB’er om op de hoogte te blijven.
Er is geregeld samenwerking en
afstemming met professionals uit
s(b)o en zorginstellingen.
5.
Samenwerking met andere
instanties
44
Het team heeft redelijke kennis van
en competenties op het gebied van
speciale onderwijsbehoeften.
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
3. Speciale onderwijszorg op de brede zorgschool
Veld
1.
Setting binnen de klas
Hoeveelheid aandacht en
tijd
Er zijn meer handen in de klas
mogelijke, door oa, voor
aanvullende begeleiding, op
tijdelijke basis (gedurende) enkele
dagdelen per week).
De groepen zijn kleiner.
2.
Onderwijsmaterialen
Setting binnen de school
Er is speciale begeleiding door RT’er
en/of IB’er, op semipermanente
basis (gedurende enkele dagen per
week).
Er is speciale ondersteuning door
AB’er (gedurende enkele dagdelen
per week).
Er wordt niveau- en
tempodifferentiatie toegepast
binnen de lesmethoden. Voor
leerlingen met speciale
onderwijsbehoeften zijn er ook
andere materialen en methoden
beschikbaar. Er is aanvullend
remediërend materiaal, behorend
bij de gebruikte lesmethoden. Er
wordt lesstof aangeboden vanuit
leerlijnen die zijn gebaseerd op de
kerndoelen.
Er is een orthotheek met
onderwijsmaterialen, die
tegemoetkomen aan specifieke
didactische kenmerken, speciale
pedagogische/psychologische
kenmerken en fysieke/lichamelijke
kenmerken.
Er wordt door de hele school
gewerkt met een speciaal
programma of methodiek voor de
sociaal-emotionele ontwikkeling .
3.
Ruimtelijke omgeving
Er zijn aparte plekken waar één-opéén begeleiding en begeleiding van
groepjes leerlingen met speciale
onderwijsbehoeften kan
plaatsvinden.
Er is en aparte ruimte voor andere
functies (bijvoorbeeld voor
verzorging of voor een time-out).
4.
Expertise
Meerdere lk hebben veel kennis en
competenties op het gebied van
wat leerlingen met speciale
onderwijsbehoeften nodig hebben.
Een groot deel van het team heeft
kennis van en competenties op het
gebied van de speciale
onderwijsbehoeften van leerlingen
Via collegiale consultatie en
intervisie blijven lk scherp.
5.
Samenwerking met andere
instanties
De IB’er, RT’er en lk werken
regelmatig samen met
professionals van externe
instanties .
Er is regelmatig samenwerking en
afstemming met professionals uit
s(b)o en zorginstellingen (bijv.
gezamenlijke bijdrage aan uitvoering
van het plan van aanpak).
Externe experts zijn op afroep
beschikbaar als daar behoefte aan is
(bijvoorbeeld faalangsttrainer).
45
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
4. Speciale onderwijszorg op de inclusieve school
Veld
1.
Hoeveelheid aandacht en
tijd
Setting binnen de klas
Setting binnen de school
Er zijn meerdere handen in de klas,
door lk/oa voor intensieve (één-opéén) begeleiding, op permanente
basis (gedurende de gehele week).
Er is speciale onderwijszorg door vlk,
RT’er en/of IB’er op permanente
basis (gedurende alle dagen).
Er wordt gewerkt in kleinere
groepen.
2.
3.
Onderwijsmaterialen
Ruimtelijke omgeving
Er is speciale onderwijszorg door
AB’er (gedurende enkele dagen per
week).
Leerlingen met speciale
onderwijsbehoeften volgen
(individuele) leerlijnen in de
kernvakken, gebaseerd op de
kerndoelen. Er zijn onderwijsmaterialen aanwezig met speciale
didactische kenmerken, speciale
pedagogische kenmerken en
fysieke/lichamelijke kenmerken,
tegemoetkomend aan
kindspecifieke behoeften (bijv.
verpleegmateriaal voor langdurig
zieke kinderen).
Er is een rijk geoutilleerde
orthotheek met
onderwijsmaterialen die
tegemoetkomen aan specifieke
didactische kenmerken, speciale
pedagogische/psychologische
kenmerken en fysieke/ lichamelijke
kenmerken.
De lokalen zijn aangepast voor
leerlingen met speciale
bewegingsbehoeften (bijv.
rolstoelgebruik). De lokalen zijn
ruim en er zijn deelruimtes voor
diverse activiteiten.
De binnen- en buitenruimte zijn
volledig aangepast voor leerlingen
met speciale behoeften (bijv.
rolstoelgebruik, time-out), voor
speciale verzorging (bijv. revalidatie,
fysiotherapie) en voor speciale
leerbehoeften (bijv. schooltuin).
Er wordt door de hele school
gewerkt met een speciaal
programma of methodiek voor de
sociaal-emotionele ontwikkeling
(preventief pedagogisch
schoolklimaat).
Er zijn meerdere aparte ruimtes met
een eigen functie (bijv. voor timeout).
4.
Expertise
De lk zijn experts op het gebied van
speciale onderwijsbehoeften. Zij
hebben daartoe scholings- en
certificeringstrajecten gevolgd (bijv.
akte so en master SEN). De lk laten
zich voortdurend bijscholen, m.b.v.
coaching en ‘training on the
spot’(video-interactie-begeleiding).
Via externe
audits/inspectiebezoeken blijven lk
scherp.
Het gehele team heeft kennis van en
competenties op het gebied van de
speciale onderwijsbehoeften van
leerlingen. Experts op het gebied van
de verschillende domeinen, zoals
gedrag, fysiek-medisch, thuissituatie,
leren en ontwikkelen, zijn direct
beschikbaar (bijv. logopedist,
schoolmaatschappelijk werker,
orthopedagogisch specialist,
kinderfysiotherapeut,
schoolpsycholoog).
Er is een ouderconsulent die
belangen behartigt van ouders en
hen wegwijs maakt in de ‘wereld die
zorg heet’ (bijv. bij aanvragen
lgf/pgb).
5.
Samenwerking met andere
instanties
46
De IB’er, RT’er en lkr werken
intensief samen met professionals
van externe instanties (hogescholen
en universiteiten), benutten nieuwe
Er is op structurele basis intensieve
samenwerking en afstemming met
s(b)o en andere zorginstellingen
voor alle leerlingen met speciale
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
wetenschappelijke inzichten en
evidence based
behandelingsmethoden (na
raadpleging databank Effectieve
jeugdinterventies).
Daarnaast wordt op een
verantwoorde wijze ook nieuwe
aanpakken uitgeprobeerd.
47
onderwijs- en opvoedingsbehoeften
(bv. gezamenlijke bijdrage aan
uitvoering van het plan van aanpak).
Externe experts zijn op afroep
beschikbaar (bv. speltherapeut,
faalangsttrainer, maar ook
wijkagent, wijkverpleegkundige/
schoolarts, leerplichtambtenaar). De
school biedt i.s.m. instellingen
aantrekkelijke
(opvoedings)cursussen aan voor
ouders.
Schoolondersteuningsprofiel De Regenboog Naaldwijk
Download