Het Joods Theater van Moskou(1919-1920)

advertisement
Marc Chagall
Quintus cultuurreis 21 maart 2015 Brussel
Voor deze retrospectieve tentoonstelling brengt het museum meer dan 200 werken van
Marc Chagall van over de hele wereld samen. De artistieke loopbaan van de schilder wordt
uitvoerig geïllustreerd aan de hand van zijn vroege schilderijen vanaf 1908 tot zijn laatste,
monumentale creaties uit de jaren ’80. De tentoonstelling behandelt de grote thema’s van
zijn oeuvre, met name zijn verbondenheid met de Joodse cultuur, de iconografie van het
Joodse dorp en de volkstradities, maar ook zijn kennismaking met de 17de-eeuwse literatuur –
met name die van La Fontaine –, de ontdekking van het licht en het bijzonder kleurgebruik.
Speciale aandacht gaat uit naar zijn Russische periode, waarin hij zich met zijn persoonlijke
stijl onderscheidt van de avant-garde met de kubistische revolutie.
De originele poëtische taal van Chagall dompelt de bezoeker onder in zijn verbluffende
artistieke wereld, getuige van verschillende culturen en tradities.
1
BIOGRAFIE
1887: Marc Chagall wordt op 7 juli geboren in een familie van Chassidische Joden te
Vitebsk, Wit-Rusland
1906-1910: Studies in het atelier van Yehuda Pen en vervolgens in Sint-Petersburg in het
atelier van Léon Bakst
1911: Reist naar Parijs, verblijft er in La Ruche
1914: Keert terug naar Vitebsk, waar hij langer verblijft dan gepland omwille van de oorlog
1915: Trouwt met Bella Rosenfeld
1916: Ida Chagall wordt geboren
1918-1920: Aangesteld als commissaris voor Schone Kunsten in de regio van Vitebsk
1920: Eerste opdrachten voor schetsen en kostuums. Overplaatsing naar Moskou, waar hij
werk produceert voor het Joodse Staatstheater
1922-1923: Verlaat Rusland voor Berlijn, waar hij Mein leben voltooit, zijn autobiografie
begonnen in 1915-16
1923-1930: Keert terug naar Parijs. Opdrachten: Dode Zielen van Gogol, de Fabels van La
Fontaine, de Bijbel
1937: Wordt een genaturaliseerde Franse staatsburger. Naziregime verklaart zijn werk
'ontaarde kunst'
1941: Vertrekt naar de Verenigde Staten
1944: Bella Chagall sterft
1948: Keert terug naar Frankrijk
1952: Trouwt met Valentina Brodsky (Vava)
1953-1960: Reeks van Message biblique muurschilderingen
1959: Ontwerpt gebrandschilderde ramen voor de kathedraal in Metz
1962: Inwijding van de twaalf ramen van de synagoge in het Hadassah Medisch Centrum te
Jeruzalem
1964: Inwijding van het versierde plafond van de Opéra Garnier in Parijs
2
1967-1977: Betrokken bij projecten met gebrandschilderd glas evenals wandkleden en
mozaïeken
1973: Musée National du Message Biblique Marc Chagall opent in Nice
1985: Sterft in Saint-Paul-de-Vence
AUTOBIOGRAFIE
“Ik zou niet willen dat iets wat ik niet gezegd of gedacht heb aan mij wordt
toegeschreven. Ik heb dan maar beslist om iets over mezelf te zeggen, in geval het
interessant zou blijken.”
Mein Leben (1921-1922)
Marc Chagall begon aan zijn autobiografie Mein Leben [Mijn leven] in Moskou in 1921 en
werkte haar af in Berlijn in 1922. Het project van de Berlijnse uitgever Paul Cassirer om een
door de auteur geïllustreerde uitgave te publiceren werd geannuleerd voor de publicatie van
een portfolio met twintig drogenaaldetsen en gravuretechnieken. Het oorspronkelijke idee om
tekst en illustraties samen te publiceren werd pas uitgevoerd in 1931, in een Franse uitgave,
vertaald door Bella Chagall.
Manuscript (’70)
“Ik zou niet willen dat iets wat ik niet gezegd of gedacht heb aan mij wordt toegeschreven. Ik
heb dan maar beslist om iets over mezelf te zeggen, in geval het interessant zou blijken.”: zo
verklaart Marc Chagall zijn wens om zich opnieuw aan autobiografische memoires te wagen
begin jaren 1970. Alexander Lovovich Obolensky heeft een getypte kopie van Chagalls
manuscripten gemaakt en die teksten werden voor het eerst vertaald en uitgegeven in de
catalogus van deze tentoonstelling. Deze reis van vijfenzestig bladzijden werd geschreven op
de golven van zijn herinneringen, waarbij het associatieve geheugen de overhand heeft over
het chronologische.
3
Eerste Russische werken en reis naar
Parijs(1908-1914)
Na zijn studieperiode in het atelier van Léon Bakst in
Sint-Petersburg verlaat de jonge schilder in zijn vroege
twintigerjaren Vitebsk voor Parijs. Daar ontdekt hij de
eigenheid van de avant-garde bewegingen en neemt hij
hun fundamentele kwaliteiten op om ze vervolgens te
bewerken met beelden uit de Russische en Joodse
volkstraditie.
Parijs(1910-1912)
In Parijs verblijft Chagall in La Ruche. Hij vervoegt er de cirkel
van avant-gardekunstenaars en intellectuelen, waaronder
Fernand Léger, Alexander Archipenko, Amedeo Modigliani en de
dichters Blaise Cendrars, Guillaume Apollinaire en Max Jacob.
Chagall, open voor moderniteit, gaat tijdens zijn contact met
het kubisme experimenteren met een wereld van nieuwe
vormen, zonder echter de expressionistische waarde van kleur
te verloochenen.
4
De terugkeer naar Rusland(1914-1921)
Marc Chagall keert terug naar Vitebsk om te huwen met Bella
Rosenfeld. Wegens het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog kon hij
echter niet terug naar Parijs. Zijn geboorteplaats, thuis en joodse
herkomst vormden de onderwerpen van zijn schilderijen,
geherinterpreteerd door zijn Parijse ervaring. Het overheersende beeld
bleef echter dat van Bella, vaak voorgesteld in zijn werken met
liefdesparen.
Het Joods Theater van Moskou(1919-1920)
Tijdens deze jaren concentreerde Chagall zich, zoals vele avantgarde artiesten, op de creatie van werken voor het Russische
theater, een ervaring die culmineerde in zijn veelbetekenende
ontmoeting met het Joodse Theater van Moskou. Hij creëerde
de sets en kostuums voor de toneelstukken van Sjolem
Aleichem alsook de zeven muurschilderingen voor het
theaterauditorium. Het ontwerp van het decor suggereerde een
acteerstijl die zich onderscheidde van de gangbare praktijk,
verschuivend van een zachte humor naar het genre van de farce en pantomime.
5
De nieuwe start in Frankrijk(1923-1931)
Op de vlucht voor de revolutie in zijn geboorteland keerde
Chagall, via Berlijn, terug naar Parijs. Daar ontdekte hij dat de
objecten en schilderijen die hij in 1914 had achtergelaten in zijn
atelier in La Ruche verdwenen waren. Deze periode in Frankrijk
hielp de kunstenaar het Franse landschap te herontdekken en te
portretteren in transparant licht en bestrooid met bloemen, dit
alles in een surrealistische woordenschat die hij heel vrij
gebruikte.
De Fabels van La Fontaine(1926)
De verzameling gouaches van de Fabels van La Fontaine, het
resultaat van een geslaagde ontmoeting met de grote uitgever
en kunsthandelaar Vollard, is een van de meest indrukwekkende
voorbeelden van Chagalls innoverende creativiteit tijdens deze
6
periode. Hij bereikte er het perfecte evenwicht tussen deze klassieker van de Franse literatuur
en de metaforen, in het bijzonder die gelinkt aan de Russische cultuur, die
de Fabels bevatten.
Oorlogsperiode(1931-1947)
Reeds aan het einde van de jaren 1920 voelde de kunstenaar
duidelijk de bedreigende wolk die over het Joodse volk hing.
Zijn kleuren werden donkerder, de schaduwen namen toe en
beeltenissen van de gekruisigde Christus en de Maagd Maria
verschenen in juxtapositie met beelden van Joodse mensen die
proberen te ontsnappen en een rabbijn die de Thorarollen
tracht te redden. De groeiende Nazibedreiging dwong Chagall
en zijn familie in 1940 te vluchten naar de Verenigde Staten.
Vier jaar later werd hij bovendien getroffen door een diepgaande rouw om de plotse dood
van zijn levenspartner Bella.
7
Een weergevonden vaderland(1948-1985)
Aan het einde van de oorlog keerde Chagall terug naar Europa.
Het Museum voor Moderne Kunst (MoMA) in New York en
andere belangrijke musea in Europa wijdden
solotentoonstellingen aan zijn werk, wat bijdroeg tot zijn
wereldfaam. Vanaf de vroege jaren 1950, toen hertrouwd met
Valentina Brodsky (Vava), stimuleerden zijn hernieuwde
creatieve vreugde en dynamisme hem nieuwe technieken en
materialen te zoeken. Na de reeks dramatische gebeurtenissen
gaf Chagall leven aan een dromerig universum gebouwd op hoop en het geloof in een
betere wereld.
Muziek en theater(1943-1966)
Doorheen de oorlog en zijn persoonlijk leed was kunst voor
Chagall de ultieme ontsnapping aan de wanhoop. Zijn
kennismaking met muziek en de opdrachten voor de
balletten Aleko van Rachmaninov en De Vuurvogel van
Stravinsky gaven hem de kans zijn levenslange passie voor
muziek en theater concreet tot uiting te laten komen. Na de
8
Tweede Wereldoorlog stelden monumentale opdrachten voor openbare werken, fresco’s,
mozaïeken en gebrandschilderde ramen, vooral die voor het plafond van de Opera Garnier in
Parijs en de Metropolitan Opera in New York, hem in staat nieuwe schilderijdimensies met
een grotere vrijheid te verkennen.
http://www.fine-arts-museum.be/nl
9
De werken reflecteren de uiteenlopende artistieke disciplines
tussen 1868, het jaar waarin de Société libre des Beaux-Arts
werd opgericht, en 1914.
Bekende beeldende kunstenaars zoals Constantin Meunier, James Ensor, Henri Evenepoel, Fernand
Khnopff, Léon Spilliaert of Georges Minne weerspiegelen de opwinding van deze periode, die ook tot
uiting kwam in alle andere creatieve gebieden: literatuur, opera, muziek, architectuur, fotografie of
poëzie (Maurice Maeterlinck, Emile Verhaeren, Octave Maus, Victor Horta, Henry Van de Velde,
Maurice Kufferath, Guillaume Lekeu,...). De Art
de reconstructie in 3D van zes Art nouveau gebouwen.
Nouveau-architectuur
wordt belicht
via
Het nieuwe museum ligt in het hart van Brussel, een van de artistieke hoofdsteden van de late
negentiende eeuw dankzij de tentoonstellingen van salons als Les XX en La Libre Esthetique tussen
1884
en
1914.
Het
museum onderscheidt
zich door
haar
multidisciplinaire
karakter,
via
samenwerkingen met de Koninklijke Bibliotheek, de Koninklijke Muntschouwburg, de Koninklijke
Musea voor Kunst en Geschiedenis, Cinematek, de Bibliotheca Wittockiana, de Koning
Boudewijnstichting en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met het depot van de collectie Gillion
Crowet, dat een van de hoogtepunten van het parcours vormt.
Onze voortreffelijke collectie oude kunst, getuige van een
rijkgevuld verleden, overspant de periode van de 15e tot de
18e eeuw.
De schilderkunst van de Zuidelijke Nederlanden vormt het zwaartepunt van deze collectie, die
meesterwerken bevat van Rogier van der Weyden, Petrus Christus, Dirk Bouts, Hans Memling,
Jheronimus Bosch en Gerard David. De 16e eeuw is op schitterende wijze vertegenwoordigd door
Pieter Bruegel de Oude, met topwerken zoals De val van de opstandige engelen of De volkstelling te
Bethlehem. Wat de Europese scholen van de 17e tot de 18e eeuw betreft, zijn Peter Paul Rubens,
Antoon van Dyck en Jacques Jordaens de sleutelfiguren van de Zuidelijke Nederlanden, terwijl Simon
Vouet, Philippe de Champaigne, Claude Lorrain, Jusepe de Ribera, Giovanni Battista Tiepolo, enz. de
Franse en Italiaanse schilderkunst vertegenwoordigen.
10
De verzameling moderne en hedendaagse kunst van de
Koninklijke Musea bestrijkt de periode vanaf het einde van de
18e eeuw tot vandaag.
De moord op Marat, het overbekende, dramatische doek van Jacques-Louis David, hangt in het
oudste gedeelte van het Museum (Zaal 55). Kleinere formaten uit de Belgische neoclassicistische
periode en werken gewijd aan de Belgische Omwenteling en de stichting van het land sieren de
wanden van twee belendende zalen.
Voor
de
verzameling
moderne
en
hedendaagse
kunst
staat
momenteel
een
groot
herinrichtingsprogramma op het getouw. Intussen krijgt het publiek de collectie te zien in de vorm van
tijdelijke tentoonstellingen in de Patio. Deze reeks presentaties, die bekendstaan als ‘De keuze van de
conservatoren’, brengen de werken voor het voetlicht in afwachting van hun definitieve verhuizing
naar het ‘PostmodernLab’ Museum in de voormalige magazijnen Vanderborght, op een steenworp van
de Grote Markt.
Onlangs verwierf het museum een installatie die in situ is opgesteld: (Often) moved about within the
context of a reason van Lawrence Weiner is een tot een immateriële tekst en strenge typografische
compositie gereduceerde sculptuur.
Wegens renovatiewerken is slechts een gedeelte van de collectie moderne kunst tentoongesteld. De
werken zijn te bezichtigen in de tentoonstellingen “De keuze van de conservatoren” en "Jean
Dypréau".
In het hart van Brussel bevindt zich een uitzonderlijke collectie
werken van de Belgische surrealist René Magritte: het Musée
Magritte Museum. Dit meer dan 200 werken tellende ensemble
is de rijkste Magritteverzameling ter wereld.
Dit multidisciplinaire museum telt zowel schilderijen (L’Empire des Lumières / Het rijk der lichten,
L’Homme du large / De man van de wijde zee, Le Domaine d’Arnheim /Het domein van Arnheim),
gouaches, tekeningen, sculpturen en geschilderde objecten als reclameaffiches, muziekpartituren,
oude foto’s en door Magritte zelf gedraaide films.
Tegen het einde van de jaren 1920 viel René Magritte, die deel uitmaakte van een groepje Brusselse
beeldenstormers, op door de ingrijpende manier waarop hij de traditionele beeldtaal op losse
schroeven zette. Hij werd al snel een van de hoofdrolspelers van het surrealisme in België en
daarbuiten.
11
Muziekinstrumentenmuseum , gelegen in het prachtige gebouw Art
Nouveau winkel Old England gebouwd in 1899. 1200 instrumenten uit de
hele wereld en op de top, een café op het terras: de stad biedt hen, in
Cinemascope.
muziekinstrumentenmuseum (mim)
Hofberg 2
B-1000 Brussel
€ 8 p.p. Volwassenen tussen 26 en 64 jaar
het museum
In een prachtig gerestaureerd complex midden in Brussel, dat bestaat uit een art nouveau gedeelte en
een classicistisch gedeelte, bewaart deze federale wetenschappelijke instelling 8000
muziekinstrumenten. De 1200 interessantste en meest sprekende exemplaren staan opgesteld in
4 tentoonstellingszalen, omkaderd door beeldmateriaal, tekstpanelen en een rijk gevulde sonorisatie.
Daarnaast heeft het mim ook een concertzaal, een ruimte voor workshops (enkel voor groepen op
reservatie), een museumwinkel, een bibliotheek en helemaal bovenaan een restaurant met terras,
waar het adembenemde uitzicht over de hoofdstad een uniek aroma verleent aan het menu. Geen
wonder dat het mim sinds de opening in 2000 een culturele trekpleister van eerste categorie
geworden is, met jaarlijks meer dan 250.000 bezoekers.
21/03/2015 - 10:00 - 16:00 (tot 22/03/2015) gratis live muziek:
Harpegio vzw is in handen van 2 harpistes die hun passie voor de
harp graag met andere mensen willen delen. Na de wedstrijd vorig
jaar, organiseert Harpegio dit jaar master classes met Isabelle
Moretti, die u als museumbezoeker vrij kan gaan beluisteren.
Meer info over het programma volgt later. Praktisch
prijs: museumticket
reserveren:
Deelname als harpist(e) aan de master classes kan enkel via de
website van Harpegio. Om de master classes of de concerten te
komen beluisteren hoeft u niet te reserveren.
opmerking: Organisatie Harpegio vzw & mim Meer info
op www.harpegio.eu
http://www.mim.be/nl
12
De BOZAR-ervaring
Creatie, kwaliteit en een rijk artistiek aanbod: daar staat het Paleis voor Schone Kunsten van in het
prille begin borg voor. Maar kunst staat niet op zich, zweeft niet in het ijle. Om kunst in te bedden in de
‘cultuur’ van een samenleving – zeker in een bont gekleurde wereldstad als Brussel – moet het contact
met het publiek haast organisch kunnen groeien. Het is als bij vrienden en geliefden: kunst en publiek
vinden elkaar, geraken in gesprek, en laten een onuitwisbare stempel na.
HTTP://WWW.BOZAR.BE/HOME.PHP?LNG=NL&BOZAR=HOME&
Paleis voor Schone Kunsten:
13
UITGELICHT:
FACES NOW
Europese portretfotografie sinds 1990
Sinds het ontstaan van de fotografie zijn portretten gemeengoed.
In de jaren negentig herontdekten fotografen het genre van de
portretkunst. Sinds de val van de Muur stellen ze zich vragen
over identiteit en de plaats van het individu in de
gedigitaliseerde en geglobaliseerde wereld. Wat vertellen het
gezicht, de pose, de kleding en de omgeving over de
geportretteerde? In FACES NOW zie je het werk dat 31
gerenommeerde fotografen in Europa maakten, onder meer van
Tina Barney, Anton Corbijn en Stephan Vanfleteren.
Hellen van Meene, Untitled, 1995, C-print, 29 x 29 cm, Courtesy
Gallery Koyanagi, Tokyo and Yancey Richardson Gallery, New York
14
De CENTRALE for contemporary art toont voor het eerst een tentoonstelling van een
belangrijke kunstenaar van de Brusselse kunstscène. Emilio LÓPEZ-MENCHERO, Brusselaar van
Spaanse afkomst, deed zich opmerken door zijn optredens in de hoofdstad (zoals Checkpoint
Charlie, Canal – 2010) en de emblematische stedelijke integratie Pasionaria, de megafoon in
de buurt van het Zuidstation – 2006. Al veelzijdig kunstenaar ontwikkelde hij een proteïsch
oeuvre (schilderen, video, fotografie, performance). Op ons voorstel, koos hij voor een dialoog
met Esther FERRER, internationaal bekend als pionier van de performance art. Naast hun
Spaanse afkomst verenigen hun benaderingswijzen zich door thema’s als identiteit en
lichamelijkheid. Een uitzonderlijke tentoonstelling van kunstenaars voor wie kunst politiek is,
een ruimte van vrijheid, tegen de dictaten in van wat dan ook.
Sint-Katelijneplein 44
1000 Brussels
http://www.centrale-art.be/nl/events/
15
GILBERT FASTENAEKENS - IN SILENCE
MUSEUM
De Botanique heeft het genoegen het parcours van een van onze grootste hedendaagse
fotografen in de schijnwerpers te plaatsen door middel van de eerste retrospectieve
tentoonstelling van zijn werk.
Sinds zijn reeks Nocturnes hem begin jaren ‘80 op de voorgrond van de kunstscène bracht, heeft
Gilbert Fastenaekens een tegelijk radicale en poëtische benadering van de fotografie ontwikkeld.
Met zijn eerste Nocturnes, een reeks stedelijke locaties die ’s nachts werden gefotografeerd, legde
Gilbert Fastenaekens de grondslag voor een esthetiek die ook vandaag nog sterk eigenzinnig
oogt. In zijn werk, dat het midden houdt tussen documentaire en artistieke fotografie,
combineert hij een bijzonder sobere vormtaal met een haast romantische gevoeligheid. Gilbert
Fastenaekens leunt nauw aan bij de pioniers van de topografische fotografie, waartoe Robert
Adams wordt gerekend, en ontwikkelt een diepgaand werk over de stad en meer in het algemeen
het grondgebied en zijn mutaties. Lees meer...
http://botanique.be/nl
16
meer musea :
http://visitbrussels.be/bitc/front/content/displayList/clt/BE_nl/group/MUSEUM.do?page=2#content_main
Brussel: hoofdstad van België én Europa.
De hoofdstad van België is vanwege de rol als bestuurlijk centrum van de Europese Unie
feitelijk ook de hoofdstad van Europa. Veel belangrijke beslissingen op Europees niveau
worden hier in Brussel genomen. De meer dan 1,1 miljoen inwoners tellende metropool is
dan ook een belangrijke diplomatenstad. Naast allerlei tijdelijk inwoners die hier vanwege
hun diplomatieke functie een aantal jaren verblijven is Brussel ook een stad met een hoog
aantal migranten. De meeste van deze nieuwe Brusselaars zijn afkomstig uit Franstalige
Afrikaanse landen en uit voormalig Belgisch Kongo. Op veel plekken in Brussel is het
multiculturele karakter dan ook overduidelijk aanwezig. De meeste bezoekers aan de stad
zullen vooral in het centrum terecht komen. De meeste bezienswaardigheden en hotels
bevinden zich binnen de binnenring van Brussel die om het centrum heen ligt. Deze
belangrijke verkeersader met meerbaanswegen begrenst voor de gemiddelde bezoeker wat
er tijdens een bezoek aan Brussel bekeken zal worden. Wie echter de moeite neemt om met
de tram, bus of auto een kijkje buiten het centrum te nemen die zal ontdekken dat binnen
de grote metropool een aantal prachtige wijken te vinden zijn waar een bijna dorps karakter
heerst.
Grote Markt
Zonder enige twijfel het mooiste plein van Brussel is de Grote Markt. Dit autovrije plein staat
vol monumentale panden zoals het statige Stadhuis van Brussel, het Broodhuis en een aantal
uitstekend geconserveerde gildenhuizen. Aan de Grote Markt (Grand-Place) vind je een ruim
aanbod aan restaurants en terrassen. Op het plein worden regelmatig evenementen
gehouden. Elke twee jaar wordt er met begonia’s een enorm bloementapijt aangebracht op
de Grote Markt. Het 1824 vierkante meter tellende bloementapijt blijft een paar dagen
liggen en is vanaf de Grote Markt gratis te bekijken. Voor bezoekers die een mooi uitzicht
willen hebben is er tijdelijk de mogelijkheid om vanuit het Stadhuis een panoramisch uitzicht
te krijgen. Voor de entree tot het Stadhuis moet een klein bedrag betaald worden. Het
bloementapijt wordt in de even jaren aangebracht, waarbij er in totaal slechts zo’n vier tot
vijf uur nodig is om het hele
kunstwerk te realiseren.
De Grote Markt van Brussel
staat in zijn geheel op de
Werelderfgoedlijst
van
Unesco. Dat betekent dat er
weinig ruimte is voor
aanpassingen in het uiterlijk,
zodat ook onze (achterachter)kleinkinderen als het
17
goed is van dit prachtige plein kunnen genieten zoals wij hem nu zien.
Manneken Pis
Met een lengte
van slechts 58
centimeter
is
Manneken Pis (le
Petit Julien) de
beroemdste
Brusselaar.
Het
openbare
fonteintje staat al
sinds het einde
van de veertiende
eeuw op de hoek
van de Eikstraat
en de Stoofstraat.
Het plassende mannetje is al regelmatig ontvoerd en zelf een keertje vernield. Op basis van
de brokstukken werd een mal gemaakt waarmee de huidige Manneken Pis gemaakt is. Op
feestdagen wordt Manneken Pis aangekleed met verschillende kostuums. Deze worden in
het Stedelijk Museum bewaard.
Winkelen in Brussel
Wie gaat winkelen in Brussel die
kan beter een paar stevige
schoenen aantrekken. Dat komt
omdat de leuke winkels en
winkelgebieden echt verspreid
over Brussel liggen. Als je je
puur op de grote winkels wilt
concentreren dan kun je het
beste terecht in dé winkelstraat
van Brussel: de Nieuwstraat.
Deze autovrije straat ligt aan de
noordkant van het centrum en
bevat vrijwel alle grote merken
op een lengte van ongeveer
zeshonderd meter. Een mooi
overdekte winkelgebied wordt
gevormd door de Koninklijke
Sint-Hubertusgalerijen in het
hart van de stad. Deze drie galerijen bieden een fraaie combinatie van winkels op het gebied
lekkernijen (vooral chocolade) en luxe producten. Wil je op jacht gaan naar kunst, antiek en brocante
dan zijn de wijken Zavel en Marollen de plekken waar je moet zijn. In de wijk Marollen vind je ook de
leukste vlooienmarkt van België: de vlooienmarkt van het Vossenplein. Deze wordt echt iedere dag
gehouden, dus ook op zondagen en alle feestdagen.
18
.
Zavel
Misschien wel de leukste wijk binnen
het centrum van Brussel is Zavel. In
Zavel vind je statige herenhuizen, de
Onze Lieve Vrouwe Ten Zavel kerk en
vooral veel kunstgaleries waar je
prachtige werken kunt kopen. Opvallend
is dat de terrasjes die je in Zavel vind
een duidelijk hipper publiek trekken van
de vele terrassen die je dichter in de
buurt van de Grote Markt vindt.
Grenzend aan Zavel ligt de Kunstberg,
waar een aantal belangrijke musea
verzameld zijn zoals de Koninklijke
Musea voor Schone Kunsten.
Neuhaus
De Zwitserse patissier Jean Neuhaus is naar alle
waarschijnlijkheid de uitvinder van de praline (in het
Nederlands vaak bonbon genoemd). De eerste praline
zou hij in het jaar 1912 in Brussel gemaakt hebben. Dat
was in zijn winkel in de Koninginnegalerij. Deze winkel is
hier nog steeds te vinden. Inmiddels is het merk
Neuhaus uitgegroeid tot een keten van meer dan 1500
winkels en verkooppunten, waarvan enkele tientallen in
Brussel. Als je van chocolade en vooral van pralines
houdt, dan is een bezoek aan een van de Neuhauswinkels een must als je in Brussel bent.
De Beenhouwersstraat
Het meest oude en historische deel in het centrum van de stad Brussel is te vinden in en rondom de
Beenhouwersstraat. Samen met de Korte Beenhouwersstraat en de Predikherenstraat zijn hier in de
smalle steegjes oude ornamenten, deuren en gebouwen te bespeuren. In deze omgeving zijn heel
veel gezellige restaurants te ontdekken met uiteenlopende kaarten.
www.steden.net/belgie/brussel/beenhouwersstraat/
St. Hubertusgalerijen
Het mooiste en chique overdekte winkelcentrum van Brussel is te vinden in de wijk Ilôt Sacré. Deze
Koninklijke Sint-Hubertusgalerijen bieden de meest luxe winkels met veelal goede speciaalzaken. Het
aanbod is in ieder geval heel divers. Er zijn boekhandels, juweliers, modezaken en kado shops. Het
prachtige complex met een ruime afmeting van zo’n 230 meter lengte is overdekt met veel glas wat
het zeker met slecht en nat weer zeer aantrekkelijk maakt.
www.galeries-saint-hubert.com
19
Download