Aanvankelijk rekenen: getal 6 Volgende stapjes kun je in deze les onderscheiden: Elke leerling staat recht, leerkracht duidt 2 leerlingen aan en zegt dan: ‘5 verdeel ik in 1 en … ‘ en dan moeten de 2 leerlingen om ter vlugst antwoorden (splitskampioen). Dan projecteert de leerkracht een werkblad met een tekening op het digitaal bord om zo getal 6 aan te brengen (6 duiven, 6 vlaggen, 6 ….). Dan mogen de leerlingen zoeken in de klas naar minstens 6 zelfde dingen (6 woordkaarten, 6 foto’s, 6 flesjes). Dan getal 6 aanbrengen op het bord: lln komt om 6 magneten aan bord te hangen. Dan getal 6 aan het digitaal bord: met verschillende kleuren: grote bollen en kleine bollen. Dan terug aan gewoon bord: één magneet meer dan 5 aan bord hangen. Dan getallenlijn aan digitaal bord tekenen: leerling komt aan bord: kleinste getal op de getallenlijn. Andere leerling: getal 2 meer dan nul enz. Dan tekent de leerkracht nog 3 getallenlijnen op bord met al enkele cijfers op, leerlingen komen naar voor om aan te vullen (ze moeten goed kijken aan welke kant de pijl staat). Dan per 2 oefening: op de rug van een leerling tikken tot max. 6, andere leerling zegt hoeveel het was. Dan eens afwisselen. Dan tikt leerkracht op het bord, daarna idem maar ogen dicht en luisteren naar het aantal. Dan mag een leerling zelf klappen, anderen luisteren en raden. Dan getalbeeld van 6 aan bord. Dan rekendoos uithalen . cijfer 6 + de schijfjes + de kaart leggen. Dan in rekenboek: mag per 2 (toont voor aan digitaal bord). Oefening per oefening verbeteren via digitaal bord. Binnen aanvankelijk rekenen zijn een aantal zaken belangrijk: Principe ‘Rekenen is handelen’: 6 magneten aan bord hangen, aan bord komen om de getallenlijn aan te vullen, op de rug tikken, klappen, rekendoos gebruiken… Het stappenplan ‘concreet – schematisch - abstract’ toepassen: Het concrete = de duiven, vlaggen, magneten + de voorwerpen die de leerlingen zelf aangeven (bvb. flesjes). Het schematische = het getalbeeld, de getallenlijn ook, de rekendoos (de rekendoos is in feite de overgang van concreet naar schematisch). Het abstracte: kinderen kunnen aan een hoeveelheid het getal 6 linken. In een volgende les (niet te zien op de video) wordt aan het abstracte meer aandacht besteed: kinderen zullen nog meer over het getal 6 ontdekken: splitsappartement, splistbeentjes… Naast de vakdidactiek wiskunde, vallen ook een aantal zaken op die belangrijk zijn in functie van begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen, in het bijzonder in een eerste leerjaar. Deze leerkracht bevestigt de leerlingen namelijk vaak; hiermee samenhangend motiveert hij de kinderen sterk: ‘Probeer dat stil te doen. Aan de gekruiste armen zal ik zien wie stil is. Dat is leuk dat er veel zijn die dat stil doen. Het zal waarschijnlijk bij velen juist zijn ook.’ ‘Flink dat jullie allemaal mooi zitten. ‘ ‘Jasmien zit flink hoor, dat valt op!’ ‘Ik ben benieuwd wie eerst zal gedaan hebben. Welke bank zitten de kinderen al flink met de armen gekruist omdat ze klaar zijn? ‘ ‘Ik zie al veel goede en juiste getallen’