Laagspanningsverdeelborden (max 630A) Gebruik Uitvoeren van laagspanningsborden voor binnenopstelling in de tertiaire of industriële sector met hoofdapparatuur tot 630 A. Overeenstemming met de normen Het geheel van laagspanningsborden beantwoordt aan de norm NBN EN61439-1/2 en heeft de hierin voorziene verificatieproeven en individuele proeven ondergaan. Ter vereenvoudiging wordt de omschrijving « geheel van laagspanningsapparatuur » in de onderstaande tekst vervangen door « LS-bord » (laagspanningsbord). Het LS-bord is uitgerust met apparaten die overeenstemmen met de norm NBN EN60947-1 tot 7. De beveiligingsapparaten beantwoorden aan de norm NBN EN60947-2. De organisatie die het LS-bord assembleert, met inbegrip van alle interne mechanische en elektrische verbindingen en hun constructie-elementen is de bordenbouwer. De organisatie die het LS-bord op zijn bestemming installeert en aansluit, met inbegrip van alle mechanische en elektrische verbindingen en hun constructie-elementen is de installateur. Constructieve karakteristieken Het bord bestaat uit wandkasten of staande kasten met een modulaire, samenbouwbare en evolutiegerichte structuur. Ze bestaan uit een rugwand die de basisplaten voor de apparatuur ondersteunt, en een volledig demonteerbare bekleding op alle zijden. Zijdelingse kokers van 300 mm maken het mogelijk aansluitings- of stroomverdeling tot stand te brengen of toegewezen zones voor aankomstapparatuur tot 630A te realiseren. Het moet mogelijk zijn al de gewenste configuraties tot stand te brengen door het samenbouwen van wandkasten of staande kasten, en dat met beschermingsgraad IP30, IP43 en IP55. Alle elementen van het geraamte en de bekleding zijn behandeld met epoxy-polyesterverf in de kleur RAL9001, en hebben een oppervlaktebehandeling ondergaan overeenkomstig de proeven van de norm IEC 60068-2-, met een minimale weerstand van 400 uur bij zoutnevelproeven. Indeling van het bord De aankomst en vertrekken (apparatuur) Dit gedeelte van het bord is ingedeeld in verticaal geordende functionele eenheden. Iedere functionele eenheid kan uitgerust worden een aan het apparaat toegewezen montageplaat. Deze montageplaten zijn elk afzonderlijk bevestigd, en dienen voor de installatie van een of meer apparaten tot 630 A en uitgerust met geleiders en markeringen om een snelle positionering van het apparaat toe te laten. Het apparaat en de grondplaat worden bevestigd met schroeven, zonder moeren. Vóór de apparatuur worden stelselmatig plaatstalen afdekplaten geïnstalleerd, die voor de gebruiker een volkomen veilige toegang bieden tot de bedieningsorganen. Al de afdekplaten zijn gemonteerd met behulp van onverliesbare 1/4-slagschroeven. De voorzijde van de kast bestaat uit een wegneembaar steunkader voor deze afdekplaten zodat toegang tot het bord mogelijk is zonder voorafgaande demontage van de afdekplaten. Het railstel / stroomverdeling: Voor stroomwaardes groter of gelijk aan 160A zal voor de stroomverdeling vanuit het aankomstapparaat een railstel gebruikt worden. Dit railstel is samengesteld uit geponste en getapte koperen latten van een zelfde sectie. Dit railstel zal, naargelang het model een nominale stroom tot maximaal 630A toelaten. Daarbij zal dit railstel over de gehele lengte, en ook ter hoogte van de aftakpunten, een bescherming tegen rechtstreekse aanraking IPXX-B verzekeren. De voeding van het verticale railstel vanuit het aankomstapparaat zal bij voorkeur gebeuren door een gestandaardiseerd en getest aansluitblok. De voeding van apparatuur van het modulaire type gebeurt door middel van verdeelsystemen die beveiligd zijn tegen rechtstreekse aanraking (IPxxB). Deze met veerklemmen uitgeruste verdeelsystemen maken een snelle onderlinge verwisseling van de apparaten mogelijk alsook een snelle herverdeling van de fasen. Hun nominale capaciteit mag maximum 200A bedragen. De rails ontvangen rechtstreeks al de toebehoren voor de geleiding van de bedrading. Aansluiting kabels De geleiders voor de vertrekken met een doorsnede die kleiner is dan of gelijk aan 10 mm² worden aangesloten op klemmen die zich in het apparatuurcompartiment of in de koker bevinden. Elektrische karakteristieken toegekende gebruiksspanning : 690 V, Ieff./s : 25 kA/1s, In max : 630 A, toegekende isolatiespanning : 1000 V, IP30 in basisversie, IP43 met dichtingen en IP55 in waterdichte versie. omgevingstemperatuur : 35° C. Certificatie van het bord Het laagspanningsbord wordt gemonteerd door een bordenbouwer die door de ontwerper en fabrikant van de apparatuur en installatiesystemen waaruit het bord bestaat gecertificeerd of gekwalificeerd is (met schriftelijk attest). Ieder laagspanningsbord wordt geleverd met een technisch dossier dat volgende documenten bevat : eendraadsschema, “as built”-plannen en -schema’s van het bord algemene technische gegevens materiaallijst, gebruikte nomenclatuur, handleidingen voor montage/afstelling en inbedrijfstelling kopieën van de berekeningsnota’s voor de afgeleide verificaties die eraan onderworpen zijn kopieën van de berekeningsnota’s voor de selectiviteit, filiatie verslag van de kwaliteitscontrole en individuele proeven verklaring waaruit blijkt dat het bord aan de norm NBN EN61439-1/2 voldoet verklaring van CE-markering installatie- en onderhoudsrichtlijnen Op een van de zijden van het bord wordt een afzonderlijk genummerde sticker aangebracht, waarop staat vermeld dat het laagspanningsbord aan de norm NBN EN61439-1 /2 voldoet, met een verwijzing naar de conformiteitsverklaring in het technisch dossier. Afhankelijk van de geldende wetgeving in het kader van de Europese richtlijnen moet het technisch dossier gedurende 10 jaar worden gearchiveerd door de bordenbouwer. De individuele proeven worden uitgevoerd op alle kolommen waaruit het laagspanningsbord bestaat, in voorkomend geval na de levering, en in het bijzijn van onze afgevaardigde (eindklant of studiebureel) De eindklant, of een door hem gevolmachtigd controleorganisme, kan een bijkomende inspectie uitvoeren op basis van een opleveringsprocedure, nadat het laagspanningsbord ter plaatse is