B&W-nr. 07.0756, d.d. 10 juli 2007 B&W-Aanbiedingsformulier Onderwerp Voortgangsrapportage Wmo invoering en 1e kwartaal 2007 BESLUITEN Behoudens advies van de commissie OWZ 1. Kennis te nemen van bijgaande “Voortgangsrapportage Wmo, invoering en 1e kwartaal 2007” . - Samenvatting (verschijnt in persbriefing) Er is een voortgangsrapportage gemaakt over invoering en uitvoering in de eerste maanden van 2007 van de Wmo in de Gemeente Leiden. Hierin wordt verslag gedaan van de invoering van het Servicepunt Zorg, de nieuwe taak Hulp bij het Huishouden en de andere verstrekkingen door de dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid. De uitvoering van Wmo is per 1 januari van dit jaar gestart onder de verantwoordelijkheid van de gemeente. De belangrijkste nieuwe taak voor de gemeente was de invulling van de informatiefunctie, via een zorgloket en de overkomst van hulp bij het huishouden vanuit de AWBZ. Ruim 2800 klanten met huishoudelijke hulp zijn, van de zorgkantoren, overgedragen aan de gemeente Leiden. Voor de klanten is de overdracht goed verlopen. De hulp is na 1 januari 2007 gecontinueerd en geen enkele klant is zonder hulp komen te zitten. Voor de gemeente heeft de overdracht van de klanten veel voeten in de aarde gehad. Aan een aantal knelpunten, met name op het gebied van automatisering en gegevensoverdracht, wordt nog gewerkt. Wmo in Leiden: zachte landing maar er is nog veel werk te verrichten! Samenvatting De uitvoering van Wmo is per 1 januari van dit jaar gestart onder de verantwoordelijkheid van de gemeente. De belangrijkste nieuwe taak voor de gemeente was de invulling van de informatiefunctie, via een zorgloket en de overkomst van hulp bij het huishouden vanuit de AWBZ. Ruim 2800 klanten met huishoudelijke hulp zijn, van de zorgkantoren, overgedragen aan de gemeente Leiden. Voor de klanten is de overdracht goed verlopen. De hulp is na 1 januari 2007 gecontinueerd en geen enkele klant is zonder hulp komen te zitten. We kunnen dan ook spreken van een zachte landing. Voor de gemeente heeft de overdracht van de klanten veel voeten in de aarde gehad. In deze voortgangsrapportage wordt verslag gedaan van de invoering van het Servicepunt Zorg, de nieuwe taak Hulp bij het Huishouden en de andere verstrekkingen door de dienst Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid. De Wmo in het kort De Wmo is per 1 januari 2007 ingevoerd en bundelt de volgende oude wetten: Welzijnswet Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg) Aantal subsidieregelingen uit de AWBZ (o.a. mantelondersteuning, diensten bij wonen met zorg) De Huishoudelijke Verzorging uit de AWBZ De Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) Met de invoering van de Wmo zet het Rijk verder in op decentralisatie van bevoegdheden. De gemeente is volgens de Wmo verantwoordelijk voor het ontwikkelen en uitvoeren van integraal beleid van maatschappelijke ondersteuning. De invoering van de Wmo in Leiden September 2005 heeft de gemeente Leiden besloten bij de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) onderscheid te maken tussen de korte en lange termijn. De korte termijn richtte zich op de operationele implementatie per 1 januari 2007 en dan met name de inrichting van het Servicepunt Zorg (front office) en de afdeling Wmo voorzieningen (back office). Deze activiteiten hadden nauw verband met de regionaal georganiseerde aanbesteding huishoudelijke hulp en het opstellen van een WMO-verordening en -besluit. De operationele implementatie van de korte termijn vond onder verantwoordelijkheid van de Directeur Sociale Zaken en Arbeidsmarktbeleid plaats. De lange termijn, zoals de beleidsontwikkeling en de subsidieregelingen, viel onder de verantwoordelijkheid van de Directeur Cultuur en Educatie. Uiteraard hebben beide diensten nauw samengewerkt om een optimale invoering van de Wmo te realiseren. Servicepunt Zorg Tot 1 januari 2007 was Zorgnet van stichting Radius het Leidse loket voor zorg & welzijn. Samen met de informatiefunctie van de voormalige Wvg-afdeling van Soza is Zorgnet opgegaan in het gemeentelijke Servicepunt Zorg. Het personeel van Zorgnet dat is overgekomen van Stichting Radius, is per 1 januari 2007 gedetacheerd bij de gemeente. Zodra er overeenstemming is over het sociaal plan, zullen zij in dienst komen bij de gemeente. Het Servicepunt is feitelijk al vanaf oktober 2006 van start gegaan. Vanaf die datum konden Leidse burgers met alle vragen over de Wmo terecht bij het Servicepunt Zorg. De burgers werden daarbij telefonisch te woord gestaan door mensen van Zorgnet. Andere informatie-activiteiten (zoals 55+markt) zijn samen met collega’s van de Wvg-afdeling gedaan. Het accent in de activiteiten van het Servicepunt Zorg heeft in de periode oktober 2006 – maart 2007 vooral gelegen in het informeren van burgers over de Wmo en de consequenties die de wet voor hun situatie heeft. Ook de stand van zaken rondom wijzigingen in verband met de jaarovergang (reguliere Wvg-taken) en het beantwoorden van vragen over (aanvragen) huishoudelijke hulp zijn veel voorkomende taken geweest van het Servicepunt. Door een uitgebreide voorlichtingscampagne via folders, lokale media e.d. zijn in de maand december de klanten geïnformeerd over de invoering van de Wmo. De uikomst van de aanbesteding leidde ertoe dat het overgrote deel van de klanten niet hoefde te veranderen van zorgaanbieder. Slechts een klein deel, zo’n 5% (circa 125 mensen), moest wel overstappen. Deze groep koos deels voor een andere zorgaanbieder via de gemeente (zorg in natura) en deels voor een PGB. In Leiden hebben zich geen problemen voor gedaan in de continuïteit van de hulpverlening aan mensen. Het Servicepunt heeft in het eerste kwartaal van 2007 ruim 4300 telefonische vragen beantwoord. Afdeling Wmo voorzieningen De afdeling Wmo voorzieningen is gevormd uit de voormalige afdeling Wvg van de dienst SOZA. Naast de Wvg voorzieningen is ook het verstrekken van huishoudelijke hulp onderdeel van de Wmo. De formatie is uitgebreid met capaciteit voor de nieuwe Wmo-taken: indicatiestelling huishoudelijke hulp; opleggen eigen bijdragen; zorg-in-natura huishoudelijke hulp (inclusief wijzigingen, beëindigingen, herindicaties bij bestaande klanten) persoonsgebonden budget voor huishoudelijke hulp en alle andere individuele voorzieningen. Voor de indicatiestelling heeft de gemeente in de eerste helft van 2007 twee mensen (samen 1 fte) van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) ingehuurd omwille van extra expertise en het overdragen van expertise aan medewerkers van de voormalige afdeling Wvg. Daarbij is het streven om: tot een integrale beoordeling te komen van aanvragen voor individuele voorzieningen van een burger op de diverse Wmo-gebieden. Daarom vindt er bij nieuwe cliënten vaak een huisbezoek plaats (uiteraard wel afhankelijk van de aanvraag en de situatie), om de gehele situatie in kaart te kunnen brengen. Cliënten ervaren dit over het algemeen als prettig; deze beoordeling zoveel mogelijk door dezelfde medewerker te laten doen. Dit vergt een verbreding van de expertise en ervaring van medewerkers; met het Servicepunt Zorg vanuit de optiek van de burger/cliënt tot een samenhangende dienstverlening te komen: direct en dichtbij de cliënt waar het kan, specifieker en uitgebreider waar dat nodig is. ICT en knelpunten Leiden heeft eind 2006 voor de uitvoering van de Wmo haar ICT programmatuur aangepast. Zowel de front office als de back office maken gebruik van hetzelfde systeem (t-care) zodat klantgegevens onderling gemakkelijk kunnen worden uitgewisseld. Bij de invoering van de Wmo deed zich al een aantal ICT-problemen voor. Zo bleek het Zorgkantoor, tot dan toe de verantwoordelijke voor de taak huishoudelijke hulp, niet in staat aan de gemeenten een adequaat en compleet bestand met klanten te kunnen leveren. Daarnaast was niet geregeld dat gemeenten gebruik konden maken van het zogenoemde AZR-uitwisselingssysteem, waarvan zorgaanbieders en het zorgkantoor gebruik maakten. Ook nu de invoering van de Wmo achter de rug is, blijft het uitwisselen van gegevens in de hele Wmo keten een knelpunt. Elke instantie heeft zijn eigen systeem en omdat deze systemen onderling nog niet kunnen communiceren, zorgt dit voor het veel extra werk voor alle betrokken partijen, met name voor de gemeenten. Het automatiseringsprobleem is ook op rijksniveau gesignaleerd en er is landelijk een coördinator aangesteld om de gegevensuitwisseling beter te laten verlopen. Indicatiestelling huishoudelijke hulp In de AWBZ was er sprake van twee typen huishoudelijke verzorging, namelijk HV1 (de zogenoemde Alpha-hulp) en HV2. Bij de invoering van de Wmo hebben Leiden en haar buurgemeenten in hun aanbesteding gekozen voor een onderscheid in vier categorieën van huishoudelijke hulp: categorie 1: op de woning gerichte huishoudelijke werkzaamheden; categorie 2: categorie 1 aangevuld met huishoudelijke werkzaamheden van verzorgende aard; categorie 3: categorie 2 aangevuld met activiteiten behorende bij de organisatie van het huishouden; categorie 4: categorie 2 aangevuld met activiteiten behorende bij een situatie van een ontregelde huishouding en eventueel tevens met activiteiten uit categorie 3. De indicatiestelling voor huishoudelijk hulp is dezelfde gebleven als voor 1-1-2007. De gemeente hanteert bij de indicatiestelling namelijk dezelfde protocollen als voorheen het Centrum Indicatiestelling Zorg. Bij de indicatiestelling wordt op basis van situatie en zelfredzaamheid van de klant, de te verrichten huishoudelijke taken en het benodigd opleidingsniveau van de hulpverlener bepaald welke soort/categorie hulp en hoeveel uur hulp van toepassing is. De thuiszorgorganisaties hebben op basis van eerder gestelde indicaties bestaande klanten verdeeld over de vier categorieën. Hierbij is het merendeel van de bestaande klanten in categorie (2 en) 3 ingedeeld. Nieuwe klanten worden door de gemeente (in samenwerking met CIZ) geïndiceerd. We zien dat het merendeel van de nieuwe klanten in categorie 1 en 2 wordt ingedeeld. Deze verschuiving van zwaardere/duurdere hulp naar goedkopere/lichte hulp doet zich in heel Nederland voor. Research van voor Beleid heeft hier, op verzoek van de staatssecretaris, onderzoek naar gedaan. Hieruit kwam naar voren dat er geen sprake is van grote verschuivingen in indicaties en de conclusie was dat er geen noemenswaardige verschillen zijn in de huidige indicatiepraktijk met die van vorig jaar. Wel is er sprake van een behoorlijke verschuiving bij de daadwerkelijke levering van huishoudelijke hulp. Een deel van deze verschuiving wordt veroorzaakt door het feit dat zorgaanbieders in het verleden onder de AWBZ zelf mochten bepalen of de klant ingedeeld werd in de goedkope HV1 of de duurdere HV2 en daar soms wat ruim mee om zijn gegaan. Het ministerie van VWS onderzoekt de diverse oorzaken van deze verschuiving. Ook lokaal kijkt de gemeente Leiden samen met de thuiszorgaanbieders naar de oorzaken en de gevolgen van de verschuiving. Uitvoerders Hulp bij het Huishouden De uitvoering van de huishoudelijke hulp is door de gemeente Leiden na een aanbesteding gegund aan vijf thuiszorgorganisaties: Aantal klanten 1764 620 Thuiszorg Groot Rijnland Libertas Meavita 88 Valent RDB 2 Amstelring - Amstelring heeft nog weinig aan de werving van klanten gedaan. We zijn in gesprek met deze organisatie wat zij gaan doen om klanten in Leiden te werven. Uitvoerder hulpmiddelen In 2006 heeft ook aanbesteding plaatsgevonden voor de leveringen het onderhoud van Wmo hulpmiddelen. Deze opdracht is gegund aan Welzorg. Dit bedrijf was ook de afgelopen jaren leverancier van hulpmiddelen in het kader van de Wvg. Begin van dit jaar heeft Welzorg haar serviceorganisatie gewijzigd, waarbij een landelijk servicenummer is ingevoerd en de servicemonteurs landelijk worden aangestuurd. De invoering van dit nieuwe systeem heeft geleid tot een aantal problemen en klachten over de service van Welzorg. De gemeente is met Welzorg in gesprek over te ondernemen (verbeter-)acties. Zorg in natura en persoonsgebonden budget Klanten die overgaan naar de Wmo en nieuwe klanten hebben de keuze voor de verstrekking in natura of de verstrekking van een persoonsgebonden budget (pgb). Bij de overgang zijn 365 klanten van huishoudelijke hulp overgekomen met een pgb. Van nieuwe klanten koos in het eerste kwartaal van 2007 5% voor een pgb bij hulp in het huishouden. In het tweede kwartaal zal er een stijging naar circa 8% te zien zijn. De verhouding zorg in natura versus PGB bij nieuwe WMO-klanten in eerste kwartaal 2007 is als volgt: Hulp in het huishouden Hulpmiddelen Woningaanpassingen In natura 322 95% 196 98% 100 91% Pgb 20 5% 4 2% 10 9% Samenwerking derden Het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) doet een deel van de indicatiestelling voor de Wmo. Zo indiceert CIZ de complexe aanvragen waarbij advies van een arts nodig is en de combinatie aanvragen Wmo/AWBZ. Medewerkers van het Servicepunt Zorg maken gebruik van de beslisboom van het CIZ om indicaties objectief te kunnen beoordelen. De samenwerking verloopt goed, al is er wel zorg over de toename van de doorlooptijd bij de combinatie aanvragen. De Sociale Verezkeringsbank (SVB) verzorgt in 2007 voor ongeveer 50 klanten de pgb administratie. De gegevens uitwisseling tussen gemeente en SVB verloopt goed. Het Centraal Administratie Kantoor bijzondere zorgkosten (CAK) verzorgt de vaststelling en de inning van de eigen bijdrage. Input van de gegevens komt voor een deel van de afdeling Wmo voorzieningen en een deel van de thuiszorg organisaties. Het Zorgkantoor verzorgt de persoonsgebonden budgetten voor klanten die vóór 1-1-2007 al een pgb hadden. De klanten zullen 1-1-2008 worden overgedragen naar de gemeente. Bezwaarschriften en klachten: Het aantal bezwaarschriften Wmo is in het eerste kwartaal opvallend laag, er zijn 4 bezwaarschriften binnengekomen. De klachten zijn eveneens binnen de perken gebleven; er zijn 3 klachten over de uitvoering van de Wmo gemeld. De verwachting is wel dat er meer bezwaarschriften komen op het moment dat de gemeente bestaande klanten gaat herindiceren en deze op een andere categorie uitkomen dan de huidige. Vóór 1 januari moeten alle 2800 klanten die zijn overgekomen een indicatie van de gemeente hebben gehad. Er wordt landelijk en in de regio aan een plan van aanpak gewerkt om dit zorgvuldig te laten verlopen. Kostenraming en uitgaven huishoudelijk hulp Op basis van de eerste indicatieve ramingen is de verwachting dat het Wmo-budget voor de huishoudelijke hulp (de nieuwe taak van de gemeente binnen de Wmo-voorzieningen) in 2007 toereikend zal zijn. Het beschikbare budget voor de huishoudelijke hulp bedraagt voor 2007 € 9.606.259,00.Totaal te verwachten uitgaven huishoudelijk hulp over 2007 bedragen op basis van de ramingen € 9.440.517,- (inclusief eigen bijdragen). Zie hiervoor bijgaande indicatieve kostenraming. Deze raming is gebaseerd op aantal aanvragen, aantal klanten en facturen van aanbieders over de eerste maanden van 2007, gecombineeerd met verwachte demografische groei, ervaringscijfers en cijfers van het CIZ. Het betreft hier nadrukkelijk een voorlopige indicatieve raming. De declaratiesystematiek van de WMO is namelijk zodanig dat de verstrekte voorzieningen over het eerste kwartaal 2007 nog niet volledig in de gemeentelijke administratie zijn verwerkt. Daardoor is het op dit moment nog niet mogelijk om een volledig compleet financieel beeld te geven van het eerste kwartaal. Bij de bestuursrapportage over het eerste half jaar van 2007 volgt een nadere cijfermatige en financiële rapportage. Indicatieve kostenraming WMO huishoudelijke hulp 2007 Op basis van cijfers 1e kwartaal 2007 Raming ontwikkeling klanten zorg in natura 31 maart 2007 Aantal klanten categorie 1: Aantal klanten categorie 2: Aantal klanten categorie 3: Aantal klanten categorie 4: raming stand 31 december 2007 49 396 1905 124 Totaal 530 565 1565 140 2474 2800* *Op basis van demografische groei in Leiden, landelijke CIZ cijfers en ervaringcijfers is een stijging te verwachten van het totaal aantal aanvragen met zo’n 12%. Kostenraming zorg in natura 31 maart 2007 Categorie 1 Categorie 2 Categorie 3 Categorie 4 Totaal raming stand 31 december 2007 25.314,00 394.676,00 1.429.714,00 117.953,00 1.095.217,00 2.252.443,00 4.698.167,00 532.690,00 1.967.657,00 8.578.517,00 (A) Kostenraming en ontwikkeling klanten PGB’s 31 maart 2007 PGB declaratie zorgkantoor Aantal klanten: 700.724,00* 365 PGB zelf uitgekeerd Aantal klanten 44.000,00 20 Totaal 744.724,00 raming stand 31 december 2007 730.000,00 365 132.000,00 80 862.000,00 (B) *voorschot voor het grootste deel 2007 declaratie voor heel jaar. Totaal te verwachten uitgaven aan huishoudelijke hulp 2007: € 9.440.517,00 (=A+B) Budget huishoudelijke hulp 2007 inclusief PGB’s € 9.606.259,00