Eerste ronde - Groep 1= Redoxbrug opstellen Opdracht: Afzonderlijk de reductie- en oxidatiereactie opschrijven via deelreacties op de redoxbrug, rekening houdend met de index bij het betrokken element in de formule van het materiedeeltje. Werkwijze: Volg het voorbeeld om af te leiden hoe je te werk gaat: - de reductie opsporen en de twee atomen met elkaar verbinden onderaan de vergelijking: Red - uit OG aangeven hoeveel elektronen er per atoom worden opgenomen (+3e-) - nagaan hoeveel atomen erbij betrokken zijn volgens de hoogste index in eerste of in tweede lid: 2 x (+3e-) - de oxidatie opsporen en de twee atomen met elkaar verbinden bovenaan de vergelijking: Ox - uit OG aangeven hoeveel elektronen er per atoom worden afgegeven (-2e-) - nagaan hoeveel atomen erbij betrokken zijn volgens de hoogste index in eerste of in tweede lid: 1 x (-2e-) Ox 1 x (-2e-) Cr2O72- + S1O32+VI –II +IV –II Red Cr3+ + SO42+III +VI -II 2 x (+3e-) Opgaven: Ox Cu 0 + 1 x (-2e-) NO31+V –II Cu2+ +II Red Ox I1-I + + NO +II -II 1 x (+3e-) 2 x (-1e-) MnO41+VII –II Red I2 0 + Mn2+ +II 1 x (+5e-) Begeleid zelfstandig leren in chemie – Redoxreacties: antwoordsleutels - M.J.Janssens 1 Eerste ronde - Groep 2 = Elektronenbalans in orde brengen Opdracht: Elektronenbalans EB in evenwicht brengen. Gebruik het kleinste gemeen veelvoud. Werkwijze: Volg het voorbeeld om af te leiden hoe je te werk gaat: Bekijk aandachtig het resultaat van de vorige stap: Ox 1 x (-2e-) Cr2O72- + SO32+VI –II +IV –II Red Cr3+ +III + SO42+VI -II 2 x (+3e-) - Bepaal het aantal elektronen afgestaan bij de oxidatie: 1 x (-2e-) = 2 e- Bepaal het aantal elektronen opgenomen bij de reductie: 2 x (+3e-) = 6 e- Het aantal opgenomen elektronen moet gelijk zijn aan het aantal afgegeven elektronen. Daarom nemen we het kleinste gemeen veelvoud van 2 en 6. Dit is 6. Om 6 elektronen uit te wisselen moet de oxidatie 3x gebeuren en de reductie 1x. We duiden dit aan op de redoxbrug. Ox 3 x 1 x (-2e-) Cr2O72- + SO32+VI –II +IV –II Red Cr3+ + SO42+III +VI -II 1 x 2 x (+3e-) - Verifieer of het aantal elektronen bij de oxidatie = het aantal elektronen bij de reductie 3 x 1 x (-2e-) = 1 x 2 x (+3e-) betekent telkens 6 elektronen - We brengen de gevonden waarden als voorgetallen bij de formule met de hoogste index in het eerste of in het tweede lid. Voor Cr is dit het eerste lid, voor S om het even. Voor de eenvoud nemen we dan hetzelfde lid als voor Cr. 1 Cr2O72- + 3 SO32- Cr3+ + 2 Cr3+ SO42- - We brengen nu ook het andere lid in orde maar enkel voor die atoomsoorten die geoxideerd of gereduceerd worden. 1 Cr2O72- + 3 SO32- + 3 SO42- Opgaven: Ox Cu 0 + 3 Cu 3 x 1 x (-2e-) NO31+V –II Red 2 NO31- + Ox I1- + -I Cu2+ +II 2 x 1 x (+3e-) 3 Cu2+ + 2 NO MnO41- Red 10 I NO +II -II 5 x 2 x (-1e-) +VII –II 1- + + 2 MnO4 I2 0 + Mn2+ +II 2 x 1 x (+5e-) 1- 5 I2 + 2 Mn2+ Begeleid zelfstandig leren in chemie – Redoxreacties: antwoordsleutels - M.J.Janssens 2 Eerste ronde - Groep 3 = Ladingsbalans in orde brengen Opdracht: Ladingsbalans LB in evenwicht brengen met H3O1+ of OH1- naargelang de reactie gebeurt in zuur, neutraal of basisch midden en in overeenkomst met de realiteit. Werkwijze: Volg het voorbeeld om af te leiden hoe je te werk gaat. De beschouwde reactie verloopt in zwavelzuur midden. 1 2 3 4 Bekijk aandachtig het resultaat van de vorige stap: Schrijf per deeltje de totale lading Bereken per lid het totaal aan ladingen Breng de ladingen in evenwicht door betekenisvol H3O1+ of OH1- toe te voegen. Hier voegen we 8 H3O1+ toe in het eerste lid omdat de reactie plaatsvindt in zuur midden. Links en rechts is het totaal aan ladingen nu even groot. 5 Vul de reactievergelijking aan. 1 Cr2O72- 2 2- + 3 2 Cr3+ 6- 6+ 8- 4 5 3 SO32- + 3 SO426- 0 + 8H3O1+ Cr2O72- + 3 SO32- + 8H3O1+ 2 Cr3+ + 3 SO42- Opgaven: In salpeterzuur midden: 3 Cu + 2 NO310 22- 3 Cu2+ + 2 NO 6+ 8 H3O1+ 3 Cu 2 NO31- + + 0 6+ 8 H3O1+ 3 Cu2+ + 2 NO In zwavelzuur midden: 10 I110- 10 I1- + 12- + 2 MnO412- 16 H3O1+ 2 MnO41- + 5 I2 0 + 4+ 16 H3O1+ 2 Mn2+ 4+ 5 I2 + Begeleid zelfstandig leren in chemie – Redoxreacties: antwoordsleutels - M.J.Janssens 2 Mn2+ 3 Eerste ronde - Groep 4 = Atomenbalans in orde brengen Opdracht: Atomenbalans AB in evenwicht brengen (wet van Lavoisier, massabehoud) met H 2O. Na deze stap bekom je de essentiële reactievergelijking ERV. Werkwijze: Volg het voorbeeld om af te leiden hoe je te werk gaat. 1 Bekijk aandachtig het resultaat van de vorige stap: 2 Schrijf per atoomsoort het aantal atomen voor en na de reactie 3 Bereken de tekorten aan O en aan H. Merk op dat het tekort aan aantal O steeds de helft is van het tekort aan aantal H. Hier 12xO en 24xH. 4 Voeg een equivalent aantal moleculen water toe om de atomen in balans te brengen: 12 H2O 5 Vul de reactievergelijking aan. Het resultaat is de essentiële reactievergelijking ERV. 1 Cr2O72- 2-3 Cr S + 3 SO32- 22 33 4 5 Cr2O72- + 3 SO32- + 8H3O1+ 2 Cr3+ O 24 12 + 12xO H 24 0 + 24xH + 8 H3O1+ + 3 SO42- +12 H2O 2 Cr3+ + 3 SO42- + 12 H2O Opgaven: 3 Cu + 2 NO31Cu 3 3 N22 3 Cu 10 I1- + 2 NO31- 8 H3O1+ 3 Cu2+ + 2 NO O 14 2 + 12xO H 24 0 + 24xH + 8 H3O1+ 3 Cu2+ + 2 NO + 12 H2O + + 2 MnO41- + 16 H3O1+ 5 I2 I 10 10 O 24 0 + 24xO Mn 2 2 H 48 0 + 48xH 1110 I + 2 MnO4 + 16 H3O1+ 5 I2 + 2 Mn2+ + 2 Mn2+ + 24 H2O Begeleid zelfstandig leren in chemie – Redoxreacties: antwoordsleutels - M.J.Janssens 4 Eerste ronde - Groep 5 = Stoffenreactievergelijking schrijven Opdracht: Indien gevraagd de stoffenreactievergelijking SRV (stoffen als moleculen) schrijven. Werkwijze: Volg het voorbeeld om af te leiden hoe je te werk gaat. De beschouwde reactie is de reactie tussen kaliumdichromaat (K2Cr2O7) en SO2 (geeft in waterige oplossing waterstofsulfiet) in zwavelzuur midden. 1 Bekijk aandachtig het resultaat van de vorige stap. 2 Schrijf de oxoniumionen H3O1+ als H2O + H1+ 3 Vul in het eerste lid de ontbrekende ionen aan. Raadpleeg hiervoor de formule van de uitgangsstoffen. 4 De stoffen toegevoegd in het eerste lid zijn ook aanwezig in het tweede lid want ze ondergingen geen chemische verandering. 5 Combineer de positieve en negatieve ionen in de juiste verhoudingen en conform de uitgangsstoffen en reactieproducten. 6 Vereenvoudig het aantal moleculen water. 1 Cr2O72- + 2 3 SO32- + 8 H3O1+ 8 H1+ + 8 H2O 1 SO42- 2 Cr3+ + + 2 K1+ 3 SO42- + 12 H2O 1 SO42- 3-4 + 2 K1+ 5-6 K2Cr2O7 + 3 H2SO3 + H2SO4 Cr2(S04)3 + K2SO4 + 4 H2O Opgaven: Cu-metaal en salpeterzuur: 3 Cu + 2 NO31- + 8 H3O1+ 8 H1+ + 8 H2O 6 NO313 Cu + 3 Cu2+ 8 HNO3 3 Cu(NO3)2 + 2 NO + 12 H2O 6 NO31+ 2 NO + 4 H2O Kaliumjodide en kaliumpermanganaat (KMnO4) in zwavelzuur: 10 I1- + 2 MnO41- + 16 H3O1+ 16 H1+ 10 K1+ 10 KI 2 K1+ + 2 KMnO4 5 I2 + 2 Mn2+ + 24 H2O + 16 H2O 8 SO428 H2SO4 12 K1+ 8 SO42- 5 I2 + 2 MnSO4 + 6 K2SO4 + 8 H2O Begeleid zelfstandig leren in chemie – Redoxreacties: antwoordsleutels - M.J.Janssens 5 Gezamenlijke opgave 1 Stel volgende redoxreactievergelijking op: kaliumjodide en kaliumpermanganaat (KMnO4) in basisch midden waarbij kaliumhypojodiet en het groene K2MnO4 worden gevormd. Redoxbrug Ox 1 x 1 x (-2e-) I1-I + MnO41+VII –II I01- + MnO42+I -II +VI -II Red 2 x 1 x (+1e-) EB 1 I1- LB 1- SRV 1 I01- I1I Mn 11 22 + 2 K1+ + + 2 MnO424- 5I01- + 2 MnO42- O 10 9 + 1xO H 2 0 + 2xH 2 MnO41- K1+ KI 2 MnO41- 2 13- + 2 OH1- + 2 MnO41- 2 OH1- AB = ERV I1- + 2 OH12 K1+ I01- 2 KMnO4 + 2 KOH + K1+ 2 MnO42- + H2O 4 K1+ KI0 + 2 K2MnO4 + H2O Gezamenlijke opgave 2 Stel volgende redoxreactievergelijking op: kaliumjodide en kaliumpermanganaat (KMnO4) in neutraal midden waarbij dijood, bruinsteen (MnO2) en een base worden gevormd. Redoxbrug Ox 3 x 2 x (-1e-) I1-I + MnO41- +VII –II I2 0 + MnO2 +IV -II Red 2 x 1 x (+3e-) EB 6 I1- LB 6- AB = ERV 6 I1SRV 6 K1+ 6 KI + 2 MnO412- 6 I1- 8+ I Mn 66 22 + 2 MnO41- 3 I2 + 2 MnO2 0 0 0 + 8 OH1 3 I2 + 2 MnO2 + O 8 12 H 08 2 MnO41- 4 H2O 2 K1+ 3 I2 + 2 KMnO4 + 4 H2O 3 I2 8 OH1- + 4xO in eerste lid + 8xH in eerste lid + 2 MnO2 + 8 OH18 K1+ + 2 MnO2 + Begeleid zelfstandig leren in chemie – Redoxreacties: antwoordsleutels - M.J.Janssens 8 KOH 6