speciale uitgave van de lichtenvoorde ...de jeugd heeft de toekomst! THEMA kinderen en jongeren met een licht verstandelijke beperking én bijkomende psychische en sociale problemen | specifieke professionele houding en hulp | investeren in jeugdigen | een opleidingsprogramma colofon Dit is een uitgave van De Lichtenvoorde van juni 2010. Teksten: Jacqueline Elferink, Adrie Kemper, Angelique Mostermans, Nancy Seesing en Victor Frankhuizen. Redactie: afdeling communicatie en informatie De Lichtenvoorde. Ontwerp: Weevers Walburg. Druk: Weevers Elna. Themaboekje [2 ] Voorwoord De overgrote meerderheid van de Nederlandse jeugd ontwikkelt zich prima en op een positieve wijze. Toch zijn er kinderen en jongeren1] die problemen hebben. Hierover bestaat veel bezorgdheid in de samenleving. 1]Kinderen en jongeren, ook samengevat onder de noemer jeugdigen, in de leeftijd van o tot 18 jaar met een mogelijke uitloop naar 23 jaar. 2] Onder jeugdigen met een lichte verstandelijke handicap werden in het verleden degenen met een IQ tussen de 50 - 69 verstaan (licht verstandelijk gehandicapt). Sinds 2005 is men in Nederland ook jeugdigen met een IQ tussen de 70 - 85 (zwakbegaafden) tot de licht verstandelijk gehandicaptenzorg gaan rekenen, mits er naast de licht verstandelijke beperking sprake is van beperkte sociale redzaamheid en andere bijkomende problematiek, zoals gedragsstoornissen en een langdurige behoefte aan ondersteuning. Ruwe schattingen geven aan dat er 2,2 miljoen zwakbegaafden zijn, van wie waarschijnlijk enkele honderdduizenden jongeren (300.000 tot ruim 600.000) met bijkomende problematiek. (Bron: Steeds meer verstandelijk gehandicapten? SCP, maart 2010; Kopzorgen, Algemene Rekenkamer, oktober 2007). [3 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! Kinderen en jongeren met meer dan één probleem zijn extra kwetsbaar. Er zijn in Nederland ongeveer 350.000 jeugdigen tussen de 0 en de 23 jaar met een ‘licht verstandelijke beperking en bijkomende psychische en sociale problemen’2]. Veel van deze jeugdigen hebben professionele hulp nodig. Maar doeltreffende behandeling is helaas vaak niet of onvoldoende beschikbaar, of komt te laat. Deze ontwikkeling vereist ook een specifieke professionele houding, kennis en vaardigheden van medewerkers, die deze niet of onvoldoende hebben kunnen verwerven. Daarom heeft De Lichtenvoorde met Avans+ een Leergang Jeugdzorg ontwikkeld. De Lichtenvoorde De Lichtenvoorde is een zorgaanbieder in OostGelderland die zich het verzorgen en begeleiden van mensen met een (licht verstandelijke, matige of ernstige verstandelijke en/of psychiatrische) beperking, als (volwaardige) burgers in de lokale samenleving ongeacht geslacht, leeftijd, etnische afkomst of levensovertuiging ten doel stelt. Avans+ Avans+ is gespecialiseerd in ontwikkeltrajecten voor individuen en organisaties. Daarbij maakt zij gebruik van interventies zoals opleidingen, trainingen, coaching en intervisie. Het is de filosofie van Avans+ om de ambitieniveaus van mens en organisatie op elkaar af te stemmen. Vanuit deze filosofie wordt mensen en organisaties de mogelijkheid geboden om zich gezamenlijk te ontwikkelen. Avans+ adviseert, begeleidt en evalueert individuele- en organisatie-ontwikkeltrajecten. Themaboekje [4 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! [5 ] Aanleiding Al een groot aantal jaren krijgt De Lichtenvoorde steeds meer te maken met de doelgroep ‘kinderen en jongeren, met een licht verstandelijke beperking en bijkomende psychische en sociale problemen’2]. Een vorm van (jeugd)zorg die we kunnen omschrijven als (gespecialiseerde) zorg aan ouders en aan kinderen of jongeren, gericht op de aanpak van ernstige opgroei- en opvoedproblemen. De ernst van de problematiek is vaak zodanig dat deze niet door algemene voorzieningen kan worden aangepakt. De jeugdzorg die wij bieden omvat vele vormen van zorg.3] Het kan gaan om zorg die thuis in het gezin wordt aangeboden, maar ook om zorg in de instelling. Het kan gaan om kortdurende hulp, maar ook om langdurige zorg, bijvoorbeeld in geval van een uithuisplaatsing van een kind of jongere. Vaak hebben met name jongeren geen aansluiting meer met de bestaande opvang. Veel jongeren voelen zich in de steek gelaten en hebben een gedrag ontwikkeld dat moeilijk verstaanbaar is en veel uithoudingsvermogen van de begeleider vraagt. Zij willen een medewerker die hen onvoorwaardelijk steunt en niet opnieuw verwijst naar andere hulpverleningsinstanties. Medewerkers zelf daarentegen kiezen vaak voor het werken met jeugdigen maar ervaren in de praktijk dat het vele malen moeilijker is zich staande te houden in deze complexe dienstverlening. 2] Deze jeugdigen zijn extra kwetsbaar om een aantal redenen. De eisen die de huidige maatschappij aan burgers stelt, maken het voor jeugdigen met deze problematiek niet eenvoudig zich hieraan aan te passen. Omdat een lichte verstandelijke handicap of psychische problemen niet aan de buitenkant te zien zijn, wordt vaak niet meteen duidelijk dat een jeugdige er mee kampt. Van hen wordt wel verwacht dat zij aan de gangbare vereisten en normen voldoen. Als dat niet lukt, geeft dat dikwijls aanleiding tot frustraties en conflicten. De problematiek verergert door ontwikkelingen in de samenleving. Het leven wordt complexer en steeds meer afhankelijk van technologische vernieuwingen, waarvan het gebruik een bepaalde mate van intelligentie, handigheid en routine vereist. Het wordt daardoor alsmaar moeilijker om mee te komen voor degenen die verstandelijk of geestelijk achterop lopen. Tegelijkertijd is er achteruitgang te zien van de sociale verbanden die van oudsher bijdroegen aan de opvang van jeugdigen die niet goed mee konden komen. In hechte netwerken zoals familie, buurt, kerk en verenigingen kon in het verleden vaak een plaatsje voor deze kinderen of jongeren gevonden worden. Hoewel deze informele opvang niet is verdwenen, is de dichtheid en spankracht ervan over het algemeen afgenomen. Daardoor is de druk van de zorg voor een kind met ernstige problemen veel meer alleen bij het eigen gezin komen te liggen. Het komt dan ook vaak voor dat ouders op den duur niet tegen deze druk bestand zijn en een beroep op professionele hulp moeten doen. Bron: zorg voor jeugdigen met een lichte verstandelijke handicap en/of psychi(atri)sche problemen) van de Algemene rekenkamer. www.rekenkamer.nl 3]Zie bijlage 2 voor een overzicht van de vele vormen van dienstverlening van De Lichtenvoorde. (Bron: Kopzorgen, Algemene Rekenkamer, Themaboekje oktober 2007). [6 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! [7 ] Themaboekje [8 ] Leergang Jeugdzorg Er verandert veel in onze samenleving. De complexiteit van gedragsproblemen en/of psychische of psychiatrische problemen van vooral kinderen en jongeren die voor langere tijd binnen De Lichtenvoorde worden opgenomen en begeleid, neemt toe. Deze ontwikkeling vereist een specifieke en professionele houding en kennis en vaardigheden van de medewerkers, die deze niet of onvoldoende hebben kunnen verwerven tijdens hun MBO en/of HBO opleiding. De oorzaak hiervan is dat veel medewerkers niet beschikken over het adequate kennisniveau. Een deel van de medewerkers heeft al jaren geleden deze opleidingen in oude stijl afgerond. Ondanks alle werkervaring zijn zij niet of onvoldoende toegerust om te kunnen voldoen aan de begeleidingscompetenties die de ‘nieuwe’ doelgroepen en de systemen waar zij mee te maken hebben vragen. De Lichtenvoorde wil investeren in een Leergang zodat medewerkers beter zijn toegerust om deze jeugdigen succesvol te begeleiden. Immers wie de jeugd heeft, heeft de toekomst! De Lichtenvoorde investeert in een opleidingsprogramma voor die medewerkers die een begeleidingstaak hebben binnen de doelgroep jeugdigen. Daarmee wil De Lichtenvoorde een kwalitatieve en structurele bijdrage leveren aan het ontwikkelen én versterken van de noodzakelijke specifieke competenties van medewerkers. En dat heeft ook een preventieve werking op incidenten omdat individuele medewerkers en het team beter zijn toegerust. Daar hebben de kinderen (gezin) en de jongeren zelf baat bij omdat zij beter worden begeleid en daardoor beter tot hun recht komen in de samenleving. De opleiding Leergang Jeugdzorg biedt dit en meer. Het aanbieden van een dergelijke opleiding aan medewerkers werkt motiverend en kan de uitstroom en het ziekteverzuim tegengaan. Ook krijgen we meer inzicht in het ‘werknemerschap’ binnen De Lichtenvoorde (procedures, protocollen, functies, rollen). Tenslotte is de Leergang een product waar andere zorginstellingen mogelijk interesse in hebben. [9 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! Een eigen Leergang Medewerkers krijgen handvatten Kern van deze Leergang is dat medewerkers handvatten krijgen om met deze kinderen en jongeren goed om te gaan en hen op de juiste wijze te begeleiden. Het is de bedoeling dat zij deze kinderen en jongeren onvoorwaardelijk kunnen ondersteunen en dat zij de problemen binnen de eigen groepen kunnen oplossen, zonder last te hebben van begeleidingsverlegenheid. Dit betekent heel concreet dat er naast kennis ook veel wordt gewerkt aan kunde. Naast veel basiskennis over methodisch werken, ontwikkelingspsychologie, gezinsproblematiek (huiselijk geweld, verwaarlozing), ziektebeelden, gedragsproblemen en effecten van traumatische ervaringen is er ook veel ruimte voor begeleidingsstijlen en technieken, samenwerking en afstemming. Ook is er veel aandacht voor gespreksvoering met cliënten en ouders, conflicthantering en het werken aan projecten en persoonlijke portfolio. Themaboekje [1 0 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! [1 1 ] Je handelde niet echt bewust! Nancy heeft Marlijn Doppen en Angeline Geerdink, deelnemers van de eerste Leergang Jeugdzorg wat vragen gesteld. Volgen je directe collega’s ook de Leergang Jeugdzorg? ‘Nee niet allemaal’ antwoorden ze allebei. ‘Wij zijn begonnen in de eerste Leergang. In totaal zijn vijf collega’s uit ons team bezig met de Leergang en later volgen er nog twee collega’s uit ons team die met de Leergang gaan starten.’ Welke moeilijke werksituaties kom je tegen? ‘We hebben te maken met verschuiving in de zorg. Voorheen begeleidden we kinderen met een verstandelijke beperking of zeer zware verstandelijke beperking. Nu begeleiden we kinderen met een lichte verstandelijke beperking met gedragsproblemen als ADHD, ASS of hechtingsstoornissen of die te maken hebben gehad met misbruik’, vertellen ze beiden. ‘Het omgaan met die stoornissen vraagt veel energie en deskundigheid.’ Hoe ging je daar voor de start van de training mee om? Angeline vertelt dat de Leergang eigenlijk parallel liep met de start van de nieuwe doelgroep. ‘In de begeleiding van kinderen met complex gedrag voelde je je onzeker in moeilijke situaties. Je handelde niet echt bewust. Dat gaf wel eens een gefrustreerd gevoel.’, aldus Marlijn. Angeline beaamt dat. Hoe ga je daar nu mee om? ‘Heel goed’, antwoorden Marlijn en Angeline. ‘Je voelt je zelfverzekerder, begrijpt waarom de kinderen op een bepaalde manier reageren, je hebt een beter bereik, het wordt leefbaarder. Het is een absolute meerwaarde! We zijn heel blij dat we deze Leergang volgen. Ondanks dat deze kinderen veel energie vragen, krijg je er veel voor terug.’ Themaboekje [1 2 ] Merk je verbetering na het volgen van deze training? ‘Je leert in de Leergang programma’s die je kunt gebruiken om zaken te bereiken.’ Marlijn vertelt dat ze een methode gemaakt heeft voor een dagplanning. Daarin wordt gewerkt met meer structuur en regelmaat. Dit werkt goed voor de kinderen en de begeleiders in het team. De methodiek heeft ze pas opgestart dus het vraagt nog even tijd van de kinderen om te wennen, maar als iedereen gewend is, dan levert het veel op. Er zijn kinderen die voor behandeling in aanmerking komen en naar de behandelgroep verhuizen, er zijn ook kinderen die hier blijven tot ze 18 zijn. In de Leergang komt communicatie met ouders en voogden nog als lesonderdeel aan de orde. Toch zijn Marlijn en Angeline zich al heel bewust van patronen van de kinderen en hun ouders en weten zij hoe zij daar op in kunnen spelen. Zijn er nog verbeterpunten? Inhoudelijk niet, ze zijn allebei tevreden. Kun je op een schaal van 1 op 10 een cijfer geven voor de Leergang? [1 3 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! Angeline: ‘een 7,5.’ Marlijn: ‘ja, ben ik het mee eens’. Zowel Angeline als Marlijn vinden het een mooi cijfer omdat ze de Leergang erg waarderen. Een kanttekening daarbij is dat er weinig tijd is om methodieken in te voeren en met je collega’s door te spreken. Alle tijd zit in de directe zorg aan de kinderen. Marlijn en Angeline zijn echt enthousiast en ervaren de Leergang als een verrijking waar ze veel van op hebben gestoken. Uitgangspunten van het onderwijsprogramma Het onderwijsconcept van de Leergang sluit aan bij de visie op opleiden van De Lichtenvoorde en geldt als blauwdruk voor het concrete onderwijsprogramma. Het onderwijsconcept gaat uit van praktijk gerelateerd onderwijs en biedt mogelijkheden voor verschillende didactische werkvormen, waaronder; hoorcollege, workshop, training, presentatie, projectonderwijs en coachingsgesprekken. In het onderwijsconcept worden toetsen, toetsvorm en toetscriteria bepaald. Persoonlijk ontwikkeladvies Voordat een medewerker gaat starten met deze Leergang krijgt hij eerst te maken met een P.O.A. Deze afkorting staat voor een Persoonlijk Ontwikkel Advies. De medewerker komt dan op het bedrijfsbureau van De Lichtenvoorde en maakt daar een Themaboekje [1 4 ] aantal testen. Deze testen laten de medewerker zien waar hij goed in is en waar hij zich in kan ontwikkelen. Het is dus een soort 0-meting; wie ben ik en waar sta ik nu. De uitslag van deze testen ontvangt de medewerker persoonlijk. De Lichtenvoorde krijgt alleen een uitslag op groepsniveau. Dit is belangrijk want de docent houdt hier rekening mee. Een voorbeeld: op basis van de groepsuitslag blijkt bijvoorbeeld dat het analytisch vermogen van de medewerkers in het algemeen laag scoort. Tijdens de lessen die volgen zal de docent hier rekening mee houden en aan dit onderdeel meer aandacht besteden om hiermee deze vaardigheid te vergroten. De individuele uitslag die de medewerker ontvangt dient hij te gebruiken bij zijn eigen ontwikkeltraject. Daarnaast krijgt de individuele medewerker ondersteuning van een coach die met de medewerker minimaal drie coachingsgesprekken heeft tijdens de duur van de Leergang. De ontwikkelingen van de individuele medewerker vinden hun weerslag in de portfolio die gevuld wordt tijdens het volgen van de Leergang. De medewerker vult zijn portfolio met verslagen, opdrachten, toetsen en aantekeningen van opgedane kennis en inzichten. Aan het eind van de Leergang volgt een toetsing van de portfolio door de docenten. Competenties Voor de Leergang Jeugdzorg hebben Avans+ en De Lichtenvoorde de volgende vereiste basiscompetenties (in eindtermen) op MBO/MBO+ niveau benoemd: A]Netwerkcontacten; het kunnen leggen en E]Werknemerschap; deelnemers kunnen zich- onderhouden van contacten met diverse externe samenwerkingspartners, waaronder ouders, verwijzers, voogden onderwijsinstellingen etc. zelf positioneren als werknemer binnen De Lichtenvoorde en daarmee tevens als ambassadeur van De Lichtenvoorde optreden in alle voorkomende contacten. B]Systeembenadering; het kunnen positioneren C]Methodisch agogisch handelen en begeleiden in relatie tot ziektebeelden, gedragsstoornissen en ontwikkelingsachterstanden; de deelnemers kunnen op methodische en systematische wijze, volgens een zorgplan/behandelplan cliënten taak en doelgericht begeleiden op een wijze die aansluit bij de genoemde ziektebeelden, stoornissen en ontwikkelingsachterstanden. F]Algemene communicatieve vaardigheden; het kunnen inzetten van adequate en bij de situatie passende gesprekstechnieken en presentatievaardigheden. G]Kennis van ziektebeelden, gedragsstoornissen en ontwikkelingsachterstanden. Deelnemers hebben kennis van en inzicht in de binnen de cliëntengroepen van De Lichtenvoorde voorkomende ziektebeelden, stoornissen en bijkomende gedragsproblematiek. D]Interne samenwerking en afstemming; deel- H]Hechting en hechtingsproblematiek. Het gaat nemers zijn in staat om functioneel en cliëntgericht samen te werken met teamleden en teammanagement. hierbij om het kunnen inzetten van specifieke begeleidingsaspecten ten behoeve van cliënten waarbij hechtingsproblematiek een rol speelt. [1 5 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! van de cliënt in zijn/haar omgevingscontext, waaronder de gezinssituatie. Coachingsgesprekken Tijdens de Leergang zijn de coachingsgesprekken die de medewerkers voeren een belangrijk onderdeel in de verbinding tussen theorie en de praktijk. De medewerkers maken aan het begin van de Leergang met behulp van hun Octogram, persoonlijke leervragen. Deze leervragen komen terug tijdens de lessen, in de intervisiebijeenkomsten en de coachingsgesprekken. Iedere medewerker moet tijdens de Leergang minimaal drie coachingsgesprekken voeren met één van de daarvoor toegeruste teammanagers Themaboekje [1 6 ] Iedere medewerker moet tijdens de Leergang minimaal drie coachingsgesprekken voeren met één van de daarvoor toegeruste teammanagers. Bij start van de Leergang wordt een medewerker gekoppeld aan een teammanager die niet de direct leidinggevende is. De medewerker is verantwoordelijk voor het plannen en maken van de afspraken en zorgt ervoor dat er een door een coach ondertekend verslag van de gesprekken in de persoonlijke portfolio komt. De globale opzet van de coachingsgesprekken is als volgt: Hoe ga je hier mee om in de praktijk? Aan het werk in de praktijk De medewerkers vinden het wel eens lastig de dilemma’s te vertalen en de eigen verantwoordelijkheid te formuleren. Het op methodische wijze uitdiepen en oplossen van een leer-praktijk vraag is voor velen moeilijk. De antwoorden liggen in de regel dichterbij dan men op dat moment denkt. Ook merken we dat er nogal eens beelden of verwachtingen zijn van collega’s of de organisatie. In de dagelijkse praktijk neemt men daar in regel te weinig tijd voor om stil te staan bij de effecten die dit op henzelf heeft. De reflectie helpt om tot nieuwe inzichten of tot herbevestiging te komen. Dan komt het uiteindelijk aan op de vraag, ‘wat besluit je er aan te gaan doen’ en ‘hoe’? De antwoorden hierop zijn nogal divers en sluiten vooral aan op de geformuleerde leervraag. Het is erg plezierig om te merken dat veel medewerkers in de regel met goede moed aan de door henzelf geformuleerde doelstelling aan het werk gaan. Enkele medewerkers lijken nog wat schroom te hebben om een start te maken met het coachingstraject. Koud water vrees, misschien. De praktijk helpt bij leren en de coachingsgesprekken zijn daar een hulpmiddel bij. Opleiding Na het doorlopen van het programma beheersen de medewerkers de basiskennis zoals die door De Lichtenvoorde is vastgesteld. Zij handelen professioneel en adequaat en maken hun eigen handelen bespreekbaar met collega’s. Ook laten zij zien dat ontwikkelingen op het gebied van hun zorgterrein worden bijgehouden. Dit gaat leiden tot adequatere en snellere resultaten in de begeleiding van deze doelgroep. Medewerkers voelen zich zekerder in de gekozen wijze van begeleiding en deze begeleiding is meer afgestemd op en met de behandeling die de jeugdigen krijgen aangereikt. Hierdoor wordt het werkklimaat ook verbeterd. [1 7 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! In het eerste gesprek vindt naast kennismaking vooral verdieping plaats van de leervraag. Waar loopt de medewerker tegenaan en welke ontwikkelingsmogelijkheden zijn er? En, hoe gaat de medewerker hier in de praktijk mee aan het werk? In de gesprekken die dan volgen gaan we nader in op de praktijksituatie. Welke acties zijn er ondernomen en hoe werkte dit? Waar ging het goed en waar liggen er nog verbeter- of ontwikkelpunten? Werken we naar het punt toe dat meetbaar is. Hoe en wanneer merken de medewerker en collega’s verandering in het functioneren? We maken het verschil tussen start en afronding van dit leertraject. Tot slot is de vraag aan de orde, wat de medewerker gaat doen om het geleerde en de opgedane ervaring vast te houden en blijvend in te zetten ten behoeve van zichzelf en de dienstverlening. In de gesprekken merken we dat het voor veel cursisten lastig is om de persoonlijke leervragen te formuleren. Het opleidingsbeleid bij De Lichtenvoorde De Lichtenvoorde vindt het belangrijk dat alle medewerkers een kans hebben zich te ontwikkelen en zodoende de kwaliteit van de organisatie als geheel te verbeteren. Als voorbeeld hiervan kan deze Leergang Jeugdzorg De Lichtenvoorde worden genoemd. Belangrijk vertrekpunt bij het opleidingsbeleid is het strategisch beleid. Strategie en Koers In ‘Strategie en Koers’ is verwoord wat De Lichtenvoorde wil zijn, namelijk: • Een organisatie die behoort tot de vijf best presterende zorginstellingen van Nederland. • Een zorginstelling waar mensen, die behoren tot de doelgroep en die zorg en ondersteuning behoeven, nooit tevergeefs een beroep op doen • Een organisatie met trotse en zelfbewuste medewerkers. De strategische doelen zijn: • Een geïntegreerd jeugd- en jongerenbeleid met behandelfaciliteiten voor de doelgroepen VG, LVG en GGZ. • Een eigen leven en een eigen plek voor volwassen mensen met een beperking (LVG, VG), waarbij elke beschikbare vorm van technologie wordt ingeschakeld voor maximale regie over het leven. • Een inclusieve, lokale samenleving waarbij een zinvolle wisselwerking bestaat tussen burgers met beperkingen en overige burgers. • Arbeidsomstandigheden voor medewerkers die hen zoveel als mogelijk vrijwaart van onwenselijke vormen van agressie en fysieke inspanningen, die ziekte of gebreken tot gevolg kunnen hebben. • Medewerkers die voor hun opdrachten adequaat zijn getraind en opgeleid. • Een geïntegreerd en toegankelijk (webbased) informatiesysteem voor het primaire proces en een geïntegreerd en toegankelijk financieel en management-informatiesysteem voor optimale sturing en control. Themaboekje [1 8 ] In het personeelsbeleid worden bovengenoemde doelstellingen gekoppeld aan personele instrumenten op de drie hoofdgebieden: instroom, behoud en doorstroom en uitstroom. Het opleidingsbeleid is één van die personeelsinstrumenten en daarom is er ook voor gekozen om aan de hand van genoemde doelstellingen de consequenties op het gebied van opleiden/ontwikkelen te gaan benoemen. Eén van de doelstellingen, een geïntegreerd jeugd- en jongerenbeleid met behandelfaciliteiten voor de doelgroepen VG, LVG en GGZ, heeft o.a. geleid tot de Leergang Jeugdzorg. [1 9 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! Personeelsbeleid Kengetallen Accreditatie Op basis van het aantal woongroepen waar kinderen en jongeren woonachtig binnen De Lichtenvoorde zijn, hebben we een voorlopige inschatting gemaakt van het mogelijk aantal medewerkers dat deze Leergang zou gaan volgen. We kwamen hierbij tot een honderdtal deelnemers. Iedere lesgroep bestaat uit maximaal 14 deelnemers, dit is de gemiddelde groepsgrootte in het kader van scholingstrajecten. Hierdoor hebben we te maken met zeven groepen deelnemers. Er starten nu jaarlijks twee groepen, één in het voorjaar en één groep in het najaar. De Leergang bestaat uit dertig lesdagen die worden gegeven in een termijn van ongeveer 18 maanden. Dit betekent dat de Leergang een aantal jaren zal worden aangeboden. Mensen die een beroep doen op een zorginstelling hebben behoefte aan zekerheid over de kwaliteit van de geleverde diensten. Immers, de verscheidenheid is tegenwoordig groot. Daarom kan een zorginstelling, een leverancier of een bedrijf zijn dienst objectief laten beoordelen door een certificatie- of inspectie-instelling. In de zorg- en dienstverlening is een grote verscheidenheid aan opleidingen, cursussen en trainingen. Deze worden aangeboden vanuit reguliere scholen en opleidingscentra, maar er zijn ook veel organisaties die zelf scholingstrajecten ontwikkelen of laten ontwikkelen. Tot op heden kennen we binnen ons werkgebied nog geen onafhankelijke toetsing ten aanzien van de kwaliteit van opleiden in relatie tot het werk. Cockpitgroep Tijdens deze jaren is er ook een, wat wij noemen ‘cockpitgroep’ aan het werk voor deze Leergang. In deze cockpitgroep zitten een aantal deskundigen vanuit de verschillende disciplines: een gedragsdeskundige, clustermanagers, een teammanager, opleidings-adviseurs vanuit Avans+ en de opleidingsfunctionaris van De Lichtenvoorde. Tevens is er een lid van de Ondernemingsraad die deelneemt aan deze groep. De belangrijkste taak van deze cockpitgroep is het evalueren, het volgen, toetsen, bijsturen van deze Leergang op inhoudsniveau maar ook wordt op ontwikkelingen die zich gedurende de looptijd van deze Leergang voordoen geanticipeerd. Gemiddeld vier keer per jaar komt deze groep mensen bij elkaar. Themaboekje [2 0 ] Pilot Een tiental organisaties binnen de gehandicaptenzorg nemen deel aan een pilot (op initiatief van de werkgeversvereniging VGN) ‘accreditatie’. Ook De Lichtenvoorde doet hieraan mee. Wij gaan er vanuit dat de Leergang Jeugdzorg één van de eerste scholingstrajecten binnen de gehandicaptenzorg wordt die een brancheerkenning krijgt. Dit komt de kwaliteit van zorg- en dienstverlening ten goede, het geeft de deelnemers een erkenning voor hun getoonde inzet en voor De Lichtenvoorde als organisatie is het ook een belangrijke erkenning voor de inspanning die zij levert in dit kader. Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! [2 1 ] E-learning Iedere groep medewerkers binnen de leergang krijgt te maken met een zogenoemde Virtual Community. Via een inlogcode krijgt men toegang tot een voor hen speciaal daarvoor ingericht ‘klaslokaal’ op de computer. In dit lokaal kan men al het lesmateriaal vinden; men kan via de computer communiceren met elkaar, elkaars verslagen, opdrachten of informatiemateriaal lezen. Ook kan men contact zoeken met de docent en de eigen cijferlijst bekijken. E-learning dus. We hebben hiervoor gekozen omdat dit een moderne manier van leren/ontwikkelen is. Medewerkers kunnen naast de reguliere lesuren verder werken aan hun studie wanneer zij dat willen, ze hebben de veiligheid van hun ‘eigen klas’ en weten elkaar snel te vinden. Meer weten? Als u meer wilt weten over de Leergang Jeugdzorg, neem dan contact op met De Lichtenvoorde. Bereikbaar via info@delichtenvoorde of per telefoon 0544-371130. Themaboekje [2 2 ] Bijlage 1 Opleidingsprogramma De Leergang Jeugdzorg is bedoeld voor medewerkers die werken met de doelgroep ‘jeugdigen met een licht verstandelijke beperking en bijkomende psychische en sociale problemen’. Globaal ziet de opleiding er als volgt uit: • Didactische werkvormen o Coaching/Supervisie (minimaal 3 maal) o Hoorcollege o Werkcollege o Training o Presentatie o Verwerkingsopdrachten o Persoonlijk portfolio Opbouw opleidingsprogramma De opleiding wordt opgebouwd aan de hand van thema’s, te weten: Thema 0: Ontwikkelen van persoonlijke portfolio van medewerkers. Thema 1: De ontwikkeling van kinderen en jongeren. Thema 2: De ontwikkelingsstoornissen. Thema 3: Hechting en hechtingsproblematiek. Thema 4: Agressie. Thema 5: Methodisch handelen. Thema 6: Sociale netwerken en –systemen. Thema 7: De traumatische gebeurtenis / verwaarlozing / mishandeling. Thema 8: Communicatieve vaardigheden. Thema 9: Werken bij De Lichtenvoorde. [2 3 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! • 0-meting Voorafgaand aan de startdatum van de opleiding zal bij alle deelnemers een 0-meting worden afgenomen teneinde het instroomniveau te bepalen. De reden hiervoor is dat het te doorlopen onderwijsprogramma recht kan doen aan het niveau van de deelnemers. • Deelnemers Deelnemersgroepen bestaan uit maximaal 14 personen, werkzaam bij De Lichtenvoorde. • Lesdagen De opleiding bestaat uit 30 lesdagen die als volgt zijn opgebouwd: o Voorbereiding lesdag: 6 uur (in de week voorafgaand aan de lesdag) o Uitvoering lesdag: effectief 6 uur, 1 maal per 3 weken o Verwerkingsopdrachten: (6 uur in de week aansluitend aan de lesdag) • Zelfstudie o Literatuurstudie o Huiswerkopdrachten o Persoonlijk portfolio Bijlage 2: Vormen van dienstverlening van De Lichtenvoorde Vroeghulp Logeren Vroeghulp (thuisondersteuning, early intervention) van De Lichtenvoorde wordt geboden aan ouders met kinderen en jongeren met een ontwikkelingsachterstand, een verstandelijke beperking, sociale en/of emotionele problemen, autisme en/of ADHD. Soms gaat het thuis niet goed met de opvoeding en ontstaan er problemen. Ouders kunnen dan terecht bij De Lichtenvoorde voor vroeghulp of thuisondersteuning. Onze deskundige medewerkers helpen bij het vergroten van de vaardigheden van de gezinsleden. Zij zijn geschoold in methodieken als Praktische Pedagogische Gezinsondersteuning (PPG) en Intensieve Orthopedagogische Gezinsbehandeling (IOG). Als deze ondersteuning niet voldoende is, is het goed te weten dat De Lichtenvoorde ook andere ondersteuning kan bieden, bijvoorbeeld op het gebied van logeren (waaronder vakantieopvang) of wonen. Wij willen graag dat kinderen met een beperking zo lang mogelijk in het eigen gezin opgroeien. Logeermogelijkheden kunnen ouders daarbij ondersteunen en het gezin even ontlasten. Ouders krijgen hierdoor wat tijd voor zichzelf, komen wat tot rust of kunnen aan de andere kinderen in het gezin wat meer aandacht schenken. De meeste kinderen vinden logeren ook leuk. Want ‘uit logeren gaan’ betekent: slapen in een vreemd bed, met andere kinderen in contact komen, maar ook andere regels volgen. Dat kan in één van onze logeerhuizen. Vakantieopvang Themaboekje Tijdens de regionale schoolvakanties wordt tegen een kleine vergoeding in onze logeerhuizen vakantieopvang geboden aan kinderen met een verstandelijke beperking die een school of dagverblijf bezoeken. Wij organiseren allerlei activiteiten die aansluiten bij de behoefte en belangstelling van de kinderen. [2 4 ] Logeren voor kinderen met een verstandelijke beperking In Lichtenvoorde en Ruurlo hebben wij logeerhuizen voor kinderen met een verstandelijke beperking. Beide logeerhuizen zijn kindvriendelijk ingericht. Zowel binnen als buiten zijn er voldoende spel- en speelmogelijkheden. Wij vinden het belangrijk dat de logé zich snel vertrouwd en veilig voelt. Er is altijd begeleiding aanwezig, ook tijdens de nacht. De logeerhuizen willen zoveel mogelijk voldoen aan de wensen van de ouders en hun kind(eren). Logeeropvang is mogelijk tijdens de weekenden, de woensdagmiddag en tijdens schoolvakanties. In Varsseveld staat ons logeerhuis voor maximaal zes kinderen of jongeren met een normale begaafdheid en autisme en/of ADHD. Ook dit logeerhuis heeft voldoende spel- en speelmogelijkheden. Het beschikt over een ruime, afgesloten tuin. Er zijn twee woonkamers en de kinderen of jongeren beschikken allemaal over een eigen (vaste) slaapkamer. Belangrijk is dat het kind of de jongere in staat is zich te handhaven in een (kleine) groep en deelneemt aan groepsactiviteiten. In het logeerhuis zijn altijd twee deskundige begeleiders aanwezig, ook tijdens de nacht is er begeleiding. We letten op een goede afstemming qua leeftijd, problematiek en structuur binnen de groep. Waar nodig wordt gebruik gemaakt van visuele middelen als een pictobord. Een goede communicatie tussen ouders en begeleiders zorgt voor duidelijkheid en veiligheid. Wonen voor kinderen met een verstandelijke beperking De Lichtenvoorde vindt het belangrijk dat kinderen met een beperking kunnen opgroeien in het eigen gezin. Om ouders daarbij te ondersteunen zijn er diverse mogelijkheden van ondersteuning in de thuissituatie tot logeren of vakantieopvang. Toch is dat niet altijd voldoende. Het kan gebeuren dat ouders de zorg voor hun kind(eren) uit handen moeten geven of dat er ernstige problemen zijn in de thuissituatie. Er kan dan een moment komen waarop wordt besloten het kind elders te laten wonen. Wij kunnen dan voor langere tijd voor het kind zorgen. Hiervoor beschikken wij over woonvor- men voor kinderen, met 24-uurs begeleiding. In een sfeer van veiligheid en geborgenheid krijgen de kinderen de aandacht, verzorging en begeleiding die ze nodig hebben. Waar mogelijk doen de kinderen mee aan activiteiten in de buurt. De kinderen doen mee aan sportactiviteiten, boodschappen doen of andere dagelijkse dingen die in een gezin worden gedaan. We spreken af op welke manier de ouder betrokken wil of kan zijn bij de opvoeding van het kind. Iedere woonvorm heeft zo zijn eigen karakter. Er zijn kinderwoonvormen in Groenlo, Gendringen, Lichtenvoorde, Neede en Winterswijk. Kortverblijfhuis en nood- en crisisopvang In Zeddam beschikt De Lichtenvoorde over een kortverblijfhuis (Het Noodtel). Hier verblijven kinderen en jongeren met hyperactiviteit en concentratieproblemen (ADHD), een autisme spectrum stoornis (ASS) of een verstandelijke beperking. Zij krijgen deze onmiddellijke opvang omdat ze (even) nergens anders terecht kunnen. In het kortverblijfhuis krijgt de jongere nieuwe mogelijkheden om de leefomstandigheden te verbeteren en zijn/ haar leven op orde te brengen. Daartoe behoren rust, structuur en veiligheid. Daarom is er 24-uurs begeleiding aanwezig. Ouders blijven indien mogelijk zoveel mogelijk betrokken. Verder zijn er intensieve contacten met de jeugdhulpverlening of met voogdijverenigingen. Het kortverblijfhuis heeft zowel een crisis- als een noodfunctie. Daarom is de organisatie ook 24 uur per dag telefonisch bereikbaar, ook in de weekenden. Wonen voor kinderen en jongeren met [2 5 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! Logeren voor kinderen en jongeren met normale begaafdheid en autisme Themaboekje [2 6 ] Gedragsproblematiek Kinderen en jongeren die vanwege de ernst van hun problematiek niet meer thuis kunnen wonen en aangewezen zijn op een 24-uurs voorziening, kunnen ook bij het orthopedagogisch behandelcentrum van De Lichtenvoorde terecht. Dit is een voorziening voor verblijf en behandeling van jongeren met een licht verstandelijke beperking en problemen in gedrag, emotie en sociale redzaamheid. Deze vorm van dienstverlening staat onder toezicht van het Bureau Zorgexpertise van De Lichtenvoorde. Op meerdere locaties in Oost-Gelderland hebben we behandelgroepen voor leeftijdscategorieën van 7 tot 13 en van 13 tot 18 jaar. Vanuit de behandelgroep volgen de kinderen en jongeren onderwijs. Vrijetijdsbesteding vindt plaats binnen de behandelgroep en/of bij clubs en verenigingen. De behandeling van kinderen en jongeren is gericht op het leren van vaardigheden en het vergroten van de mogelijkheden. De duur van de behandeling varieert van anderhalf tot drie jaar, afhankelijk van de ontwikkeling die iemand doormaakt. Ieder half jaar vindt er een zorg(behandel)planbespreking plaats. Mogelijke toekomstperspectieven zijn: terug naar huis, overplaatsing naar een woonvorm binnen De Lichtenvoorde, doorplaatsing naar een fasehuis of overplaatsing naar een andere instelling. geren naar school of hun werk. Thuis trainen ze om de dagelijkse bezigheden in het huishouden en het ritme van de dag onder de knie te krijgen. Daarnaast is er voldoende tijd en aandacht voor sport en ontspanning. Maximaal twee jaar lang kunnen de jongeren in het fasehuis aan hun leerdoelen werken. De betrokkenheid van ouder(s) en/of wettelijk vertegenwoordiger(s) vindt De Lichtenvoorde hierbij erg belangrijk. Na het fasehuis is zelfstandig (begeleid) wonen mogelijk of een eventuele doorplaatsing naar een voorziening binnen of buiten De Lichtenvoorde. Casemanagement Een relatief nieuwe werkvorm binnen De Lichtenvoorde is casemanagement. Dit is een intensieve ambulante hulpverlening die volledig afgestemd is op de individuele behoeften van jongeren met een lichte verstandelijke beperking. Het gaat hierbij niet alleen om het vinden van praktische oplossingen voor problemen, maar ook om een goede inschatting te maken van de complexiteit van de persoon en de bijpassende bejegening en coaching. Casemanagement wordt ingezet omdat de jongere maar ook de hulpverlener vaak het totaaloverzicht over de problematiek kwijt is. Het doel is een beter perspectief te bieden en zo een bijdrage te leveren aan een betere zorg, minder wachtlijsten, minder uitval en een betere toeleiding van jongeren. Een fasehuis biedt een overgang tussen het wonen in een leef/behandelgroep en zelfstandig wonen. In een fasehuis is 24-uurs begeleiding aanwezig en de jongeren leren er zelfstandig te functioneren. Ook leren zij er verantwoordelijkheid te nemen voor hun keuzes, zelf initiatief te nemen en praktische vaardigheden die hun zelfstandigheid vergroot. Overdag gaan de jon- 4] Het Bureau Zorgexpertise richt zich op het in kaart brengen van de ondersteuningsbehoeften van de cliënt, de pedagogische ondersteuning en advisering. In samenwerking met de cliënt, begeleiders en andere betrokkenen worden aanknopingspunten geformuleerd voor de aanpak in het dagelijkse leven. Daar waar een vraag is op het gebied van specifieke begeleiding worden de gedragskundige (GZ-psycholoog en orthopedagogen, van Bureau Zorgexpertise ingeschakeld. [2 7 ] Themaboekje ...de jeugd heeft de toekomst! Wonen in een fasehuis bezoekadres: Galileïstraat 26 7131 PE Lichtenvoorde postadres: Postbus 169 7130 AD Lichtenvoorde T (0544) 371130 T (0544) 377630 E [email protected] I www.delichtenvoorde.nl