Fictiedossier Leesverslag Poëzie INHOUD ALGEMEEN Naam : je eigen naam Datum leesverslag: je eigen naam Titel(s): Titel van het gedicht of de gedichten Auteur(s): Wie heeft het boek geschreven Uit welke bundel komt / komen gedicht(en): Vermeld de bron van het gedicht: uit welke bundel komt het, van welke website of wellicht een andere bron. Letterlijke tekst gedicht(en): Geef de letterlijke tekst weer op precies dezelfde manier als dat je het gedicht hebt gevonden. Dus neem ook witregels, regeleinden etc. over. Eventueel kun je ook (als dat een speciale rol speelt) het lettertype proberen te benaderen. EXTRA Gebeurtenissen of Met andere woorden: Geef in je eigen woorden aan waarover het gedicht gaat. Zeg wat beschreven wordt in je eigen woorden. wát wordt beschreven? Onderwerp / thematiek Geen in één, twee of drie woorden weer welk onderwerp de dichter heeft beschreven. Bijvoorbeeld: Dood, Verdriet, Verlies, Vreugde, Angst, Onbeantwoorde liefde, Vriendschap, Ziekte, religie, Haat, Moederschap, Vergeving, Schuld, Erotiek etc. Rijmschema Geef het rijmschema eerst letterlijk weer (bijv. a a b b c e c e) Geef aan of het overeenkomst heeft met een van de standaardrijmschema’s (bijv. slagrijm, gepaard rijm etc.) Het hoeft niet altijd zo te zijn dat er rijm is, schrijf dan niet a b c d e etc., maar meld dat er geen sprake van rijm is in het gedicht. Stijl Vermeld hier iets over taalgebruik: Is de taal heel dichterlijk/zweverig of juist echte spreektaal of jongerentaal. Worden er bepaalde stijlfiguren gebruikt? Is het beschreven alsd dialoog, beschrijft het gevoelens van iemand of wordt een ‘ding’ beschreven. Heeft het gedicht een bepaalde standaardvorm (limerick , Sonnet etc.) Beoordeling / mening: Zie ‘hulp bij het formuleren van eigen mening’-formulier op de schoolwebsite Informatie over auteur(s): Zoek informatie over de auteur (staat ook vaak in het boek zelf) en geef deze weer Fictiedossier – Leesverslag 1