QUO fadis QUO fadis GGD Fryslân Politie Fryslân Verslavingszorg Noord Nederland Man-vrouw verschillen bij genotmiddelengebruik feitenblad genotmiddelen Nummer 16 – maart 2013 Het Feitenblad genotmiddelen wordt uitgegeven door de leden van Quo Fadis. Quo Fadis is een samenwerkingsverband tussen GGD Fryslân, Politie Fryslân en Verslavingszorg Noord Nederland (VNN). Deze werkgroep heeft als taak de gegevens over genotmiddelengebruik in de provincie Fryslân bijeen te brengen en u op de hoogte te stellen van actuele ontwikkelingen hierin. De informatie in dit Feitenblad heeft betrekking op verschillen tussen mannen en vrouwen in (de effecten van) genotmiddelengebruik. Hiervoor zijn diverse informatiebronnen geraadpleegd (zie bronvermelding) en zijn registratiegegevens van Verslavingszorg Noord Nederland en politie Fryslân opgenomen. Seksespecifieke effecten van genotmiddelen Het verschil in effecten van genotmiddelen op mannen en vrouwen is voor een deel natuurlijk te verklaren uit het feit dat vrouwen organen hebben die mannen niet hebben en andersom. Daarnaast is er een andere specifieke factor die een rol speelt: verschil in samenstelling van het lichaam. Vrouwen hebben bijvoorbeeld minder spierweefsel en meer vetweefsel dan mannen. Ook hebben vrouwen een iets kleinere lever. Daarnaast is er een verschil in hormoonhuishouding. Dit verklaart een aantal verschillen in effecten tussen mannen en vrouwen. Tabak Roken is een risicofactor bij verschillende soorten kanker. Zo is het de belangrijkste risicofactor voor blaaskanker. Vier keer zoveel mannen als vrouwen krijgen blaaskanker, meestal na het zestigste jaar. Van elke tien mannen die sterven aan blaaskanker zijn er ongeveer vijf sterfgevallen te wijten aan roken. Van elke drie vrouwen die sterven aan blaaskanker is één sterfgeval te wijten aan roken. Daarnaast hebben rokende vrouwen meer kans op een hartaanval dan rokende mannen (bron: Tabaksgebruik Willemsen en KWF Kankerbestrijding). Alcohol Vrouwen hebben over het algemeen minder spierweefsel dan mannen. Dit zorgt er voor dat ze eerder een bepaald bloedalcoholgehalte hebben dan mannen. Een andere oorzaak van het verschil in de hoogte van het bloedalcoholgehalte tussen mannen en vrouwen, is de grootte van de lever. Die van mannen is wat groter dan die van vrouwen. De lever is het orgaan dat stoffen als alcohol afbreekt. Daarnaast verhoogt alcohol de kans op borstkanker bij vrouwen. Dit risico neemt al toe bij een glas per dag. De reden waarom alcohol borstkanker veroorzaakt is nog onduidelijk. Het vermoeden bestaat dat QUO fadis alcohol de hormoonhuishouding beïnvloedt en mogelijk bevordert alcohol de groei van de tumor. Het vaak en veel drinken van alcohol doet de kans op slokdarmkanker toenemen. Vanaf 4 glazen per dag voor vrouwen en 6 glazen per dag voor mannen neemt deze kans op slokdarmkanker toe. lijkt alsof de dalende trend bij jongens iets sneller gaat dan bij de meisjes. Figuur 1: drinken van meer dan 20 glazen alcohol per week door klas 3 vmbo in Friesland. Alcoholgebruik klas 3 vm bo Alcohol (20 gl. of meer p.w .) jongen Een opmerkelijke ontwikkeling is de stijging in opnames van meisjes op de Spoedeisende Hulp (SEH) in Nederland in verband met een alcoholvergiftiging. Bij de meisjes van 15-19 jaar is het aantal opnames met 101% gestegen. Bij de jongens is dit met 66% toegenomen. Het gaat om de periode 20002010 (bron: Stichting Consument en Veiligheid 2012. Drugs Wat drugs betreft zijn er verschillen tussen mannen en vrouwen in effecten en gevolgen. Uit onderzoek komt naar voren dat mannen die cannabis gebruiken meer risico lopen op een cannabisverslaving dan vrouwen. Vrouwen die regelmatig cannabis gebruiken, lopen echter weer meer kans op een depressie of zelfmoordgedachten. Uit cijfers blijkt dat bij vrouwelijke cocaïnegebruikers een sterkere relatie is te zien met zelfmoord dan bij mannelijke gebruikers. Bijkomende psychiatrische problemen zouden hierbij echter een rol spelen (bron Druglijn (België)). Verslaving Hersenen van mannen en vrouwen gaan anders om met verslaving. Uit onderzoek komt naar voren dat bij verslaafde vrouwen de hersengebieden voor verlangen en verslaving vooral werden geactiveerd door stress. De verslaafde mannen toonden juist meer hersenactiviteit bij situaties/tekens die zij in verband brengen met stoffen zoals cocaïne (bron: Yale School of Medicine). Alcohol en drugsgebruik onder meisjes en jongens in Friesland Wanneer we het gebruik van genotmiddelen in klas 3 vmbo vanaf 2008 bekijken zien we dat meer jongens dan meisjes veel alcohol drinken en hasj of wiet gebruiken (bron GGD Fryslân). Zowel bij de jongens als bij de meisjes is vanaf 2008 een dalende trend te zien in het gebruik (gestippelde lijnen). Het Alcohol (20 gl. of meer p.w .) meisje 16,0% 14,0% 12,0% 10,0% 8,0% 6,0% 4,0% 2008 2009 2010 2011 Figuur 2: bingedrinken door klas 3 vmbo in Friesland. Bingedrinken klas 3 vmbo Bingedrinken jongen Bingedrinken meisje Lineair (Bingedrinken meisje) 48,0% 44,0% 40,0% 36,0% 32,0% 28,0% 2008 2009 2010 2011 QUO fadis Figuur 3: hasj of wietgebruik door klas 3 vmbo in Friesland. Figuur 4: Rijden onder invloed van alcohol in absolute aantallen in Friesland. Hasj of w ietgebruik klas 3 vm bo Rijden onder invloed van alcohol (aantallen) Hasj of w iet jongen Hasj of w iet meisje Lineair (Hasj of w iet meisje) Mannen Vrouw en Totaal Lineair (Totaal) 9,0% 1800 1600 1400 1200 1000 800 600 400 200 0 8,0% 7,0% 6,0% 5,0% 4,0% 3,0% 2,0% 2008 2009 2010 2011 Rijden onder invloed Uit systemen van de politie komt naar voren dat mannen veel vaker verdachte zijn van rijden onder invloed dan vrouwen. Zowel bij alcohol als bij drugs of medicijnen is het aandeel vrouwen slechts een fractie van het totaal. De trend bij mannen lijkt licht dalende te zijn wat betreft rijden onder invloed van alcohol, wat betreft drugs en medicijnen is deze licht stijgend. Onder vrouwen verandert het beeld voor rijden onder invloed van alcohol nauwelijks gedurende de afgelopen jaren. Rijden onder invloed van drugs en medicijnen komt bij vrouwen al weinig voor, maar lijkt toch ook nog verder te dalen. 2008 2009 2010 2011 Figuur 5: Rijden onder invloed van drugs of medicijnen in absolute aantallen in Friesland. Rijden onder invloed van drugs/m edicijnen (aantallen) Mannen Vrouw en Totaal Lineair (Totaal) 40 35 30 25 20 15 10 5 0 2008 2009 2010 2011 Mannen en vrouwen in de verslavingszorg Onderstaande tabel laat zien hoe de manvrouw verdeling is in de verslavingszorg in Friesland wat betreft primaire problematiek, leeftijd en soort zorg. Van de cliënten in de Friese verslavingszorg is drie kwart van het mannelijke geslacht. Meer dan de helft van de vrouwen in zorg heeft als primaire problematiek alcohol. Dat is meer dan bij de mannen, die voor een iets groter deel harddrugs als primaire problematiek hebben. Het aandeel van vrouwen van 24 t/m 45 jaar in de verslavingszorg ligt iets lager dan dit aandeel mannen. In de groep 46 t/m 65 jaar is het aandeel vrouwen echter weer groter. QUO fadis 2011 m Aantal cliënten 2010 v m 2280 786 % ambulante zorg 100% 100% % klinische zorg 12% 12% Aantal uit zorg % regulier beëindigd Gemiddelde leeftijd % jonger dan 24 jaar 554 53% 39 215 58% 41 2271 2009 v m v 821 2012 740 99% 100% 100% 100% 12% 11% 12% 12% 636 55% 38 240 58% 41 596 48% 39 232 56% 41 16% 17% 16% 17% 14% 17% % 24 t/m 45 jaar 52% 42% 52% 43% 53% 45% % 46 t/m 65 jaar 30% 38% 30% 37% 31% 36% % ouder dan 65 % primair harddrugs 2% 4% 2% 3% 2% 3% 29% 23% 29% 22% 31% 25% % ghb 2% 3% 3% 3% 2% 2% % cannabis 17% 15% 16% 13% 14% 12% % alcohol 45% 50% 45% 51% 47% 53% % gokken % opleiding LBO of lager % met een baan (incl. ziektewet) 4% 2% 4% 2% 4% 2% 52% 43% 54% 48% 55% 49% 35% 31% 36% 29% 36% 31% Tabel 1: Inwoners van Friesland in VNN-zorg per jaar, onderverdeeld naar geslacht: leeftijd, primaire probleemmiddel, ambulant/ klinische zorg. Vrouwen maken relatief vaker dan mannen hun behandeling regulier af, respectievelijk 58% bij de vrouwen en 53% bij de mannen. Ruim de helft van de mannen heeft een LBOopleiding of lager tegenover 43% van de vrouwen. QUO fadis Conclusies • • • • • • • Informatiebronnen mannen en vrouwen verschillen wat betreft effecten en gevolgen van het gebruik van alcohol, tabak en drugs; het aantal meisjes op de SEH met een alcoholvergiftiging stijgt relatief sterker dan het aantal jongens; jongens (3 vmbo) drinken en gebruiken relatief vaker en meer dan meisjes, de trend is echter dalend en bij de jongens zelfs wat sterker; vrouwen vormen een fractie van alle gevallen van verdachten van het rijden onder invloed; driekwart van de cliënten die bij VNN worden behandeld is man; vrouwen in zorg hebben iets vaker primair alcoholproblematiek; mannen in zorg hebben daarentegen iets vaker harddrugs als primaire problematiek. - www.druglijn.be - GGD Fryslân, jeugdmonitorgegevens - www.KWFKankerbestrijding.nl - Politie Registratiegegevens - www.stap.nl - Stichting Consument en Veiligheid 2012 - Tabaksgebruik, gevolgen en bestrijding K.Knol, C. Hilvering, D.J. TH. Wagener,& M.C. Willemsen (redactie) - VNN Registratiegegevens - Yale School of Medicine Colofon Dit feitenblad is samengesteld door QUO fadis*: GGD Fryslân Verslavingszorg Noord Nederland Politie Fryslân Bert Soenveld 088 – 22 99 222 b.soenveld@ggdfryslân.nl Frank Brook 050 – 3 648 900 [email protected] Markwin Jetzes 088 – 22 99 222 m.jetzes@ggdfryslân.nl www.ggdfryslân.nl Marcel Seuninga 058 – 2 847 647 [email protected] www.vnn.nl Kees ten Cate 06 - 54351223 [email protected] www.politie.nl © Quo Fadis, Overname met bronvermelding toegestaan *Qua Uitvoering Onderzoeksmatig Fries Alcohol en Drugs Informatiesysteem.