Immanuelkerk - liturgiemodel

advertisement
Kerstpreek 2012 Immanuëlkerk
Broeder en zusters, jongens en meisjes,
Meermalen hebben we over licht gezongen:
Het licht van de Vader, licht van den beginne … .
Herders horen hemelkoren: licht uit licht is jou geboren.
En het gedicht bij bloemencompositie op tafel luidt:
Grenzeloos Licht,
uit de hemel op aarde,
woord van zo hoge,
kwetsbaar in een kind.
Breek ons open
doorbreek onze begrenzing:
maak ons ontvankelijk
voor uw Licht op aarde.
Laat ons hart
een stal zijn
laat uw Licht
ons bezielen.
Licht van ons leven
geschonken in een kind,
richt ons kijken,
leer ons zien.
De herders uit het verhaal van Lucas werden omstraald door licht. Johannes heeft het
ook over licht, maar zijn taal is diepzinniger. Het is een lied over het Woord van het
begin. In dat Woord was leven, en het leven was het licht voor de mensen. Het licht
schijnt in de duisternis en de duisternis kreeg het niet in haar macht.
Dat Woord van het begin, het spreken van God waardoor alles ontstond - in de bijbel
wordt dat sprekende woord vaak als een persoon bij God aangeduid, bijvoorbeeld als
de Wijsheid. Een afspiegeling van God zelf, uitvoerder van het werk van de schepping
en sindsdien soms ook verblijvend onder de mensen, in de joodse traditie de inwoning
van God genoemd. Voor de schrijvers van het Nieuwe Testament is het duidelijk over
wie dat gaat. In de brief aan de Hebreeën lezen we:
God, die op allerlei manieren tot onze voorouders heeft gesproken door de profeten,
heeft nu tot ons gesproken door zijn Zoon, zijn enige erfgenaam, door wie hij ook de
wereld heeft geschapen. In hem schittert Gods luister, hij is zijn evenbeeld, hij draagt
de schepping met zijn machtig woord. In Jezus komt de kracht, waarmee de wereld is
gemaakt, in menselijke gedaante op aarde. Dat gaat een stap verder dan het Oude
Testament, met Gods levende scheppingswoord als een wijsheidsfiguur. Nu is het een
concrete menselijke figuur, vlees en bloed geworden, voegt Johannes er nog aan toe.
Hier beneden op aarde, onder de engelen gesteld - en tegelijk hoger dan hen. Want,
zo vervolgt de brief aan de Hebreeën, tegen wie van de engelen heeft God gezegd:
‘Jij bent mijn zoon, ik heb je vandaag verwekt’? (Ps. 2:7) Of: ‘Ik zal een vader voor
hem zijn en hij voor mij een zoon’? (2 Sam. 7:14). Hier worden teksten uit Psalmen
en Profeten op Jezus toegepast, om uit te leggen: Jezus is meer dan een engel die
verschijnt en als zijn boodschap gedaan is weer verdwijnt. Jezus is blijvend, Hij is
Gods zoon en erfgenaam.
Daarom heeft de Bijbel in Gewone Taal het ook meteen maar over Gods Zoon, tegen
de achtergrond van de andere stemmen in het Nieuwe Testament, en niet over zoiets
mysterieus als het vleesgeworden Woord. Dat komt omdat de Bijbel in Gewone Taal
wordt ontwikkeld voor laaggeletterde mensen, die niet zoals hooggeletterde mensen
zo’n 10.000 woorden tot hun beschikking hebben, maar het met ruim 2.000 moeten
doen. Dat betekent voor die vertalers een enorme uitdaging: ook de diepere dingen
van de bijbel zeggen met die beperkte woordenschat, en in zinnen van hooguit 12
woorden. Alles kort en simpel, terwijl de boodschap lang niet altijd simpel is.
Daarom grijpen de vertalers naar de manier waarop andere geschriften het geheim
van Kerst uitdrukken: in het begin was Gods Zoon er al. Hij brengt hier het leven en
het licht, want dat deed hij al in het begin. Johannes’ kerstlied eindigt met zijn naam:
Jezus Christus, die Gods liefde en trouw hier kwam tonen. De evangelist verklapt dit
nadat hij Johannes de Doper heeft genoemd, die hem aankondigde als iemand die
belangrijk was dan hijzelf, die er al veel eerder was dan hij. Die is Gods enige zoon,
die komt bij de Vader vandaan. Geen mens heeft ooit God gezien, maar hij kent God
van dichtbij en heeft hier op aarde iets van God laten zien. En zo kennen wij God.
Maar als hij dat goddelijke op aarde heeft gebracht, onze menselijke gedaante heeft
aangenomen, als ons mensenbestaan waardig gekeurd is om zijn goddelijkheid op te
nemen, dan is er ook iets gebeurd met dat bestaan van ons. Onze menselijkheid is de
tempel geworden waar God wil komen wonen, de plek waar hij zijn licht laat schijnen.
Christus daalt naar ons neer, om ons op te tillen naar Hem.
De conclusie uit de brief aan de Hebreeën is: als Hij, Gods erfgenaam, één van ons
wordt, dan worden wij mede-erfgenaam met Hem. Zo zegt Paulus het ook letterlijk in
zijn brief aan de Romeinen: wij worden mede-erfgenamen met Hem, en al het goede
dat bij Hem hoort, zal God ons met Christus schenken.
Je kunt een diep ontzag voelen voor de macht en majesteit van God, als je om je
heen kijkt in de natuur, of omhoog kijkt naar een heldere sterrennacht. En als we nu
die grote macht en die hoge majesteit hier mogen ontdekken in een mensenkind –
dan zijn we bij het feest van Kerst vandaag.
Zo concreet wordt het Woord in ons mensenbestaan. Zo tastbaar wordt het licht in de
duisternis. Zo zichtbaar raken hemel en aarde elkaar – wat hier op de tafel ook wordt
uitgebeeld, alles met elkaar verbonden, kijkt u straks gerust nog eens. Ons menselijk
bestaan hier, heel het aardse leven is door de hemel aangeraakt en kan dus ook iets
van de hemel laten zien. Ook een aards beeld, zoals van de stal, drukt meer uit dan
alleen iets uit van toen en daar. Het zegt iets over hier en nu, over ons.
De afgelopen weken hebben we een extra couplet gezongen van het adventslied
‘Verwacht de komst des Heren, o mens, bereid u voor’. De woorden van dat couplet
zijn op Kerstmorgen heel toepasselijk:
O Jezus, maak mij arme
in deze heil’ge tijd
uit goedheid en erbarmen
zelf voor uw komst bereid.
Laat dit bestaan uw stal,
dit hart uw kribbe wezen,
opdat nu en na dezen
ik U lofzingen zal.
Kerst vieren gaat altijd over onszelf, vandaag.
We hebben gezongen: daar is ter wereld gebracht / liefde in ons stroomt. Wat toen op
aarde kwam, is de kracht, het licht en de liefde die nu in ons werkzaam zijn. Dat we
ons daarvoor ons openstellen, het in ons laten komen, het laten stromen. Dat het
licht zal groeien in ons, dat het vrucht zal dragen, vruchten van liefde en goedheid,
nu op dit Kerstfeest, en alle dagen die komen, tot in de eeuwen der eeuwen. Amen.
Download