Arrangementenkaart SO Arrange ment Niveau leerlijn Groep: O.A (Leeftijd: 4 t/m 7 jaar) Leerlijn: rekenen Concreet leerdoel Methode en materialen en organisatie 1 zeer intensief 1 Benoemt en telt kleine tastbare hoeveelheden (tot en met 2) Maakt een onderscheid tussen 2 voorwerpen of geen 2 voor-werpen Zegt samen met de leerkracht en andere kinderen de telrij op tot en met 3, bijv. in de context van een telliedje Met sprongen vooruit, de rekenboog, remelka, stam werkbladen, Vlot en computerprogramma’s 2 intensief 1 Benoemt en telt kleine tastbare hoeveelheden (tot en met 2) Maakt een onderscheid tussen 2 voorwerpen of geen 2 voor-werpen Zegt samen met de leerkracht en andere kinderen de telrij op tot en met 3, bijv. in de context van een telliedje Met sprongen vooruit, de rekenboog, remelka, stam werkbladen, Vlot en computerprogramma’s 2 Benoemt en telt kleine tastbare hoeveelheden (tot en met 5) Zegt de telrij op tot en met 5 Sorteert voorwerpen op basis van kenmerken, bijv. appels bij appels (los van de hoeveelheid) 2 Benoemt en telt kleine tastbare hoeveelheden (tot en met 5) Zegt de telrij op tot en met 5 Sorteert voorwerpen op basis van kenmerken, bijv. appels bij appels (los van de hoeveelheid) 3 Benoemt en telt tastbare hoeveelheden (tot en met 10) Zegt de telrij op tot en met 10 Ordent voorwerpen op basis van aantal (tot en met 5) Herkent en benoemt de getal-symbolen tot en met 5 3 basis Met sprongen vooruit, de rekenboog, remelka, stam werkbladen, Vlot en computerprogramma’s 4 Benoemt en telt tastbare hoeveelheden (tot en met 12) Vergelijkt twee verschillende hoeveelheden visueel, aan de hand van een gegeven structuur (bijv. dobbelsteenpatronen) en benoemt wat meer is Zegt de telrij op tot en met 12 Herkent en benoemt de getalsymbolen tot en met 10 4/5 extra 4 Benoemt en telt tastbare hoeveelheden (tot en met 12) Vergelijkt twee verschillende hoeveelheden visueel, aan de hand van een gegeven structuur (bijv. dobbelsteenpatronen) en benoemt wat meer is Zegt de telrij op tot en met 12 Kraaienest arrangementen mei 2013 Met sprongen vooruit, de rekenboog, remelka, stam werkbladen, Vlot en computerprogramma’s Toetsing (wanneer/hoe?) leertijd Herkent en benoemt de getalsymbolen tot en met 10 5 6 Benoemt en herkent getalbeelden tot en met 10 (vingers, eierdozen) Brengt structuur aan om hoeveel-heden te vergelijken zonder te tellen, o.a. door voorwerpen in twee rijen te leggen Zegt de telrij op tot en met 20 Kent de positie van de getallen tot en met 10 ten opzichte van elkaar Legt getallen tot en met 20 in de juiste volgorde Zegt de telrij verder op vanaf een willekeurig getal in getallen-gebied tot en met 20 Koppelt getalsymbolen tot en met 20 aan hoeveelheden en andersom Leest hele uren af Kraaienest arrangementen mei 2013