Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR De groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment 2007-2009. Inleiding In dit document wordt weergegeven wat de achterliggende ideeën zijn van de groene leerlijn van het havo examenexperiment. Deze beschrijving is een ideaalbeeld waar langzamerhand naar toe gewerkt gaat worden. Uitgangspunten Binnen de groene leerlijn van de havo spelen een aantal uitgangspunten een rol. Deze uitgangspunten komen enerzijds voort uit de behoefte onze complexe maatschappij te doorgronden en oplossingen te zoeken voor chemisch-technologische, chemischwetenschappelijke en -maatschappelijke vraagstellingen, en anderzijds de noodzaak leerlingen te leren zélf en zelfstandig de genoemde vraagstellingen aan te pakken en daarmee het nemen van hun eigen maatschappelijke verantwoordelijkheid te stimuleren en te ontwikkelen. Inhoudelijk Door het gebruik van uitdagende, gevarieerde, complexe en voor hen betekenisvolle contexten leren leerlingen uitgaande van macro-meso-micro mechanismen (en vice versa) te redeneren in structuur-eigenschappen relaties. Daarnaast leren zij te redeneren in de vorm van duurzame kringlopen en leren zij verschijnselen binnen levende organismen te beschrijven in termen van transport van (chemische) stoffen. Bij dit chemisch redeneren gaat het er om dat leerlingen inzicht krijgen in de complexe samenhang tussen de wetenschap, technologie en de maatschappij, en zélf een weg vinden in de veelheid aan kennis en informatie. De begripsvorming van leerlingen vindt daarbij plaats vanuit relevante technologische en maatschappelijke vraagstukken en de reflectie daarop wat betreft bruikbaarheid en validiteit. Didactisch Leerlingen blijken efficiënter, sneller, diepgaander en gemotiveerder te leren als zij in de rol van een toekomstige chemicus (onderzoeker, ontwerper, controleur, analyticus e.d.) of in de rol van burger (ouder, recreant, werkgever/werknemer e.d.) voor hen relevante vraagstellingen zelfstandig gaan onderzoeken. Daarbij geldt dat leerlingen opgeleid moeten worden om dat te kunnen. Dit betekent een geleidelijke training en oefening van het zelfstandig en zelfverantwoordelijk uitvoeren van allerlei leeractiviteiten. Leerlingen gaan daarbij (vaak samen) iets uitzoeken, iets oplossen, iets ontwikkelen, iets maken, etc. Deze activerende didactiek houdt ook in dat leerlingen met elkaar overleggen, discussiëren (o.l.v. een docent) startend vanuit de voorkennis en dan min of meer geleid worden naar de uiteindelijke doelen. Dus voortbouwen op datgene dat al aanwezig is en dan door naar de lastige scheikundige begrippen. De rol van de docent daarbij varieert sterk van model via activator en begeleider tot monitor en beoordelaar. Nieuwe methodieken die bovenstaande didactische uitgangspunten in zich dragen zijn onder andere verhalend Ontwerpen, Probleemgestuurde Aanpak, Samenwerkend leren, het Adviesbureau. Pedagogisch De maatschappij verandert snel en leerlingen krijgen buiten school op jonge leeftijd steeds meer verantwoordelijkheden onder andere in bijbaantjes. In het huidige onderwijs is er nog steeds een zeer hiërarchische verhouding tussen docent-leerling en leerstof-leerling. Deze discrepantie wordt door leerlingen als een handicap ervaren om ‘school’ als interessant te zien en dit effect wordt nog versterkt door het feit dat de huidige leerlingen in de moderne communicatieve maatschappij de docenten over het algemeen veruit de baas zijn op het gebied van (het gebruik van) de moderne ict- en communicatieapparatuur. Daar bovenop blijken de huidige leerlingen (weliswaar over het algemeen een vluchtige) methodiek ontwikkeld te hebben om snel en efficiënt meerdere dingen tegelijkertijd of direct achter Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR elkaar te doen. Deze twee ontwikkelingen staan op gespannen voet met de hierboven genoemde hiërarchische verhouding en daarom is de nieuwe scheikunde een uitgelezen kans om leerlingen de waardering te geven als mondige, efficiënte en verantwoordelijke burger die ze ook buiten school krijgen. De leerlijn en de modules Binnen de leerlijn zijn er steeds 2 modules die met elkaar samenhangen en afgesloten worden met een brug-module (zie bijlage 1). Elke module is steeds op dezelfde manier opgebouwd (zie bijlage 2). Vergelijking met de gele, blauwe en bonte leerlijn. Om een goede vergelijking te kunnen maken met de andere leerlijnen binnen de Nieuwe Scheikunde zijn er een aantal vragen geformuleerd aan de hand waarvan de verschillen tussen deze leerlijnen verduidelijkt worden. Deze vragen en het antwoord daarop zijn hieronder opgenomen. 1. Wat is/zijn in de leerlijnen mechanismen voor begripsvorming bij leerlingen? - De inhoud moet er voor leerling toedoen: vragen beantwoorden, nieuwsgierigheid bevredigen, verwondering wekken en verklaren, onderzoek stimuleren, toepassingen laten zien en verklaren e.d. - Door leerlingen in een rol te plaatsen van onderzoeker, technisch ontwerper, analist, controleur e.d. zien zij wat het verband is tussen technologische en maatschappelijke vraagstukken/problemen en concepten, en omgekeerd. - Door zelfstandig onderzoeksmatig bezig te zijn rond uitdagende, gevarieerde,complexe en betekenisvolle vraagstukken kunnen leerlingen vanuit hun eigen leer- en werkstijl, en zoveel mogelijk vanuit hun eigen interesses op hun eigen wijze kennis construeren en relateren met bij hen bekende kennis. Begripsvorming is daardoor een individueel proces in samenhang met de leeromgeving. Deze leeromgeving wordt bepaald enerzijds door de leerling en zijn medeleerlingen, anderzijds door de bronnen, waar de concepten uitgehaald kunnen worden, de gevolgde of te volgen didactische methodiek en de te raadplegen (externe) deskundigen, waaronder de docent. - Leren kan onderverdeeld worden in begripsontwikkeling (inzichten ontwikkelen), feiten leren, het aanleren, oefenen en toepassen van vaardigheden en het ontwikkelen van attitudes. - Begripsontwikkeling vindt plaats door ontdekken, ervaren, spelen, analyseren en reflecteren. De rol van de docent daarbij is begeleider, coach. - Het aanleren van feiten vindt plaats door studeren, navragen, redeneren, oefenen om te onthouden, steeds binnen een betekenisvolle context. De rol van de docent daarbij is toezichthouder en/of uitlegger. - Bij de ontwikkeling van vaardigheden en van attitudes van leerlingen zijn belangrijke activiteiten achtereenvolgens: het aanleren van vaststaande procedures, het oefenen van deze procedures en tenslotte het zelfstandig creatief toepassen daarvan. Docenten hebben daarbij de rollen: model zijn, activator/begeleider zijn en monitor/beoordelaar zijn. (zie ook bijlage 3) 2. Op welke manier moet inhoudelijke kennis gerangschikt/open zijn? Welke consequenties voor de ordening van inhoud? - Een lessenserie/module beperkt de hoeveelheid concepten die geleerd dienen te worden. Deze concepten worden in relevante bronnen behandeld. Aan te bevelen is meerdere bronnen te selecteren en leerlingen daarin te laten grasduinen met de opdracht zelf samenvattingen te maken van de behandelde concepten en deze samenvattingen via commentaar van je buurman/buurvrouw (check in duo’s Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment - - versie 03062008JvR bijvoorbeeld) bij te stellen en tenslotte te vergelijken met de theoriebladen/kenniskaarten die in de module opgenomen kunnen zijn. De kennis wordt strikt via het need-to-know principe aangeboden en in de vorm van voor de contextvraag relevante vakvragen aan de orde gesteld. Deze relevante vakvragen zijn de sleutelvragen binnen de context. Zij bepalen en beperken de te bestuderen concepten. In een later stadium kunnen leerlingen geleidelijk zelf dit soort vragen gaan genereren via de concept-map methode (brainmaps,webstructuren e.d.). Te allen tijde is er voor docenten en leerlingen de mogelijkheid om naast deze sleutel(vak)vragen extra vakvragen naar eigen inzicht toe te voegen. De ordening van de inhoud wordt volledig door de contextvraag en door de relevante sleutel-vakvragen bepaald. De nieuwe kennis wordt door aanvankelijk door de docenten en in een later stadium door de leerlingen zelf in ‘clusters van vakbegrippen’ gerangschikt. Deze zijn in die zin ‘open’ dat ze voortdurend bijgesteld, aangevuld en onderling met elkaar verbonden worden met name in de Brug-modules. 3. Onderscheid tussen 'bronnen' (de boekenkast) en de constructie van kenniskaarten (door wie: de moduleontwerper of leerlingen)? Zie punt 2. 4. Op welke manier wordt er aan de metacognitieve vaardigheid 'kennisconstructie' bij leerlingen gewerkt? Hoe zien daarvoor de activiteiten in de brug eruit? - Kennisconstructie vindt plaats doordat leerlingen zelf hun eigen weg en volgorde binnen de module gaan zoeken aan de hand van in de module duidelijk omschreven activiteiten (experimenten uitvoeren, bronnen bestuderen, oefeningen doen, samenvattingen maken, schema’s maken, macro-meso-micro redeneringen oefenen en toepassen, leren redeneren in duurzame kringlopen en vervolgens deze redeneringen gaan gebruiken) - Kennisconstructie vindt plaats doordat leerlingen van de context naar de onderliggende concepten gaan en na uitvoerige bestudering met deze concepten de contextvragen gaan beantwoorden (bijvoorbeeld door een technisch ontwerp te maken, door een advies te schrijven, door andere soortgelijke problemen op te lossen). - Kennisconstructie wordt bestendigd in de Brug doordat de antwoorden op de contextvragen uit de verschillende modules vergeleken worden, verschillen en overeenkomsten op een rij gezet worden en leerlingen uitgedaagd worden het geleerde te systematiseren en in te passen in het bij hen bestaande netwerk van geclusterde vakbegrippen/concepten en daarmee te oefenen. Tot slot gaan de leerlingen zelfstandig een nieuw probleem/vraagstelling (context) met behulp van de geleerde concepten proberen op te lossen. 5. Hoe kunnen we het expliciteren van concepten bij leerlingen nader vormgeven / faciliteren? Hoe vervolgens te ordenen in toekomstige syllabi? Zie punt 4. Ordening ontstaat door begrippenlijstjes van leerlingen en docenten te clusteren tot grotere gehelen. Dit kan door middel van de concept-map methode en via de methode van ‘post-it lijstjes’. Hier moet nog veel werk gedaan worden. Dit is de belangrijkste inzet voor het havo examenexperiment gedurende het schooljaar 2008-2009. 6. Wat is de rol van de docent? Naast de in punt 1 reeds genoemde verschillende rollen van de docent binnen de afzonderlijke leeractiviteiten van de leerlingen, is de rol van de docent met name in fase 3 van de module sterk wisselend, van instructeur tot coach/begleider. Bepalend daarbij zijn de samenstelling van de groep leerlingen, het cognitieve niveau van de groep en van de Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR concepten, de te hanteren didactische werkvorm en methodiek, en de ervaring van de docent in kwestie. De samenstelling van de groene leerlijn van het havo examenexperiment. Voor de groene leerlijn van de havo is expliciet gekozen voor fundamentele vernieuwing van het havo-onderwijs. Dit houdt in: 1) Er is gedeeltelijk gebruik gemaakt van reeds ontwikkelde modules en gedeeltelijk zijn modules opnieuw ontworpen. 2) De reeds ontwikkelde modules zijn herontworpen volgens de in dit document beschreven principes. Dit geldt ook voor de nieuw ontworpen modules. 3) De modules zijn gericht op toepasbaarheid en gebruik van kennis. 4) Er wordt rekening gehouden met de opbouw van vaardigheden in de modules (zie bijlage 3) 5) Er wordt rekening gehouden met een opbouw in kennis uitgaande van de domeinen F (materiaal innovatie), G (duurzaamheid) en E (Chemie van het leven). Zie ook bijlage 4. 6) Er wordt rekening gehouden met het ontwikkelen van de competenties Vakmethoden, communiceren en reflectie/beoordelen (zie ook bijlage 5). 7) In 4 en in 5 havo wordt er uitgegaan van 3 lesuren per week. Op dit moment ziet de leerlijn er als volgt uit: 4 havo: Module 1 Onbreekbare bekers Module 2 Slurpers Brug-1 Een brug tussen macro-meso en micro. Domein F: materiaalinnovatie Domein F: materiaalinnovatie Module 3 Ecoreizen BV, de reis Module 4 Ecoreizen BV, de brandstof Brug-2 Een brug tussen materie en energie Domein G: Duurzaamheid Domein G: Duurzaamheid Module 5 Wat hebben planten nodig, deel 1 Module 6 Wat hebben planten nodig, deel 2 Brug-3 Een brug over planten (?) Domein E: Chemie v. het leven Domein E: Chemie v. het leven Module 7 De scooter van de 21e eeuw, onderzoek. Module 8 De scooter van de 21e eeuw, ontwerp Brug-4 Een ‘super’-brug over alle concepten van 4 havo Domein F en G Domein F en G 5 Havo: Module 9 Antibiotica Module 10 Groene chemie Brug-5 Een brug over ….. Domein F en G Domein F en G Module 11 Module 12 Domein E: Chemie v. het leven Domein E: Chemie v. het leven Chemie van het leven, deel 1 Chemie van het leven, deel 2 Zie voor een nadere duiding op het gebied van vakbegrippen en vaardigheden: bijlage 4. Voor het schooljaar 2008-2009 worden modules 11 en 12 niet in 5 havo behandeld. Dit onderwerp is dan ook uit het examen voor 2009 gehaald. Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR Module 1 Fase 4/5 Welke nieuwe vragen heb ik? Fase 4/5 (voor aanverwante casus) Nieuwe kennis beschikbaar maken Fase 3 (3): Contextvraag beantwoorden (specificatie voor 1 casus) Fase 4/5 (voor aanverwante casus) Nieuwe kennis beschikbaar maken (toetsen) Fase 1: Contextvraag stellen (specificatie voor 1 casus in samenhang meerdere casussen) Fase 3 (2): Nieuwe kennis herordenen (specificatie voor 1 casus) Fase 4/5 Welke nieuwe vragen heb ik? Fase 2: Relevante vakvragen selecteren (specificatie voor 1 casus) Fase 3 (3): Contextvraag beantwoorden Fase 1: Contextvraag stellen Fase 3 (2): Nieuwe kennis herordenen (specificatie voor 1 casus) Fase 2: Relevante vakvragen selecteren (specificatie voor 1 casus) -Inventariseren wat ik al weet -Plannen hoe nieuwe kennis te verwerven Begripsvorming (specificatie voor 1 casus) (specificatie voor 1 casus in samenhang meerdere casussen) Fase 3 (1): Nieuwe kennis verzamelen -Inventariseren wat ik al weet -Plannen hoe nieuwe kennis te verwerven (specificatie voor 1 casus) Voorkennis activeren Fase 4/5 Welke nieuwe vragen heb ik? Fase 4/5 (voor aanverwante casus) Nieuwe kennis beschikbaar maken Module 2 Fase 3 (1): Nieuwe kennis verzamelen (specificatie voor 1 casus) Bijlage 2: Module opbouw Oriëntatie Wat, waarom & hoe Wat? In deze module ga je …. (soort taak /rol) Waarom? Je werkt aan de volgende leerdoelen: -… concepten -… ‘meta’doelen Hoe? [werkvormen] Brug (fase 5): Concepten gebruiken voor andere contexten De context In deze module Fase 1: contextvraag stellen Fase 2: relevante vakvragen selecteren: -Wat weten we al? -Welke nieuwe kennis is nodig? Fase 4: -Welke andere contextvragen? -Hoe kun je alle concepten tot nu toe goed ordenen? - verbinding naar de tweede module Fase 3: nieuwe kennis verwerven (1) verzamelen, ervaring opdoen De nieuwe (2) herordenen concepten in -wat weten we al? deze module -welke nieuwe kennis nodig? (3) contextvraag beantwoorden -Welke antwoorden op de contextvragen? -Wat zijn overeenkomsten / verschillen? -Maak een conceptmap. Zijn er oefeningen nodig? -Hoe voor een volgende context te gebruiken? Module 1: Module 2: Brug 1 Expliciteren van begrippen Expliciteren van begrippen Bijlage 1: Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR Bijlage 3. Opzet vaardigheden(competenties!)lijn examenexperiment havo. In dit document wordt uitgegaan van het gegeven dat bij het aanleren van competenties er 3 fasen in beheersingsniveau van de competentie zijn, 3 soorten leerlingactiviteiten en 3 daarbij behorende (overheersende) docentrollen te onderscheiden zijn: Fasen Kennen- niveau (procedures reproduceren) Kunnen - niveau Repertoire- niveau Leerlingactiviteiten Aanleren Docentrollen Voordoen (model zijn) (Zelfstandig)oefenen Zelfstandig toepassen Activeren en begeleiden Monitoren en beoordelen Dit schema toegepast op de modules 1 t/m 6 houdt mijns inziens in: Module 1: Onbreekbare bekers. - logboek bijhouden (individueel). - werkplan maken voor een experiment - practicumvaardigheden - (gestructureerd) samenwerken in groepen van 2 - samenvatten (van bronnen, concepten) - poster maken - macro-meso-denken en vice versa Module 2: Slurpers. - logboek bijhouden (individueel en groep) - werkplan maken voor meerdere experimenten - practicumvaardigheden - (gestructureerd) samenwerken in groepen van 4 - samenvatten (van bronnen, concepten) - folder maken - macro-meso-micro-denken en vice versa systematiseren Brug-1: Een brug tussen macro en micro. - reflecteren op elkaar (via gemaakte samenvattingen) - samenvattingen maken - systematische probleem aanpak - oefenopgaven maken - macro-meso-micro-denken toepassen op nieuwe situaties - toets (leren) maken Module 3: Ecoreizen BV: de reis. - plannen van leerstof - plan van aanpak voor meerdere activiteiten maken - practicumvaardigheden - verslag schrijven - bronnen samenvatten - gestructureerd samenwerken in groepen van 2 - logboek bijhouden (individueel) - rekenen met dichtheden - rekenen met molen Leerlingenact. Docentrol Aanleren Model Aanleren Model Aanleren/oefenen Model/Activ Aanleren Model Aanleren Model Aanleren Model Aanleren Model Aanleren/oefenen Aanleren/oefenen Aanleren/oefenen Aanleren Oefenen Aanleren Model/Activ Model/Activ Model/Activ Model Activ/begel. Model Aanleren/oefenen Model/Activ Aanleren Oefenen Aanleren Oefenen Model Activ/begel. Model Activ/begel. Oefenen Aanleren/oefenen Activ/begel. Model/Activ Aanleren Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Aanleren Aanleren Model Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Model Model Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment - redeneren in duurzame materialenkringlopen (macro en micro) systematische probleem aanpak oefenopgaven maken Module 4: Ecoreizen BV:de brandstof. - plannen van leerstof - plan van aanpak voor meerdere activiteiten maken - practicumvaardigheden - verslag schrijven - bronnen samenvatten - gestructureerd samenwerken in groepen van 4 - logboek bijhouden (individueel en groep) - redeneren in duurzame materialenkringlopen (macro en micro) - redeneren in duurzame energie(kringlopen) Brug-2: Een brug over Duurzaamheid - presenteren - redeneren in duurzame materialenkringlopen en het duurzame energieverloop (macro, micro en persoonlijk) - systematische probleem aanpak - oefenopgaven maken - samenvattingen maken - toets (leren) maken Module 5: Wat hebben planten nodig. - plannen van leerstof - plan van aanpak voor meerdere activiteiten maken - practicumvaardigheden - verslag schrijven - bronnen samenvatten - afwisselend individueel werken en gestructureerd samenwerken in groepen van 2 - logboek bijhouden (individueel en groep) - systematische probleem aanpak - oefenopgaven maken - werken met Binas - oplosvergelijkingen en neerslagverg. maken versie 03062008JvR Aanleren Oefenen Oefenen Model Activ/begel. Activ/begel. Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Oefenen Aanleren Activ/begel. Model Aanleren Model Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Oefenen Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Oefenen Oefenen Oefenen Activ/begel. Activ/begel. Activ/begel. Aanleren Aanleren Model Model Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR Module 6: De scooter van de 21e eeuw. - plannen van leerstof - plan van aanpak voor meerdere activiteiten maken - practicumvaardigheden - verslag schrijven van experimenten - bronnen samenvatten - expertmethode in groepen van 4 - logboek bijhouden (individueel en groep) - systematische probleem aanpak - oefenopgaven maken - werken met Binas Toepassen Toepassen Toepassen Toepassen Toepassen Toepassen Toepassen Toepassen Toepassen Oefenen/toepassen Monit/Beoor Monit/Beoor Monit/Beoor Monit/Beoor Monit/Beoor Monit/Beoor Monit/Beoor Monit/Beoor Monit/Beoor Activ/Monit Brug-3: Een brug over 4 havo. - theoriebladen leren - halfreacties en totaalreacties maken (redoxreacties) - systematische probleem aanpak - oefenopgaven maken - toets maken - chemische redeneren macro-micro - chemische redeneren duurzame kringlopen Toepassen Aanleren en oefenen Toepassen Toepassen Toepassen Toepassen Toepassen Monit/Beoor Model/Activ Monit/Beoor Monit/Beoor Monit/Beoor Monit/Beoor Monit/Beoor Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR Bijlage 4: Domeinen en subdomeinen in examenexperiment voor de havo. 1) Module 1, Onbreekbare bekers en module 2 Slurpers, inclusief Brug-1, Een ezelsbrug tussen macro en micro. A1.1. Informatievaardigheden A1.2 Communiceren A2.1 A2.3 A2.4 A2.5 A2.7 A2.8 Onderzoeken Modelvorming Redeneren Waarderen en oordelen Kennisvorming Toepassing van kennis A3.2 Vaktaal B5 Data verzamelen en verwerken C3 Relatie microstructuur en eigenschappen F1 F2 F4 Materiaaleigenschappen Innovatie van materialen Moleculaire basis van materialen Overzicht van de gebruikte vaardigheden 1 Samenwerken in groepen van 4 2 Gezamenlijk aanpakken van een probleem 3 Gebruik van een groepslogboek 4 Opstellen van een plan van aanpak voor een experiment (een werkplan maken) 5 het systematisch doen van een experiment 6 Het maken van een poster 7 Het schrijven van een rapport (systematisch weergeven van resultaten, conclusies trekken) 8 het opstellen van een advies op grond van onderzoek 9 Het opstellen van overzichten, het maken van een samenvatting 10 Het becommentariëren van een overzichtschema, samenvatting van medeleerlingen Overzicht van de behandelde concepten/vakbegrippen: 1 Van macro naar micro, en omgekeerd 2 De relatie tussen mesostructuur, respectievelijk microstructuur en eigenschappen. Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR 2) Module 3, Ecoreizen BV, wat en hoe?, en module 4,Ecoreizen BV, de brandstof, inclusief Brug-2, Een duurzame brug over materie en energie. A1.1. Informatievaardigheden A1.2 Communiceren A2.1 A2.3 A2.4 A2.5 A2.6 A2.7 A2.8 Onderzoeken Modelvorming Redeneren Waarderen en oordelen Rekenkundige en wiskundige vaardigheden Kennisvorming Toepassing van kennis A3.2 Vaktaal B5 Data verzamelen en verwerken C2 C3 C4 Microstructuren Relatie microstructuur en eigenschappen Bindingen vormen en breken D3 D6 Synthese volgens voorschrift Rendement G1 G3 G4 Duurzaam produceren Energieproductie uit koolstofhoudende bronnen Koolstofvrij energiebronnen Overzicht van de gebruikte vaardigheden 1 Samenwerken in groepen van 4 2 Gezamenlijk aanpakken van een probleem 3 Gebruik van een groepslogboek 4 Opstellen van een plan van aanpak voor een experiment (een werkplan maken) 5 het systematisch doen van een experiment 6 Het maken van een folder 7 Het presenteren van de resultaten van een onderzoek 8 het opstellen van criteria voor duurzaamheid op grond van onderzoek 9 Het opstellen van overzichten, het maken van een samenvatting 10 Het becommentariëren van een overzichtschema, samenvatting van medeleerlingen Overzicht van de behandelde concepten/vakbegrippen: 1. Chemische rekenen (rekenen met dichtheden; rekenen met molen; rendement berekenen; energie-effecten berekenen van verbrandingsreacties). 2. Eenvoudige organische chemie (alkanen, alkanolen, alkenen, alkaanzuren, esters; karakteristieke groepen, isomeren, vorming en hydrolyse van esters). 3. Atoombinding, covalentie, structuurformules, molecuulformules, 4. Chemische energie, bindingen breken en bindingen vormen. 5. Duurzame materialenkringlopen en elementenkringlopen 6. Energieverloop op macroniveau en op microniveau; kwaliteit van energie 7. Het begrip duurzaamheid en criteria voor duurzaamheid 8. De eigen ecologische voetafdruk bepalen. 9. Duurzame chemie Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR 3) Module 5 en 6 inclusief brug 3, Wat hebben planten nodig hebben, komen de volgende domeinen en subdomeinen. B1 Stoffen aantonen C2 Microstructuren C3 Relatie microstructuren en eigenschappen C5 Typen reacties Behandelde concepten/vakbegrippen zijn: 1. Ionentheorie 2. Neerslagreacties 4) Module 7 en 8, Onderzoek naar de De scooter van de 21e eeuw, en module 8, het ontwerpen van De scooter van de 21e eeuw, inclusief Brug-4, een brug over 4 havo. A1.1 Informatievaardigheden A1.2 Communiceren A2.1 Onderzoeken A2.1 Ontwerpen A2.4 Redeneren A2.5 Waarderen en oordelen A2.7 Kennisvorming A2.8 Toepassing van kennis B1 Stoffen aantonen B2 Standaardbepalingen B3 Standaardmethoden en technieken C2 Microstructuren C3 Relatie microstructuur en eigenschappen C5 Typen reacties F1 Materiaalanalyse F2 Innovatie van materialen F4 Moleculaire basis van materialen G1 Duurzaam produceren G3 Energieproductie uit koolstofhoudende bronnen G4 Koolstofvrije energiebronnen Overzicht van de gebruikte vaardigheden 1 Samenwerken in groepen van 4 2 Gezamenlijk aanpakken van een probleem 3 Gebruik van een groepslogboek 4 Opstellen van een plan van aanpak voor een experiment (een werkplan maken) 5 het systematisch doen van een experiment 6 Het presenteren van de resultaten van een onderzoek 7 Technisch ontwerpen 8 Het opstellen van criteria voor duurzaamheid op grond van onderzoek 9 Het opstellen van overzichten, het maken van een samenvatting 10 Het becommentariëren van een overzichtschema, samenvatting van medeleerlingen 11 Opstellen van een ijklijn en aan de hand daarvan berekeningen uitvoeren 12 Chemisch rekenen (rekenen met molariteiten) Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR Overzicht van de behandelde concepten/vakbegrippen 0. atoombinding en vd Waalskrachten; metaalbinding, electrische geleiding; legeringen; nieuwe materialen 1. verbrandingsmotor, benzinemotor, dieselmotor, lpg-motor 2. eenvoudige redox: electrolyse en spontane redox 3. batterij en accu 4. polymeren: additie en condensatiepolymerisatie, thermoharders, thermoplasten; nieuwe materialen 5. stikstofoxiden uitstoot bepalen; colorimetrie; chemische rekenen(het begrip molariteit invoeren); ijklijnen en rekenen hiermee. 5) De planning van de modules in 5 havo: Module 9 en 10 inclusief Brug-5: Industriële chemie in de vorm van een module met als onderwerp: Synthese van Antibiotica, en een module met als onderwerp: Groene chemie. Binnen deze modules komen de volgende concepten/vakbegrippen en subdomeinen aan bod: 1. Reactiesnelheden en evenwichten : C1, C6 2. Industriële chemie inclusief ketenbeheer: D1, D2, D4, D5. G2 3. Verbrandingsenergieën, bindingsenergieën en vormingsenergieën: C4 Module 11 en 12 inclusief Brug-6: Chemie van het leven in de vorm van 2 modules waarin enerzijds koolhydraten, eiwitten en vetten behandeld worden en anderzijds donor-acceptor reacties, zoals onder andere zuur-base reacties. Binnen deze modules komen de volgende concepten en subdomeinen aan bod: 1. Donor-acceptor reacties: C4 2. Koolhydraten, eiwitten en vetten: E4 3. Chemie van het leven: E1, E2, E3. Deze modules zijn “klaar” op 1 augustus 2008 (module 8) en op 1 december 2008 (module 9) en 1 januari 2009 (Brug-5). Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR Bijlage 5. Overzicht modulen van de groene leerlijn Havo maart 2008-03-24 Module 1. Onbreekbaar servies Context Concepten Competenties Bestaat onbreekbaar aardewerk? Macro: relatie structuur – eigenschappen – proces relatie oorzaak - effect Meso: onderscheiden bestanddelen, microscopie porositeit, korrelgrootte, versmelting 2. Superslurpers Hoe werken wegwerpluiers? Micro: Koolwaterstoffen, additiepolymeren, actieve groepen, crosslinken, waterstofbruggen Meso: vezelstructuur, netwerken Macro: absorptievermogen, hydrofiel, hydrofoob Vakmethoden: Systematisch beschrijven, voorspellen op grond van gegevens, voorspellingen toetsen, grafieken lezen en maken Communiceren: Advies schrijven op basis van zelfstudie Vakmethoden: onderzoek doen, structuur – eigenschap relaties relatie tussen micro en macro Communiceren: Poster en verslag op basis van aanwijzingen Brug 1 Leren Relatie structuur-eigenschappen Overzicht “leerstof” 3. Ecoreizen B.V.; Wat en hoe Op welke manier is mijn vakantie het meest duurzaam? Constante massaverhouding Verhoudingsformules Molecuulformules Mol als portie stof in gram of liter Mol als aantal deeltjes Duurzaam handelen 4. Ecoreizen B.V.; De brandstof Bioethanol als bron voor korte CO2cyclus Structuurformules Chemische energie Atoombinding en energie-inhoud Productieschema Hydrolyse van zetmeel Vergisting van glucose Verhouding tussen context en concept expliciteren i.v.m. verdere studie Welke overeenkomsten zie je tussen module 1 en 2? Welke verschillen? Soorten onderzoek en soorten leren Vakmethoden: Herkomst formules achterhalen, toepassen op nieuwe stoffen Experimenteren met gassen Rekenen aan reacties Communiceren: Verslag maken volgens eigen inzicht Samenvatting maken op grond van gegeven termen Reflectie: Eigen rol als CO2-producent Vakmethoden Redeneren in kringlopen (2) optimum zoeken Rendement bereken Communiceren: Documentaire kritisch bekijken Discussie n.a.v. groter artikel Voorbeeldoverzicht beoordelen Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR Enzymen als katalysator Rendement Brug 2 Duurzame kringlopen Samenvatting en verdieping van kringlopen Chemische hydrolyse van cellulose Verwerend gesteente 5. Wat hebben planten nodig? Hoe zorgen we voor voldoende planten voor voeding en biobrandstof? Voedingselementen voor planten Kringlopen voor elementen: mest en as Elektrolyten, ionen Oplosbaarheid Samenhang tussen voedselvoorziening, grondsoort en bemesting Adsorptie Keuzes voor biobrandstof en voedsel Bodemgebruik intensief (kunstmest) en extensief (biologisch) 6. De scooter van de 21e eeuw Onderzoek Wat komt er allemaal kijken bij een goede scooter? Wat is een goede, snelle, zuinige en duurzame scooter? Hoe vertaal je de aspecten in een ontwerp? Hoe houd je rekening met het milieu? Nieuwe materiaalkundige aspecten: trek – rek diagrammen, etc; kunststoffen / keramische materialen / metalen Reflectie: inventariseren criteria voor duurzaamheid / aanvullen Vakmethoden Bronnen bestuderen Kringlopen in elkaar schuiven Kringlopen van andere stoffen opstellen Communiceren: Wedstrijd: presentaties, jurering, prijsuitreiking Bronnen bestuderen Vakmethoden: Elektroforese, redeneren daarbij Rekenen aan bemesting Grotere en langduriger proef beheren Kwalitatieve analyse op elementen (in as) Communiceren: Uitexperimenteel resultaat de opzet afleiden (Van Helmont, Priestley) Tabellen gebruiken Overzicht over hele modulemaken Reflectie: Duurzaam voedsel-beheer Uitbreiding ontwikkelen van wetenschap: herkomst ionbegrip Besef van de historie van landbouw en de rol van scheikunde daarbij Vakmethoden: Werkend prototype voor mogelijke opdrachtgever (TNO) onderzoeken en ontwerpen; bindingstypen, eenvoudige redoxreacties, stroombronnen colorimetrie, rekenen met molariteiten en ijklijnen, technisch ontwerp. Communiceren: Logboek bijhouden, rapporteren binnen groep, presenteren Reflectie: waarde-oordeel: gemaakte keuzes inhoudelijk beargumenteren; waarom snel, efficient en duurzaam? Visie groene voorbeeldleerlijn havo examenexperiment versie 03062008JvR Een prototype ontwerpen voor de snelle, zuinige en efficiënte scooter Via de technisch-ontwerp-cyclus komen tot een ideeëntabel. Op grond daarvan een technische tekening (vooraanzicht, zijaanzicht en bovenaanzicht) maken en vervolgens het prototype bouwen en presentaren. Redoxtheorie; Herhaling alle concepten uit 4 havo. Samenvatting en verdieping van redoxtheorie; Samenvatting en herhaling van alle concepten uit module 1 t/m 6 Een nieuw antibioticum? Het nieuwe antibioticum van de toekomst: gemaakt door mens of micro-organisme? De werking, de ontdekkingen ontwikkeling, de productie van antibiotica; 8. Groene chemie Wat wordt verstaan onder groene chemie op industriële schaal? De principes van groene chemie, de atoomeconomie van een reactie, energiebalansen, industriële processen en processchema’s Brug 4 Wordt nog nader ingevuld. Wordt nog nader ingevuld. 7. De scooter van de 21e eeuw ontwerpen Brug 3 5 Havo 8. Synthese 10. Chemie van het leven I 11. Chemie van het leven II Wordt nog nader ingevuld. Communiceren: Rapporteren en comuniceren binnen groep, presenteren. Reflectie: waarde-oordeel: gemaakte keuzes inhoudelijk beargumenteren; waarom snel, efficient en duurzaam? Vakmethoden: Redoxtheorie; herhalen concepten Communiceren: Halfreacties en totaalreacties opstellen; oefenen met opgaven en probleemstellingen. Vakmethoden: Relatie structuur-reactiviteit, karakteristieke groepen, eiwitten, enzymen en reactiesnelheden. Onderzoek naar enzymen, micro-organismen kweken en reactiviteit onderzoeken. Communiceren: Wordt nog nader ingevuld. Vakmethoden: De productie van titaandioxide; groene technologie, vormingsenergie en reactie-energie; proceschemie bestuderen en blokschema’s opstellen. Onderzoek naar groene productieprocessen Communiceren: Waarde-oordeel: gemaakte keuze inhoudelijk beargumenteren: waarom groen?