Zorg voor een patiënt met terminale COPD

advertisement
Zorg voor een patiënt
met terminale COPD
Ingrid Mels
Verpleegkundige palliatief supportteam
AZ Maria Middelares Sint-Niklaas
6 oktober 2006
Goede zorg: wat moet ik weten ?
 Ziekteverloop
en voornaamste
klachten/symptomen
 Specifieke behoeften en wensen van
patiënt
 Specifieke moeilijkheden voor de
hulpverlener
 Opvangmogelijkheden in diverse settings
Ziekteverloop

Toenemende klachten tijdens laatste 12
maanden voor overlijden  hoge
symptoomscore
 Symptomen van fysische aard:
•
•
•
•

dyspnoe
hoest
vermoeidheid
…
Symptomen van psychische aard:
• paniek,
• angst en
• depressie

Gevolgen voor sociaal-relationeel leven
Wensen en behoeften van patiënt
 Wens
om geïnformeerd te worden
 Verhoging/behoud van de levenskwaliteit
 Vooruitblik op de toekomst met de
inspraak van de patiënt
Moeilijkheden voor de hulpverlener
 Deskundigheid
• Symptoomcontrole
• Communicatievaardigheden
 Keuzes
maken inzake therapie bij
terminale copd
• Gerelateerd aan de toestand van de patiënt
• Wat is de beleving/visie van de patiënt
Kunnen wij in onze setting
tegemoetkomen aan de noden van
de patiënt en zijn omgeving ?
• Beperkingen
• Mogelijkheden
• Op weg naar realisatie van de nodige zorg ?
Zorg voor patiënt met COPD in
terminale fase

Curatieve behandeling gecombineerd met
palliatieve zorg
• Zorg bij acute exacerbatie
• Totaalzorg
• Vooruitdenken mbt medisch begeleid sterven
Belang van “advance directives”: de patiënt kan
richting geven ivm toekomstig medisch handelen
 Communicatie :

• Dialoog patiënt
• Dialoog team
‘Advance directives’ en
communicatie
 Belang
van communicatie rond zorg bij het
levenseinde
• Risico op overlijden tijdens acute exacerbatie of
herval binnen de 6 maand is groot
• Gesprekken ivm voorkeuren/wensen rond al dan
niet starten van medische interventies tijdens
stabiele fase
‘Advance directives’ en
communicatie
Moeilijkheden:

Arts:


moeilijk in te schatten prognose
cognitieve barrières
• ‘Er is te weinig tijd om over deze zaken te praten’
• ‘Ik vrees de hoop weg te nemen bij eindfasebesprekingen’
• ‘De pt is er niet klaar voor om te praten over de zorg die hij zou willen bij deterioratie’

Patiënt:

cognitieve barrières
•
‘Ik denk liever aan overleven dan aan sterven’
•
‘Ik weet niet welke arts zorg voor mij zal dragen als ik erg ziek ben’
•
‘Ik weet gewoon niet welke zorg ik wil als ik heel ziek ben’
‘Advance directives’ en
communicatie

Gesprekken omtrent medisch begeleid sterven
worden vermeden of uitgesteld of stellen
inhoudelijk weinig voor
 Focus van zorg tijdens acute exacerbatie,
veeleer dan lange termijn denken
 Gemiste kansen
‘Advance directives’ en
communicatie
Facilitators:

Arts:
• ‘pt en ik hebben een goede verstandhouding’
• ‘Ik heb al veel pten behandeld met longziekten’
• ‘De pt was slecht in het verleden’

Patiënt:
• ‘Ik heb familie of vrienden gehad die zijn overleden’
• ‘Ik vertrouw mijn dokter’
• ‘Mijn dokter is zeer bekwaam in longziekten’
• ‘Mijn dokter is betrokken in mij als persoon’
Zorg en communicatie:
een teamgebeuren!
 De
arts én de andere teamleden
• ‘baanbrekend werk’ gesteund door alle
‘mede’werkers
 Vereisten
inzake deskundigheid
• Symptoomcontrole
• Communicatievaardigheden: bespreking van zorg
omtrent levenseinde
• Zorgmodel - gespreksmodel
Gespreksmodel rond zorg bij
levenseinde bij pt met COPD

Voorbereiding van het gesprek:





Kennis van de voorgeschiedenis van patiënt/familie
Kennis van diagnose, prognose,
behandelingsmogelijkheden
Zelfkennis mbt eigen gevoelens, houding,
vooroordelen, verdriet,…
Een gepaste gespreksruimte voorzien
Indien mogelijk, bespreken met de patiënt wie het
gesprek mag bijwonen
Gespreksmodel rond zorg bij
levenseinde bij pt met COPD

Het gesprek inleiden:

Het gesprek openen op een niet bedreigende manier,
vb,
• ‘dit is een gesprek dat ik heb met alle patiënten die O2 afhankelijk
zijn,…’


Uitzoeken wat de patiënt tot nu toe weet/ denkt over
zijn toestand
Proberen om de prognose op een open manier te
bespreken en de patiënt het gevoel geven écht zorg
voor hem te willen dragen
Gespreksmodel rond zorg bij
levenseinde bij pt met COPD

Inhoud van het gesprek:

Indien gepast, de voorkeur van patiënt bespreken mbt
volgende mogelijke scenario’s:
• CPR bij hartstilstand
• Kortdurende mechanische ventilatie bij acuut respiratoir falen
met redelijke kans op ‘weaning’
• Langdurige mechanische ventilatie bij acuut respiratoir falen
met weinig of geen kans tot stopzetten
• Functionele afhankelijkheid met soms onmogeljjkheid tot
zelfzorg  noodzaak aan professionele zorg (al dan niet in
een verzorgingstehuis)

Vermijden om té veel medische details te geven
Gespreksmodel rond zorg bij
levenseinde bij pt met COPD

Interactie tijdens gesprek:



De emoties erkennen en de methode van reflectie
gebruiken om patiënt en familie aan te moedigen om
erover te spreken
Proberen om in te leven in het verdriet en
gedragingen van de patiënt/omgeving
Momenten van stilte verdragen
Gespreksmodel rond zorg bij
levenseinde bij pt met COPD

Afronding van gesprek:




Proberen om tot een gemeenschappelijke visie te
komen mbt tot beslissingen ivm verdere zorg en
behandelingen
Samenvatten wat er gezegd is
Nagaan of er vragen zijn
Verzekeren van de follow-up en de nazorg
(bereikbaarheid – samenwerking teamleden)
Communicatie:
een teamgebeuren!
Randall Curtis. Chest
Zorg en communicatie: een
teamgebeuren!


Alertheid voor signalen van patiënt
Garanderen van continuïteit van zorg –
continuïteit via communicatie en structuren
•
•
•
•

Mondeling
Schriftelijk
Interdisciplinair overleg
Intra- en extramurale samenwerking: Huisarts !
Extra aandacht in kritieke/moeilijke momenten
• Emotionele ondersteuning
• Ondersteuning in het proces van zingeving
Eindbeschouwing
 Sensibiliseren
en informeren ivm
specifieke problematiek van patiënten met
terminale COPD
 Communicatie en samenwerking
 Palliatieve zorg: flexibiliteit in de zorg
Download