Jassen voor daklozen Opgave 1 Welk woord hoort waar? Kijk naar de omschrijvingen en vind het verticale woord. inzamelen | viaduct | daklozen | zwerven | grens | opvang | park 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. plantsoen overbrugging afbakening collecteren opname rondtrekken landlopers 1 2 3 4 5 6 7 Het verticale woord is: _ _ _ _ _ _ _ _ Opgave 2 Welke woorden vormen met elkaar een samenstelling? Verbind! vrij-------------------------------dag dak zak | opvang bank kar afval | winter storm slaap loos | ijs huis winter ton | sneeuw kast zwerf tijd | slaap jas Opgave 3 Om deze gatentekst in te vullen, lees je eerst alinea 2. Welk woord hoort waar? Let op: de betekenis van de tekst moet gelijk blijven. bezit | buiten | als | vaak | plaats | woning | knutsel _ _ _ _ _ _ _ _ je geen _ _ _ _ _ _ _ _ hebt, ben je dakloos. Dan woon je op straat. Soms is er _ _ _ _ _ _ _ _ voor je in een opvanghuis. Maar _ _ _ _ _ _ _ _ slaap je _ _ _ _ _ _ _ _ , in een park of onder een viaduct. Soms _ _ _ _ _ _ _ _ je van karton iets om jezelf warm te houden. Soms _ _ _ _ _ _ _ _ je een slaapzak. Opgave 4 Welke woorden horen bij elkaar? Dat zijn synoniemen. Verbind! probleem-----------------------moeilijkheid---------------------------- vraagstuk park zwerver afpaling viaduct toelating dolen dakloze stadstuin vergaren zwerven dwalen hof grens binnenhalen onderdoorgang opvang brug bedelaar inzamelen scheidingslijn hulpverlening Opgave 5 ‘Homeless’ is Engels en betekent ‘daklozen’. Zet de Engelse leenwoorden voor de juiste betekenis. Kies uit: sale | break | reporter | airbag | match | meeting | date | single | gadget | goal Engels leenwoord kids betekenis kinderen Engels leenwoord homeless betekenis daklozen hebbeding alleenstaande wedstrijd pauze botsballon vergadering verslaggever afspraakje uitverkoop doel Opgave 6 Er bestaan spreekwoorden en uitdrukkingen met het woord ‘dak’. Zet de letter achter het spreekwoord op de juiste plaats en vind het verborgen woord. geen dak boven je hoofd hebben (n) | hij is onder dak (k) | uit zijn dak gaan (e) | het gaat van een leien dakje (b) | de mussen vallen dood van het dak (a) | dat komt rauw op je dak vallen (j) | iets van de daken schreeuwen (s) __ __ __ __ __ __ __ alles verloopt prima het is ontzettend warm niet weten waar je kunt wonen er wordt voor hem gezorgd een bijzonder onverwachte gebeurtenis heel veel plezier hebben iets overal luidruchtig bekend maken Het verborgen woord is: _ _ _ _ _ _ _ _