Opgave 1 In natuurlijke eenheden zijn h̀„ en c gelijk aan 1 en dimensieloos. In natuurlijke eenheden geldt 1 m = a J −1 en 1 GeV −1 = b f m. (f m staat voor femtometer, ook wel fermi genoemd, en is gelijk aan 10−15 m). Bereken a en b. Opgave 2 Beschouw het waterstofatoom. De potentièˆle energie van het electron is V = − α/r, α is dimensieloos en gelijk aan 1/137. De energie van het electron in de eerste Bohrbaan is −13.6 eV . Bepaal de potentiele energie van het electron in deze baan en bereken de bijbehorende straal. Opgave 3 Hoeveel gram protonen en neutronen moeten we fuseren tot deuteronen om de hoeveelheid energie vrij te maken die nodig is om 1 l water van 200 C aan de kook te brengen? (1 cal = 4.2 J). Opgave 4 Beschouw 2 puntdeeltjes, massa m[GeV /c2 ], lading e (elementairlading). Voor welke massa is de gravitationele aantrekking gelijk aan de electrische afstoting? Opgave 5 Beschouw een bundel deeltjes a, flux F (deeltjes per sec), die invalt op een doelwit met dichtheid ρ gram/cm3 en lengte L [cm]. We beschouwen verstrooiing van a aan de protonen en neutronen van het doelwit. De werkzame doorsnede is σ. Beredeneer dat N = F ρLAσ waar N het aantal botsingen per seconde en A het getal van Avogadro. 1 (1)