Staatsrecht HC 12 17-12-2014 Wie is wie? Degressief

advertisement
Staatsrecht HC 12 17-12-2014 Wie is wie? Degressief-evenredige vertegenwoordiging
Nederlandse Europarlementariërs komen aan een baan door rechtstreekse verkiezingen van de
onderdanen van Europa. Je mag als onderdaan maar één keer stemmen, ook al heb je twee paspoorten.
Europees parlement
De Tweede kamer is netjes evenredig vertegenwoordigd. In het Europees parlement is er sprake van
onevenredige vertegenwoordiging. Iedere staat kiest namelijk volgens zijn eigen regeling. Investituur
houdt in dat het parlement eerst toestemming moet geven voordat iets in zijn werking gaat, een soort
motie van vertrouwen eigenlijk. De belangrijkste taken van het Europees parlement zijn zich bezig
houden met de begroting, de wetgeving en de controle.
Raad van Europa
De Raad van Europa bevat een vertegenwoordiger van iedere lidstaat op ministerieel niveau,
staatshoofden, de regeringsleider, de voorzitter en de voorzitter van de commissie. De taken bevatten
de nodige impulsen geven, de algemene politieke beleidslijnen opstellen en prioriteiten stellen. De
Raad van Europa heeft geen wetgevende functie. De Raad van Europa is iets anders dan de Europese
Raad, die achter het EVRM zit.
Europese commissie
De commissie kiest ‘wie Europa leidt’. Zij kiezen één commissaris, een hoge vertegenwoordiger, per
lidstaat. In Nederland kiezen wij de minister president niet, terwijl in de Europese Unie de lijsttrekker
van de grootste partij automatisch de voorzitter van de Europese commissie is. De taken van de
commissie zijn wetgeving, bestuur en toezicht houden.
Hof van Justitie
Verder bevat de Europese Unie nog het Hof van Justitie met daarin één rechter per lidstaat. Het Hof is
bedoeld om toezicht te houden op de juiste interpretatie van het Unierecht. Bij een infractieprocedure
moet een lidstaat voor het Hof verschijnen waarbij wordt bepaald of die lidstaat een verdrag
geschonden heeft. Bij de prejudiciële vragenprocedure stelt de nationale rechter een vraag aan het Hof
van Justitie. Het antwoord van het Hof is altijd juist en behalve de nationale rechter die de vraag
gesteld heeft, zijn ook alle rechters uit de andere lidstaten gebonden aan deze uitspraak. Met een acte
clair wordt iets wat ongelofelijk duidelijk is aangeduid. Met een acte éclairé mag het vragen om
verduidelijking bij het Hof weggelaten worden, het Hof heeft dan al uitleg gegeven. Alleen het Hof
van Justitie mag zeggen of een Europese handeling geldig is of niet.
Politieke verantwoording
De staatshoofden en regeringsleiders en leden van de Europese Raad leggen politieke verantwoording
af aan de nationale parlementen overeenkomstig de nationale grondwetten. Dit geldt alleen voor
Nederland niet, voor Frankrijk wel bijvoorbeeld.
Bevoegdheid van de Europese Unie
De Europese Unie mag alleen optreden als er een bevoegdheid is gegeven, de EU mag zelf geen
initiatief nemen. Deze bevoegdheid tot optreden is geregeld in Art. 5 lid 1 VEU. Als de EU bevoegd
is, betekent dat ook nog niet perse dat ze mag optreden, Art. 5 lid 3 VEU. Dit is het
subsidiariteitsbeginsel. Dit is van toepassing op niet-exclusieve bevoegdheden. De EU mag dan alleen
optreden als lidstaten het zelf niet kunnen regelen en als de EU het sowieso beter kan. Verder is er nog
het evenredigheidsbeginsel, Art 3 lid 4 VEU, dat inhoudt dat de EU niet verder mag gaan dan nodig is
om een bepaalde doelstelling te halen. Ze mogen dus niet met een kanon op een mug gaan schieten.
Besluitvormingsprocedures
In het Europese recht is er niet één standaard procedure voor de gewone wetgevingsprocedure. Maar
de meest voorkomende is dat de commissie een voorstel aanneemt van initiatiefnemers, dit voorstel
voorlegt aan het parlement en de Europese Raad, de Raad moet met een gekwalificeerde meerderheid
voor dit voorstel stemmen en het parlement heeft een medebeslissingsbevoegdheid. Er zijn ook
speciale procedures waarbij het Europees parlement goedkeuring of advies moet geven of in een
uitzonderlijk geval helemaal geen inspraak heeft.
Typen besluiten
De commissie kan verordeningen maken, die lijken op onze Nederlandse wet in formele zin en meteen
gelden zonder omzetting, richtlijnen, die niet meteen gelden en een soort opdracht aan de lidstaten
inhouden en besluiten. Daarnaast zijn er nog aanbevelingen en adviezen maar deze zijn niet
verbindend. De Europese Unie is monistisch van aard. Het Unierecht geldt in Nederland omdat Art. 93
en 94 GW dat bepalen. Er zijn verschillende meningen over deze grondwetsartikelen: De Afdeling
zegt dat de doorwerking van het Unierecht geregeld is in deze artikelen. Met deze mening is de Hoge
Raad het eens. Maar het Hof van Justitie vindt deze grondwetsartikelen overbodig. De meeste
meningen zeggen dat de voorrang en de rechtstreekse werking van het Unierecht bepaald is door het
Hof van Justitie en dat de Grondwet niet relevant is. Daartegenover staan de mensen die zeggen dat
het Unierecht inderdaad voorrang heeft op het nationale recht, en dat er sprake is van een rechtstreekse
doorwerking, maar dat de grondslag daarvoor ligt in Art 93 en 94 GW.
Rechters
Met betrekking tot het toepassen van het Unierecht kunnen nationale rechters het Unierecht voorrang
verlenen, prejudiciële vragen stellen of een conforme interpretatie geven. De nationale rechters zijn
door het ontstaan van de Europese Unie ondergeschikt gemaakt of geëmancipeerd. Zij voelen zich
enerzijds juist belangrijk omdat zij in contact staan met het Hof van Justitie en vragen kunnen stellen,
anderzijds voelen zij zich juist ondergeschikt gemaakt omdat ze het ‘orakel’ van het Hof van Justitie
moeten volgen.
Strategisch Europeaniseren
Strategisch Europeaniseren houdt in dat sommige ministers er op nationaal niveau iets door proberen
te krijgen, mocht dat nou niet lukken, dan proberen ze het op Europees niveau.
De Staten-Generaal als verliezer
De Staten-Generaal is de grote verliezer op het gebied van nationale inspraak: zij houden zich bezig
met de controle, en hebben instemmingsrecht en een behandelvoorbehoud. Als een minister namens de
Staten-Generaal naar de Europese Unie gaat moet de minister er van tevoren aan geloven dat de
Staten-Generaal hem een mandaat meegeeft.
Overzicht
Er bestaat een samenwerking tussen Europese en nationale functionarissen. Nederlandse organen die
door het ontstaan van de Europese Unie ook Europese organen zijn geworden zijn de regering, de
Staten-Generaal en de rechter. De impact van verschillende Europese besluiten is verschillend:
richtlijnen werken niet rechtstreeks maar verordeningen wel. Wat voorrang en directe werking betreft
is het goed om te weten dat niet alle Europese regelgeving direct werkt. Voor de soevereiniteit die
Nederland heeft ingeleverd aan de Europese Unie krijgt Nederland ook zeggenschap terug. En de
vraag of een Nederlandse wet in overeenstemming is met een bepaling van een EU-verdrag mag zowel
door het Hof van Justitie als door een Nederlandse rechter worden beantwoord.
Download