Interview juli 2010 - het profiel van de vrijgevestigden bewaken

advertisement
‘Het profiel van de vrijgevestigden bewaken
Sinds 1 februari 2010 ben je voorzitter van de NVVP. Wat
zijn je ambities voor de vereniging?
‘Mijn ambitie is om het typische belang van de vrijgevestigde
BIG-geregistreerde GGZ-aanbieder beter tot zijn recht te laten
komen. Ik denk dan aan het bestendigen van de solide plaats
die we nu in het stelsel hebben, op een wijze die de typische
kwaliteiten van vrijgevestigden benadrukt zoals laagdrempelig,
flexibel, niet-bureaucratisch en vooral met het primaire proces
van het handhaven van een hoogwaardige cliënt-therapeutrelatie altijd als uitgangspunt voor beleid. Ik vind dat deze
belangen een beetje zijn ondergesneeuwd door het feit dat
psychologische zorg sinds 2008 die solide plek in de
Zorgverzekeringswet (Zvw) heeft gekregen. En dit is,
paradoxaal genoeg, vooral bereikt dankzij de NVVP. Doordat
vrijgevestigden nu onder de Zvw vallen is er veel regeldrift en
bureaucratie op ons neergedaald en dat zijn zaken waar
vrijgevestigden niets van moeten hebben. Anderzijds hebben
de vrijgevestigden binnen de Zvw veel aan gezag en positie
gewonnen.
Het begrip ‘vrijgevestigde’ is ook vertroebeld door de komst
van franchiseorganisaties, semi-instellingen, virtuele
instellingen en andere vormen van samenwerking van min of
meer vrijgevestigde psychologen en psychotherapeuten. Het
gelijktrekken van de rest van de GGZ in prestatiebekostiging
en eventueel liberaliseren van prijzen zal dit deels vereffenen.
Ik vind het belangrijk om het profiel van de vrijgevestigde te
bewaken en daarin is wat mij betreft het woord ‘vrij’ erg
belangrijk.
Verder zie ik dat het NIP, de LVE en de NVP ook actiever
worden in de directe belangenbehartiging van hun
vrijgevestigde leden. Het laatste wat we kunnen gebruiken is verdeeldheid. Er zal dus verstandig
moeten worden samengewerkt.’
En inhoudelijk gezien: wat zijn je ambities voor het vak van de vrijgevestigde? Zie je
bedreigingen voor bijvoorbeeld de toekomst van de langdurige psychoanalytische
psychotherapie?
‘De langdurige psychoanalytische psychotherapieën stonden al onder druk toen ik mijn
psychotherapieopleiding deed eind jaren 80 - mijn hoofdstroom in de RINO-opleiding wás
psychoanalytische psychotherapie. De langdurige psychoanalytische psychotherapie is zo basaal
verweven in het wezen van psychotherapie dat het niet zal verdwijnen. De commotie rond het
verdwijnen van de psychoanalyse, de meest intensieve en dure vorm van psychoanalytische
psychotherapie, is wel te begrijpen, maar ook een beetje misplaatst: vóór de komst van de
Zorgverzekeringswet in 2008 viel deze therapie ook niet in het pakket. Wat echter niet deugt is de
argumentatie van het College voor Zorgverzekeringen (CVZ). Ik ben van mening dat het CVZ
onterecht op de stoel van de beroepsgroep is gaan zitten. Zij schrapten de psychoanalyse, omdat
haar werking niet wetenschappelijk bewezen zou zijn. Als het CVZ deze methodiek doorzet, kunnen
er heel veel goedwerkende vormen van psychotherapie geschrapt worden. Uiteindelijk houden we
dan niet veel over aan behandelaanbod en dat is zeer ongewenst!
Overigens zou ik er wel begrip voor kunnen hebben als de psychoanalyse niet geheel vergoed zou
worden op basis van kosten- en batenoverwegingen via de Zvw. Immers, de frequentie van de
behandelingen die drie tot vijf keer in de week gedurende meerdere jaren plaatsvindt, is intensief
en erg duur. Daarentegen blijft de psychoanalytische psychotherapie die een tot twee keer per
week gedurende enkele jaren plaatsvindt, een uiterst nuttige en kostenefficiënte vorm van
behandelen en moet dus ook in het Zvw-pakket blijven.’
Over kostenefficiëntie gesproken: wat vind je van het initiatief van DBC-Onderhoud om
opnieuw een kostprijsonderzoek uit te voeren?
‘Ik vind dat we veel te weinig inzicht hebben in de opbouw en veranderingen in de productstructuur
van de DBC’s. Ik ben van mening dat de geestelijke vaders en moeders van de DBC een meervoudig
gehandicapt kind ter wereld hebben gebracht. Er zit een aantal basale aannames in, die niet
stroken met de dagelijkse praktijk en die leiden tot perverse prikkels. We zullen voorlopig echter
met het systeem moeten werken. De beste manier om meer grip op het DBC-systeem te krijgen, is
om in de DBC-materie te duiken. Daar bedoel ik mee, dat we moeten snappen hoe het systeem
werkt. We moeten zicht krijgen op de beleidsmatige kant van het systeem. Ook vind ik dat het DBCsysteem drastisch vereenvoudigd moet worden. Ik denk dat we onvoldoende betrokken zijn geweest
bij de ontwikkeling ervan: de afkeer voor de materie was ook groot. Echter, voor deze afkeer
betalen wij nu de prijs, want ons denken over de tarieven vanuit kosten en loon voor de
zorgaanbieder is nooit sterk ontwikkeld geweest. De tarieven kwamen voort uit: ‘Wat heeft men
voor de behandeling over?’ Die tijd is voorbij. Vrijgevestigden dienen een reële prijs te krijgen voor
de geleverde zorg. Daarom vind ik meewerken aan het kostprijsonderzoek van DBC-Onderhoud
uiterst belangrijk voor het ondernemerschap van vrijgevestigden. Als de kostprijs van de
vrijgevestigden goed is geïncorporeerd in het DBC-systeem, naast de kostprijzen van instellingen,
worden vrijgevestigden hiervoor beloond via nieuwe kostprijzen, die voorzien zijn voor 2012.’
Ga je zelf ook kostprijsgegevens aanleveren?
‘Zeker, na de zomervakantie ga ik mijn eigen kostprijsgegevens aanleveren aan DBC Onderhoud. Ik
hoop dat veel NVVP-leden mij daarin zullen volgen. Het is de enige manier om de vrijgevestigden
goed in het systeem te krijgen. ’
Je liet het woord ‘zomervakantie’ vallen. Heb je leuke plannen voor deze zomer?
‘Ja, mijn kinderen willen naar Parijs, dus dat gaan we doen. Daarna gaan we muziek maken met
vrienden in Normandië en in de Perigord. En, we gaan vooral ook lekker niksen en veel
lezen..…………………………….’
Door: Annemarie van der Meer, beleidsmedewerkster NVVP
Download