http://tsjok45.multiply.com/photos/album/2379 Trefwoorden Amfibieën Amphibians *De opwarming van de aarde *Broeikasgas *Kwart soorten zal verdwijnen door snelle opwarming *Al enkele diersoorten uitgestorven door opwarming aarde Berenblues *IJsbeerwelpjes sterven massaal door opwarming aarde *IJsbeer krijgt status 'bedreigd' *Bruine beren winterslaap *Bruine beren mogen gedood worden in Siberië De Opwarming van de aarde veroorzaakt een stijging van de gemiddelde temperatuur. In de afgelopen honderd jaar is de temperatuur van de aarde met bijna 1°C gestegen. De oorzaak van deze stijging is het broeikaseffect. Dat effect werkt als een serre: de zonnestralen komen de atmosfeer binnen. De broeikasgassen, onder andere kooldioxide, houden een groot deel van de zonnestralen tegen, met de opwarming van de aarde tot gevolg. Deze broeikasgassen komen vrij door o.a. de menselijke activiteit. Ook al is het broeikaseffect in principe goed voor het leven op aarde, dan toch heeft een versterkt broeikaseffect op lange termijn slechte gevolgen: -ten eerste, het smelten van de ijskap en de gletsjers, wat een stijging van het zeepeil veroorzaakt; Maar ook : 40% van de zoetwater voorraden in de wereld zijn afhankelijk van rivieren die vanuit de bergen komen en grotendeels gevoed worden door gletschers... en als die er binnen nu en 20 jaar niet meer zijn , zal er dus een groot watertekort zal zijn voor deze 40%.... -ten tweede de toename van extreme weerfenomenen zoals overvloedige regenval of lange periodes van droogte; -ten derde, het probleem voor de biodiversiteit: veel planten- en dierensoorten zijn met uitsterven bedreigd. Ten slotte is er de verandering van de Golfstroom die Europa in een nieuwe ijstijd kan brengen. Maar er zijn ook minder bekende gevolgen af te leiden uit voormelde hoofdlijnen . 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Door de opwarming zijn er elk jaar meer pollen in de lucht. Hierdoor zijn er ook elk jaar meer mensen die hieraan allergisch worden. Onkruid (= meestal zogenaamde "pionier"-soorten )zal alleen maar in aantal toenemen en groter worden. . De hoeveelheden vieze en giftige productjes die landbouwers zullen moeten gebruiken, zullen er niet om liegen. Droge gebieden zullen steeds droger worden, maar gebieden als het onze steeds natter. Vergeet dat romantische beeld van lekkere zomers maar;het wordt vaker warm en nat. Minder sneeuw is minder waterreserve. Klinkt logisch, maar het zijn vooral de gevolgen hiervan die doorwegen. Minder waterreserve betekent ook minder drinkwater. In Amerika is er zelfs een staat die economisch afhankelijk is van de sneeuw in de bergen. Het water dat nu langzaam wordt afgegeven door de bergen irrigeert een heel jaar lang de landbouw. Zonder sneeuw valt alles in een veel te korte periode. Waterreservoirs die dat zouden kunnen opvangen, kunnen niet gebouwd worden. Ze zouden veel te groot moeten zijn. Niet alleen lager gelegen gebieden overstromen. Wanneer regen zich niet als sneeuw en ijs vastzet, glijdt het voortdurend van de bergen. Overstroming, modderstromen, aardverschuivingen en nog van die gevaarlijke situaties zullen ook de bergen onherbergzaam maken. (moet ik daarbij nog vermelden dat ook de rivieren tussen berg en zee het water niet zullen kunnen slikken?) Door de opwarming van het zeewater zullen er alleen maar meer orkanen ontstaan. Tegen 2100 zullen 25% van alle huidige diersoorten uitgestorven zijn. ( Dewelke dat zullen zijn en in hoeverre de onmiddelijk bedreigde soorten zich zullen kunnen aanpassen aan de nieuwe omstandigheden ,kan men niet voorspellen ) Broeikasgas Het Global Carbon Project, een international samenwerkingsverband, stelde in 2006 het rapport van Sydney op,waarin werd openbaar gemaakt dat de uitstoot van het broeikgasgas ondanks alle inspanningen sinds 2000 vier maal sneller gestegen is dan tien jaar eerder. De wereldwijde uitstoot steeg van 2000 tot 2007 sneller dan het in het worst case scenario in eerdere studies. Bovendien nam de opnamecapaciteit van de natuur voor koolstof verder af. “De versnelling van de CO2-uitstoot en de opslag ervan in de atmosfeer zijn weergaloos en hoogst verrassend”, aldus Joseph Canadell van het Global Carbon Project. Bovendien hebben wetenschappers vastgesteld dat miljoenen tonnen methaangas – een gas dat het broeikaseffect nog meer in de hand werkt dan koolstofdioxide – die onder de Arctische zeebodem zitten in sneltempo vrijkomen. De Britse krant The Independent meldde zopas dat Zweedse wetenschappers die de Russische noordelijke kusten afvoeren in grote gebieden van de Siberische plaat erg hoge concentraties methaangas opgemeten hebben. Dit fenomeen, dat een gevolg is van het smelten van het ijs aan het oppervlak, zal ongewijfeld de opwarming van de aarde versnellen. Het plotse lekken van methaangas zou in vroegere(geologische ) periodes al verantwoordelijk geweest zijn voor snelle stijgingen van de globale temperatuur, hevige verstoring van het klimaat en het massaal uitsterven van diersoorten. Kwart van dier- en plantsoorten zal uitsterven 12 januari 2004 Milvus milvus Tekening: Trevor Boyer De rode wouw is een van vogelsoorten in Europa die zal uitsterven als de aarde warmer wordt. Een studie naar de gevolgen van klimaatverandering levert een dramatisch toekomstbeeld op. Onze flora en fauna zullen aanzienlijk verarmen, maar de mier zal het wel redden. En zuidelijke soorten zullen naar Nederland oprukken, voorspellen biologen. Biologen denken dat als gevolg van het opwarmen van de aarde over vijftig jaar mogelijk een kwart van alle plant- en diersoorten op het land zal zijn uitgestorven. Die alarmerende conclusie trekken zij uit een modelberekening die is gepubliceerd in het Britse wetenschappelijke tijdschrift Nature. Het gaat om voorspellingen die zijn gebaseerd op een steekproef onder iets meer dan duizend soorten, verspreid over de hele wereld. Computerberekeningen op basis van klimaatvoorspellingen van het Intergovernmental Panel on Climate Change laten zien dat 15 tot 37 procent van de onderzochte soorten in 2050 verdwenen zal zijn. Als de berekeningen van de onderzoekers gelden voor de totale biodiversiteit op aarde, dan zullen meer dan een miljoen soorten met uitsterven bedreigd worden. Het gaat daarbij vooral om soorten die toch al kwetsbaar zijn en door de klimaatsveranderingen over de rand worden geduwd. ,,Vooral soorten die beperkt zijn in hun mobiliteit of soorten die hoge eisen stellen aan hun leefomgeving zullen in het nauw komen door de klimaatverandering'', zegt Michel Bakkenes van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu in Bilthoven, een de auteurs van de Nature-studie. De soorten die volgens de studie op uitsterven staan, zijn onder meer Boyd's bosdraak, een Australische hagedissensoort, de harlekijnkikker uit Costa Rica, de muskaatnotenboom uit Brazilië en de Zuid-Afrikaanse tolbosplant. In Europa schatten de onderzoekers dat een kwart van de vogelsoorten het loodje zal leggen onder het slechtste scenario, en zo'n 17 procent van de plantensoorten. Maar ook al zal het klimaat een flink gat in de biodiversiteit slaan, dan nog zal de aarde niet het aanzien krijgen van een kale planeet. Algemene en flexibele soorten als de brandnetels en de mieren zullen wel overleven en de plaats innemen van de verdwenen soorten. Volgens Bakkenes geeft de alarmerende publicatie waaraan hij meewerkte geen 'harde cijfers', maar een verwachting. ,,Het is een risicoanalyse. We kunnen niet met zekerheid voorspellen of bepaalde soorten planten en dieren zullen uitsterven, maar in ieder geval is duidelijk dat deze soorten onder zeer zware druk zullen komen te staan als gevolg van de opwarming. Het zou kunnen dat sommige bedreigde soorten zich weten aan te passen en dan is het effect natuurlijk minder. Ons onderzoek is een steekproef. Het geeft een beeld dat representatief is voor de overige natuur.'' De huidige snelle opwarming van het aardse klimaat wordt toegeschreven aan de menselijke uitstoot van broeikasgassen, voornamelijk kooldioxide, methaan en stikstofoxide. De gassen in de atmosfeer houden meer zonnewarmte vast, waardoor de gemiddelde temperatuur op aarde toeneemt. Klimaatzones schuiven daardoor op naar de polen en naar hoger gelegen gebieden. De planten en dieren zijn vaak gedwongen mee te verhuizen. Zij die dat niet snel genoeg kunnen, gaan ten onder. Bakkenes onderzocht de verwachte verschuivingen in landplanten in Europa. Volgens hem zal de uitsterfgolf als gevolg van het warmere klimaat in Europa vooral toeslaan in de mediterrane landen: Spanje, Portugal en Italië. ,,In Nederland zal er waarschijnlijk niet zoveel uitsterven, omdat wij een gematigd klimaat hebben'', aldus Bakkenes. ,,Wel zullen we hier verschuivingen zien; zuidelijke soorten zullen naar ons toekomen. Een voorbeeld is de tijgerspin die zich hier onlangs vestigde. Dat kan er misschien zelfs toe leiden dat we in Nederland per saldo meer soorten krijgen als gevolg van de klimaatverandering.'' De huidige studie heeft zich alleen gericht op dieren en planten die op het land leven. Driekwart van het aardoppervlak is echter geen land maar zee. Van de biodiverstiteit in zee is relatief nog maar weinig bekend. Maar dat de opwarming van het klimaat hier ook effecten zal hebben, is heel waarschijnlijk. ,,Of er ook soorten zullen uitsterven, weet ik niet. Maar het is bijvoorbeeld wel bekend dat op bepaalde plaatsen koraalriffen zijn doodgegaan als gevolg van een stijging van de zeewatertemperatuur.'' Op aarde leven naar schatting 14 miljoen plant- en diersoorten. Op dit moment worden volgens natuurbeschermers minstens 12.000 daarvan met uitsterven bedreigd. Als de voorspellingen uit de Nature-studie kloppen, zal het klimaat de belangrijkste bedreiging worden voor de biodiversiteit. Anders dan verstoring van de leefomgeving, wat nu het grootste probleem vormt in het natuurbehoud, werkt deze nieuwe bedreiging globaal door, dus ook op relatief onaangetaste plaatsen waar de mens nog nauwelijks komt. In de geschiedenis van de aarde hebben natuurlijke klimaatschommelingen eerder gezorgd voor flinke verschuivingen in soortenaantallen en -verspreiding. Ook toen ging dat ten koste van soms een aanzienlijk aantal soorten. Maar toen kwam de mens er nog niet aan te pas. Broeikaseffect rampzalig voor biodiversiteit De komende vijftig jaar verdwijnen mogelijk een miljoen plant- en diersoorten van de aardbodem door opwaming van de aarde, zo blijkt uit een internationale studie. De Gouden pad die tot voor kort door de nevelwouden van Costa Rica kroop bestaat niet meer. (*Er zijn in 2007-2008 terug een paar exemplaren van een bedreigde populatie ontdekt in een klein rivierengebied in Costa rica ) http://www.geaflecht.nl/geafl/archief/artikel/kikkvert.html http://noorderlicht.vpro.nl/dossiers/21297853/hoofdstuk/21298404/ Uitgestorven door de stijging van de gemiddelde temperatuur in zijn leefgebied, zo menen wetenschappers. De oerwoudbewoner is waarschijnlijk niet het laatste slachtoffer van het broeikaseffect, want dat lot wacht duizenden plant- en diersoorten als de opwarming van de aarde zich in het huidige tempo voortzet. Die verontrustende conclusie blijkt uit het rapport ‘Extinction Risk From Climate Change’, waaraan veertien laboratora over de hele wereld meewerkten. De resultaten zijn onlangs verschenen in het wetenschapstijdschrift Nature. Berekening De wetenschappers bestudeerden 1103 soorten planten en dieren in zes gebieden over de hele wereld met een rijke flora en fauna. Met behulp van computermodellen berekenden ze vervolgens de gevolgen van de klimaatverandering voor deze soorten tot 2050, uitgaande van de klimaatvoorspellingen van het Intergovernmental Panel on Climate Change. De uitkomst is weinig rooskleurig: zelfs bij minimale opwarming van de aarde is er een groot verlies aan biodiversiteit. Zo’n 18 procent van alle plant- en diersoorten zou in dat geval in 2050 zijn uitgestorven. Bij het huidige tempo van opwarming ligt dat percentage op 24 procent en bij het slechtste scenario is 37 procent van alle soorten in 2050 uitgestorven. Bijbenen Sible Schöne, klimaatspecialist bij het Wereld Natuur Fonds, is behoorlijk geschrokken van de uitkomsten van het rapport. “De gevolgen van het broeikaseffect voor de biodiversiteit op aarde blijken veel alarmerender te zijn dan lange tijd werd gedacht. De kwetsbare soorten op bijvoorbeeld eilanden en in kustgebieden zullen het eerste aan de beurt zijn, maar ook soorten die gebonden zijn aan een bepaalde leefomgeving lopen grote risico's. Een trekvogel kan nog wel wegvliegen, maar een boom kan niet weg. Soorten die de opschuiving van de gemiddelde temperatuur naar het noorden niet kunnen bijbenen, zullen verdwijnen”. Broeikasgassen De snelle opwarming van de aarde wordt grotendeels toegeschreven aan de uitstoot van broeikasgassen door de verbranding van fossiele brandstoffen. Die uitstoot is gezien de moeizame internationale klimaatonderhandelingen niet eenvoudig terug te dringen. “Een snelle reductie van de uitstoot van broeikasgassen zal veel soorten kunnen redden, maar daar is politieke moed voor nodig. Het probleem van klimaatverandering is tot dusver zwaar onderschat. Kyoto is nog maar het begin.” Symbool “Daarnaast kan iedereen zelf ook meewerken om het broeikaseffect te beperken”, vervolgt Schöne. “Door bijvoorbeeld groene stroom te gebruiken en kenbaar te maken dat klimaatverandering je zorgen baart. Het op de afgelopen klimaatconferentie in Milaan gepresenteerde symbool ‘Save our Climate’ is daar een uiting van.” Bronnen: Nature, University of Leeds, Links: Biodiversity and Climate Change (UNEP) Climate claims the golden toad Kwart soorten zal verdwijnen door snelle opwarming http://www.kennislink.nl/web/show?id=115623 Modelberekeningen voorspellen dat een kwart van alle plant- en diersoorten op het land de komende vijftig jaar zal uitsterven. De snelle klimaatverandering wordt de belangrijkste oorzaak van uitsterven, belangrijker nog dan habitatvernietiging. Bij een matige opwarming (0,8 tot 1,7 graden) van de aarde, zal in 2050 18 procent van de terrestrische planten en dieren uitgestorven zijn. Bij een stijging van twee graden Celsius zal 37 procent het loodje leggen. In een middelste scenario sterft 24 procent van de landsoorten. Niet alleen de temperatuurverhoging zelf, maar ook de gevolgen (meer droogte of neerslag) bedreigen de biodiversiteit. Barrières als meren, oceanen, bergen, wegen en steden maken dat geplaagde soorten niet zomaar koude gebieden kunnen koloniseren (Nature, 8 januari). De gouden pad, eind jaren tachtig in Costa Rica voor het laatst gezien, is waarschijnlijk al verdwenen door de opwarming. Een internationale groep ecologen bestudeerde zes regio’s in Australië, Azië, Europa, Zuid- Afrika en Zuid- en Midden Amerika. De ecologen keken naar de verspreiding van 1103 plant- en diersoorten. Dat stopten ze in een model dat voorspelt hoe soorten zich verspreiden bij klimaatsverandering. De percentages zijn alarmerend hoog. Dr. Michel Bakkenes van het RIVM, één van de auteurs, legt uit dat deze voorspellingen behoorlijk betrouwbaar zijn. ‘De onzekerheidsmarges verschillen van soort tot soort, maar het komt neer op plus of min 5 tot 10 procent.’ Nederland krijgt te maken met nattere winters, warmere lentes en drogere zomers. Het zal daarom moeilijk worden voor soorten in natte gebieden, zoals de heidekikker, en voor trekvogels. Omdat hier de lente eerder begint, komt de bonte vliegenvanger te laat. Hij arriveert als de meeste rupsen, voedsel voor de jonge vogels, al verpopt zijn. Ook kuifmees, heggenmus, kleine waterhoen en spotvogel staan op de tocht. Doordat in Nederland de lente steeds vroeger begint, komt de bonte vliegenvanger te laat om genoeg voedsel te vinden. Bron: 'Vogels van West- en Midden-Europa'. Copyright Uitgeversmaatschappij The Reader’s Digest Ook komen er soorten bij, vanuit het zuiden. In Brabant is vorig jaar bijvoorbeeld de tijgerspin aangetroffen. Verwacht wordt dat de Europese soorten zullen opschuiven naar het Noordoosten. In Nederland zou de biodiversiteit zelfs kunnen toenemen. De droge, mediterrane landen zullen het meest last hebben van de temperatuurstijging. Hoofdauteur Chris Thomas benadrukt dat de uitstoot van broeikasgassen nu snel aan banden moet worden gelegd. RIVM-onderzoeker Bakkenes wijst op het belang van corridors, zoals de Ecologische Hoofdstructuur, zodat soorten zich kunnen verspreiden. Ook moet daarom in Afrika de houtkap (habitatverlies) worden beperkt. Zie ook: Klimaatverandering en andere milieuproblemen: Verzuring en ozon (Kennislink artikel) Verschuivingen van areaalgrenzen van insecten onder invloed van een veranderend klimaat (Kennislink correspondentenartikel) Broeikaseffect (KNMI) Vogels vliegen nog niet zuidwaarts Trekvogels in Duitsland zijn hun tocht naar het zuiden nog niet begonnen door het warme weer. Dit hebben experts van de dienst Ecologie van de Duitse deelstaat Noordrijnland-Westfalen maandag gemeld. Trekvogels zoals kraanvogels hebben "geen zin" om naar warmere streken te trekken omdat er nog voldoende voedsel te vinden is op de maïsvelden, aldus Peter Schöltz van de dienst voor ecologie. "Daarom zullen ze niet voor januari vertrekken, en misschien zelfs helemaal niet", voegde hij eraan toe. Andere dieren zoals kikkers of vleermuizen houden door het warme weer geen winterslaap. "De dieren ondergaan een stress, ze zijn actief en kunnen de slaap niet vatten", zei de deskundige, die eraan toevoegde dat een plotslinge koude de dieren zou bedreigen omdat ze niet genoeg vetreserves hebben opgebouwd. In het zuiden van Duitsland werd zaterdag nog een warmterecord genoteerd. In Beieren klom het kwik tot 21,9 graden Celsius. Vogelbescherming Vlaanderen meldde dat de trek in Vlaanderen later op gang is gekomen, maar dat die al voor 90 procent achter de rug is. (belga) Trekvogels vliegen verkeerde kant op 22 oktober 2004 In Frankrijk wemelt het momenteel van de dwergarenden, roofvogels die zich normaal gesproken nu in Afrika en India zouden moeten bevinden. Waarom de dieren naar het noorden zijn getrokken in plaats van het zuiden, is een mysterie. Dertig keer zoveel Vogelaars in het zuiden van Frankrijk kijken hun ogen uit: de afgelopen twee weken zijn meer dan duizend dwergarenden (Hieraaetus pennatus) waargenomen. Volgen de Franse Vogelbescherming, de LPO, zijn dat er dertig keer zoveel als normaal. De in Europa vrij zeldzame roofvogels met een spanwijdte tot 1,3 meter, brengen de zomermaanden gewoonlijk door in zuidelijk Europa en Noord-Afrika. Daar jagen en nestelen de vogels in bergland met bossen met hoog geboomte. Wanneer de zomer in september ten einde loopt, verkassen de bruine roofvogels naar hun overwinteringsgebieden in het zuiden, met name in Afrika en India. Speculaties Dit najaar zijn de dwergarenden juist naar het noorden getrokken. Volgens de LPO is het voor de eerste keer dat dit merkwaardige verschijnsel zich heeft voorgegaan. Speculaties dat de trek naar het noorden verband zou houden met warmer weer door de klimaatveranderingen, lijken niet waarschijnlijk omdat de omgekeerde trek bij geen enkele andere trekvogelsoort is gesignaleerd. 2004 Planet Internet Dwergarend ; http://www.soortenbank.nl/soorten.php?soortengroep=vogels&record=Hieraaetus+pennatus 01 december 2006 Temperatuurstijging bedreigt migrerende diersoorten 17 november 2006 Door de opwarming van de aarde dreigt een aantal migrerende diersoorten, waaronder zeeschildpadden, walvissen en vogels, binnen afzienbare tijd uit te sterven. Zeeschildpadden en walvissen leggen grote afstanden door de oceaan af. Sommige volgelsoorten vliegen van continent naar continent en stoppen onderweg op uiteenlopende voedselgronden. De Noordse Stern vliegt zelfs elk jaar van de noordpool naar de zuidpool en weer terug. Voor zulke dieren kunnen klimaatveranderingen rampzalige gevolgen hebben. Sommige soorten kunnen zelfs binnen tientallen jaren van de aardbodem zijn verdwenen. Dat staat in een rapport van Unep, de milieu-organisatie van de Verenigde Naties. De diersoorten hebben tot nu toe weten te overleven door zich evolutionair aan te passen aan veranderende omstandigheden. Het probleem is dat zulke aanpassingen heel geleidelijk, in de loop der eeuwen plaatsvinden. Momenteel hebben we echter te maken met een forse temperatuurstijging die binnen enkele decennia zal plaatsvinden. de voorspelling is dat het algemene klimaat op aarde al binnen 25 tot 50 jaar fors warmer zal zijn geworden. Gevreesd word dat bepaalde diersoorten dit ongekende tempo niet zullen kunnen bijhouden en dus massaal zullen uitsterven. Zeeschildpad Een van de grootste slachtoffers van de klimaatverandering zal de zeeschildpad zijn, aldus het VNrapport. Wetenschappers hebben ontdekt dat sommige soorten veel meer vrouwelijke dan mannelijke eitjes leggen als het zeewater te warm is. In de buurt van Maleisi챘 is er al een gebied waar vrijwel alleen nog maar vrouwtjes worden geboren. Binnenkort zullen daar dus helemaal geen schildpadden meer voorkomen, en dat lot lijkt voor veel andere gebieden ook weggelegd. Ook is er wetenschappelijk bewijs geleverd dat sommige schildpadsoorten door het opwarmende water heel vatbaar worden voor kanker, mogelijk vanwege de gevaarlijke virussen die zich in warm water beter thuis voelen. De schildpad is wellicht in staat om hier weerstand tegen op te bouwen, maar dat is een proces dat van generatie op generatie langzaam wordt opgebouwd en honderden jaren in beslag gaat nemen. Terwijl het over vijftig jaar waarschijnlijk al te laat is. Naast de zeeschildpad zijn er nog meer dieren die door de VN als 'extreem kwetsbaar' zijn aangemerkt. De Siberische Taling (Anas formosa), een soort eend die een vrij zeldzame dwaalgast is. Zijn leefgebied wordt door grote droogte bedreigd. De noordkaper (Eubalaena glacialis), een walvissoort die afhankelijk is van plankton. Door de verschuivende zeestromingen verliest dit dier zijn belangrijkste voedselbron. Diverse vogelsoorten in de Caribische zee, die tijdens hun migratie letterlijk worden weggeblazen door de steeds zwaarder wordende zeestormen in dat gebied. De witsnuitdolfijn, die ook in de Noordzee voorkomt, zal het onderspit delven ten opzichte van andere dolfijnsoorten die beter tegen warm water kunnen. De Siberische Taling (Anas formosa), een soort eend die een vrij zeldzame dwaalgast is. Zijn leefgebied wordt door grote droogte bedreigd. Hoop Maar volgens Unep is er nog hoop. Door kwetsbare gebieden te beschermen kunnen migrerende diersoorten nog van de ondergang worden gered. Sommige dieren lijken er toch nog op tijd in te gaan slagen om zich aan te passen. Zo zijn bij de Kleine zwaardwalvis op de noordpool al veranderingen in het eetgedrag waargenomen. De dieren vinden nieuwe voedselgronden en nieuwe soorten om te eten. De VN pleit er dan ook voor dat de mens bedreigde diersoorten een handje helpt om te overleven. Dat kan enerzijds door hun leefgebieden te conserveren, anderzijds doormiddel van wetenschappelijk onderzoek naar manieren om de dieren te helpen zich aan te passen. Daarvoor moeten er speciale nationale en internationale programma's opgezet worden. Links:BBC: Climate threat to mobile species Zee sterft in rap tempo uit Warmterecord voor Noordzee Helft bevolking verwacht forse klimaatverandering 2006 Planet Internet Trekvogels blijven langer 27 november 2006 Het warme najaar belet bepaalde soorten trekvogels om naar het zuiden te vliegen. Dat heeft Ruud Foppen van de stichting vogelonderzoek SOVON zaterdag gezegd op basis van vogeltellingen. Vorst blijft uit Verschillende vogelsoorten blijven langer in Nederland blijven dan anders. Veel vogels vertrekken normaliter bij de eerste vorst naar het zuiden van Europa. Nu die vorst uitblijft, zien de kieviten, ganzen en zanglijsters de noodzaak van vertrek nog niet in. Bovendien is hier momenteel genoeg voedsel voorhanden. Er zijn volop beukennootjes, eikels en kastanjes die als voedsel kunnen dienen. Het zachte herfstweer zorgt er tevens voor dat vogels hun energie niet hoeven te verspillen aan warm blijven. 'Om de hoek' De Vogelbescherming signaleert al langer veranderingen in de bewegingen die trekvogels maken door het warmer wordende klimaat. "Je ziet dat soorten die gewoonlijk in Zuid-Europa overwinteren, minder snel geneigd zijn om te vertrekken," vertelt Marc Argeloo van de Vogelbescherming. "Zolang het hier warm blijft en er genoeg voedsel is, blijven ze hangen. Voor hen is Zuid-Europa 'om de hoek' en deze soorten kunnen zich vrij makkelijk aan de veranderende omstandigheden aanpassen. Het gaat dan bijvoorbeeld om soorten als de zwartkop, tjiftjaf en zanglijster (zie grote foto)." 'Gevangen in systeem' Dat aanpassingsvermogen ontbreekt echter bij soorten die voor de trek grote afstanden overbruggen. "Die zitten gevangen in een systeem waarbij hun interne klok aan de hand van veranderingen in daglengte het tijdstip van vertrek bepaalt," weet Argeloo. "Dat zijn vogelsoorten die de Sahara oversteken om hun overwinteringsplek te bereiken, zoals bijvoorbeeld de bonte vliegenvanger (zie links)en tuinfluiter. De vertrekken gewoon als de dagen korter worden. Deze soorten komen vooral in de problemen bij hun terugkeer. Door de klimaatverandering arriveren ze te laat. Ze weten in Afrika niet dat hier de rupsen, hun hoofdvoeldsel, al veer eerder beschikbaar zijn dan tot voor kort gebruikelijk was." De resterende rupsentijd is dan vaak te kort om succesvolle broedsels te produceren. Eerder terug Argeloo noemt tenslotte nog een aantal soorten die er wel eerder teruggkomen uit het verre zuiden, zoals de lepelaar en de grutto. "Zij komen veel eerder terug als ze merken dat het in het noorden eerder warmer wordt. Hun broedgebieden liggen weliswaar buiten Europa, maar niet zo diep in Afrika zoals bij de bonte vliegenvanger en tuinfluiter het geval is. Bovendien maken ze langdurige tussenstops in Zuid-Europa. Als ze in Portugal merken dat het er warm is, vliegen ze snel door naar het noorden. Zo kan het voorkomen dat de lepelaar al in februari in Nederland neerstrijkt." Wilco Meijers2006 Planet Internet Links: Warmste herfst in drie eeuwen Klimaatverandering dupeert trekvogels 04 mei 2006 Het bewijs dat klimaatsverandering een negatief effect heeft op trekvogels, is geleverd. In het nieuwste nummer van het wetenschapsmagazine Nature tonen Nederlandse onderzoekers voor het eerst aan dat trekvogels zoals de bonte vliegenvanger door klimaatverandering in de problemen raken. 'Jongen worden te laat geboren' 't Is zo'n vrolijk geluid, een kwetterende bonte vliegenvanger (Ficedula hypoleuca). Het is echter de vraag of deze kleine zangvogel nog lang in de Nederlandse bossen te horen zal zijn. Volgens ecoloog Christiaan Both het Het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW), kunnen trekvogels zoals de bonte vliegenvanger de klimaatverandering namelijk niet meer bijbenen. "Door klimaatsverandering piekt het rupsenvoedsel van deze trekvogel steeds eerder in het voorjaar. In de bossen met een vroege voedselpiek, worden de jongen van de bonte vliegenvanger nu te laat geboren," stelt Christiaan Both, die tien populaties verspreid over ons land heeft onderzocht. Rupsenpiek gemist De bonte vliegenvangers (Ficedula hypoleuca) zijn sinds half april weer terug in de Nederlandse bossen. De eersten zijn al met broeden begonnen. Ons klimaat wordt echter steeds warmer. Daardoor lopen bomen eerder uit en komen bladetende rupsen eerder uit hun ei. Maar de bonte vliegenvanger keert niet eerder terug uit West-Afrika. Daarom moet deze trekvogel zich erg haasten met broeden, als hij na 4500 kilometer vliegen aankomt in West-Europa. Gevolg is dat de jongen nu wel tien dagen eerder uit het ei kruipen dan rond 1985, maar dat is niet genoeg. De rupsen die de hoofdmaaltijd voor de jongen vormen, zijn wel zestien dagen vroeger. Zo lopen de zangvogels toch een groot deel van de broodnodige rupsenpiek in het bos mis. Deze piek duurt namelijk maar zo'n twee weken. Forse afname Gevolg is dat de bonte vliegenvanger de afgelopen 17 jaar in bossen waar de natuur vroeg op gang komt, met 90 procent in aantal is achteruitgegaan. Ondanks de grote haast bij het eieren leggen, zijn de vogels in zulke vroege bossen domweg te laat terug om nog succesvol te kunnen broeden. In 'late bossen' met de rupsenpiek na half mei, zijn de aantallen vliegenvangers daarentegen nauwelijks veranderd. "Als het echter nog warmer wordt, zullen ze ook hier verdwijnen omdat ze te laat aankomen," voorspelt Both. "Waarschijnlijk is dit niet alleen een probleem voor bonte vliegenvangers, maar hebben alle insectenetende lange-adstandstrekkers hiermee te maken." Voorjaar voorspellen Dat de vliegenvangers niet nog eerder gaan broeden, komt volgens Both door het feit dat de vogels het voorjaar in Europa slecht kunnen voorspellen. Ze zouden dan niet alleen een voorspelling moeten doen over de aanvang van de Europese lente, maar dit ook nog een maand vooruit moeten doen. Zoveel tijd kost het namelijk om vanuit Afrika hier naartoe te vliegen. De zangvogels vertrekken dus nog altijd op dezelfde dag uit Afrika. 2006 Planet Internet Afbeelding: mannelijke bonte vliegenvanger (foto Christiaan Both) Wordt het stil in het bos? (met video-item over de bonte vliegenvanger) Broeikaseffect rampzalig voor biodiversiteit De komende vijftig jaar verdwijnen mogelijk een miljoen plant- en diersoorten van de aardbodem door opwaming van de aarde, zo blijkt uit een internationale studie. De gouden pad die tot voor kort door de nevelwouden van Costa Rica kroop (zie foto), bestaat niet meer. Uitgestorven door de stijging van de gemiddelde temperatuur in zijn leefgebied, zo menen wetenschappers. De oerwoudbewoner is waarschijnlijk niet het laatste slachtoffer van het broeikaseffect, want dat lot wacht duizenden plant- en diersoorten als de opwarming van de aarde zich in het huidige tempo voortzet. Die verontrustende conclusie blijkt uit het rapport ‘Extinction Risk From Climate Change’, waaraan veertien laboratora over de hele wereld meewerkten. De resultaten zijn onlangs verschenen in het wetenschapstijdschrift Nature. Berekening De wetenschappers bestudeerden 1103 soorten planten en dieren in zes gebieden over de hele wereld met een rijke flora en fauna. Met behulp van computermodellen berekenden ze vervolgens de gevolgen van de klimaatverandering voor deze soorten tot 2050, uitgaande van de klimaatvoorspellingen van het Intergovernmental Panel on Climate Change. De uitkomst is weinig rooskleurig: zelfs bij minimale opwarming van de aarde is er een groot verlies aan biodiversiteit. Zo’n 18 procent van alle plant- en diersoorten zou in dat geval in 2050 zijn uitgestorven. Bij het huidige tempo van opwarming ligt dat percentage op 24 procent en bij het slechtste scenario is 37 procent van alle soorten in 2050 uitgestorven. Bijbenen Sible Schöne, klimaatspecialist bij het Wereld Natuur Fonds, is behoorlijk geschrokken van de uitkomsten van het rapport. “De gevolgen van het broeikaseffect voor de biodiversiteit op aarde blijken veel alarmerender te zijn dan lange tijd werd gedacht. De kwetsbare soorten op bijvoorbeeld eilanden en in kustgebieden zullen het eerste aan de beurt zijn, maar ook soorten die gebonden zijn aan een bepaalde leefomgeving lopen grote risico's. Een trekvogel kan nog wel wegvliegen, maar een boom kan niet weg. Soorten die de opschuiving van de gemiddelde temperatuur naar het noorden niet kunnen bijbenen, zullen verdwijnen”. Broeikasgassen De snelle opwarming van de aarde wordt grotendeels toegeschreven aan de uitstoot van broeikasgassen door de verbranding van fossiele brandstoffen. Die uitstoot is gezien de moeizame internationale klimaatonderhandelingen niet eenvoudig terug te dringen. “Een snelle reductie van de uitstoot van broeikasgassen zal veel soorten kunnen redden, maar daar is politieke moed voor nodig. Het probleem van klimaatverandering is tot dusver zwaar onderschat. Kyoto is nog maar het begin.” Symbool “Daarnaast kan iedereen zelf ook meewerken om het broeikaseffect te beperken”, vervolgt Schöne. “Door bijvoorbeeld groene stroom te gebruiken en kenbaar te maken dat klimaatverandering je zorgen baart. Het op de afgelopen klimaatconferentie in Milaan gepresenteerde symbool ‘Save our Climate’ is daar een uiting van.” Zie ook: Fotogallery bedreigde soorten Bronnen: Nature, University of Leeds, WNF Dossier Klimaatverandering (RIVM) Biodiversity and Climate Change (UNEP) Climate claims the golden toad Rode Lijst fors uitgebreid De wereld als een brandende kaars 16 januari 2004 Al enkele diersoorten uitgestorven door opwarming aarde 21/11/06 Plant- en diersoorten beginnen sneller dan voorspeld uit te sterven of te veranderen als gevolg van de opwarming van de aarde. Dat blijkt uit een analyse van ruim achthonderd onderzoeken door een Texaanse biologe, die dinsdag is gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Annual Review of Evolution and Systematics. Zeker zeventig soorten kikkers, vooral soorten die in de bergen leven en gedijen bij kou, zijn uitgestorven omdat ze nergens heen konden om de warmere temperaturen te ontvluchten. Ernstig bedreigd Verder worden tussen de honderd en tweehonderd andere dieren die voor hun bestaan van koude afhankelijk zijn, zoals Keizerspinguïn en IJsbeer, ernstig bedreigd. http://www.natuurinformatie.nl/ndb.wnf/natuurdatabase.nl/i000578.html Onderzoek Uit het onderzoek, dat werd uitgevoerd door Camille Parmesan, biologe aan de universiteit van Texas, blijkt ook dat dierenpopulaties naar het noorden trekken, dat soorten in zekere mate veranderen door de klimaatverandering, dat planten eerder tot bloei komen door vroegere lentes en dat epidemieën en parasieten vaker voorkomen. Voorspellingen Wetenschappers voorspelden deze veranderingen al jaren, maar Parmesan was verbaasd erachter te komen dat de veranderingen zich nu al voordoen. Ze ging ervan uit dat die nog minstens tien jaar op zich zouden laten wachten. De ecoloog Douglas Futuyma, verbonden aan de State University of New York, meent dat een crisis ophanden is, die niet pas in de verre toekomst staat te gebeuren, maar sneller op ons afkomt dan we denken. "Iemand die nu 10 jaar oud is, krijgt te maken met een geheel andere en angstaanjagende wereld tegen de tijd dat hij of zij 50 of 60 is", zegt Futuyma. Hoewel in de afgelopen jaren verschillende onderzoeken hebben laten zien dat bij bepaalde soorten, groepen dieren of in bepaalde geografische gebieden problemen ontstaan, is dit de eerste omvattende analyse die een breder beeld schetst van veranderingen als gevolg van de opwarming van de aarde, zegt de Britse bioloog Chris Thomas van de universiteit van York. Het is weliswaar onmogelijk met zekerheid te zeggen dat de veranderingen het gevolg zijn van de opwarming van de aarde, maar de bewijzen zijn sterk en andere verklaringen zijn er niet, zegt Thomas. (novum) Globale opwarming roeit amfibieën uit ? 12 januari 2006 De opwarming van de Aarde helpt erg goed mee aan de uitroeiing van honderden soorten kikkers en andere amfibieën. Dat heeft de Britse krant The Independent op gezag van het wetenschappelijke vakblad Nature gemeld. In 1990 was voor het eerst een dramatische terugloop vastgesteld van de zowat zesduizend amfibiesoorten. De verklaring was de verspreiding van een vernietigende huidinfectie tengevolge van een schimmel. Een team onder leiding van Arturo Sanchez-Azofeifa van de Universiteit van Alberta legde nu een verband tussen de verspreiding van de schimmel en een stijging van tropische temperaturen die te maken heeft met de opwarming van onze planeet. Het snelle verdwijnen van de soorten kikkers en andere amfibieën heeft ervoor gezorgd dat zowat een derde van de zesduidend species - 1.856 soorten - als bedreigd is bestempeld. Honderden andere soorten riskeren helemaal te verdwijnen. De wetenschappers denken dat nu voor het eerst een duidelijk bewijs is geleverd dat globale opwarming tot grootschalige uitroeing van levensvormen kan leiden. (Bron: HLN.be) Save me? (Photo: Erik S. Lesser/The New York Times) Een derde van de 6,000 kikker species op deze planeet met uitsterven bedreigd Een schimmel nekt de kikkers wereldwijd 170 species zijn al uitgestorven in het laatste decennium en nog eens 1,900 staan op het punt dat ook te doen ( door de schimmel en/of door andere oorzaken waaronder pollutie , habitat vernietiging , klimaat veranderingen ) .Gevaarlijk, want dat kan het hele ecosysteem beinvloeden. Wetenschappers roepen dierentuinen en instituten op soorten te adopteren totdat wetenschappers iets hebben gevonden tegen de schimmel. De killer is de chytrid fungus Het betreft Batrachochytrium dendrobatidis, die naar de naam lijkt te zeggen in de eerste plaats kikkers treft. De schimmel slaat in alle werelddelen tegelijk toe en bedreigt alle amfibieën. Dit zou de eerste ziekte van wilde dieren zijn die over de gehele wereld toeslaat op een gehele klasse gewervelde dieren en die massasterfte, achteruitgang in aantallen en uitsterven van soorten tot gevolg heeft. De fungus is een parasiet die het de kikkers moeilijk maakt hun porieen te gebruiken ; dat veroorzaakt de dood door uitdroging Het is al voldoende gecorreleerd met de uitsterving van kikkersoorten op costa Rica.en australie Ook in Japan werden deze kikkerdoders al gesignaleerd Santo Domingo 's " bergkip" kikker , beschouwd als een plaatselijke lekkernij is bijna volledig uitgeroeid ... Ze komen voor op Montserrat en Dominica, Men vindt ze een lekkernij en ze worden steeds zeldzamer. Ze worden evenwel vooral bedreigd door een schimmelinfectie. * http://www.timesonline.co.uk/tol/news/environment/article3118736.ece In het Yosemite National Park in California, staat de geelpotige bergkikker dicht bij zijn volledig uitsterven . De aangroeiende stilte rond de meren in het park is een bewijs dat vele kikkers afsterven ... http://thelede.blogs.nytimes.com/2007/02/20/a-fungus-brings-dinosaurs-fate-to-frogs/ Dat het niet zeker is wat voor de wereldwijde teruggang van de kikkers zorgt ? Inderdaad / men is nog steeds zoekend __ laat staan dat er al een remedie is gevonden .... Er is al gesuggereerd dat het een heel complex van verschillende gezamelijk ingrijpende oorzaken kan zijn ( onder meer de schimmelgroei bevorderende omstandigheden en een mogelijke verzwakking van de natuurlijke afweer bij de amfibieen door de voortdurende concentrerende opbouw van giftstoffen of diverse allergenen of beiden, in het individuele amfibielichaam - Natuurlijke vijanden van de schimmel en huidsymbionten van kikkers ( bacterieen bijvoorbeeld ) kunnen ook vernietigd zijn of achteruitgegaan ) .... Maar er worden ook al een paar decennia enorm veel misvormde amfibieeen gevonden ... er is dus ,nog meer aan de hand .... (en dat zou wel eens alles kunnen te maken hebben met vervuiling en het vrijkomen en lozen van mutagene en oncogene stoffen / waaronder een combinatie van parasieten en langzaam afbrekende pesticiden -concentratie erg verdacht is )en dit tot grote ongerustheid bij de wetenschappers want de kikkers zijn onze bio-indicators. A series of deformed American toads, Bufo americanus . http://www.clearwisdom.net/emh/articles/2002/7/12/24048p.html deformed frog Eigenlijk is het natuurlijke selectie in volle actie en op grote schaal .... (?) Maar de achteruitgang in biodiversiteit van deze groep ( uitstervende soorten ) is al goed gedocumenteerd ... Uiteraard vallen daaronder niet meteen de plaatselijke kikkerpopulatie in uw of mijn tuin ... Mijn tuin zit vol met padden ... en gelukkig is hier ook een blauwe jaap die af en toe eens een "graantje " komt meepikken ( of een vuilniszak openscheuren ) Overigens is het " uitsterven" nog lang niet zeker ... Enkele jaren terug ging de huismus bijna teloor ... Maar ondertussen is blijkbaar de een of andere vermoede epidemie uitgewoed ( of zijn de tegenwoordige mussen grotendeels immuum geworden door mutaties en NSelektie ? ) , en komt de passer domesticus langzaam terug ... Er schijnt echter wel een grote rol toegekend te moeten worden aan de chytrid schimmel http://www.nationalparks.nsw.gov.au/npws.nsf/Content/Frog+Chytrid+fungus Chytrid fungus, Batrachochytrium dendrobatidis. http://microbiologybytes.wordpress.com/2006/09/12/chytrid-fungus/ Ontwatering, verzuring van de grond en allerlei virussen en schimmels bedreigen wereldwijd het kikkerleven. Ecologisten en wetenschappers die de ecosystemen van de aarde bestuderen zijn zeer geïnteresseerd in kikkers en andere amfibieën omdat deze dieren beschouwd worden als bioindicators. Dit betekent dat de gezondheid van de kikkerbevolking de weerspiegeling is van de gezondheid van ons ecosysteem in zijn geheel. Heden ten dage heeft men ongeveer 6.000 soorten van kikkers kunnen identificeren en er worden er nog nieuwe ontdekt bij het onderzoeken van het Regenwoud en andere delen van de wereld. Soms worden ze ontdekt en zijn een paar maanden nadien al uitgestorven ( omdat ze bijvoorbeeld als soort in tropische wouden erg plaatselijk zijn ( net als cichliden in meertjes ) en hun areaal erg kwetsbaar is ( plaatselijke houtkap bijvoorbeeld kan al volstaan ) ....Wat wordt verwacht is het verdwijnen van 1/3 van de reeds bekende kikkers ... Er zullen er ook wel verdwijnen die nooit zijn ontdekt ... Rond de 80-tiger jaren stelde men een daling in de kikkerbevolking ( zowel in aantallen als soorten __ voor zover bekend ) vast over de hele aarde. Het zijn trouwens alle amfibieeen ( salamanders , kikkers , paden etc ) die bedreigd schijnen te zijn , en niet alleen maar de kwakers .... Steeds meer kikkers verdwijnen van het wereldtoneel Wereldwijd zijn de 6190 soorten kikkers, padden, salamanders en wormsalamanders (amfibieën) in een gevaarlijk neergaande spiraal terechtgekomen. Al in de jaren negentig leek hun dunne huid extra gevoelig voor ultraviolette straling die door het gat in de ozonlaag kwam. Ook verlies van leefgebied en verontreiniging doen een aanslag op de kikker. Bovendien staan de kikkers bloot aan de dodelijke schimmelziekte chytridiomycosis De helft van all eerdergenoemde soorten neemt in aantal af, niet minder dan eenderde wordt met uitsterven bedreigd en 120 soorten zijn al uitgestorven, Dendrobatus azurens Eugène Bruins / Artis " Wetenschap legt voor het eerst verband tussen uitsterven amfibieën en klimaatverandering " door Sybille Decoo Al jaren breken instanties voor natuurbehoud zich het hoofd over de redenen achter de mysterieuze verdwijning van hele populaties tropische kikkers in Midden- en Zuid-Amerika. Wetenschappers hebben nu voor het eerst het verband aangetoond met de opwarming van de aarde. De hogere temperaturen zijn een broeihaard voor een schadelijke schimmel die de kleurrijke kikkers van Costa Rica tot Peru de das omdoet. De woekerende schimmel is mogelijk ook wereldwijd de oorzaak van de dramatische sterfte onder amfibieën. Zoals met veel planten- en diersoorten gaat het ook met de amfibieën al een hele poos slecht. Toen hun aantal in 2004 voor het eerst wereldwijd in kaart werd gebracht, bleek dat naar schatting een derde van de 5.743 bekende ambifiesoorten met uitroeiing bedreigd is. Vermoed wordt dat 167 soorten al verdwenen zijn. Nog eens 113 soorten zijn al jaren niet meer opgemerkt. Alleen al in Midden- en Centraal-Amerika, waar het onderzoek heeft plaatsgevonden, verdwenen in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw twee derden van de populatie 'harlequin frogs' (= pijlgifkikkers )die deze tropische contreien bevolkt. http://www.natureserve.org/aboutUs/amp_extinctions.jsp Harlequin Frog - Poison Dart Frog Ondanks het feit dat ze kikkers worden genoemd, zijn de kleurrijke dieren eigenlijk padden, van de Atelopus-familie. Habitatverlies, ziektes, pesticiden en veranderende temperaturen en regenpatronen werden in studies als oorzaken naar voren geschoven. Maar nooit kon men de vinger leggen op de precieze oorzaak. Daar is nu verandering in gekomen. Een team van het tropisch onderzoekscentrum verbonden aan het Monteverde Cloud Forestnatuurreservaat in Costa Rica onderzocht of het verlies van zo'n zeventig soorten harlequin frogs te wijten was aan een schimmelziekte die in de hand werd gewerkt door de klimaatverandering. Veel van die soorten verdwijnen van de aardbol ondanks het feit dat ze in beschermde natuurgebieden leven. Beschermde bossen helpen kikkers niet Kikkerpopulaties gaan wereldwijd achteruit, zelfs in beschermde natuurgebieden. Maar dat ligt niet aan schimmelinfecties, zoals vaak wordt gedacht. Dat rapporteren Amerikaanse onderzoekers in het tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences van 16 april. Steven M. Whitfield De aardbeikikker (Oophaga pumilio) is een van de amfibiesoorten die sterk in aantal zijn teruggelopen in het tropisch regenwoud van Costa Rica. Aardbeikikker uit Costa Rica De wetenschappers onderzochten in een beschermd tropisch regenwoud in Costa Rica (La Selva) of het klopt dat schimmelinfecties verantwoordelijk zijn voor de achteruitgang van de kikkers. Kikkers zijn als amfibie챘n erg kwetsbaar voor huidaandoeningen. Om de hypothese te testen, konden de onderzoekers beschikken over populatiegegevens van de kikkers van La Selva over 35 jaar. Om het effect van de schimmel uit te sluiten, vergeleken ze de veranderingen in de kikkerpopulaties met die van hagedissen, dieren die hetzelfde habitat bevolken maar niet vatbaar zijn voor huidschimmels. Zowel de kikkers als de hagedissen in La Selva bleken in 35 jaar even hard achteruit te zijn gegaan, namelijk met 75 procent. Het ligt dus niet aan schimmels, concluderen de onderzoekers in de PNAS. De auteurs suggereren dat een achteruitgang van de hoeveelheid afgevallen bladeren op de bodem van het regenwoud een rol speelt bij de ineenstorting van de populaties. Zowel de kikkers als de hagedissen zijn afhankelijk van het blad, onder meer om zich onder te kunnen verstoppen tegen roofdieren. *Amfibieën zijn door hun vochtige, ademende huid ook erg kwetsbaar voor wijzigende klimaatomstandigheden. Het team van het Monteverde Cloud Forestnatuurreservaat in Costa Rica , vergeleek het tijdstip waarop de amfibieën de jongste decennia verdwenen met de veranderingen in temperatuur van het zeewater en de lucht en kwam tot de vaststelling dat de verdwijning van de padden gelijke tred hield met de klimaatverandering. Hoe dat precies in zijn werk ging, was eerst niet duidelijk. De betrokken schimmel is namelijk dodelijker bij koudere temperaturen, terwijl de aarde net aan het opwarmen is. Bij nader inzien bleek echter dat op de vijftig onderzochte sites van Costa Rica tot Peru, de padden er het slechtst aan toe waren in streken waar het 's nachts warmer werd maar de temperaturen overdag kouder zijn, ideale omstandigheden voor de betrokken schimmel (Batrachochytrium dendrobatidis). Het meest aannemelijke verband is volgens de onderzoekers dat de grootschalige opwarming van de aarde de vorming van wolken in de hand werkt. Dat creëert gunstiger omstandigheden voor de schimmel, maar betekent slecht nieuws voor kikkers en co. "Ziekte is de kogel die de kikkers doodt, maar de klimaatverandering heeft de vinger op de trekker", besluit teamleider Alan Pounds. Het onderzoek verscheen in het gezaghebbende wetenschappelijke tijdschrift Nature. De onderzoekers waarschuwen nu dat de schimmel, die zich op de huid van de dieren nestelt, wel eens wereldwijd een rol kan spelen bij de verdwijning van amfibieën. Het is nog onduidelijk in welke mate hun bevindingen het afsterven van amfibieën over de hele wereld verklaren, maar aangezien de schimmel in vele delen van de wereld voorkomt, ook in Europa en Noord-Amerika, vreest Pounds "dat het wellicht een sleutelelement is op globaal niveau". Volgens Camilla Parmesan, milieuexperte van de universiteit van Texas en medeauteur van de rapporten van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC), is het de eerste keer dat een studie aantoont dat een hele groep van een milieugevoelige soort verdwijnt door de klimaatverandering op grote schaal. Ook de Canadese professor Arturo Sanchez-Azofeifa, die meewerkte aan de studie, is overtuigd van de centrale rol die de klimaatverandering speelt bij de sterfte van amfibieën. "Er is een absoluut verband tussen de klimaatverandering en de schimmelziekte. Ze gaan hand in hand." Alan Pounds besloot dat de concentratie van het broeikasgas CO2, dat voor de klimaatverandering verantwoordelijk is, "heel snel naar beneden moet, willen we een massaal verlies aan biodiversiteit vermijden" Publicatiedatum : 13-01-2006(De Morgen ) Ook in Vlaanderen slinkt het kikkerbestand door Sybille Decoo Uit een zopas afgeronde telling van het amfibieënbestand in West-Vlaanderen blijkt dat ook in onze contreien de populaties kikkers, padden en salamanders verminderen. Hier is de achteruitgang vooral te wijten aan het verdwijnen van poelen in bossen en weiden en de achteruitgang van de biotoopkwaliteit door de intensieve landbouw. Een kleine tweehonderd vrijwilligers sloofden zich in de periode 2000-2005 uit om in ruim 1.300 poelen in de provincie West-Vlaanderen de amfibieën te tellen. Ze kregen daarbij de medewerking van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek en het provinciebestuur. In vergelijking met 25 jaar geleden blijkt daaruit dat alle soorten een 'lichte tot sterke achteruitgang kennen', zo meldt een mededeling van het provinciebestuur. Enkel de gewone pad en de vinpootsalamander bleven constant in aantal. De achteruitgang is het sterkst in intensieve landbouwgebieden van de zand- en leemstreek. Ook blijkt dat de achteruitgang in West-Vlaanderen sterker is dan in de andere provincies.In 25 jaar tijd is een kwart van de poelen verdwenen, maar dat verklaart maar een deel van de achteruitgang. Veel schade wordt ook aangericht door de dalende kwaliteit van het water in de poelen. De grootste bedreiging voor de amfibieën zijn de vis, de mest en het dichtgroeien van poelen. De vissen eten de eieren en larven op, de mest die van de akkers spoelt bevordert de algenbloei die het leven in de poelen verstikt en troebel maakt. Salamanders hebben echter helder water nodig om op kleine waterdieren te jagen. West-Vlaanderen kent veertien soorten amfibieën. Eén soort, de vuursalamander, is uitgestorven en drie zijn erg zeldzaam of met uitsterven bedreigd: = de boomkikker, de poelkikker en de rugstreeppad. (SD) http://www.corante.com/loom/archives/2006/01/11/a_complicated_death.php http://noorderlicht.vpro.nl/noorderlog/archief/januari2006/ Voorlopige conclusie is meer mensen en minder amfibieën kennislink DNA-onderzoek onthult hoe amfibieën prehistorische natuurrampen overleefden Een team evolutiebiologen heeft op basis van DNA-onderzoek achterhaald hoe de voorouders van de moderne amfibieën prehistorische natuurrampen (vulkaanuitbarstingen, komeetinslagen en broeikaseffecten) hebben overleefd. Het team, onder leiding van Kim Roelants en Franky Bossuyt van de Vrije Universiteit Brussel, ontdekte op basis van DNA-onderzoek van 171 soorten dat de drie moderne amfibiegroepen (kikkers en padden, salamanders en wormsalamanders) hun eerste bloei meemaakten in het Trias, kort na de ergste biodiversiteitscrisis die landdieren ooit meemaakten. Bovendien tonen de wetenschappers aan dat 50% van alle huidige amfibiesoorten afstammen van één enkele voorouderlijke soort, die onmiddellijk na de Krijt-Tertiair grens (65 miljoen geleden) begon te diversifiëren tot een groot aantal zeer verschillende kikkerfamilies. Hiertoe behoren de boomkikkers, gravende kikkers, padden en kleurrijke pijlgifkikkers. De massa-extinctie aan de Krijt-Tertiair grens is voornamelijk bekend omwille van het uitsterven van de dinosauriërs, maar tal van andere diergroepen ondergingen een gelijkaardig lot. Dit onderzoek bewijst dat amfibieën niet alleen zeer gevoelig zijn aan snel veranderende omgevingsfactoren, maar dat ze ook in staat zijn tot spectaculaire evolutieve ‘explosies’ na milieucrisissen. (punctated equilibrum ) De resultaten van de wetenschappers staan deze week te lezen in het wetenschappelijk tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS). Recent hebben wetenschappers de 6000ste amfibiesoort ontdekt, maar tegelijkertijd worden wereldwijd honderden andere kikker- en salamandersoorten met uitsterven bedreigd. Deze massale uitsterving werd voor het eerst opgemerkt in de jaren tachtig en hoofdschuldigen zijn de snelle verdwijning en vervuiling van hun leefgebied, de wereldwijde klimaatsopwarming en het plotse opduiken van vreemde schimmelinfecties. Een aantal van deze factoren worden grotendeels veroorzaakt door de mens, maar dramatische milieuveranderingen hebben zich reeds in de prehistorie voorgedaan, o.a. als gevolg van vulkaanuitbarstingen, komeetinslagen en broeikaseffecten. De wetenschappers schatten dat het gemiddeld risico op uitsterven bij amfibieën gedurende hun volledige evolutieve geschiedenis al zeer hoog is, maar dat de huidige uitstervingsgolf dit gemiddelde echter zeer sterk blijkt te overtreffen. Meer informatie: Vakgroep Biologie, Vrije Universiteit Brussel amfibieen evolutie en geologie< Kuur voor kikkers http://noorderlicht.vpro.nl/noorderlog/ De schimmelziekte die wereldwijd kikkers en padden bedreigt, is effectief te bestrijden met een goedkoop medicijn, ontdekten Nieuw-Zeelandse onderzoekers. Een bad waarin de stof chloramphenicol is opgelost, verlost zelfs kikkers die op sterven na dood zijn van hun infectie. Het is eigenlijk een middel tegen bacteriën. Daarom is het nogal verbazend dat het zo goed werkt tegen Batrachochytrium dendrobatidis, de schimmel die verantwoordelijk wordt gehouden voor een belangrijk deel van de achteruitgang van amfibie챘n in de hele wereld. Veel soorten staan nu op het randje van de afgrond, en de kans bestaat dat de schimmel ze er overheen duwt. Dat geldt ook voor Archey's oerkikker, een soort die alleen op Nieuw-Zeeland voorkomt. Hochstetters oerkikker, ook een unieke Nieuw-Zeelandse kikkersoort die dreigt te bezwijken onder de schimmel. http://www.otago.ac.nz/zoology/research/bishop/frogs/images.html Phil Bishop en zijn collega's gingen daarom fanatiek op zoek naar een middel om de schimmelziekte te bestrijden. Als proefdieren gebruikten ze Australische kikkers, die nu ook in Nieuw-Zeeland voorkomen. Chloramphenicol bleek uitstekend te werken. Het geneest zelfs doodzieke kikkers, en die zijn vervolgens ook nog minder vatbaar voor de ziekte. Dit onderzoeksresultaat is nog niet gepubliceerd in de wetenschappelijke literatuur. De NieuwZeelanders wilden het echter zo snel mogelijk bekendmaken, omdat een middel tegen de ziekte heel hard nodig is. Chloramphenicol is voor dierentuinen een uitkomst, maar voor gebruik in het wild is het niet zomaar geschikt Elmar veenman http://news.bbc.co.uk/2/hi/science/nature/7067613.stm http://noorderlicht.vpro.nl/noorderlog/bericht/26743999/ Zwangerschapstest nekt amfibieën? 19 09 2005 http://noorderlicht.vpro.nl/noorderlog/bericht/24149054/ Een zwangerschapstest die populair was in de jaren dertig lijkt schuldig aan een wereldwijde uitstervingsgolf onder amfibieën. Van de zesduizend soorten kikkers, padden en salamanders die er op de wereld rondkruipen dreigt eenderde voorgoed te verdwijnen. Ze sterven massaal aan een schimmelinfectie, die zich dankzij een zwangerschapstest uit 1930 heeft kunnen verspreiden. Dat opperen Australische onderzoeker op een groot congres over de dramatische achteruitgang van amfibie챘n. Voor zwangerschapstests werd vroeger veel gebruik gemaakt van de Afrikaanse klauwkikker. De vrouwtjeskikkers gaan namelijk eieren leggen als je de urine van een zwangere vrouw onder hun huid injecteert. Omdat de test betrouwbaar was, werden de beesten in de jaren dertig en veertig massaal vanuit Zuid-Afrika ge챘xporteerd. Dat lijkt nu funeste gevolgen te hebben. Australische onderzoekers denken dat ontsnapte klauwkikkers een agressieve schimmelziekte wereldwijd hebben verspreid onder de amfibie챘n. En ze hebben daar een goede reden voor: Afrikaanse klauwkikkers die sinds de jaren dertig op sterk water staan, dragen de schimmel al bij zich, terwijl die toen nog nergens anders voorkwam. Waarschijnlijk hebben de klauwkikkers in de loop van hun evolutie met deze schimmel leren leven. Maar andere amfibie챘n zijn dus weerloos. De klauwkikker kan er ook niets aan doen. http://news.bbc.co.uk/2/hi/science/nature/4257232.stm http://lifesciences.asu.edu/irceb/amphibians/ http://www.naturalhistorymag.com/master.html?http://www.naturalhistorymag.com/0604/0604_feature. html Vroedmeesterpad bedreigd http://environment.newscientist.com/channel/earth/dn10369-global-warming-fuels-fungaltoadkiller.html Amfibieeen zijn "evolutionaire " overlevers ... http://environment.newscientist.com/channel/earth/dn10910-amphibians--the-comeback-kings-ofevolution-.html UPDATE Veel van de 216 kikkersoorten in Australië worden met uitsterven bedreigd. Oorzaak: hitte en extreme droogte. En waar kikkers verdwijnen, stijgt het aantal insecten explosief > Veranderend klimaat: kikkersterfte Belangrijke drager dodelijke amfibieënziekte geïdentificeerd 12 maart 2012 – Van een ziekte die al 200 kikkersoorten de das om heeft gedaan is nu een belangrijke drager gevonden. Dragers zijn dieren die een ziekte kunnen overbrengen zonder zelf ziek te worden Foto: NU.nl/René Vencken De in West-Amerika zeer algemene Pacifische boomkikker (Pseudoacris regilla) blijkt vrijwel ongevoelig voor de ziekte, chytridiomycosis of chytrid, terwijl hij hem wel door kan geven. Dit schrijven Amerikaanse biologen maandag in PLoS ONE. Chytrid is de grootste bedreiging van diversiteit onder gewervelde dieren die er op dit moment is. Het wordt veroorzaakt door een schimmel die zich alleen in water kan verspreiden, Batrachochytrium dendrobatidis. Omdat de schimmel alleen in water verspreidt, verwachtten de onderzoekers dat alle besmettingen stroomafwaarts zouden plaatsvinden. De ziekte verspreidde zich echter ook de andere kant op. Symptomen Tijdens het onderzoek bleek dat de Pacifische boomkikker vaak besmet is met de ziekte, maar bijna nooit symptomen vertoont. Ook klimt deze kikker vaak omhoog richting drogere gebieden, wat de verspreiding tegen de stroming in verklaart. Symptomen van de ziekte zijn onder andere een veel dikkere huid, wat de opname van zuurstof en zouten uit het water bemoeilijkt. De Pacifische boomkikkers hadden hier wel wat last van, maar hielden genoeg functionele huid over om te blijven leven. De wetenschappers vermoeden dat gunstige bacteriën de boomkikker helpen bij het beschermen van de huid, en gaan dat nu onderzoeken in de hoop dat ook andere amfibieënsoorten ermee beschermd kunnen worden. Niet alleen de kikkers Ook reptiel bedreigd in regenwoud 19 april. - Niet alleen kikkers en salamanders, maar ook reptielen kampen in het laaglandregenwoud van Costa Rica met een raadselachtige, maar razendsnelle achteruitgang. Vergelijkbare reducties zijn voor amfibieën eerder gevonden in de hogergelegen tropische bossen van Centraal-Amerika en Zuid-Amerika. Maar de achteruitgang van de reptielen komt als een verrassing. Dat concluderen Amerikaanse biologen uit een inventarisatie van de dichtheid van deze diersoorten in een ongerept deel van het plaatselijke oerwoud. In het wetenschappelijke tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences schrijven Steven Whitfield van Florida International University in Miami en zijn collega’s dat het aantal amfibieën en reptielen dat in het gebied op de grond leeft tussen 1970 en 2005 met 75 procent is afgenomen. Volgens de auteurs is het onwaarschijnlijk dat, zoals eerdere publicaties stelden, een schimmel het reptielenprobleem geheel kan verklaren. Reptielen hebben van die schimmel (Batrachochytrium dendrobatidis) geen last. Een andere mogelijkheid is dat de dichtheid van gevallen bladeren is afgenomen. Die bladeren bieden reptielen en amfibieën voedsel en een schuilplaats. De onderzoekers geloven dat de hoeveelheid afgevallen bladeren van bomen zou kunnen teruglopen door een warmer en natter klimaat. In cacaoplantages nam het aantal amfibieën en reptielen per vierkante kilometer sinds 1970 juist toe met respectievelijk 4 en 2,7 procent. Onder de bomen van cacaoplantages ligt vaak een stevig dek van dode bladeren. De auteurs noemen de achteruitgang van amfibieën een van de belangrijkste problemen in het mondiale natuurbehoud. Eenderde van alle 1856 bekende amfibiesoorten wordt bedreigd. Sinds 1980 zijn er waarschijnlijk 120 soorten uitgestorven. Naast klimaatverandering speelt ook het verlies van leefgebieden en het daarin binnendringen van vreemde soorten een rol. Onderzoekers schreven in januari in het wetenschappelijke tijdschrift Nature dat dit te verklaren zou zijn uit het feit dat de leefomstandigheden voor de schadelijke schimmel optimaal zijn op een hoogte tussen 1.000 en 2.400 meter. In die redenering past niet dat Whitfield de sterke teruggang in aantallen nu ook heeft ontdekt in laaglandregenwoud. Berenblues ; IJsbeerwelpjes sterven massaal door opwarming aarde Door de opwarming van het klimaat hebben ijsbeerwelpjes in de Beaufortzee nabij Alaska het moeilijk. Een studie toont aan dat hun kansen om het eerste levensjaar te overleven ferm gedaald zijn de laatste vijf jaar. Amper 43 procent van de welpen overleeft dat eerste cruciale jaar, vergeleken met 65 procent in de jaren ’80 en ’90. De overlevende welpen zijn sinds 1990 ook merkelijk kleiner dan voor 1990. Voedsel “Dramatisch”, noemen kenners deze evolutie. Schuldige is volgens de onderzoekers aan het Alaska Wetenschappelijk Centrum de opwarming van de aarde. “Hierdoor smelt er steeds meer ijs. Dit beperkt het voedselgebied van de ijsberen enorm. De hele populatie staat onder voedselstress,” legt een onderzoeker uit. “We zijn wel niet honderd procent zeker dat dat de juiste verklaring is, maar we hebben geen idee wat het anders zou kunnen zijn.” Bedreigde diersoort De wetenschappers menen dat de studie voldoende bewijs leverd om de ijsbeer op te nemen in het lijstje van bedreigde diersoorten en om de ijsbeer extra bescherming te geven. (reuters/hln) IJsbeer krijgt status 'bedreigd' 29 december 2006 De witte bewoner van het Noordpoolgebied wordt door milieu-activisten al langer als bedreigde diersoort gezien, maar nu hebben ook de Verenigde Staten voorgesteld om de ijsbeer op de lijst van bedreigde soorten te zetten. Volgens waarnemers is het de eerste keer dat de regering-Bush het broeikaseffect beschouwt als de mogelijke stuwende kracht achter het uitsterven van een soort. Het Amerikaanse ministerie van Binnenlandse Zaken erkent dat door stijgende temperaturen het ijs rond de Noordpool verdwijnt, waardoor de ijsberen hun jachtgebied kwijtraken. Duidelijk verband Volgens een functionaris, die anoniem wilde blijven, stelde het ministerie niet eerder een dergelijk duidelijk verband vast tussen klimaatverandering en de bedreiging van een diersoort. Volgens schattingen leven er nog 20.000 tot 25.000 ijsberen op aarde, waarvan er zo'n 4.700 in de Amerikaanse staat Alaska rondlopen. Experts berekenden dat het totale aantal ijsberen de komende 45 jaar met zo'n 30 procent zal afnemen. De Amerikaanse minister Dirk Kempthorne van Binnenlandse Zaken typeerde de ijsbeer als 'één van de ultieme overlevers van de natuur'. Tegelijkertijd is hij erg bezorgd over de leefomgeving van dit dier, dat letterlijk weg lijkt te smelten. Kempthorne wilde echter niets zeggen over eventuele gevolgen die dit zou kunnen hebben voor de uitstoot van broeikasgassen in zijn land. Buitengewoon treurig Het Wereld Natuur Fonds reageerde verheugd op het nieuws, maar constateerde tegelijkertijd 'dat het buitengewoon treurig is dat de toekomst van steeds meer diersoorten zo onzeker is'. Wel vindt de milieu-organisatie het terecht dat er erkenning komt voor de benarde positie waarin de ijsbeer verkeert. Het Amerikaanse voorstel luidt om de ijsbeer de status 'threatened' te geven. Dat is een stapje lager dan de meest urgente status, 'endangered'. Toch beschouwen milieu-organisaties het voorstel als 'een grote overwinning voor de ijsbeer en voor alle bedreigde dieren in het algemeen'. Overigens kan het nog wel een paar jaren duren voordat de ijsbeer ook daadwerkelijk een beschermde status heeft gekregen. Daarvoor moet namelijk eerst de wetgeving in alle Amerikaanse staten worden aangepast. Overheidsinstellingen mogen dan geen beslissingen meer nemen die de ijsberen in gevaar zouden kunnen brengen US accepts threat to polar bears Warmte in Siberië verstoort winterslaap beren Ursus arctos yenisensis, Oost-Siberische bruine beer. Oost-Sibirië, ten westen van de Jenisej, Noord-Mongolië. Siberië wordt geplaagd door slapeloze beren. De dieren moesten al aan hun winterslaap begonnen zijn, maar het warme weer houdt hen tegen. In plaats daarvan lopen ze doelloos rond door de Siberische bossen en jagen ze de lokale bevolking angst aan. Winterslaap Bruine beren ontsnappen aan de barre winters in het koudste gebied ter wereld door in de maanden oktober-november weg te kruipen in hun hol en aan een winterslaap van bijna zes maand te beginnen. Deze holen zijn bij voorkeur een droge plaats afgeschermd met een dikke laag sneeuw. Natte winters maken een winterslaap heel wat moeilijker Bloei Het gebied is tot op heden echter sneeuwloos en atypisch warm. Russische media rapporteerden al over het fenomeen. In plaats van koud en sneeuw, komt er nieuw groen aan de bomen en bloeien de planten voor een tweede keer. “De beren voelen niet de nood om te gaan slapen”, legt experte Tatianan Laslova uit. Vetlaag De dwalende beren kunnen heel wat schade aanrichten. Om hun winterslaap heelhuids door te komen moeten de beren een extra vetlaag aanleggen door in de voorgaande maanden alles te eten wat ze tegenkomen. Tatiana’s team heeft er dan ook de handen aan vol de roofdieren ervan te weerhouden boerderijen en mensen aan te vallen. “Op dit moment (2006) is er nog genoeg voedsel voor handen dus ze vormen nog geen echt gevaar.” Bruine beren mogen gedood worden in Siberië Om de inwoners te beschermen tegen in het wilde levende bruine beren hebben de autoriteiten in het zuiden van Siberië bij wijze van uitzondering de jacht geopend op de met uitsterven bedreigde dieren. Man gedood De beren waren onlangs bij hun zoektocht naar eten steeds verder in de dorpen van de Russische deelstaat Chakassië gedrongen en hadden in September 2008 ook een man gedood. "De hongerige dieren zijn voor mensen levensgevaarlijk", zei een woordvoerder van de overheid dinsdag aan persagentschap RIA Novosti. Beschermd De dieren mogen daarom voortaan gedood worden in woongebieden. Bruine beren zijn normaal beschermd. Wereldwijd leven er nog 200.000 bruine beren, waaronder 120.000 in Rusland. (dpa/eb) (14/10/08/ De Morgen ) Klimaatverandering bedreigt vissen in Noordzee 04/01/07 Het overleven van vissen in de Noordzee wordt bedreigd door de opwarming van het klimaat. De klimaatverandering werkt immers een daling van de beschikbare hoeveelheid zuurstof in de hand, zo tonen de Duitse vorsers Hans-Otto Pörtner en Rainer Knust aan in een artikel dat vrijdag in het vakblad Science verscheen. Hun studie onderbouwt voor het eerst "een rechtstreeks verband" tussen de stijging van de temperaturen en de overlevingskansen van de puitalen. "Wanneer de temperaturen stijgen, verslechtert in de eerste plaats de zuurstofconsumptie", zo lichtte het onderzoeksinstituut van de vorsers in het Noord-Duitse Bremershaven donderdag toe. Een gebrek aan zuurstof als gevolg van de klimatologische omstandigheden is volgens het instituut de "bepalende factor" voor het overleven van de soort. Pörtner en Knust vergeleken het gedrag van puitalen in de Noordzee met dat van soortgenoten in laboratoria. De Duitse onderzoekers stelden vast dat de mortaliteitscijfers sterk toenamen wanneer de temperatuur van het water tot boven 17 graden celsius steeg. Bij temperaturen vanaf 21 graden overleefden de vissen niet lang, zo stellen de onderzoekers. De temperatuur van de Noordzee is naargelang de bron met 1 tot 2 procent gestegen in de voorbije vier decennia. In oktober 2006 bedroeg de gemiddelde temperatuur van het water 14,2 graden.(GL) Anders dan de naam doet vermoeden is puitaal geen familielid van de aal. Hoewel hij net als de paling een slangachtig lichaam heeft, staat hij, als soort, dichter bij de kabeljauwachtigen. Soms word hij door zijn kleur en tekening ook wel eens aangezien voor een botervisje, maar vooral door de ligging van de ogen, die bij de puitaal meer boven op de kop liggen en een beetje uitsteken, is hij duidelijk te onderscheiden van de botervis. Puitaal 25 tot 30 cm(Zoarces viviparus) Bij de puitaal begint de rugvin vlak achter de kop en loopt over de hele rug tot hij bijna overgaat in de staartvin. Het zelfde geld voor de anaalvin. Deze loopt van de staart tot de buik. Omdat de puitaal goed kan leven in brak water is hij vaak te vinden bij riviermondingen, de waddenzee en in grote brakke wateren zoals Oostvoorne. In de winter gaat hij op zoek naar diepere wateren. De puitaal voedt zich hoofdzakelijk met kreeftachtigen zoals vlokreeftjes en garnaaltjes die hij op de bodem bij elkaar scharrelt, maar ook kleine weekdieren staan op zijn menu. Vrij bijzonder is het feit dat de puitaal levendbarend is. De larven groeien de eerste 4 tot 6 maanden in het lichaam van het vrouwtje, tot de rond 100, op dat moment al 4.5 cm grote jongen, in verschillende fases worden geboren. Als je in het najaar tot nov/dec zo'n zwangere puitaal tegenkomt is dat heel duidelijk te zien. De normaal slanke gestroomlijnde vis heeft dan een echte uitpuilende buik net als een zwanger zoogdier. Het dier lijkt er ook duidelijk last van te hebben en maakt een uitgebluste indruk OPWARMING BEDREIGD PLANTEN Diverse plantensoorten zoals de dubbele kokosnoot, de witte prairieorchidee en zelfs de boshyacint zijn in hun voortbestaan bedreigd door de klimaatwijziging. De biodiversiteit dreigt door de opwarming een zware klap te krijgen omdat temperatuur en neerslag erg belangrijk zijn voor planten. Dit stelt de Nationale Plantentuin van België. Sommige soorten zullen door de opwarming niet meer kunnen bestaan omdat ze hun verspreidingsgebied niet snel genoeg kunnen verleggen. Geïsoleerde populaties zoals arctische en alpiene soorten worden bedreigd omdat ze nergens anders heen kunnen. Door de selectiedruk zal ook de genetische variatie binnen een soort wijzigen. Invasieve planten zullen oprukken omdat zij in een nieuwe omgeving snel kunnen uitbreiden. Een plantensoort die reeds bedreigd is, is de dubbele kokosnoot, een bijzondere palm met de allergrootste zaden (tot 30 kilo) in de plantenwereld, die enkel op de Seychellen voorkomt. Ook voor de witte prairieorchidee, die enkel voorkomt in moerassen en venen van de Amerikaanse staat Illinois, ziet de toekomst er niet goed uit omdat deze gebieden almaar droger worden. Ook de boshyacint, die in bossen voor blauwe voorjaarstapijten zorgt, is op termijn bedreigd. (belga/hln)