Evelien Bams Kim Bormans Anja Drybooms Kenny Elsen Kristien Verhoeven Bo Vleminx Op welke manier beïnvloedt pesten de leermotivatie? Pesten zal voor eeuwig en altijd een belangrijk fenomeen op school blijven. Wij gaan dieper in op hoe de motivatie van een gepeste leerling beïnvloed wordt. Eerst maken we een onderscheid tussen pesten en plagen, wat een groot verschil is. Daarna kijken we naar de verschillende soorten pestgedrag en wat het pesten betekent voor zowel de pester, de gepeste en voor de klasgenoten. Ten slotte komen we tot een besluit over hoe een pestende leerling de motivatie (om te leren) van een gepeste leerling kan beïnvloeden. Pesten versus plagen Veel kinderen gaan graag naar school. Maar waarom gaan ze graag naar school? “Al mijn vrienden zijn daar.”, is één van de meest terugkerende redenen. Natuurlijk zijn niet alle leerlingen even blij dat ze naar school mogen, want sommigen onder hen hebben weinig tot geen vrienden of worden gepest. Overal komt het wel eens voor dat er iemand een medeleerling om één of andere reden bewust wilt kwetsen. Niet één of twee keer maar vaak meerdere keren per dag. Dag in dag uit wordt die ene jongen of dat ene meisje geviseerd en ook anderen kunnen hier in betrokken geraken. Wanneer iemand continu gepest wordt, verdwijnt de motivatie om naar school te gaan en kunnen er zelfs blijvende psychische problemen optreden. Wanneer de gepeste zich dan wil verdedigen, zou er in een aantal gevallen zelfs agressie kunnen opborrelen bij de pester(s). Het is dan snel duidelijk wie de machtsmisbruiker is. Naast pesten bestaat er ook plagen. In tegenstelling tot pesten, is plagen onschuldig en grappig bedoeld. De plager wil niemand pijn doen en beschouwd zijn of haar “slachtoffer” als een gelijke. Daar komt nog bij dat het heel gemakkelijk is voor de leerling om bij gelegenheid terug te plagen. Belangrijke verschillen, maar soms is de grens tussen pesten en plagen verraderlijk dun. Soorten pestgedrag Als we ervan uitgaan dat er gepest wordt, kunnen we drie soorten pestgedrag onderscheiden: direct, indirect en relationeel pesten. Onder direct pestgedrag verstaan we het openbaar/zichtbaar pesten van anderen. Dit kan zowel verbaal als fysiek. Met verbaal pesten, bedoelen we iemand anders frequent uitschelden, uitlachen, belachelijk maken, …. Fysiek pesten daarentegen is het vernielen van persoonlijke spullen, duwen, trekken, … . Terwijl direct pesten dus omschreven wordt als een openbare aanval op anderen, is indirect pesten een vorm van “onzichtbaar” pesten. Hieronder vallen bijvoorbeeld roddelen, negeren en uitsluiting bij groepen. Het pestgedrag gebeurd dus op psychisch vlak. Als laatste spreekt men nog over relationeel pesten en dit is wanneer relaties en vriendschappen gebruikt worden om iemand emotioneel te pesten. Relationeel pesten kan zowel direct als indirect voorkomen. Algemeen blijkt dat bij jongens vooral direct pestgedrag voorkomt, terwijl bij meisjes eerder indirect en relationeel pestgedrag de kop op steekt. 1 Evelien Bams Kim Bormans Anja Drybooms Kenny Elsen Kristien Verhoeven Bo Vleminx Gevolgen van pesten De gepeste Bij het slachtoffer zijn er zowel lichamelijke als psychische klachten. Hij/zij staat steeds onder druk en is steeds op zijn/haar hoede voor een nieuwe aanval van de pester. Hierdoor ontstaat stress die enkele lichamelijke klachten tot gevolg kan hebben zoals hoofdpijn, maagpijn, hoge bloeddruk,… . Dit kan zelfs zo erg worden dat er medische behandelingen nodig zijn. Ook de psychische klachten ontstaan vaak door de stress die pesten met zich meebrengt. Te veel stress kan iemand helemaal leegzuigen, hierdoor zullen vermoeidheid en een leeg gevoel beetje bij beetje de overhand nemen. Van hieruit ontwikkelen zich nog meer klachten. Het slachtoffer vormt zich een negatief zelfbeeld en er kan eventueel faalangst ontstaan. Verder is er onzekerheid in sociale relaties waardoor eenzaamheid en isolement de kop kunnen opsteken. Omwille van deze uitingen gaan de leerlingen een antipathie tegenover school ontwikkelen en verhoogd de kans op spijbelen. De pester Vaak wordt verondersteld dat pestgedrag enkel voor de gepeste behoorlijke gevolgen heeft. Met de gevolgen voor de pester wordt echter veel minder rekening gehouden. Toch kan ook de pester verschillende gevolgen ondervinden van zijn eigen pestgedrag. Wie iemand pest, voelt zich meestal stoer en gaat zich hier ook naar gedragen. Dit ‘stoere’ gedrag heeft vaak invloed op de omstanders, hetzij op een positieve of negatieve manier. Vaak denken de omstanders dat een pester erg veel vrienden heeft. Meestal is dit echter niet het geval en zijn de ‘vrienden’ van de pester enkel zijn/haar ‘vrienden’ omdat ze bang zijn anders zelf een slachtoffer te worden. Een pestend kind dat zijn gang kan gaan leert ook dat pesten de enige manier is om in een groep te functioneren, ze ontwikkelen geen nieuwe sociale vaardigheden. Wanneer er later tegen het pestgedrag van dit kind zal worden ingegaan, en de pesterijen ophouden zal het kind ook snel het grootste deel van zijn vriendengroep verliezen. Pestkoppen blijven dus dikwijls zonder vrienden achter en komen terecht in een sociaal isolement. Doordat pestende kinderen weinig sociale vaardigheden bezitten, hebben ze ook veel moeite met het maken van nieuwe vrienden. Ook op lange termijn heeft dit aanhoudende gevolgen. Zo zal ook een pester later op het werk moeten samenwerken met collega’s en is het van belang om goede sociale vaardigheden te bezitten. Pesters behalen ook vaak minder goede resultaten op school. Door deze slechtere resultaten krijgen zij het gevoel dat een opleiding niet zinvol is en dat ze er even goed mee kunnen stoppen. Op die manier wordt de kans op vroegtijdig schoolverlaten vergroot bij pestende kinderen. Dit heeft ook invloed op het latere leven van de pester. Doordat ze immers niet hoog opgeleid zijn, worden hun kansen op de arbeidsmarkt veel kleiner. Tenslotte heeft onderzoek ook aangetoond dat hardnekkige pestkoppen meer kans hebben om later in de criminaliteit verzeild te geraken. De pestkop blijft immers vaak op een negatieve manier macht uitoefenen op andere mensen. De klasgenoten Ook de klasgenoten van de pester of het slachtoffer kunnen verschillende gevolgen ondervinden van pestgedrag. Zo is vaak de sfeer in de klasgroep bedrukt en onveilig. In de klas ontwikkelt zich een negatieve sfeer en hebben de pestkoppen het meestal voor het zeggen. Deze negatieve sfeer kan zelfs zorgen voor meer potentiële pesters. Ook leerkrachten merken deze sfeer op en komen vaak 2 Evelien Bams Kim Bormans Anja Drybooms Kenny Elsen Kristien Verhoeven Bo Vleminx niet meer graag in de klas. Ze reageren korter en gebruiken minder groepsgerichte werkvormen. Daardoor gaan de leerlingen ook in de klas minder met elkaar om, wat ook negatieve gevolgen heeft ten opzichte van de sociale banden en het pestgedrag. Deze reactie van de leerkrachten heeft vaak ook een negatief effect op de schoolresultaten van vele leerlingen. Klasgenoten weten meestal dat het pestgedrag van de pester fout en niet tolereerbaar is. Ze zijn vaak echter te bang om er iets van te zeggen, omdat ze dan misschien het risico lopen zelf gepest te worden. Door deze stressfactor worden leerlingen soms ziek of krijgen ze angst om naar school te gaan: er treedt meer ziekteverzuim op. Doordat ze hun eigen mening niet durven te geven, tast het pestgedrag ook de sociale vaardigheden van de klasgenoten aan. Ook hebben klasgenoten meestal een schuldgevoel, omdat ze het pestgedrag niet durven te melden of er niets aan durven te doen. Besluit De motivatie van een gepeste leerling om naar school te gaan is vaak ver zoek. Het zijn vooral psychische problemen die veroorzaakt zijn door pesters, hieronder valt ook het sociale aspect. Ze proberen dan ook allerlei redenen te vinden om niet naar school te hoeven gaan. Ze doen alsof ze ziek zijn bijvoorbeeld of ze spijbelen. Als ze toch naar school gaan zijn ze bang dat de aandacht op hen zal vallen en dus vermijden ze het stellen en beantwoorden van vragen. Het risico hier is ook dat de gepeste leerling geen vragen zal stellen over leerstof die hij niet begrijpt. Doordat hij dan de leerstof niet begrijpt en dus ook slecht scoort, belandt de leerling in een cyclus van mislukkingen. Na een mislukking daalt het niveau van eigenwaarde. De verwachting over de volgende prestatie daalt ook en dus zal de motivatie van de leerling om te leren nog zwakker worden. Gepeste leerlingen sluiten zich vaak af voor andere mensen. Ze verliezen vrienden en hebben geen zin of krijgen niet de kans om nieuwe vrienden te maken. Dit is een factor die er ook weer voor zorgt dat een gepeste leerling de motivatie om naar school te gaan verliest. Het sociale aspect is immers één van de hoofdredenen voor jongeren om naar school te gaan. De goede prestaties van vrienden kunnen er immers voor zorgen dat ook jij gemotiveerd raakt om dezelfde prestaties te kunnen neerzetten. Het motiveert je met andere woorden tot leren. 3 Evelien Bams Kim Bormans Anja Drybooms Kenny Elsen Kristien Verhoeven Bo Vleminx Bronnen JEROEN DE PIJPER, JOZEF E. LABUCHE, Gevolgen voor het slachtoffer, internet, 6 november 2009, (http://www.mindinbalance.nl/gevolgen.html) GGD, Pesten, internet, 7 november 2009, (http://www.ggdzhe.nl/domains/default/pages/content.aspx?contentcode=MIR_23981&content=14890000007739_2 _10000000001651&navid=14890000000004_14890000007321#3) KLASSE, Pesten, internet, 2009-11-04, (http://www.klasse.be/leraren/archief.php?id=2452) KLASSE, Pestkoppen in elke klas, internet, 2009-11-04, (http://www.klasse.be/leraren/archief.php?id=785) NEDERLANDS JEUGDINSTITUUT, Dossier pesten: definitie, internet, 2009-11-02, (http://www.nji.nl/eCache/DEF/1/09/699.html) SCHOLIEREN, Pesten (oorzaak, gevolgen en informatie), internet, 2003-01-03, (http://www.scholieren.com/werkstukken/9971) WEB-LOG, Pesten op school, internet, 2009-11-04, (http://pestenopschool.web-log.nl/pestenopschool/5.html) FELDMAN, R.S., ontwikkelingspsychologie, Pearsons Education Benelux, 2009, p. 414 4