De weg naar de diagnose - NET

advertisement
‘De weg naar de diagnose’
Onderdeel van het boek ‘Ook mannen hebben opvliegers’
Neuro-endocriene tumoren, een kanker in vele gedaantes
Uitgebreid met 67 korte patiëntenverhalen
Carmen-Miranda Kleinegris
Willy Brinkman
Inhoudsopgave
Resultaten onderzoek ‘De weg naar de diagnose’. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Verantwoording. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
67 patiëntenverhalen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Primaire tumor in de longen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Primaire tumor in de pancreas. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Primaire tumor aan de buitenkant van de darmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Primaire tumor in de dikke darm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Primaire tumor in de dunne darm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Primaire tumor onbekend. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Primaire tumor op overige plaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Plaats primaire tumor lijkt niet juist benoemd in de vragenlijsten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Colofon
Redactie
Dr. Alies Snijders, beleidsmedewerker NFK
Dr. Babs Taal, internist NKI-AVL
Christine Aalders, voorheen maatschappelijk werkster NKI-AVL
Drs. Corien Heemstra-Borst, huisarts
Dr. Fransje Snijders, internist Beatrix Ziekenhuis Gorinchem
Overige medewerkers
Mr. Annemieke Muller, juridisch advies
Esseline Haps, NET-groep
John Hogervorst, NET-groep
Ria Westgeest, NET-groep
Vormgeving
Mooizo Design
De tekst van het onderzoek is een onderdeel van het boek ‘Ook mannen
hebben opvliegers’ Neuro-endrocriene tumoren, een kanker in vele gedaantes.
Dit boek is te downloaden via www.net-kanker.nl
Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de uitgever SPKS, de auteurs en de redacteuren geen
aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden in de teksten, noch voor de gevolgen daarvan. Het maken van kopieën uit deze
uitgave en/of het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in andere werken is alleen zonder de voorafgaande toestemming van auteurs en
uitgever SPKS toegestaan, indien zulks onder het wettelijk toegestane citaatrecht valt of de betreffende gedeelten volledig, zonder aanpassingen
en met bronvermelding worden overgenomen.
‘De weg naar de diagnose’
Onderzoek naar het tijdstip van de diagnose NET en de klachten die er aan vooraf gingen
Carmen-Miranda Kleinegris en Willy Brinkman
Verantwoording
December 2009 besloten we met een aantal mensen dat er een informatief boekje moest komen over de medische
en psychosociale aspecten van neuro-endocriene tumoren met daarbij ervaringen gebaseerd op de Nederlandse
situatie. Al snel waren diverse artsen en andere professionals geïnteresseerd in dit plan. Ook geldgevers raakten
enthousiast. In maart 2010 werd gestart met het schrijven van het boek ‘Ook mannen hebben opvliegers’, naar
aanleiding van dit beschrijvend onderzoek onder een selectieve groep.
In samenwerking met de NFK stelden we een vragenlijst op, die begin mei 2010 aan patiënten werd gepresenteerd.
De groep patiënten die benaderd werd is een geselecteerde groep, die aangesloten is bij de patiëntengroep NET.
Er werden 96 vragenlijsten uitgezet met een begeleidende brief over het doel van het onderzoek en het boekje.
Binnen twee maanden kwamen 67 vragenlijsten ingevuld retour. De vragenlijsten zijn zeer nauwgezet en uitgebreid
ingevuld. Een deel is geretourneerd met aanvullende verhalen en gegevens uit het medische dossier. Slechts drie
vragenlijsten waren onvolledig ingevuld op de belangrijkste doelvragen. Vier vragenlijsten zijn ingevuld door de
partner of zoon/dochter, omdat de patiënt was overleden.
Verrast als wij waren door de hoge respons en de uitgebreide verhalen, hebben we alsnog besloten om alle gegevens
niet alleen in een databestand in te voeren voor cijfermatige analyse, maar deze gegevens tevens in verhaaltjes van 5
tot 15 regels samen te vatten, zoveel mogelijk in de woorden van de patiënten zelf. Deze verhalen konden vanwege
ruimtegebrek niet worden opgenomen in het boek, maar zijn in dit stuk wel verwerkt.
Dankzij de enorme inzet van de redactie en de hulp van Esseline Haps, Ria Westgeest en John Hogervorst kon dit
stuk tot stand komen.
Het boek ‘Ook mannen hebben opvliegers’ Neuro-endocriene tumoren, een kanker in vele gedaantes, van dr. Babs Taal,
Carmen-Miranda Kleinegris en Willy Brinkman, is gratis verkrijgbaar bij de NET-groep, [email protected] en diverse
kankercentra. Het boek is eveneens te downloaden via de site www.net-kanker.nl
<
naar inhoudsopgave
<
3
>
Vragen
Naast de standaardvragen over sekse, leeftijd bij invullen van de vragenlijst en de datum van de diagnose NET, werd
er gevraagd naar de plaats van de primaire tumor en de uitzaaiingen, of de tumor en uitzaaiingen verwijderd konden
worden en naar het ziekenhuis waar de diagnose gesteld werd en het ziekenhuis waar men thans behandeld wordt.
De belangrijkste doelvragen van het onderzoek waren:
I.
Kunt u zich herinneren in welk jaar u voor het eerst met klachten naar de (huis)arts ging, die achteraf te maken
hebben met uw specifieke NET?
II. Met welke klachten bent u nog meer bij de huisarts of specialist geweest die achteraf te maken hadden met uw
kankersoort? Wat gaf de arts voor diagnose bij deze klacht(en).
Met de antwoorden op deze vragen kon worden vastgesteld welke klachten de patiënten allemaal hebben ervaren
tot de juiste diagnose werd gesteld, welke foutdiagnosen onderwijl passeerden en hoe lang de periode was voor de
juiste diagnose NET werd gesteld.
Door middel van een aantal figuren en tabellen geven we in dit boekje inzicht in de belangrijkste uitkomsten.
Resultaten
Leeftijden bij invullen vragenlijst
Er hebben 28 mannelijke en 39 vrouwelijke patiënten geparticipeerd in dit onderzoek. De gemiddelde leeftijd bij het
invullen van de vragenlijsten lag rond de 60 jaar (tabel 1).
Tabel 1
Leeftijd bij invullen vragenlijst
Gem. leeftijd
Min. leeftijd
Max. leeftijd
Man en Vrouw (67x)
60
39
83
Man (28x)
60
46
77
Vrouw (39x)
60
39
83
Leeftijd bij diagnose
De gemiddelde leeftijd bij de diagnose NET, lag zowel bij mannen als vrouwen rond de 53 jaar. Het overgrote deel
van de patiënten was bij diagnose tussen de 45 en 60 jaar oud (figuur 1).
Leeftijd patiënten
Figuur 1
Spreiding van leeftijd van patiënten bij diagnose
80
75
70
65
60
55
50
45
40
35
30
Patiënten, op volgorde van invoer vragenlijsten
Nb: 1 patiënt op het totaal van 67 valt af omdat de vragenlijst niet volledig was ingevuld
<
naar inhoudsopgave
<
4
>
Lokalisatie primaire tumor
Figuur 2 vermeldt het aantal patiënten in combinatie met de plaats van de primaire tumor. Deze cijfers komen redelijk
overeen met de cijfers van B.G.Taal¹.Alleen de mensen met een NET in de long zijn getalsmatig ondervertegenwoordigd
en mensen met een tumor in de appendix komen niet voor. Dit laatste is logisch, omdat bij een toevalsbevinding van
NET in de appendix, dit al in een vroeg stadium wordt gevonden en mensen inmiddels uit de controle zijn ontslagen.
Dat mensen met een primaire tumor in de long ondervertegenwoordigd zijn, kan te maken hebben met het feit dat
de patiëntengroep NET is aangesloten bij een grotere patiëntenvereniging, de SPKS met 5 patiëntengroepen, die
zich presenteert als belangenbehartiger voor patiënten met een kanker aan het spijsverteringskanaal.
Mensen met een NET in de long en met typische longproblemen voelen zich waarschijnlijk niet aangesproken door
de verzamelterm ‘kanker aan het spijsverteringskanaal’.
Aantal patiënten
Figuur 2
Incidentie plaats primaire tumor
20
18
16
14
12
10
8
6
4
2
0
DUD
ODD
PAN
LON
DID
BDD
LEV
PTO
OVERIG
Plaats primaire tumor
DUD
PAN
DID
LEV
Overig
dunne darm
pancreas
dikke darm
lever
baarmoeder, ovaria, milt, maag, duodenum
ODD
LON
BDD
PTO
overgang dunne/dikke darm
long
buitenkant dunne darm
primaire tumor onbekend
Plaats van uitzaaiingen
Slechts twee van de 67 patiënten geven aan dat zij geen uitzaaiingen hebben, in de lymfe op afstand of elders. De
overige 65 patiënten hebben veelal op meer dan één plaats uitzaaiingen (tabel 2). De uitzaaiingen komen, zoals
bekend bij NET, het meest voor in de lever. Bij overige plaatsen van uitzaaiingen, moet gedacht worden aan huid,
hoofd, baarmoeder, ovaria, galblaas, duodenum, borst.
Tabel 2
Incidentie plaats uitzaaiingen
Plaats uitzaaiingen
Aantal
Lever
50
Buikvlies/onderbuik/darmvlies
11
Lymfeweefsel op afstand
9
Dikke darm
6
Dunne darm
5
Botten/skelet
6
Hart
5
Long
4
Overige plaatsen
20
Plaats niet benoemd in de vragenlijsten
4
Nb: De uitzaaiingen in de dikke darm en dunne darm zijn strikt genomen mogelijk geen uitzaaiingen, maar eerder tumoren die te uitgebreid
waren voor verwijdering. Deze moeten eigenlijk gezien worden als de primaire tumor.
<
naar inhoudsopgave
<
5
>
Van eerste klacht tot diagnose
De periode tot de juiste diagnose NET kent een grote spreiding (figuur 3 en tabel 3). Een deel van de patiënten
(36,9%) kreeg binnen een jaar de juiste diagnose. Het merendeel van de patiënten (46,1%) deed er 2 tot 10 jaar
over. Bij elf patiënten (16,9%) volgde pas tussen de 10-23 jaar een juiste diagnose, waarvan twee uitschieters van
respectievelijk 22 en 23 jaar. Één betreft een patiënt waarvan wij het medische dossier hebben ingezien en bij wie
het 22 jaar duurde voor de tumor aan de buitenkant van de dunne darm werd gevonden (zie verhaal Audrey).
Figuur 3
Tijdsperiode van 1e klacht tot diagnose in jaren
30
Aantal diagnoses
25
20
15
10
5
0
0-1
1-5
5-10
10-15
15-20
20-25
Periode van 1e klacht tot diagnose (in jaren)
Nb: 2 patiënten vallen af bij deze doelvraag omdat de vragenlijst niet volledig was ingevuld
Gemiddelde tijdsduur tot de diagnose
Uit Amerikaans onderzoek van Toth-Fejel2, naar het ‘doctors delay’ bij NET onder 115 patiënten, blijkt dat patiënten er
gemiddeld 66 maanden over doen, na het eerste artsenbezoek, tot de juiste diagnose gesteld wordt. Dat komt redelijk
overeen met de cijfers uit dit Nederlandse onderzoek. De gemiddelde tijdsduur vanaf het eerste artsenbezoek tot de
diagnose, in dit onderzoek, is 55 maanden.
Tabel 3
Gemiddelde tijdsduur in maanden tot diagnose naar plaats primaire tumor
Aantal maanden tot de diagnose
Gem.
Min.
Max.
Dunne darm, dikke darm en overgang dun/dik (34 pers.)
52
0
170
Pancreas (12 pers.)
36
1
124
Long (6 pers.)
58
5
132
Maag, buitenkant dunne darm, duodenum (4 pers.)
140
1
276
Overigen: primaire tumor onbekend, milt, ovaria, baarmoeder,
tussen lever en nier (9 pers.)
71
1
138
<
naar inhoudsopgave
<
6
>
Volgens Toth-Fejel² betekent een langer ‘delay’ geen uitgebreidere ziekte of een slechtere prognose voor overleving.
Toth-Fejel geeft aan dat dit doctors delay wel van invloed is op de kwaliteit van leven van de patiënt. Dat bleek
eveneens uit dit onderzoek en de gesprekken die naar aanleiding van de vragenlijsten met 14 patiënten en 2
nabestaanden zijn gevoerd. In deze jarenlange periode voor de diagnose ervoeren patiënten veel klachten en zij
beschreven kenmerken die aangeven dat de kwaliteit van leven afnam.
Afname kwaliteit van leven door uitstel van diagnose
De meest genoemde klachten
Uit de vragenlijsten bleek een gevarieerd klachtenpatroon bij patiënten met een NET. Naarmate de jaren vorderden
werd het klachtenpatroon vaak uitgebreider. Bij veel mensen werd bijvoorbeeld bij de eerste gang naar de arts
de klacht flushes niet direct genoemd of nog niet ervaren. In de loop der jaren kwamen er echter klachten bij en
werden steeds meer klachten bij de arts genoemd. Tabel 4 toont een weergave van de meest genoemde klachten,
onafhankelijk van de plaats van de primaire tumor en/of uitzaaiingen.
Tabel 4
De meest genoemde klachten
De meest genoemde klachten
Aantal pers.
Pijn (voornamelijk buikpijn; daarnaast in rug, hoofd, gewrichten en huid)
42
Diarree, vetdiarree
25
Buikkrampen, koliek en overige klachten benoemd als last van darmen
24
Vermoeidheid
19
Flushes (door een aantal genoemd in samenhang met gejaagdheid)
18
Misselijkheid en/of braken of bloedbraken
12
Gewichtsverlies
10
Duizeligheid, bewustzijnsdaling, flauwvallen, hypo
9
Bloeddrukschommelingen (plotselinge stijging)
6
Psychische klachten (stress, onbegrepen voelen, burn-out)
6
Plotselinge benauwdheid, a.g.v. longproblemen of druk op de borst
5
Darmafsluiting, niet meer kunnen eten of drinken
5
<
naar inhoudsopgave
<
7
>
Soort en aantal foutdiagnosen aangegeven door patiënten
Vooral bij de mensen die pas na jaren de juiste diagnose NET kregen, passeerden diverse foute diagnosen van
huisarts en/of specialist, alvorens de juiste diagnose NET werd gesteld (tabel 5).
Tabel 5
Foute diagnosen door patiënten gemeld
Foute diagnosen door patiënten gemeld
Aantal pers.
Acute pancreatitis
1
Allergie problemen
2
Baarmoederhalskanker
1
Blaasontsteking/urineweginfectie
2
Blindedarmontsteking
1
Darmafsluiting
2
Darmproblemen benoemd als: spastische darm, buikgriep, koliek, etc.
15
Diarree a.g.v. bloeddrukmedicatie
1
Eierstokkanker
1
Galblaasproblemen, galstenen
3
Longontsteking
2
Lymfe oedeem
1
Maagzweer
1
Nierbekkenontsteking/nierstenen
1
Overgang
4
Psychisch of psychiatrisch geduid: burn-out, stress, depressie, anorexia
15
Reumatische aandoeningen, zoals: fibromyalgie, ziekte van Sjögren
2
Trombose
1
Voedselvergiftiging
1
Ziekte van Crohn
2
Ziekte van Pfeiffer
1
Kenmerken die aangeven dat de kwaliteit van leven afnam
Volgens Sprangers3 is de kwaliteit van leven het functioneren van personen op fysiek, psychisch en sociaal gebied
en de subjectieve evaluatie daarvan. Kwaliteit van leven bestaat dus uit zowel relatief objectieve als uit subjectieve
aspecten. Objectieve aspecten gaan over het feit of iemand als gevolg van zijn gezondheid bepaalde beperkingen
heeft. Subjectieve aspecten zeggen iets over het oordeel van de persoon over (aspecten van) zijn gezondheid.
Kwaliteit van leven is multidimensioneel. Globaal zijn er het lichamelijke, psychische en sociale domein. Deze kunnen
worden onderverdeeld in specifieke dimensies, zoals bijvoorbeeld lichamelijk functioneren en pijn, die beide deel
uitmaken van het lichamelijke domein van kwaliteit van leven. Het psychische domein omvat psychische klachten,
zoals angstige of depressieve gevoelens of positieve gevoelens van welbevinden. Het sociale domein omvat
bijvoorbeeld het aantal en de kwaliteit van de sociale contacten. Ook de mogelijkheid om sociale rollen te vervullen,
zoals het functioneren in gezin, werk, vriendenkring of vrije tijd, valt onder het sociale domein.
Uit de vragenlijsten en de interviews die zijn afgenomen bleek, dat hoe langer het duurde voordat de diagnose NET
werd gesteld, des te meer verlies van kwaliteit van leven werd ervaren. De meeste patiënten hadden veel pijn of
andere klachten die vaak ervaren werden en/of hen in het dagelijks leven belemmerden. Door pijn of zich niet goed
voelen trokken mensen zich terug uit sociale contacten of voelden zich beperkt in de dagelijkse activiteiten binnen
gezin, werk, hobby’s en sport. De sociale contacten, die hiermee samengaan, namen af in kwaliteit en kwantiteit. Ook
vermoeidheid werd veel genoemd en beperkte mensen in het realiseren van wensen en doelen in het persoonlijke
en maatschappelijke leven. Diarree beperkte patiënten in de actieradius tot plaatsen waar in de directe omgeving
<
naar inhoudsopgave
<
8
>
een toilet aanwezig was. Door misselijkheid, ernstig boeren, diarree en gassen werden patiënten in hun voedselkeuze
beperkt, waardoor sommigen actief gingen experimenteren met diëten of het weglaten van bepaalde producten als
kool, uien, koolhydraten, snelle suikers, vlees, koemelk, kruiden, etc. Dit bracht soms voor korte tijd enige verlichting.
Franse kaas en wijn zijn van invloed op de toename van flushes en andere symptomen. Mensen die nog geen
diagnose hadden, konden dit niet weten en daarom de toename van klachten niet herleiden. Zo gaf één man aan
dat zijn klachten steeds tijdens de vakanties in Frankrijk toenamen, wat achteraf logisch is omdat -zoals hij aangaf- hij
daar meer Franse kaas consumeerde.
Voor verschillende mensen werden de vakanties een minder prettige aangelegenheid. Klachten namen toe, o.a.
door andersoortige eetgewoonten. Maar ook de bekende factor stress gaf een toename van symptomen wat
begrijpelijk is, omdat bij veel mensen, ook zonder kanker, voorafgaande aan en tijdens de eerste vakantiedagen
stress als uitlokkende factor voor klachten gezien wordt. NET-patiënten gaven aan dat bij toename van inspanning
en stress de symptomen verergerden. Dit gold eveneens voor andere stress gerelateerde factoren als het overlijden
van een partner, werkgerelateerde problemen en gebrek aan rust. De inspanning bij het sporten werd voor mensen
langzaamaan een straf terwijl men dit voorheen met plezier deed.
Vicieuze cirkel
Een aantal mensen in het onderzoek bleef jaren, zonder verder onderzoek, binnen de huisartsenpraktijk. Maar
voor het merendeel gold dat mensen met een late diagnose relatief vaak naar een (huis)arts of voor onderzoek
naar een ziekenhuis gingen. Dit betekende niet alleen een inbreuk op het dagelijks leven, maar gaf steeds vaker
spanning door het uitblijven van concrete diagnosen en een passende behandeling die hen van de vele klachten
zou verlossen. Want ondanks medicijnen voor een z.g. spastische darm etc. namen de klachten niet af. De patiënt
begon zich hierdoor een zeur te voelen en de sociale omgeving en de arts hadden steeds meer hun twijfels of ze de
patiënt nog wel serieus moesten nemen. Veelal het begin van een vicieuze cirkel, waarbij arts en sociale omgeving
mede door onmacht dachten en steeds vaker beweerden dat er psychisch iets niet in orde was met de patiënt, terwijl
de patiënt steeds aangaf dat het toch echt zijn/haar lijf was en volhield dat er wel degelijk iets medisch fout moest
zitten, al konden de artsen nog niets vinden. Patiënten werden bijvoorbeeld door hun arts in therapie gestuurd om
te leren omgaan met onverklaarbare pijn, hartkloppingen, plotselinge benauwdheid die vaak hyperventilatie werd
genoemd, verhoogde werkstress, een z.g. burn-out etc. Hierdoor voelde de patiënt zich niet serieus genomen en
onbegrepen in een door hen onjuist gevoelde diagnose. Deze vicieuze cirkel werd pas doorbroken na de diagnose
NET. Voor sommigen waren de gevolgen echter al desastreus. Mensen waren inmiddels gestopt met werken, relaties
waren gestrand en er was veel tijd en kwaliteit verloren gegaan. Maar ook zijn patiënten aan zichzelf gaan twijfelen
en onzeker geworden. Het is tenslotte moeilijk om overeind te blijven of vast te houden aan je eigen standpunt als
artsen en zelfs belangrijke mensen uit de primaire steungroep aan je gaan twijfelen en geen vragen meer stellen
bij hun eigen diagnosen of optreden. Deze vicieuze cirkel werd samen met de eerder genoemde klachten gezien
als belangrijkste reden voor afname van de kwaliteit van leven. Deze vicieuze cirkel blijkt ook gevolgen te hebben
voor de behandeling. Mensen hebben foute diagnosen gekregen of hebben zo lang aan lopen modderen met hun
klachten, dat het voor artsen –ook nieuwe behandelaars- vaak moeilijk is om het vertrouwen van deze patiënten
terug te winnen. Patiënten willen er graag van uitgaan dat de dokter alles weet. Dit bleek achteraf dus geen reële eis
ten aanzien van de kennis van een zeldzame kankersoort.
Factoren die het risico op een foute diagnose vergroten
NET is een zeldzame tumorsoort en huisartsen krijgen statistisch gezien slechts één maal per 25-40 jaar een patiënt
in hun praktijk. Maar ook de gemiddelde internist en longarts komen deze patiënten zelden tegen vanwege de
incidentie van slechts 1 à 2 patiënten per 100.000 mensen. Het gevolg is dat de herkenning, van deze toch al lastig
herkenbare kankersoort door onbekendheid nog moeilijker wordt. Uit de interviews en de vragenlijsten van het
onderzoek kwam naar voren dat er daarnaast diverse belemmerende factoren zijn die de kans op een foutdiagnose
ongunstig beïnvloeden.
Veelheid van klachten
Patiënten met een veelheid aan klachten, zijn soms alleen op deelklachten onderzocht. Dit kwam ondermeer doordat
zij vaker naar een arts gingen, maar zich elke keer met een andere klacht presenteerden. Jammer genoeg leidde dit in
de meeste situaties niet tot een optelsom van alle voorafgaande en huidige klachten, waardoor gerichter onderzoek
had kunnen plaatsvinden. Bijvoorbeeld patiënten die zich presenteerden met klachten die ook voorkomen bij IBS,
bleven lang in deze diagnose ‘hangen’, al kwamen er klachten bij zoals flushes, braken en gewichtsverlies, die tot een
<
naar inhoudsopgave
<
9
>
andere diagnose hadden kunnen leiden. Pas als patiënten erg veel gewicht kwijt raakten, werd de richting van het
medische onderzoek veranderd.
Eerdere psychische klachten
Patiënten met een eerder gediagnosticeerde burn-out vanwege een ingrijpende gebeurtenis in hun leven of met
werk/relatie gerelateerde problemen, bleken steeds weer opnieuw de diagnose ‘psychische klachten’ toebedeeld
te krijgen als de arts/specialist na onderzoek geen andere verklaring had voor de klachten van de patiënt. Als de
patiënt dit vervolgens niet onderschreef, werd dit eerder gezien als ‘ontkenning’ en daardoor een bevestiging van
psychosomatische problematiek, dan als een reden voor de arts om twijfels te hebben bij zijn/haar diagnose.
Sturing patiënt
Patiënten die zelf steeds op zoek waren naar het verklaren van de oorzaak van hun medische klachten leverden
tegelijkertijd een probleem op voor de juiste diagnose. Door steeds voorzetjes te geven in de trant van: ‘kan het
de overgang zijn’, ‘is het misschien een koemelkallergie’, ‘is het misschien een allergie voor huisdieren’ of na jaren:
‘het zal wel weer psychisch zijn’, stuurden patiënten onbewust mee naar een foutdiagnose. Terwijl zij juist hardop
meedachten met de bedoeling een juiste diagnose te bespoedigen, pakte dit eerder verkeerd uit. Dergelijke
uitspraken vertroebelen onbedoeld soms het gesprek, wat verwarring kan opleveren voor een arts die zelf geen
duidelijk beeld heeft bij de soms vage klachten.
Langdurige klachten
Veel patiënten met een traag groeiende NET gaan relatief vaak naar een arts vanwege aanhoudende pijn en andere
klachten. Het is bekend dat een lang patiëntendossier niet bevorderend werkt als een arts zich toch al machteloos
voelt over de diagnosestelling van de vaak vage klachten. De begrijpelijke onmacht van artsen roept vervolgens ook
machteloosheid bij de patiënt op wat kan leiden tot een neerwaartse spiraal in de communicatie.
Verwarring en gebrek aan kennis bij artsen
De klachten in combinatie met de leeftijd kunnen ook aanleiding geven tot verwarring en een onjuiste diagnose.
Bij het gros van de mensen uit het onderzoek ontstonden de klachten als flushes grofweg tussen het 45e en 55e
levensjaar. Een periode waarin de meeste vrouwen last krijgen van de overgang en dus te maken kunnen hebben
met opvliegers en andere vage klachten. Dit gegeven speelde bij meerdere vrouwen een belemmerende factor
voor een juiste diagnose. Bij de mannen speelde bij de klacht van flushes hoofdzakelijk het gebrek aan kennis bij de
diagnosticerende artsen een rol (zie in de 67 korte verhalen op de PDF).
Aanleiding tot de juiste diagnose
Uit het onderzoek en de interviews bleek dat er ook factoren zijn die de periode tot de diagnose kunnen verkorten
of de neerwaartse spiraal van foutdiagnosen doorbreekt. Patiënten gaven zelf de volgende factoren aan die de juiste
diagnose uiteindelijk bespoedigden:
Nieuwe arts, een frisse kijk
Een nieuwe arts die de huisartsenpraktijk van zijn voorganger overnam, een second opinion of een andere specialist
in een nieuw ziekenhuis tijdens de vakantie, waardoor als het ware met een objectieve blik naar een nieuwe patiënt
gekeken werd.
Specifieke kennis van de specialist
Twee mensen uit het onderzoek gaven aan, dat bij hen de diagnose NET al in een paar maanden werd gesteld,
omdat hun specialist uit het streekziekenhuis zich tijdens zijn opleiding heeft gespecialiseerd in NET. Daaruit zou
je voorzichtig kunnen afleiden, dat meer kennis van deze kankersoort bij artsen zou kunnen leiden tot een snellere
diagnose. Een andere vrouw gaf aan dat vanwege het feit dat zij de flushes in één adem noemde met de diarree, de
arts alert werd en onderzoek op NET initieerde. Deze arts had geen directe ervaring met NET maar herinnerde zich
deze feiten wel uit de boeken tijdens zijn opleiding, zoals hij zelf stelde.
Acute en ernstige buikpijn
Zeer ernstige en acute buikpijn was in feite voor veel patiënten in het onderzoek een bespoedigende factor voor
een juiste diagnose. Doordat gedacht werd aan o.a. darmafsluiting, kwamen mensen via een spoedopname in het
<
naar inhoudsopgave
<
10
>
ziekenhuis terecht. Een operatie leidde dan tot de juiste diagnose. Dit gold eveneens voor mensen die een kijkoperatie
ondergingen.
Toevalsbevindingen
Mensen die om een andere reden in de medische molen kwamen, door bijvoorbeeld een auto-ongeluk, hadden
geluk omdat de tumor bij toeval werd gevonden.
Conclusie
De patiënten uit het onderzoek met een lange periode tot de juiste diagnose NET, kunnen omschreven worden als
volhouders. Ondanks alle foutdiagnosen, tegenwind van artsen en sociale omgeving, pijn en andere klachten bleven
zij op zoek naar een verklaring voor hun klachten. Zij bleven geloven dat het niet aan hun psyche lag maar dat er echt
iets mis was met het lijf. Desondanks raakten mensen onzeker en verloren veel op weg naar de diagnose.
Concentratie van zorg
Zowel uit de literatuur4, de aanbevelingen van NET-specialisten, als uit de verhalen van patiënten blijkt dat
NET-patiënten het beste af zijn in een klein aantal ziekenhuizen waar de kennis rond NET zich concentreert. De
belangrijkste spelers in dit veld zijn het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam, dat als enige ziekenhuis in Nederland
de lutetiumbehandeling kan bieden, het Nederlands Kanker Instituut-Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis in
Amsterdam, waar volgens de patiëntenverhalen naast behandeling ook veel second opinions plaatsvonden en het
Universitair Medisch Centrum Groningen dat vooral de NET-patiënten uit die regio bedient. Daarnaast zijn er nog
een paar ziekenhuizen die, in nauwe samenwerking met voornoemde ziekenhuizen, slechts een klein deel van de
patiënten behandelt die hebben meegedaan aan dit onderzoek. Het Erasmus MC en het AVL hebben ruim 70% van
de patiëntengroep NET onder hun hoede voor onderzoek en behandeling.
Literatuur
1. 2.
3.
4.
Taal,B.G., Neuro-endocriene tumoren anno 2010. In: ‘Ook mannen hebben opvliegers’ Neuro-endocriene tumoren, een kanker
in vele gedaantes, Amsterdam, 2010.
Toth-Fejel, S.E., Pommier R.F. Relationships among delay of diagnosis, extent of disease, and survival in patients with
abdominal carcinoid tumors. Am J Surgery 2004; 187:575-579.
Sprangers, M.A.G. (AMC). Wat is kwaliteit van leven en hoe wordt het gemeten? In: Volksgezondheid Toekomst Verkenning,
Nationaal Kompas Volksgezondheid. RIVM, Bilthoven, 2009.
Jansen-Landheer, M.L.E.A. en M.W.J.M Wouters, Kwaliteit van de kankerzorg in Nederland Signaleringscommissie kanker van
KWF Kankerbestrijding, 2010.
<
naar inhoudsopgave
<
11
>
67 patiëntenverhalen
naar aanleiding van de vragenlijsten
In de tekst is zoveel mogelijk het oorspronkelijke woordgebruik gehandhaafd van de mensen zoals zij het gebruikt
hebben bij het invullen van de vragenlijsten. Sommige mensen hebben uitgebreide verhalen of (stukken uit)
medische dossiers meegestuurd. Ook daaruit zijn de gegevens samengevat.
Gegevens als leeftijd en ziekenhuis bij diagnose worden in deze verhalen niet vermeld om anonimiteit te waarborgen.
Een aantal zaken is niet volledig uit de vragenformulieren te destilleren. Zo beschrijft één vrouw dat er bij haar ‘iets
werd gevonden wat op een rijstkorrel leek’. Of dit bijvoorbeeld het begin was van een NET, is niet te herleiden uit
het vragenformulier. Toch is dit gegeven overgenomen. In een groot deel van de vragenlijsten werd ook uitgebreid
geschreven over de behandeling na de diagnose. De aandacht binnen deze stukjes is echter gericht op de periode
voorafgaand aan de diagnose NET en de lichamelijke klachten en andere ongemakken die men heeft ervaren tijdens
deze periode. We hebben dus niet alle behandeltrajecten die patiënten hebben beschreven overgenomen. Doel
en opzet van de vragenlijsten was om te komen tot een zo volledig mogelijke inventarisatie van de klachten en de
problemen waar patiënten tegenaan liepen in de periode voorafgaand aan de diagnose.
In de verhalen wordt diverse malen genoemd dat patiënten uitzaaiingen hebben in de dunne of dikke darm. Strikt
genomen zijn dit mogelijk geen uitzaaiingen, maar eerder tumoren die te uitgebreid waren voor verwijdering en
eigenlijk gezien moeten worden als primaire tumor.
De hieronder weergegeven verhalen zijn gesorteerd op lokalisatie van de primaire tumor, te weten: long, pancreas,
buitenkant darmen, dikke darm, overgang van dunne naar dikke darm, dunne darm, primaire tumor onbekend,
tumor op overige plaatsen, plaats primaire tumor niet goed benoemd in de vragenlijsten.
<
naar inhoudsopgave
<
12
>
Primaire tumor in de longen
Vrouw; primaire tumor in de long, 92 maanden tot diagnose.
Klachten: moeheid, steeds terugkerende bloedarmoede, zere benen, rugpijn, niet meer goed kunnen zitten, brandend
gevoel in gelaat, buikpijn, verstopping, afvallen.
De primaire tumor bevond zich in de long die operatief is verwijderd in een streekziekenhuis. Pas na de operatie
volgde na langdurig onderzoek de diagnose carcinoïd. Aanvankelijk kwam men er niet uit om wat voor soort kanker
het ging. Inmiddels ben ik geopereerd aan een tumor in het schedelbot, een cyste en baarmoederpoliepen.
Vrouw; primaire tumor in de long, 42 maanden tot diagnose.
Klachten: pijnaanvallen in de rug met uitstraling naar de maag samen met braken.
Na een opname vanwege een auto-ongeluk werd er bij toeval een carcinoïd in de long ontdekt. Deze tumor is toen
verwijderd.
Zes jaar later kreeg ik allerlei klachten elders in het lijf. Ongelofelijke pijnaanvallen in de rug met uitstraling naar de
maag en continu braken. De aanvallen kwamen ongeveer 1x per drie weken voor en hielden 24 uur aan. Ik ben als
gevolg van deze klachten vele malen opgenomen in het ziekenhuis.
De huisarts kwam regelmatig thuis langs met morfine injecties tegen de pijn als ik weer een aanval had. Uiteindelijk
werd ik naar een neuroloog gestuurd, want er werd mij verteld dat het psychisch zou zijn. Na de zoveelste maal bij
spoedeisende hulp te zijn binnengebracht werd er een octreoscan gemaakt waaruit bleek dat er vele uitzaaiingen
waren van een carcinoïd in long. De uitzaaiingen zaten inmiddels in lever, lymfe en pancreas.
Man; primaire tumor in de long, 5 maanden klachten bij de 1e keer diagnose NET.
Na volledige verwijdering primaire tumor, bleek 20 jaar later bij hernieuwde klachten, pas na 24 maanden de 2e keer
diagnose NET in de long.
Klachten: longontstekingen, benauwdheid.
In april 1984 kreeg ik een longontsteking waarbij de NET werd gevonden en geheel verwijderd is. In 2004 kreeg
ik opnieuw longklachten en volgden in twee jaar tijd acht longontstekingen, waarvoor ik naar de longarts ging
en antibiotica kreeg. Vervolgens deed men ook allergie-onderzoek en uiteindelijk een bronchoscopie en een
leverpunctie. Na twee jaar klachten volgde de diagnose dat er opnieuw een carcinoïd in de long zat.
Tweeëntwintig jaar na de eerste operatie bleek dat er dus een nieuwe carcinoïd in de longen zat met uitzaaiingen
naar de ruggewervel, het hart en de lever.
Man; primaire tumor in de long, 35 maanden tot diagnose.
Klachten: dikke benen, vermoeidheid, zuurbranden.
De huisarts gaf me plaspillen voor de dikke benen en Pantozol voor de maag. Na bijna twee jaar klachten stuurde de
huisarts mij door naar de internist. Na 5 maanden met veel onderzoeken werd er eerst gedacht aan lymfeklierkanker.
Vervolgens is een stuk lymfeklier uit de lies gehaald, maar dat bleek schoon te zijn. Na een nucleaire scan volgde de
diagnose.
De primaire tumor zat in de long, met uitzaaiingen naar de darmen die niet verwijderd kunnen worden. Inmiddels
ben ik gestart met lutetiumbehandelingen.
<
naar inhoudsopgave
<
13
>
Vrouw; primaire tumor in de long, 38 maanden tot diagnose.
Klachten: hoesten, buikklachten, abcessen en knobbeltjes in oksel en huid, erge menstruatiepijn.
Voorafgaand aan diagnose NET in de long met uitzaaiingen in huid, buik en hoofd, was er al drie jaar sprake van
hoesten, erge menstruatiepijn, en buikklachten. Op 15 jarige leeftijd werd een gezwel bij de eierstok en de blindedarm
verwijderd. Ik was vroeg in de overgang en bij de rugpijnen waar ik last van had werd gedacht aan een hernia. Verder
last van abcessen en diverse knobbeltjes in oksel en huid.
Vrouw; primaire tumor in de long, 132 maanden tot diagnose.
Klachten: blafhoest, longinfecties, diarree, misselijkheid, benauwdheid, opvliegers, hartkloppingen, oedeem benen,
gewrichtspijn in handen en voeten.
Ik had ruim tien jaar last van veel luchtweginfecties en kon niet achterhalen waar alle benauwdheidsklachten -door
de longartsen astma genoemd- door ontstonden, hoe ik ook analyseerde en mogelijke oorzaken uitsloot. Daarnaast
kreeg ik steeds vaker en erger last van diarreeaanvallen, hoofdpijn, duizelingen, laag Hb, opvliegers, gewrichtsklachten
en zere oedeembenen en -voeten. Ondanks veelvuldig onderzoek (foto’s+ longfunctietesten) werd er in Nederland
niets gevonden terwijl uit het bloed regelmatig bleek dat er ontstekingen in mijn lijf zaten waarvoor ik ook bakken
antibiotica heb geslikt. Ook waren op de foto’s (rest)verschijnselen van longinfecties zichtbaar volgens de longartsen.
Op het laatst werden alle overige klachten afgedaan als ‘psychisch’. Een half jaar voor de diagnose werd ik in Turkije
opgenomen vanwege uitdroging als gevolg van ernstige diarree en braken.
Bij een tweede vakantie dat jaar in Turkije bleek ik een zware longontsteking te hebben en werd ik opnieuw
opgenomen in het ziekenhuis. Er was een plek in de long van ongeveer 2,5 cm zichtbaar op de foto’s. Vier maanden
ervoor waren in Nederland op de foto’s alleen (rest)verschijnselen van een longinfectie zichtbaar.
Als gevolg van de objectieve benadering van de longarts in Turkije werd er verder gezocht naar de oorzaak, omdat
men beslist niet het idee had dat ik mij iets inbeeldde. Naar aanleiding van dit onderzoek volgde na drie weken
de diagnose. In Nederland ben ik vervolgens na nieuw onderzoek in het NKI-AVL geopereerd en werd de linker
bovenkwab weggenomen als gevolg van een atypisch carcinoïd van 2,8 cm.
Uitgebreid verhaal in boekje ‘Ook mannen hebben opvliegers’.
<
naar inhoudsopgave
<
14
>
Primaire tumor in de pancreas
Vrouw; primaire tumor in de pancreas, 42 maanden tot diagnose.
Klachten: regelmatig pijn in de linkerzij en maagstreek.
Voor mijn klachten ben ik drie jaar lang vaak naar de huisarts geweest die steeds een spastische darm als oorzaak
aanwees. Na drie jaar klachten dacht hij aan galstenen en werd ik voor een echo van de buik naar het ziekenhuis
verwezen. Die echo was goed volgens de specialisten. Omdat de klachten aanhielden werd een maand later een
tweede echo gemaakt waarop de huisarts ons direct kon meedelen dat er een tumor zat bij de alvleesklier met
uitzaaiingen in de lever. Het streekziekenhuis stuurde mij toen door voor een second opinion naar het NKI-AVL. Van
hieruit werd ik doorverwezen naar het Erasmus MC voor een behandeling met lutetium.
Man; primaire tumor in de pancreas, 1 maand tot diagnose.
Klachten: gewrichtspijnen, geelzucht.
Voorafgaand aan de diagnose NET in de pancreas met uitzaaiingen in de lever had ik erge last van pijn in de
gewrichten van armen, schouder, knie en pols. Ik had eveneens geelzucht.
Man; primaire tumor in de pancreas, 1 maand tot diagnose.
Klachten: diarree.
Ik ging met diarreeklachten naar de huisarts. De huisarts liet onderzoek verrichten naar mogelijke parasieten maar
dat leverde niets op. Een maand later ging ik opnieuw naar de huisarts vanwege 3 maandelijks onderzoek want ik
ben diabeet. Uit dit onderzoek bleek een lichte leverafwijking. Ik werd doorgestuurd voor een echo van de lever.
Tijdens deze echo werden uitzaaiingen gevonden. Bij verder onderzoek bleek de primaire tumor in de alvleesklier te
zitten met uitzaaiingen naar de lever. De diagnose is binnen een maand na de eerste klachten gesteld.
Vrouw, overleden op 52 jarige leeftijd.
primaire tumor in de pancreas, 124 maanden tot diagnose.
Klachten: vermoeidheid, flushes, pijn rechter bovenbuik, duizeligheid, hartkloppingen, klemmend gevoel op de borst,
transpiratie, slecht slapen, tintelingen in arm en hand.
Na tien jaar klachten werd de diagnose gesteld; carcinoïd in de pancreas met uitzaaiingen in de lever. De klachten
voorafgaand aan de diagnose waren divers en werden door de huisarts telkenmale en jarenlang geduid als
een burn-out. Bij doorverwijzing dacht men aan een vleesboom. Na tien jaar bleek bij ziekenhuisopname in het
streekziekenhuis, voor uitgebreid onderzoek, dat de lever was opgezet. De bobbel was voelbaar aan de buitenkant.
In eerste instantie volgde de diagnose pancreaskanker. Bij nieuw onderzoek bleek het om een carcinoïd te gaan. Er
volgde een grote Whipple-operatie in het Erasmus MC en 6 lutetiumbehandelingen. Hierdoor heeft patiënte nog
zesenhalf jaar kunnen doorleven. Zij is overleden aan een plotselinge agressieve groei van de carcinoïd in de lever
waardoor de maag werd weggedrukt.
Uitgebreid verhaal in boekje ‘Ook mannen hebben opvliegers’.
<
naar inhoudsopgave
<
15
>
Man; primaire tumor in de pancreas, 2 maanden tot diagnose.
Klachten: gewichtsverlies, afname uithoudingsvermogen, vermoeidheid.
Mijn eerste klacht was gewichtsverlies. In negen maanden tijd verloor ik 8 kilo. Mijn uithoudingsvermogen was
ook afgenomen en ik werd sneller moe. Na twee maanden werd de diagnose NET in pancreasstaart gesteld met
metastasen naar een zeer grote lever. Na chemo-embolisatie, een behandeling met indium en 70 % verwijdering
van de lever volgden 4 behandelingen met lutetium waarna een wonderbaarlijk herstel optrad. Totdat drie jaar later
Chronische Myeloïde Leukemie (CML) werd geconstateerd.
Vrouw; primaire tumor in de pancreas, 56 maanden tot diagnose.
Klachten: vermoeidheid, maagklachten, diarree, pijn in linkerkant bovenbuik.
De eerste klacht voorafgaand aan de diagnose was vermoeidheid als gevolg van een laag Hb, waarvoor in 5 jaar tijd
diverse kuren met ijzertabletten volgden. Er was ook sprake van maagklachten, diarree en pijn in de linkerkant van
de bovenbuik. De huisarts gaf medicatie voor de maag. Gedacht werd dat deze klachten het gevolg van stress waren.
Een maand later volgde opname in het ziekenhuis vanwege verdenking op acute pancreatitis. Vier jaar na dato werd
de diagnose NET gesteld naar aanleiding van een tumor in de pancreas en uitzaaiingen in lever en buikvlies.
Man; primaire tumor in de pancreas, 42 maanden tot diagnose.
Klachten: koliekachtige pijnen.
Naar aanleiding van koliekachtige pijnen werd in eerste instantie gedacht aan darmklachten. Drie jaar later volgde
de diagnose NET in pancreas met metastasen naar de lever. Hiervoor is geen operatie mogelijk, wel behandeling met
lutetium.
Man; primaire tumor in de pancreas, 11 maanden tot diagnose.
Klachten: duizelingen, snel wegraken/hypo’s.
Ik had hypo’s waardoor ik heel snel in coma raakte. Men dacht dat ik overdreef en dat het wel meeviel met de hypo’s.
Volgens de artsen had ik gewoon psychische problemen omdat mijn echtgenote op sterven lag vanwege kanker.
Zelf dacht ik dat ook ten dele maar toch merkte ik dat ik wel erg op tijd moest eten wilde ik niet weg raken.
Bij 72 uurs onderzoek in het ziekenhuis, zag men dat de hypo wel heel erg snel overging in coma als gevolg van
voedselonthouding voor dit onderzoek. Hierna volgde na verder onderzoek de diagnose: een kwaadaardig
insulinoom in de pancreas met uitzaaiingen naar de lever. Inmiddels gebruik ik Rad 001 en Sandostatine-LAR. Als
gevolg hiervan is een krimp in de tumoren tot stand gekomen en is de situatie stabiel.
Uitgebreid verhaal in boekje ‘Ook mannen hebben opvliegers’.
Vrouw; primaire tumor in de pancreas, 88 maanden tot diagnose.
Klachten: buikpijn, diarree, misselijkheid/braken, bloedbraken, maagpijn.
Toen ik voor het eerst naar de huisarts ging werd gedacht aan een spastische darm. Maar ik werd voor de zekerheid
doorgestuurd naar het streekziekenhuis voor onderzoek. Ondanks alle klachten werd er bij diverse onderzoeken
gedurende 7 jaar niets gevonden wat de klachten verklaarde. Ik kreeg te horen dat ik maar moest leren leven met
de pijnaanvallen en het braken. Zeven jaar later, bij een vakantie in het buitenland volgde vanwege een nieuwe
pijnaanval en bloedbraken een spoedopname in het ziekenhuis. Daar werd een NET aan de pancreas gediagnosticeerd.
<
naar inhoudsopgave
<
16
>
Ondanks de uitslagen van deze diagnose en onderzoeken van scans op DVD, etc. ontkende het streekziekenhuis in
Nederland dat het inderdaad om een NET ging. En men vertelde mij opnieuw dat ik moest leren leven met de pijn en
de misselijkheid. Ik besloot echter tot een second opinion en twee maanden later werd in een academisch ziekenhuis
de diagnose NET bevestigd. Hierna volgde een operatie en werd de helft van de pancreas verwijderd. Na 2 jaar bleek
de tumor terug te zijn met uitzaaiing naar de lever. Inmiddels ben ik gestart met lutetiumbehandelingen.
Vrouw; primaire tumor in de pancreas, 61 maanden tot diagnose.
Klachten: braken, pijn in de buikstreek.
Vanwege braakklachten ging ik naar de huisarts. Die stuurde me door voor een echo. Er werd iets gevonden wat
op een rijstkorrel leek maar dat kon geen kwaad. Vijf jaar later ging ik opnieuw naar de huisarts vanwege braken en
pijn in de buikstreek, de huisarts dacht aan de galblaas. Ik werd vervolgens voor allerlei onderzoek opgenomen in
het streekziekenhuis. De 1e diagnose die ik toen kreeg was pancreaskanker en er werd mij gezegd dat ik nog maar
een paar maanden te leven had. Ik ben toen voor een second opinion naar een in kanker gespecialiseerde kliniek
gegaan. Daar bleek na een punctie en bloedonderzoek, etc. dat het een carcinoïd in de pancreas betrof en geen
pancreaskanker. Daarom werd ik doorgestuurd naar het Erasmus MC, maar toen bleek dat een operatie niet meer
mogelijk was en dat er uitzaaiingen in de buik en de lever zaten. Er werd gestart met een behandeling met lutetium.
De tumoren zijn na 4 behandelingen inmiddels voor de helft geslonken.
Vrouw; primaire tumor in de pancreas, 1 maand tot diagnose.
Klachten: één maal erge buikpijn.
Voor de diagnose heb ik maar één maal erge buikpijn gehad. De huisarts stuurde me door voor een echo maar vond
de uitslag van het streekziekenhuis vreemd en stelde een nieuw onderzoek voor in een academisch ziekenhuis.
Daar constateerde men meteen een tumor in de alvleesklier. Omdat de tumor gevuld was met vocht durfde men de
tumor niet aan te prikken. De diagnose carcinoïd werd pas na een Whipple-operatie aan de pancreas geconstateerd.
Hierbij is 60% van de pancreas verwijderd. Deze snelle diagnose is te danken aan mijn oplettende huisarts.
Man; primaire tumor in de pancreas, 7 maanden tot diagnose.
Klachten: diarree, dunne ontlasting, gewichtsverlies, vermoeidheid.
Begin jaren negentig had ik darmproblemen als gevolg van tropische infecties.Deze werden behandeld met antibiotica
en dat had resultaat. Af en toe speelden problemen met dunne ontlasting nog op. In augustus 2004 ging ik na vijf
maanden diarree naar de huisarts i.v.m. snelle gewichtsafname (1 kilo per maand). Na een half jaar onderzoek werd
in januari 2005 aan mij verteld dat ik alvleesklierkanker had (geen NET diagnose maar slechter) en werd er gestart
met een operatie in een stadsziekenhuis. Omdat de tumor ingegroeid bleek te zijn in een hoofdader is men met de
operatie gestopt. Er is alleen weefsel weggenomen. Als gevolg van tegengestelde adviezen van mijn behandelaars
besloot ik tot een second opinion. Bij een second opinion werd in het NKI-AVL dit weefsel opnieuw bekeken en
daaruit volgde de diagnose NET. Een jaar na eerste klachten -aug. 2005- werd gestart met lutetiumbehandeling
in Erasmus MC tot februari 2006. De tumor kromp maar de klachten van diarree en vermoeidheid bleven. In 2007
volgde daarom een riskante Whipple-operatie in het Erasmus MC. De kop van de pancreas werd verwijderd samen
met de twaalfvingerige darm en 1/3 van de maag. Vooralsnog zijn er geen tumor en uitzaaiingen meer te zien op
scan. Omdat ik veel last blijf houden van diarree gebruik ik 15 eenheden Panzytrat per dag.
Terugkijkend op het diagnostisch proces was het heel erg omschakelen. Het ene moment heb je pancreaskanker en
ben je opgegeven en ben je bezig om afscheid te nemen van het leven in al zijn facetten. Twee maanden later bleek
uit een second opinion in het NKI-AVL dat ik een carcinoïd had met een gunstiger prognose.
Uitgebreid verhaal in boekje ‘Ook mannen hebben opvliegers’.
<
naar inhoudsopgave
<
17
>
Primaire tumor aan de buitenkant van de darmen
Vrouw; primaire tumor in buitenkant darmen, 1 maand tot diagnose.
Klachten: buikklachten.
Ik ging ruim een maand voor de diagnose met buikklachten naar de huisarts, die me naar de Eerste Hulp stuurde voor
een mogelijke blindedarmontsteking. Dit was niet het geval. De week erop volgden allerlei onderzoeken en dacht
men aan eierstokkanker. Veertien dagen later volgde de definitieve diagnose dat er een carcinoïd bij de darmen zat.
De uitzaaiingen in de lever kunnen niet verwijderd worden.
Vóór deze eerste buikklachten heb ik nooit eerder klachten gehad.
Vrouw; primaire tumor aan de buitenkant van de darmen, 249 maanden tot diagnose.
Klachten: buikklachten, krampen, diarree, flushes, bij aanvallen ernstig transpireren.
Na 20 jaar ernstige buikklachten, krampen en later ook flushes blijkt na twee moeilijk verlopen zwangerschappen
dat er een carcinoïd in de dunne darm zit met uitzaaiingen naar de lever.
Beide zwangerschappen zijn door verplicht platliggen als gevolg van een hoge bloeddruk niet prettig verlopen.
Na een second opinion bleek dat ik een carcinoïd in de dunne darm had met uitzaaiingen. De huisarts heeft mij
naderhand gezegd dat ‘een carcinoïd wel eens door zijn hoofd was geschoten, maar dat ik daarvoor veel te jong
was’.
Uitgebreid verhaal in boekje ‘Ook mannen hebben opvliegers’.
<
naar inhoudsopgave
<
18
>
Primaire tumor in de dikke darm
Man; primaire tumor in de dikke darm, 1 maand tot diagnose.
Klachten: buikpijn, lucht in de darmen.
Vanwege buikpijn en veel lucht in de darmen ging ik naar de huisarts. Die stuurde me direct door voor onderzoek.Twee
maanden na de eerste pijn volgde een operatie aan de darm. Vier jaar na darmoperatie volgde een spoedopname
voor galblaasverwijdering en 3 maanden later een operatie aan de lever. Ruim een jaar geleden werd gestart met
Rad 001, hiermee moest ik een jaar later stoppen vanwege benauwdheid. Sindsdien krijg ik morfine.
Man; primaire tumor in de dikke darm, 69 maanden tot diagnose.
Klachten: diarree, hoge bloeddruk.
Ik ging voor diarree naar de huisarts. Maar die weet de diarree aan de medicatie voor een te hoge bloeddruk. Ik ben
5 jaar lang gemiddeld 4x per jaar naar de huisarts geweest met deze klachten. Uiteindelijk stuurde hij me na 5 jaar
diarreeklachten door voor een echo. Op de echo werden de uitzaaiingen van kanker in de lever zichtbaar, en werd
ik doorverwezen naar de specialist. Na een operatie aan mijn darmen bleek dat ik een carcinoïd had die eerst werd
aangezien voor darmkanker. Ik ben twee jaar later geopereerd aan de lever. De uitzaaiingen in het buikvlies konden
niet verwijderd worden. Inmiddels ben ik behandeld met lutetium.
Vrouw; primaire tumor in de dikke darm, aantal maanden tot diagnose onbekend.
Klachten: benauwdheid, darmbloeding.
Mijn eerste klacht bij de huisarts was benauwdheid. Later volgde een darmbloeding in de dikke darm waarna de NET
bij operatie is ontdekt en verwijderd. Inmiddels waren er al uitzaaiingen (plaats niet genoemd) die niet verwijderd
konden worden.
Man; primaire tumor in dikke darm, 87 maanden tot diagnose.
Klachten: flushes, gewichtsverlies, diarree, tegenzin in het eten, ernstige hoofdpijnaanval, duizelingen, hyperventilatie,
vermoeidheid.
Ik voelde me zeven jaar lang niet serieus genomen, want volgens de huisarts kunnen mannen geen opvliegers krijgen.
Ondanks diarree en ernstig afvallen, werd ik door de huisarts steeds naar een psycholoog verwezen. De huisarts
vertelde me keer op keer dat het volgens hem om een burn-out ging. Ook mijn sociale omgeving ging mee in deze
diagnose en mijn vriend en collega’s brachten het verhaal in omloop dat ik anorectisch zou zijn, omdat ik weinig at
en na het eten altijd naar de wc ging. Maar dat was vanwege de diarree, vooral als ik vlees at. Ik ben uiteindelijk in
therapie gegaan maar bleef afvallen en vreselijk moe. Eén maal had ik een hoofdpijnaanval met vreselijke hoofdpijn.
Uit neurologisch onderzoek/scan van de hersenen bleek echter niets. Weer later viel ik plotseling van de trap. Pas
nadat ik 25 kilo was afgevallen constateerde de huisarts dat er inderdaad iets niet goed was met mijn lijf en stuurde
hij me door naar de longarts. Na onderzoek kreeg ik van de longarts in eerste instantie de diagnose longkanker. Na
een octreoscan en ander onderzoek werd deze diagnose gewijzigd en vertelde de MDL-arts dat het ging om een
carcinoïd in de darm met uitzaaiingen naar de lever en long. Dit werd later uitgebreid met uitzaaiingen in hypofyse,
lymfen en skelet. Inmiddels heb ik veel behandelingen ondergaan met MIBG, bestralingen, operaties etc.
Uitgebreid verhaal in boekje ‘Ook mannen hebben opvliegers’.
<
naar inhoudsopgave
<
19
>
Primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm
Vrouw; primaire tumor in de overgang van dunne naar dikke darm, 69 maanden tot diagnose.
Klachten: diarree, flushes.
Ik had al erg lang diarree, maar ik dacht zelf dat het door mijn ‘gevoelige’ darmen kwam want gekruid eten, etc. kon
ik niet verdragen. Omdat ik tussen de 55-60 jaar was dacht ik dat mijn opvliegers door de overgang kwamen. Toch
voelde ik dat er iets niet klopte in mijn lichaam. Na verwijdering van de galblaas en een stuk dikke darm werd de
carcinoïd na weefselonderzoek bij toeval ontdekt. De primaire tumor zat in de overgang van de dunne naar de dikke
darm. Met de diagnose carcinoïd viel voor mij het kwartje.
Volgens de huisarts die de uitslag gaf was een carcinoïd geen kanker. Via de patiëntenvereniging kwam ik er achter
dat een carcinoïd wel kanker was, dat was wel schrikken. Mijn huisarts vertelde me dat ik de 2e patiënt met een
carcinoïd was in zijn 25 jarige loopbaan.
Ik krijg nu iedere maand Sandostatine-LAR en voor de diarree krijg ik Questran. Ook krijg ik iedere 2 maanden
een vitamine B12 injectie want mijn bloedwaardes waren erg laag. Maar om dat te achterhalen en vervolgens B12
injecties te krijgen heb ik zelf veel moeite moeten doen.
Man; primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 2 maanden tot diagnose.
Klachten: diarree
Vanwege diarree ging ik naar de huisarts. Na laboratoriumonderzoek werd ik direct doorgestuurd naar de MDL-arts.
Twee maanden later bleek een NET in de overgang van dunne naar dikke darm, klep van Bauhain. De primaire tumor
werd verwijderd maar inmiddels had ik 36 uitzaaiingen.
Vrouw; primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 73 maanden tot diagnose.
Klachten: diarree, buikpijn, flushes, darmobstructie
Ik had dagelijks diarree en later ook buikpijn. Er werden buikfoto’s gemaakt maar niets gevonden. Zelf dacht ik dat
het door de schildklieroperatie kwam van 2 jaar eerder, want hierna startte de diarree.
Vijf jaar later kreeg ik erge buikpijn, ik had nog steeds diarree, had flushes en was inmiddels 20 kilo afgevallen. Na
onderzoek van de MDL-arts werd niet direct duidelijk waardoor de darmobstructie kwam. Wel werd de Helicobacter
pylori bacterie gevonden bij maag- e.a. onderzoek. Een paar maanden later werd na nieuw onderzoek een carcinoïd
geconstateerd in de overgang van de dikke naar de dunne darm. Vervolgens werd ik geopereerd en werden er
stukken uit dunne en dikke darm weggehaald en kreeg ik Sandostatine. Bijna twee jaar later is gestart met lutetium
en Xeloda. Bij de vierde behandeling lutetium met Xeloda is de behandeling gestaakt i.v.m. verhoogde leverwaarden.
De uitzaaiingen zijn inmiddels 1 cm kleiner door de lutetium.
Vrouw; primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 32 maanden tot diagnose.
Klachten: diarree, gewichtsverlies, menstruatieklachten, gedragsverandering.
Vanwege hevige bloedingen bij menstruatie, diarree, vermagering, flushes en karakterverandering kwam ik bij de
huisarts. Mijn man vermoedde dat er iets aan de hand was vanwege karakterverandering, snelle en soms onredelijke
irritatie, etc.
De huisarts dacht aan klachten in sigmoid. Maar we dachten ook aan de overgang. Ik werd doorgestuurd voor een
darmonderzoek voor de achterste helft van de darmen. Twee jaar na de eerste klachten werd de diagnose gesteld
<
naar inhoudsopgave
<
20
>
en bleek de tumor juist in het voorste gedeelte van de darm te zitten met uitzaaiingen in de lever. Drie jaar na de
diagnose is een deel van de dikke en de dunne darm verwijderd.
Vrouw; primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 1 maand tot diagnose.
Klachten: buikpijn, diarree.
Ik had vaak last van buikpijn en diarree. De huisarts heeft me direct doorgestuurd voor darmonderzoek omdat de
klachten bleven. Hierna volgde een verwijzing voor de oncoloog. Na een maand volgde de diagnose NET in de
darmen, met uitzaaiingen naar de lever en borst. Ik ben nog in behandeling.
Vrouw; primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 43 maanden tot diagnose.
Klachten: buikpijn, groen braken.
Ik was al vele malen bij de huisarts geweest met buikpijnklachten die door de huisarts werden afgedaan als spastische
darm. Vervolgens kwam ik met dezelfde pijnklachten en groen braken -wat achteraf waarschijnlijk darmafsluiting
was- via een spoedopname bij een internist in het streekziekenhuis. Hier werden de klachten afgedaan als
voedselvergiftiging. Vervolgens werd de diagnose Crohn gesteld en een hoge dosis prednison verstrekt. Ook dit
gaf geen resultaat. Ik kon zelf de verdikking in de buik voelen maar volgens de artsen was dit een ophoping van
ontlasting. Na vele bezoeken bij de internist volgde opnieuw acute opname. Uiteindelijk volgde een darmoperatie.
Voor verder onderzoek en diagnose ben ik in het NKI-AVL terecht gekomen. Daar bleek de diagnose NET in de darm.
Er was een tumor aan het hartzakje zichtbaar en haarden in long en lever.
Vrouw; primaire tumor in de overgang van de dunne naar dikke darm, 25 maanden tot diagnose.
Klachten: darmkrampen, buikpijn, braken, darmrommelen.
Van 1985 tot 2007 ben ik vaak naar de huisarts geweest voor erge darmkrampen, braken en buikpijn. Uiteindelijk kon
ik ook niet meer eten of drinken. Ik kreeg steeds zwaardere pijnstillers. Volgens de huisarts was het een spastische
darm.
Na een bezoek in 2005 aan de EHBO werd er onderzoek gedaan naar een buitenbaarmoederlijke zwangerschap.
Uiteindelijk werd er geen diagnose gesteld, er werd ook geen scan gemaakt.
Vervolgens werd er twee jaar divers onderzoek gedaan maar bleef een diagnose die alle klachten kon verklaren
uit, dit ondanks de pijn, krampen en spugen. Oktober 2007 werd er door een EHBO-arts een scan gemaakt nadat ik
vertelde dat ook het water drinken niet meer ging en vanwege de borrelende rioolputgeluiden uit mijn buik. Ik werd
met spoed geopereerd aan een acute ileus. Vervolgens bleek uit het weefselonderzoek dat het om een carcinoïd
ging. De primaire tumor zat in de overgang van de dunne naar de dikke darm met uitzaaiingen naar buikvlies,
eierstokken en lever.
Man; primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 5 maanden tot diagnose.
Klachten: flushes, flauwvallen.
Naar aanleiding van flushes en flauwvallen werd uitgebreid bloedonderzoek en 24 uurs urine controle gedaan. Dit
gaf geen diagnose die de klachten kon verklaren. De huisarts verwees vervolgens door naar de RIAGG want hij dacht
aan een burn-out.
Na 2 weken groepstherapie werd ik echter door de psychiater van de RIAGG opgeroepen voor een gesprek en die
verwees mij naar een internist en cardioloog. Na aanvullend urineonderzoek, etc. volgde de diagnose carcinoïd.
Zowel mijn huisarts als de bedrijfsarts was niet bekend met een carcinoïd. De internist van het streekziekenhuis
vertelde dat ik de 2e carcinoïd patiënt was in zijn 25 jaar ervaring als specialist.
<
naar inhoudsopgave
<
21
>
Man, in 2008 overleden.
Primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 43 maanden tot diagnose.
Klachten: buikpijn, opvliegers, rood hoofd bij het drinken van een glas wijn.
Volgens zoon/of dochter werd vader de eerste 3 jaar niet serieus genomen en pas bij overname van de
huisartsenpraktijk door een jongere huisarts werd er serieus ingegaan op de klachten. Die bestonden uit buikpijn,
opvliegers en een rood hoofd bij een glas wijn. De NET bleek in de darmen te zitten met uitzaaiingen in de lever.
Vrouw; primaire tumor in overgang van de dunne naar de dikke darm, 3 maanden tot diagnose.
Klachten: erge buikpijn
Na een artsenbezoek vanwege ernstige buikpijnen tijdens mijn vakantie in Griekenland, ben ik in Nederland naar
mijn eigen huisarts gegaan. Die constateerde eerst een spastische darm. Een maand later heeft de huisarts mij
doorverwezen naar een MDL arts omdat de pijnen bleven voortduren. Na 3 maanden volgde de diagnose carcinoïd
in de overgang van de dunne darm/dikke darm. De diagnose volgde zo snel dankzij een GEP/NET deskundig specialist
in het streekziekenhuis; hierdoor werd er gericht gezocht.
Vrouw; primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 31 maanden tot diagnose.
Klachten: diarree, flushes, pijn.
Vanwege ernstige diarreeklachten en veel opvliegers ben ik in tweeënhalf jaar tijd een aantal keren bij de huisarts
geweest. Volgens de huisarts had ik 2,5 jaar lang een virus/buikgriep. Uiteindelijk heb ik zelf gevraagd om een
verwijzing naar een specialist. Dankzij de specialist die is afgestudeerd op NET, bleek al na twee maanden dat het om
een carcinoïd ging. Mijn huisarts had hier nog nooit van gehoord en daardoor heeft het zo lang geduurd. Inmiddels
bleken er tumoren te zitten in dunne en dikke darm met uitzaaiingen in de lever.
Ik ben ook geopereerd aan mijn hart, waarbij de rechterkleppen zijn vervangen. Dit was volgens de specialist een
gevolg van de carcinoïd.
Vrouw; primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 123 maanden tot diagnose.
Klachten: vermoeidheid, erge buikpijn, alcoholintolerantie, misselijkheid en pijn op de borst (aanvalsgewijs).
Na tien jaar klachten van moeheid, vreselijke buikpijnen en problemen bij alcohol (ik dronk weinig) dacht men
in eerste instantie aan de ziekte van Pfeiffer. Er volgde een aantal malen EHBO bezoek waar men een paar maal
darmafsluitingen constateerde. De huisarts gaf steeds injecties met Diclofenac tegen de pijn. Na 10 jaar klachten
kreeg ik pijn op de borst en werd ik misselijk alsof ik een hartinfarct had. Die aanvallen had ik een paar maal voor ik
werd doorgestuurd naar de internist. Na een leverpunctie werd bij verder onderzoek de tumor in de overgang van de
dunne naar de dikke darm na 10 jaar eindelijk ontdekt. De uitzaaiingen in de lever kunnen niet verwijderd worden.
Man; primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 3 maanden tot diagnose.
Klachten: buikpijn, diarree, gewichtsverlies.
De primaire tumor bevindt zich in de darmen en is inoperabel. De uitzaaiingen zitten in borst en schouder.
<
naar inhoudsopgave
<
22
>
Vrouw; primaire tumor in de overgang van de dunne naar de dikke darm, 75 maanden tot diagnose.
Klachten: opvliegers, zenuwpijnen, knijpende pijn in de rug.
Zes jaar voor de diagnose heb ik voor het laatst gemenstrueerd en raakte ik direct in de overgang met opvliegers.
Ik had toen al klachten m.b.t. de huidzenuwen, het voelde als een soort ‘afscheuren’. In het reuma-instituut Jan van
Bremen (Amsterdam) ben ik onderzocht op fibromyalgie.
Later kreeg ik ook knijpende pijnen in de rug waardoor ik aan een galaanval dacht. Omdat hier ook geen duidelijk
beeld over ontstond hebben deze klachten nog twee jaar doorgerommeld. Uiteindelijk werd naar aanleiding van
aanhoudende galwegklachten een scan gemaakt en werd er direct contact met mij opgenomen over de uitslag. Na
een nieuwe echo gaf men de diagnose kanker. Bij een second opinion in het NKI-AVL bleek het uiteindelijk om een
carcinoïd in de overgang van de dunne naar de dikke darm te gaan met uitzaaiingen in de lymfeklier bij de pancreas
en lever.
Ik heb twee darmoperaties achter de rug en door verwijdering van een groot stuk aan het eind van de dunne darm
is later een vitamine B12 tekort ontstaan. Hiervoor krijg ik nu 3 wekelijks injecties waardoor ik me beter ben gaan
voelen. De grootste uitzaaiingen in de lever zijn behandeld met RFA maar er zitten nog veel kleine stippen.
Uitgebreid verhaal in boekje ‘Ook mannen hebben opvliegers’.
<
naar inhoudsopgave
<
23
>
Primaire tumor in de dunne darm
Man; primaire tumor in de dunne darm, 87 maanden tot diagnose.
Klachten: diarree, braken.
De eerste klachten die te maken hadden met de diagnose carcinoïd in de dunne darm en uitzaaiingen in de lever
waren diarree, braken en uiteindelijk een afsluiting van de dunne darm. Voorafgaand aan diagnose carcinoïd heb ik
zaadbalkanker gehad. Vijf jaar na de diagnose carcinoïd trad er trombose op in de buikaorta. Een half jaar later kreeg
ik hartklachten, het dotteren is mislukt. Nu gebruik ik ascal voor de hartklachten.
Man; primaire tumor in de dunne darm, 14 maanden tot diagnose.
Klachten: flauwvallen, darmbloeding.
Zes jaar geleden ben ik flauw gevallen als gevolg van bloedverlies (zwarte ontlasting). Vervolgens werd ik direct
opgenomen. Drie maanden na deze eerste opname en twaalf maanden later viel ik opnieuw flauw en volgde beide
keren ziekenhuisopname. Na alle keren onderzoek met o.a. steeds een capsule endoscopie bleek niets. Veertien
maanden na de eerste opname werden na een enteroscopie de tumoren in de dunne darm ontdekt en volgden 3x
een operatie met een dunne darmresectie.
Helaas werd vier jaar later opnieuw een nieuwe tumor aan de buitenzijde van de dunne darm gevonden die niet
verwijderbaar is.
Man; primaire tumor in de dunne darm, 87 maanden tot diagnose.
Klachten: flushes, misselijkheid, braken, maagpijn, pijn in de rechterzij.
Ruim vijf jaar voor de diagnose begonnen de klachten die vooral in mijn vakanties in Frankrijk ook opspeelden,
misschien wel door het vele eten van Franse kazen. Ik had jarenlang veel last van opvliegers, misselijkheid en braken,
pijn in de rechterzij en maagpijn. Volgens de huisarts die ik een aantal keren raadpleegde had ik last van stress, of
lag het aan de leeftijd. Ik kreeg van de huisarts maagzuurremmers en hij stuurde me door voor een hartfilmpje.
Uiteindelijk werd ik vanwege de pijn in mijn zij voor een echo naar het ziekenhuis verwezen, hier kwam echter niets
uit. Vanwege aanhoudende klachten werd er opnieuw een echo gemaakt en werd de tumor zichtbaar.
De primaire tumor bevond zich in de dunne darm, die door twee operatieve ingrepen is verwijderd. Er zitten
uitzaaiingen over de lever en in de lymfeklieren, verwijdering was niet meer mogelijk.
Man; op 61 jarige leeftijd overleden.
Primaire tumor in dunne darm, 164 maanden tot diagnose.
Klachten: crisis met bewustzijnsdaling, beven, bewegingsonrust en vreemd gevoel in het hoofd. Benauwdheid, diarree,
buikkrampen, buikpijn, braken, vermoeidheid, slaapproblemen.
De allereerste klachten 18 jaar voor overlijden bestonden uit een crisis met verschijnselen van bewustzijnsdaling,
hevig beven, niet goed meer zien, bewegingsonrust en een heel ‘raar’ gevoel in het hoofd. Later volgden klachten
als; benauwdheid, diarree, buikkrampen, braken, moeheid en slaapproblemen. Als gevolg van deze klachten werden
een psychiater, allergoloog, een neuroloog en een MDL-arts ingeschakeld. Diverse foutdiagnosen volgden. Naar
aanleiding van terugkerende heftige buikpijnaanvallen met braken volgde uiteindelijk een kijkoperatie in de dunne
darm. Dertien jaar na de eerste klachten werd de tumor gevonden. De carcinoïd zat in de darmen met uitzaaiingen
<
naar inhoudsopgave
<
24
>
door verschillende organen. Ondanks diverse palliatieve behandelingen is mijn echtgenoot vijf jaar later overleden
aan de gevolgen van een carcinoïd crisis.
Uitgebreid verhaal in boekje ‘Ook mannen hebben opvliegers’.
Vrouw; primaire tumor in de dunne darm, 9 maanden tot diagnose.
Klachten: aanvallen met buikpijn uitstralend naar rug en flank, bewegingsdrang, misselijkheid.
De eerste klachten waren buikklachten rond de navel, uitstralend naar rug en flank. In eerste instantie aanvalsgewijs
variërend met tussenpozen van 3 tot 8 weken. Bij EHBO bezoek waren er al zes dagen klachten die continu aanwezig
waren met bewegingsdrang en misselijkheid zonder braken. Er is o.a. gedacht aan een urinewegontsteking en er
waren aanwijzingen voor een koliekachtig patroon. De foto paste bij de ziekte van Crohn, maar het overige onderzoek
liet daarvoor weinig bewijs zien. Na een kijkoperatie bleek er sprake van een gemetastaseerd carcinoïd in de dunne
darm met uitzaaiingen naar de buikholte en lever.
Vrouw; primaire tumor in de dunne darm, 44 maanden tot diagnose.
Klachten: diarree-aanvallen.
Er werd een NET geconstateerd in de dunne darm met uitzaaiingen naar long en lever. Inmiddels heb ik tweemaal 3
MIBG behandelingen gehad en gebruik ik Sandostatine. Blijf op het moment redelijk stabiel en voel me wel goed.
Vrouw; primaire tumor in de dunne darm, 11 maanden tot diagnose.
Klachten: buikpijn, lucht in de darmen, buikrommelen, moeheid, opvliegers, gewichtsverlies, vermoeidheid.
Ik ging met klachten van buikpijn, lucht in de darmen, moeheid en opvliegers naar de huisarts. Bloed en
fecesonderzoek leverden niets op, ik ben niet meer naar de huisarts terug gegaan want ik dacht zelf aan spanning/
stress. Negen maanden later begon ik af te vallen, had diarree, buikpijn, veel gerommel in de buikstreek en was moe.
In eerste instantie dacht de huisarts aan een chronische darmontsteking. Na bloedonderzoek werd ik een week later
doorgestuurd naar de MDL-arts. Na allerlei onderzoek vertelde ik over de opvliegers en mijn idee dat het niet aan de
overgang kon liggen. Daardoor ging er bij deze arts een lichtje branden en ging hij gericht onderzoeken.
Deze MDL-arts kende het carcinoïd niet uit de praktijk, alleen uit de boeken/opleiding.
Man; primaire tumor in de dunne darm, 39 maanden tot diagnose.
Klachten: darmklachten, flushes, buikpijn, ernstige bloedarmoede.
Na darmklachten volgde 14 dagen opname, er werd geen diagnose gesteld. Bij nieuwe opname werd wel een gezwel
in de lever gevonden. Maar dit werd niet behandeld en ik werd niet doorverwezen. Drie jaar later na veel klachten
zoals flushes, buikpijn en zware bloedarmoede werd ik onderzocht op carcinoïd en werd de tumor gevonden in de
darmen. Daarna volgde de diagnose carcinoïd met levermetastasen.
Vrouw; primaire tumor in de dunne darm, 29 maanden tot diagnose.
Klachten: opvliegers, diarree.
Ik ging naar de dokter met klachten van opvliegers en diarree. Twee jaar later werd een carcinoïd in de lever en
<
naar inhoudsopgave
<
25
>
terminale ilieum gevonden. Er werd toen gestart met lutetium. Vier jaar na deze diagnose- zijn de hartkleppen
vervangen. Vijf jaar na diagnose werden uitzaaiingen in de ovaria gevonden en zijn de eierstokken verwijderd.
Momenteel ben ik weer volop in onderzoek naar aanleiding van een afsluiting van de rechter nier, waarvoor ik met
spoed werd opgenomen.
Vrouw; primaire tumor in de dunne darm, 26 maanden tot diagnose.
Klachten: pijn in de rechterflank, opvliegers, gejaagdheid, niet goed in ‘mijn vel’ zitten, aanval met heftige buikpijn.
Het begon met vage klachten aan de rechterkant van mijn lichaam. Voelde daar ook weerstand wat later de uitzaaiing
bleek te zijn van de carcinoïd. Verder had ik erge last van opvliegers, gejaagdheid en niet goed in mijn vel zitten.
Dit werd door de huisarts aan de overgang geweten. Bij een klein darmonderzoek in het ziekenhuis werd niets
gevonden wat de klachten kon verklaren. Na een aanval van heftige buikpijn dacht men dat ik een blaasontsteking
had en kreeg ik penicilline. Maar de pijn hield aan waardoor uitgebreid onderzoek heeft plaatsgevonden bij een
hematoloog. Daardoor werd de tumor ontdekt met een juiste diagnose.
Door zelf te Googlen kwam ik er achter dat ik voor carcinoïdbehandeling beter naar een gespecialiseerd ziekenhuis
kon gaan en zo kwam ik terecht in het Erasmus MC. Gelukkig ben ik zelf op zoek gegaan naar een goed ziekenhuis,
want anders was alleen de uitzaaiing weggehaald en had men niet verder gezocht naar de primaire tumor. De
primaire tumor zat in de dunne darm met uitzaaiingen in de lymfeklieren, alles is operatief verwijderd.
Man; primaire tumor in dunne darm, 1 maand tot diagnose
Klachten: vage buikklachten, ernstige buikpijn.
Het begon met vage buikklachten. Ik dacht: ik heb griep en heb daarom een huisarts bezocht. Iets later werd het
ernstige buikpijn. De arts stuurde mij direct door naar het ziekenhuis. De darmen bleken bijna afgesloten. Tijdens de
operatie werd een stuk darm verwijderd. Na een kweek bleek het om een carcinoïd te gaan en werd ik doorgestuurd
naar het NKI-AVL.
De carcinoïd is vervolgens grotendeels verwijderd, maar terugkomst was toen voorspeld. Ik ben 8 jaar klachtenvrij
geweest maar nu zijn er toch uitzaaiingen in de lever. De lutetiumbehandelingen zijn achter de rug en alles lijkt weer
stabiel.
Vrouw; primaire tumor in de dunne darm, 4 maanden tot diagnose.
Klachten: dik been door lymfe-oedeem.
Vanwege een dik rechterbeen vermoedde de huisarts trombose en werd ik doorgestuurd naar een internist.
Vervolgens heb ik 5 maanden lang tientallen onderzoeken ondergaan. Na 2 weken werd al duidelijk dat dit dikke
been lymfe-oedeem was, wat behandeld werd door de fysiotherapeut. Eerste diagnose baarmoederhalskanker
klopte achteraf niet, na een punctie en leverbiopsie bleek het om een carcinoïd te gaan. Uiteindelijk bleek de primaire
tumor in de dunne darm te zitten met uitzaaiingen in lymfeklieren, buikvlies en lever.
Man; primaire tumor in de dunne darm, 143 maanden tot diagnose.
Klachten: veel buikpijn, braken.
Vanwege de klachten buikpijn en braken werd er gedacht aan een spastische darm. Tien jaar later werd een stuk
dunne darm verwijderd en werd de carcinoïd geconstateerd. Inmiddels waren er al uitzaaiingen naar de lever. Die
uitzaaiingen werden behandeld met alcoholinjecties.
Tien jaar na de diagnoses NET werden uitzaaiingen in de dikke darm gevonden en een jaar later kreeg ik een stoma.
<
naar inhoudsopgave
<
26
>
Omdat mijn heup is versleten moet ik geopereerd worden voor nieuwe heupen maar op dit moment vinden de
artsen een operatie te riskant vanwege een carcinoïd crisis die zou kunnen ontstaan.
Man; primaire tumor in de dunne darm, 170 maanden tot diagnose.
Klachten: hevige buikpijnen, benauwdheid op de borst.
Ondanks 14 jaar hevige buikpijnen, benauwdheid op de borst en vier maal spoedopname in één jaar in een
streekziekenhuis, volgde steeds geen diagnose die de klachten kon verklaren. Bij de laatste opname in dat jaar zocht
een internist in opleiding gericht, en ontdekte de carcinoïd in de dunne darm. Na doorverwijzing van dit ziekenhuis
naar NKI-AVL volgde een operatie aan de dunne darm.
Vrouw; primaire tumor in de dunne darm, 169 maanden tot diagnose.
Klachten: aanvallen met buikpijn, krampen, braken, opvliegers.
Veertien jaar voor de diagnose ging ik met klachten van buikpijnaanvallen, krampen en braken naar de huisarts.
Deze aanvallen van kramp, etc. gingen meestal na één dag weer over. Tussen deze aanvallen zaten soms meerdere
maanden. Ik had ook last van opvliegers maar die beschouwde ik als passend bij mijn leeftijd. Vlak voor de diagnose
ben ik met deze klachten doorgestuurd voor onderzoek naar een streekziekenhuis. Daar kreeg ik na onderzoek te
horen dat ik darmkanker had. Na een second opinion op het weefsel volgde de diagnose carcinoïd. Vervolgens werd
ik doorgestuurd naar het NKI-AVL. Aanvankelijk werd de primaire tumor niet gevonden, inmiddels is duidelijk dat
deze zich in de dunne darm bevindt met uitzaaiingen naar de lever. Vervolgens ben ik naar het Erasmus MC verwezen
voor behandeling met lutetium.
Vrouw; primaire tumor in de dunne darm, 3 maanden tot de diagnose.
Klachten: flushes, buikpijn, diarree.
Toen ik met mijn klachten naar de huisarts ging, deed hij dit eerst af als buikgriep. Nadat ik tweemaal in twee weken
met deze klachten naar de huisarts was gegaan, stuurde hij me door naar de MDL-arts. Drie maanden later, na
een operatie aan de dunne darm, bleek het om een carcinoïd te gaan. Er zitten uitzaaiingen in de dunne darm,
buikvetschort, lever, middenrif en darmvlies. De uitzaaiingen konden ten dele verwijderd worden. Vier jaar na de
operatie kreeg ik pas Sandostatine-LAR. Inmiddels ben ik overgestapt naar het Erasmus MC voor behandeling.
Man; in maart 2010 overleden.
Primaire tumor in de dunne darm, 91 maanden tot diagnose.
Klachten: hevige buikpijn, diarree, rode gelaatskleur.
Mijn echtgenoot werd als gevolg van hevige buikpijn en rode gelaatskleur acuut opgenomen. Er heeft nog tweemaal
een spoedopname plaatsgevonden. Bij de 3e spoedopname werd door een oplettende nefroloog gericht onderzoek
gedaan en de carcinoïd ontdekt. Toen werd ook vastgesteld dat de carcinoïd de schade aan het hart had veroorzaakt
waarvoor al eerder een bypass en 6 omleidingen waren aangelegd, dit was drie jaar voor de diagnose van de
carcinoïd.
Zeven jaar na het begin van de eerste klachten zoals heftige buikpijn, diarreeklachten, en rode gelaatskleur is de
tumor ontdekt.
<
naar inhoudsopgave
<
27
>
Primaire tumor onbekend
Vrouw; primaire tumor onbekend, 9 maanden tot diagnose.
Klachten: hoge koorts, vermoeidheid, buikpijn.
De eerste klacht die ik had was zeer hoge koorts wat leek op griep. Vervolgens werden mijn moeheidsklachten en
buikpijn een half jaar lang door de huisarts als buikgriep geïnterpreteerd. Na dit half jaar werd ik verwezen naar een
specialist die na bloedonderzoek en echo constateerde dat er uitzaaiingen in de lever en zaten. Later volgde de
diagnose carcinoïd. De primaire tumor is niet gevonden.
Man; primaire tumor onbekend, 5 maanden tot diagnose.
Klachten: vermoeidheid, lusteloosheid.
Na klachten van moeheid en lusteloosheid werden 5 maanden later na onderzoek in mei 2008 uitzaaiingen van
NET in de lever gevonden. De primaire tumor is niet gevonden. De bijnieren zijn verwijderd vanwege het Cushing
syndroom. De lever werd behandeld met lutetium na verwijdering van de bijnieren. Anderhalf jaar na eerste klachten
ben ik gestart met Sandostatine.
Man; primaire tumor onbekend, 6 maanden tot diagnose.
Klachten: flushes, stress, slapeloosheid, buikpijn, diarree.
Ik had veel klachten toen ik naar de huisarts ging. Het begon met stress, slapeloosheid en buikpijn. Een half jaar later
kreeg ik ook last van diarree en flushes. Ik ben 5 maal in één jaar bij de huisarts geweest die eerst stress en een burnout constateerde en later een bacteriële darminfectie. Ik kreeg geen medicatie. Na een half jaar verwees de huisarts
me naar een internist. Anderhalf jaar na de eerste klachten werd de diagnose carcinoïd gesteld. De primaire tumor
zat in de darm met uitzaaiingen naar de lever en botten. Ook de hartkleppen zijn aangetast. Inmiddels ben ik in het
Erasmus MC behandeld met lutetium en gebruik ik o.a. Sandostatine.
Vrouw; primaire tumor onbekend, 101 maanden tot diagnose.
Klachten: vermoeidheid, steken bij de borst, darmklachten als buikrommelen, krampen en gassen, vetdiarree, eczeem in
gezicht, ontstoken/pijnlijke oogleden, flushes, transpireren, menstruatieproblemen.
Ik had al jaren last van buikklachten voor ik dit besprak met mijn huisarts. Vanwege de vermoeidheid werd mijn bloed
onderzocht en bleek dat het Hb aan de lage kant was waarvoor ik diverse kuren met ijzertabletten kreeg. Steeds vaker
kreeg ik pijn in en last van mijn darmen met hinderlijke gassen, vet diarree en krampen, dit belemmerde mij steeds
vaker in mijn dagelijks leven. Ik begon zelf met het weglaten van bepaalde voeding maar dit bracht geen oplossing.
Drie jaar later merkte ik dat mijn conditie achteruit ging tijdens het sporten. Ik kreeg last van warmteaanvallen met
een erg rood hoofd, een klam bovenlijf en koude armen en benen. Ik kreeg steeds vaker last van hartkloppingen.
Ruim 8 jaar na de eerste klachten werd na een echo en een longfoto geconstateerd dat ik kanker had vanwege
uitzaaiingen die gezien werden in de lever, die 2 tot 3 maal vergroot was. En er zat vocht achter de long. Ondanks
herhaald onderzoek is de primaire tumor nog niet gevonden. Inmiddels heb ik 4 behandelingen met lutetium achter
de rug en lijkt de situatie stabiel. Ik gebruik Sandostatine-LAR voor de vele flushes. Vanwege mijn jodiumallergie
kunnen er geen CT scans meer plaatsvinden en worden de controles met MRI gedaan.
Uitgebreid verhaal in boekje ‘Ook mannen hebben opvliegers’.
<
naar inhoudsopgave
<
28
>
Primaire tumor op overige plaatsen
Vrouw; primaire tumor in de lever, 138 maanden tot diagnose.
Klachten: diarree, buikpijn.
Voorafgaand aan de diagnose NET in de lever had ik vaak last van diarree en buikpijn. De huisarts gaf Arestal voor
spastische darmen. Na 11 jaar volgde de diagnose NET.
Man; primaire tumor in milt, 8 maanden tot diagnose.
Klachten: vermoeidheid, bleek zien, duizeligheid.
Ik werd ziek van een laag Hb (4). Na een paar dagen vond men een soort spataderen in mijn maag die zo nu en dan
knapten. Dit verklaarde het bloedverlies c.q. lage Hb. Weer een paar dagen later vond men een gezwel op de grens
van staart alvleesklier en milt. Mijn milt was helemaal verkankerd. Bloed kon er niet meer doorheen en zocht andere
wegen door kleine haarvaten, o.a. in mijn maag. Vanuit mijn lies is een soort parapluutje in een ader naar de milt
gezet waarmee een acuut bloedingsgevaar werd weggenomen. Ook is een punctie van miltweefsel genomen.
Gelukkig is toen door de patholoog anatoom ontdekt dat het een NET was. Na deze diagnose ben ik pas echt
geopereerd en is mijn milt en alvleesklierstaart verwijderd.
De metastases in mijn lever bleken tijdens de operatie niet verwijderbaar te zijn.Na de spoedoperatie waarbij de milt
werd verwijderd volgde de diagnose carcinoïd met uitzaaiingen naar de lever. Inmiddels zitten er ook uitzaaiingen
in het bot/skelet van benen t/m hoofd.
Ik ben inmiddels vijf keer behandeld met lutetium. De belangrijkste klachten voorafgaand aan de diagnose waren
moeheid, duizeligheid en ik zag erg bleek.
Vrouw; primaire tumor in de maag, 276 maanden tot diagnose.
Klachten: hevige maagpijn.
In 1985 kreeg ik hevige maagpijn waar ik Pantozol voor kreeg. De MDL arts ontdekte toen bij maagonderzoek een
maagzweer die hij wegbrandde. Drieëntwintig jaar later, in 2008, kreeg ik opnieuw hevige maagpijn en werd in het
streekziekenhuis de diagnose maagkanker en later NET gesteld.
Ik kreeg het advies om alleen Pantozol te blijven slikken. Er werd verder niets aan gedaan. Negen maanden later werd
er in het Erasmus MC vervolgens gestart met lutetium. Een jaar later zijn na 4 lutetiumbehandelingen vooralsnog
geen tumor en uitzaaiingen meer te zien op de scan.
Vrouw, op 65 jarige leeftijd overleden.
Primaire tumor in de lever, 133 maanden tot diagnose.
Klachten: aanvallen met hevige buikpijn.
De klachten begonnen met buikpijnaanvallen die enkele uren tot een dag aanhielden. Daarna soms weken tot
maanden vrijwel geen klachten. Tien jaar na de eerste klachten een buikpijncrisis waarna bij een echo iets gezien
werd in lever en pancreas. Vervolgens werd een maand later na een laparoscopie de diagnose NET gesteld.
<
naar inhoudsopgave
<
29
>
Vrouw; primaire tumor in duodenum, 36 maanden tot diagnose.
Klachten: buikpijn, maagpijn.
Sinds 1995 werd het Zollinger Ellison syndroom vermoedt, dit werd in 2000 gediagnosticeerd. Ik had al 3 jaar heftige
buikpijnklachten en uiteindelijk een maagperforatie. De specialist vermoedde wel dat er meer achter zat maar kon
niets vinden. Na twee maanden ziekenhuisonderzoek trad een longembolie op en werden er abcessen in de lever
gevonden. Tweeënhalf jaar na de eerste klachten volgde de diagnose van 2 gastrinomen in duodenem en pancreas.
Inmiddels blijken er ook metastasen in de lever te zitten waarvoor ik RFA behandeling heb ondergaan.
Vrouw; primaire tumor tussen lever en nier, 36 maanden tot diagnose.
Klachten: slaapproblemen, buikklachten, maagklachten, opgeblazen gevoel, erge pijn in rechterzij, uitputting/algehele
malaise, moeite met regulering van kou & warmte, ‘koortsaanvallen’.
Tussen de lever en de nier bevinden zich twee tumoren. Ze kunnen niet verwijderd worden omdat dit te riskant is
door de locatie. Bestraling heeft de groei tot stilstand gebracht en één tumor is verkleind. Ik had drie jaar last van
allerlei klachten, o.a. slaapproblemen, menstruatieklachten, buik- en maagklachten, opgeblazen gevoel. Ik kwam op
de Eerste Hulp vanwege ernstige pijn in rechterzij die leek op nierstenen of nierbekkenontsteking. Er was sprake van
algehele malaise en uitputting.
Mijn omgeving had het idee dat ik overspannen was. Mijn huisarts stuurde me ook door naar een psycholoog i.v.m.
werkproblemen. Vanwege de pijn in mijn rechterzij dacht men aanvankelijk aan nier- of galproblemen. Na een
antibioticakuur hielden de klachten aan en werd ik doorverwezen voor een echo. De radioloog nam vervolgens zelf
het initiatief om het rechter buikgebied te controleren.
Achteraf gezien was er zeker sprake van allerlei problemen die niet over gingen; alsof je uitgeput bent. Het probleem
is dat een huisarts elke klacht op zich bekijkt en niet kijkt naar die jaren van veel klachten. Mijn lichaam had ook veel
moeite met de regulering van koude en warmte. Ik had het vaak erg koud of een soort van koortsaanvallen.
<
naar inhoudsopgave
<
30
>
Plaats primaire tumor lijkt niet juist benoemd in de vragenlijsten
Man; primaire tumor in de lies, 1 maand tot diagnose.
Nb: dit lijkt niet juist benoemd in vragenlijst. De tumor is primair aangetoond in de lies, maar waarschijnlijk bevond de
primaire tumor zich in de darm.
Voorafgaand aan de carcinoïd diagnose had ik een bobbel in mijn lies. Naar aanleiding van een operatie aan deze
plek volgde de diagnose carcinoïd. De uitzaaiingen zitten in het hart, de lever en de darm In de huid rond de stoma
die is aangelegd zitten ook carcinoïd uitzaaiingen.
Vrouw; plaats primaire tumor in ? darm, periode tot de diagnose onbekend.
Nb: Plaats primaire tumor niet volledig benoemd in vragenlijsten
De klachten, niet genoemd, zijn direct opgepakt door de huisarts waarna verwijzing volgde naar het academisch
ziekenhuis. Daar volgde de diagnose. De primaire tumor zat in de darmen met uitzaaiingen in de lever.
<
naar inhoudsopgave
<
31
>
Download