Inleiding op de lezing:

advertisement
Advent is kijken: KIJK, HET EINDE IS DICHTBIJ!
Preek over Matteüs 24:1-35
Lelystad, Eerste Adventszondag 2009, 29 november
R.J.Vreugdenhil
Inleiding op de lezing:
Vandaag begint de tijd van Advent. De eerste adventskaars is aangestoken.
Advent heeft te maken met vooruitkijken, verwachten dat hij komt.
In vier zondagen leven we toe naar Kerst: de Zoon van God is gekomen.
Advent is in de christelijke kerk ook de tijd van vooruitkijken naar zijn terugkomst.
Jezus, het kind van Bethlehem, is nu de Heer die komt.
We leven toe naar de grote dag van zijn komst. Dan zal zijn koninkrijk losbarsten in
deze wereld. Het doel is dan bereikt. Het einde van de wereld zoals wij hem kennen.
De overgang naar de wereld zoals God hem nieuw zal maken.
In de vier zondagen van Advent wil ik met u in de bijbel lezen over die terugkomst.
En over hoe wij naar die dag toe mogen leven. Ik gebruik daarvoor Matteüs 24 en 25.
Vandaag het eerste deel. Advent is kijken. KIJK, HET EINDE IS DICHTBIJ!
Lezen Matteüs 24:1-35.
De Mexicaanse griep lijkt nogal mee te vallen. Een poosje terug was het veel
dreigender. Maar wie weet wordt het dat opnieuw.
Wie denkt er wel eens: die Mexicaanse griep - je kunt wel zien dat het einde van de
wereld dichterbij komt. Legt u dat verband?
En als je daar nog nooit over nagedacht had: vind je dat het met elkaar te maken heeft?
* * * (tijd om na te denken / er over te praten met elkaar)
Wie is er naar de film 2012 geweest?
Ik niet, ik ken het alleen uit wat ik er van lees. Een film over het einde van de wereld.
Een enorm spektakel van steden die verwoest worden, mega-rampen.
Als je zo'n film ziet of er over leest, wie denkt er dan: ja, zoiets zal inderdaad wel
gebeuren voordat de Heer terugkomt?
Of (los van de film): wie denkt er: voordat hij komt, moeten er eerst nog ergere
gebeuren dan tot nu toe?
***
Op die voorbeelden kom ik straks terug.
Het gaat om: iets zien, en dan herkennen: de grote dag komt.
Of: iets nog niet zien, en dan de conclusie: de grote dag komt dus nog niet.
Wat vanuit de bijbellezing in ieder geval duidelijk is: Christus leert ons kijken.
De aanleiding voor zijn toespraak is wat zijn leerlingen zeiden: Meester, kijk! Kijk, de
tempel.
In zijn antwoord laat Jezus merken: het is goed dat jullie kijken. Kijk inderdaad.
Het kijken komt steeds terug.
Vers 15: als jullie de 'verwoestende gruwel' zien staan.
Vers 27, je zult het zien als het zover is, net zoals je het licht van de bliksem ziet.
gebruik als leespreek graag melden per mail
1
Vers 30: aan de hemel wordt het teken zichtbaar.
Vers 33: wanneer je dit alles ziet, moet je weten dat het einde nabij is.
De christelijke houding van in het leven staan is: om je heen kijken en de dingen die je
ziet, in verband brengen met wat je weet uit de bijbel.
Maar kijk dan wel goed. Leer het van Christus. Chrístus leert ons kijken.
De leerlingen keken verkeerd.
Ze keken naar de tempel. Een machtig bouwwerk boven op die heuvel.
Waarschijnlijk geloofden zij: die tempel zal daar altijd blijven staan. Die tempel is het
blijvende, zichtbare teken dat de Messias zal komen.
De tempel als landingsplaats voor Christus op de grote dag.
Aan die tempel zou je kunnen zien: hij komt.
Maar de boodschap van Jezus is: die tempel wordt verwoest.
Niet een beetje, niet tijdelijk, maar definitief. Er blijft geen steen op de ander staan.
(dat is ook gebeurd; het enige dat er van de tempel nog te vinden is, is een stuk
fundament, de klaagmuur.)
Dat is een schokkende boodschap voor de leerlingen.
Zij dachten dat de tempel het blijvende teken zou zijn.
Daarom vragen ze: Heer, als die tempel verwoest wordt, wat is dán het teken van uw
komst en van de voltooiing van de wereld?
Wat is het teken dat ons doet blijven denken aan de grote dag?
Herkenbare vragen, denk ik.
Waar kun je aan zíen dat Christus terugkomt?
Wat heb je vandaag voor bewijs of teken dat er een grote dag komt?
Christus leert ons kijken.
Hij maakt duidelijk: Verkijk je niet op de minder belangrijke dingen.
In vers 6 en 7 wordt een aantal dingen genoemd.
Oorlogen, oorlogsdreiging, hongersnoden, aardbevingen.
Ik merk vaak dat veel kerkmensen dat rijtje goed kennen.
Dat is het rijtje van dingen die zullen gebeuren voordat de grote van Christus er is.
Hier wordt vaak naar verwezen. Als er weer eens een aardbeving in het nieuws is, een
tsunami, berichten over oorlogen. Of zoals nu: een wereldwijde griepepidemie.
Dingen die het wereldnieuws beheersen.
Kijk, zeggen dan christenen.
Zie je het, dat zijn tekenen van het eind van de tijd.
Dat zijn het inderdaad.
Maar luister eens naar wat Jezus erover zegt.
Vers 6: laat dat je dan niet verontrusten.
Misschien kun je ook vertalen: raak daar niet opgewonden van.
Als je zoiets ziet gebeuren, roep dan niet meteen: kijk, dit is het!
gebruik als leespreek graag melden per mail
2
De leerlingen hadden waarschijnlijk een heel sterke verwachting van de grote dag.
We weten dat de Joden in die tijd (los van het onderwijs van Jezus) uitkeken naar de
dag van de Messias. Men had het dan ook over de 'weeën van de Messias': oorlogen,
aardbevingen, hongersnood enzovoort in een korte tijd voorafgaande aan die dag.
Die verwachting zullen de leerlingen overgezet hebben naar de wederkomst van Jezus
Christus: een korte tijd van oorlogen enzovoort, maar dan de overwinning.
Mogelijk bedoelt Jezus hier: oorlogen en aardbevingen zullen inderdaad komen. Maar
vergis je niet, dat is niet het belangrijkste.
En raak niet meteen opgewonden: de grote dag er is.
Vers 6: die dingen moeten inderdaad gebeuren, maar dan is het einde nog niet
gekomen.
Vers 8: die dingen van het wereldnieuws, dat is het begin van de weeën.
En 'begin' hoeft dan niet te betekenen: eerst die dingen, daarna iets anders; 'begin' kan
ook beteken: het minst erge. Er is iets dat nog veel erger is.
Zwaarder. Belangrijker om naar te kijken.
Dat is wat Jezus noemt in vers 9-12.
Onderdrukking vanwege het christelijk geloof.
Gehaat worden omwille van de naam van Christus.
Onderling verraad, elkaar haten. (En dat zal gaan over christenen en hun familieleden
die elkaar haten en verraden.)
Valse profeten die mensen verleiden.
Toenemende wetteloosheid. Je alleen laten regeren door wat je zelf ervan vind.
Liefde die bekoelt. Geen inzet meer voor elkaar. Ieder zoekt het zelf maar uit.
Dat zijn niet de dingen van het wereldnieuws.
Dit gaat over hoe mensen met elkaar omgaan.
In de samenleving. In de gemeente van Christus.
Dit zijn niet de dingen waar we met z'n allen slachtoffer van worden (zoals een
natuurramp), maar dit zijn de dingen die we zelf doen.
Die we elkaar aandoen. Die we onszelf aandoen.
Jezus laat zijn leerlingen vooral kijken naar díe dingen.
Oorlogen, aardbevingen, hongersnoden - ja, die zullen er ook zijn.
Maar let vooral op wat er gebeurt in hoe mensen met elkaar omgaan.
Herken dat er juist daarin grote rampen gebeuren.
Je kunt dat noemen: de geestelijke strijd.
Vanuit Openbaring 12: de duivel gaat rond in deze wereld en hij weet dat hij weinig
tijd heeft. Hij wil maar één ding: mensen bij Christus vandaan halen.
Denk je dat hij dat probeert met aardbevingen, hongersnoden of oorlogen?
Misschien ook.
Maar hij heeft er vooral andere rampen en epidemieën voor.
De besmettelijke ziekte van de hebzucht.
Het egoïsme. Het puur vanuit jezelf keuzes maken.
gebruik als leespreek graag melden per mail
3
De ramp van de eenzaamheid, dat we geen tijd meer hebben voor de zwakke in de
samenleving omdat we allemaal druk bezig zijn voor onszelf.
De geestelijke leegte in een heleboel TV-programma's.
Op alle manieren God uit het dagelijks leven weghalen.
Dat is de ramp die je ziet gebeuren als je vanuit geloof kijkt naar onze samenleving.
Ik geloof dat de Heer ons leert om daar op te letten.
Niet de Mexicaanse griep laat zien dat het eind van de tijd dichtbij is.
Wel de manier waarop onze samenleving op zoiets reageert.
De vraag vanmorgen is: ziet u dat? Kijk je zo vanuit je geloof om je heen?
Zie je wat er gebeurt op geestelijk niveau?
Of heb je zelf ook al God zo uit je dagelijks leven weggehaald dat je zulke dingen niet
eens ziet??
Christus leert je kijken.
Verkijk je er niet op: de dingen van het wereldnieuws zijn niet het belangrijkste.
Kijk vooral naar hoe mensen zijn. Daaraan kun je zien dat de dag van Christus komt.
Kijk naar de voortekenen.
Jezus heeft het zijn leerlingen nu uitgelegd. Ze moeten anders leren kijken.
Nu komt hij terug op de tempel.
De leerlingen dachten: die tempel is het blijvende teken dat de Messias komt.
Jezus zegt: die tempel wordt verwoest; en die verwoesting is juist een teken.
Ver 15: als je de 'verwoestende gruwel' ziet staan...
Even kort door de bocht weergegeven: als je ziet dat de tempel verwoest is, dan is dat
het teken om te vluchten. De verwoesting van de tempel tekent een nieuwe fase in de
geschiedenis. Dán begint de grote verschrikking.
Let er op dat Jezus dit zegt tegen Joodse leerlingen.
Hun volk, het Joodse volk, het volk van de tempel, zal naar alle kanten moeten
vluchten. Voor dat volk zal het vreselijk zijn.
Maar God zal ingrijpen. Hij zal de verschrikking beperken. Niet het hele Joodse volk
wordt vernietigd. Vers 22: Omwille van de uitverkorenen zal hij ingrijpen. Want God
wil uit het Joodse volk een uitverkoren deel redden.
Dit kun je herkennen in het verloop van de geschiedenis.
In het jaar 70 is de tempel verwoest door de Romeinen. Het Joodse volk is verspreid.
Er is door dat volk enorm geleden, met een dieptepunt in de twee wereldoorlog. Maar
God heeft niet de totale vernietiging van het Joodse volk toegelaten. Want hij wil, de
eeuwen door, uit dat Joodse volk een deel redden.
Joden die in Messias Jezus geloven.
En wat hier niet genoemd wordt, maar wat je verderop in de bijbel leest: samen met
die Joodse uitverkorenen wil God ook uitverkoren mensen uit de niet-Joodse volken
redden. Zij worden door geloof geestelijk in het volk Israël ingelijfd.
Die gebeurtenissen - de verwoesting van de tempel en alles daarna - is het teken waar
de leerlingen op moeten letten.
gebruik als leespreek graag melden per mail
4
Daaraan mogen ze het herkennen: de Messias komt.
Voor de leerlingen toen betekende dat: kijk naar voren. Verwacht het binnenkort.
Jezus zegt zelfs: binnen één generatie ga je het meemaken. Niet de terugkomst van
Jezus, maar die verwoesting van de tempel waardoor je weet: de Messias komt.
En dat is gebeurd.
Voor ons betekent het nu: terugkijken in de geschiedenis en om ons heen kijken.
Dan zie je: alle voortekenen zijn er.
Alles wat Jezus hier zegt, is uitgekomen en komt vandaag uit.
Alle voortekenen zijn er.
Er hoeven geen nieuwe meer te komen.
Zeker niet (zoals sommige christenen zeggen) een herstel van Israël en de opbouw van
de derde tempel. De verwoesting en de verstrooiing van Israël zijn juist een voorteken.
Maar er hoeven ook niet nog ergere rampen te komen, zoals in die film 2012.
Alle voortekenen die Jezus genoemd heeft, zijn in de geschiedenis herkenbaar.
En veel ervan zijn vandaag heel sterk herkenbaar, als je goed leert kijken.
Alle voortekenen wijzen er dus op: het einde is dichtbij.
Het kan zomaar gebeuren. Morgen. Of vandaag.
De vraag is: houd je daar rekening mee. Verwacht je die dag?
Geloof je dat het zomaar morgen kan gebeuren? En wat doet dat met je?
(daarover gaat het in de volgende preken.)
Nu alleen nog dit: als het zover is, als Christus komt, zul je hem zeker zien.
Hebt u zich ook vaak afgevraagd hoe dat eigenlijk zal gaan?
Hoe moet het ooit: als Christus terugkomt, ergens op deze aarde, dan zien we dat toch
nooit allemaal tegelijk? De wereld is zo groot. En rond.
Hoe zal dat zijn?
Ik begrijp dat ook niet.
Maar ik vind mooi om te lezen dat Jezus er toen al wel iets over gezegd heeft.
Vers 27: denk eens aan de bliksem. Ergens hangt een onweersbui. Blikseminslagen,
zware donder. Maar kilometers verder kun je die bliksem ook zien.
Afgelopen zomer zagen wij een grote wolk waar je voortdurend bliksem in zag, maar
we hoorden totaal geen donderslagen. Zover was dat bij ons vandaan.
Jezus zegt: zoiets zal het dan ook zijn.
Als de grote dag er is, als de Mensenzoon komt, zal het zijn als de bliksem die vanuit
het oosten weerlicht tot in het westen.
Je zult hem zeker zien.
En je hoeft dan ook niet te twijfelen: is dit wel of niet de grote dag.
Het is in één keer duidelijk.
En dan wijst Jezus in vers 30 niet naar een bepaalde plek in de wereld, zoals er
vandaag mensen wijzen naar de tempelberg: daar zal hij komen.
Hij wijst naar de hemel. Daar zal het teken te zien zijn.
Het teken van de komst van de Mensenzoon.
Dan zal hij komen op de wolken van de hemel, bekleed met macht en grote luister.
En iedereen zal hem zien.
gebruik als leespreek graag melden per mail
5
Veel mensen zullen dan schrikken: het is toch waar. Maar het is dan te laat om je nog
te bekeren.
Maar de uitverkorenen zullen blij zijn om hem te zien.
Als je hebt leren kijken in dit leven, als je geleerd hebt om in de dingen van dit te
leven te zien dat de Heer komt, mag je straks blij zijn om hem echt te zien.
AMEN
gebruik als leespreek graag melden per mail
6
Download