2014: H2. Duurzame ontwikkeling van de

advertisement
2. Duurzame ontwikkeling van de leefomgeving
2.0
2.1
2.2
2.3
2.4
2.5
2.6
2.7
2.8
Kaders
Groene Hart
Wonen en duurzaam bouwen
Natuur en landschap
Milieu en energie
Duurzame landbouw en (glas)tuinbouw
Duurzame recreatie
Duurzame industriële bedrijvigheid
Duurzame mobiliteit, infrastructuur en verkeersveiligheid
2.0 Kaders
A. Visie: uitgangspunten en problemen/wensen
Vanuit een soort groeidwang hebben velen de neiging steeds hogere groeicijfers te willen
halen. Bij bedrijven is dat ook hét criterium voor succes. Maar de kwaliteit van ons bestaan is
niet alleen afhankelijk van materiële groei in de formele en informele economie. In ons rijke
westen al helemaal niet. De sociale en ecologische factoren en de wijze waarop we met dat
alles omgaan – politiek en bestuur – zijn minstens zo belangrijk: als waarden op zich, maar
ook vanwege de onderlinge afhankelijkheid van deze vier factoren. Al sinds 1972 wordt
duurzame ontwikkeling internationaal uitgedrukt als de noodzakelijke samenhangende
ontwikkeling van deze vier factoren: People, Planet, Profit en Politics (PPPP). Het is de
voorwaarde om er met elkaar beter van te kunnen worden op deze wereld. Door de sterk
toegenomen intergemeentelijke, internationale en mondiale afhankelijkheden geldt dat meer
dan ooit tevoren en moet daar op al deze niveaus rekening mee worden gehouden.
Dit betekent dat het streven naar individuele voordelen, hier, nu en voor ons niet duurzaam
is, wanneer de nadelen van ons handelen worden afgewenteld op de gemeenschap, naar
elders, op anderen, of naar de toekomst.
Daarom is het niet alleen belangrijk wat betreft die vier samenhangende factoren, om naar
de kansen op voordelen van ons handelen te kijken, maar vooral ook naar de kansen op
afwenteling van de altijd ook optredende nadelen naar de gemeenschap, naar elders, naar
anderen en naar toekomstige generaties. Duurzame ontwikkeling vereist dat die tezelfdertijd
gecompenseerd kunnen en ook moeten worden. Niet alleen omdat de voordelen van ons
handelen daarmee (deels) teniet worden gedaan, maar vooral omdat die nadelen in hoge
mate scheef verdeeld worden over zowel de zwakke waarden in de leefomgeving waar
niemand eigenaar van is zoals milieu, natuur, klimaat, biodiversiteit, als over zwakkeren en
kansarmen in de samenleving. Dat is economisch, ecologisch en sociaal niet duurzaam.
Voor Progressief Nieuwkoop zijn die compensatiemogelijkheden daarom tevens cruciaal
vanuit een andere kernwaarde, namelijk gelijkwaardigheid. Gelijkwaardigheid betekent
gelijke behandeling en gelijke kansen. Gelijke kansen op de toegang tot en op de eerlijke
verdeling van de bestaansmiddelen die we met elkaar voortbrengen. Dat geldt niet alleen
voor de mooie dingen die ons bestaan verbeteren, maar ook voor de lastige dingen die
daarvoor opgebracht moeten worden.
In de praktijk lijkt die gelijkwaardigheid steeds verder af te nemen, vooral gevoed door
genoemde afwenteling mechanismen. Daar wordt in onze individualiserende samenleving
steeds meer heel bewust voor gekozen (‘graaicultuur’), maar vaak ook niet en zijn die
afwenteling mechanismen het onbedoelde gevolg van eenzelfde gedrag van velen
tegelijkertijd. Dat resulteert in autonome trends, waar niemand zich verantwoordelijk voor
voelt, met effecten die niemand beoogde en aanvankelijk ook niet goed werden voorzien.
Maar vervolgens wel worden gebagatelliseerd, ontkend en op zijn beloop galaten vanwege
inmiddels gevestigde belangen. Totdat er een breed gedragen gevoel ontstaat dat het zo niet
1
langer kan en stevige beleidsmaatregelen noodzakelijk worden. Daarom is preventief beleid
ook zo moeilijk te realiseren. Een duidelijk voorbeeld is de huidige financieel-economische
crisis. Overheden, bedrijven en instellingen streven allemaal groei na, maar het resultaat van
al die strevingen tezamen is crisis. Iedereen geloofde in de stabiliteit van die systemen, maar
erkent nu ineens dat ze zo complex zijn dat we de werking van die systemen eigenlijk nooit
hebben begrepen en de crisis helemaal niet hebben zien aankomen. Tegelijk leidde de ernst
van de crisis tot draagvlak voor de meest snelle en ingrijpende maatregelen ooit in de
geschiedenis, die bovendien zelfs geheel haaks staan op de dominante trend van het neoliberale denken.
Andere voorbeelden die met de werking en groei van deze complexe productie- en
consumptiesystemen samenhangen zijn de onbedoelde effecten ervan op zowel mondiaal
als lokaal niveau: fossiel energiegebruik en CO2-uitstoot, klimaatverandering,
milieubelasting, achteruitgang van biodiversiteit, waterprobleem, groei van de Randstad,
bevolkingkrimp op het platteland, teveel bedrijventerreinen in het landelijk gebied,
schaalvergroting in de landbouw en glastuinbouw, dichtslibbing en verrommeling van
Nationale Landschappen, met name het Groene Hart.
Progressief Nieuwkoop vindt dat we er alles aan moeten doen om de ontwikkeling van deze
effecten preventief tegen te gaan. Juist omdat dat zo lastig blijkt en juist omdat we het
afwachten van diepgaande crises geen optie vinden.
Maar het huidige college blijft hardnekkig uitgaan van zo sterk mogelijk groei: haar keuze
voor het blijven oprekken van rode contouren, voor rood voor groen – 430 extra woningen –
voor uitbreiding van bedrijventerreinen en voor 200ha extra glas, zijn daar voorbeelden van.
Duurzame groei ziet er niet alleen heel anders uit, dat komt ook op een heel andere manier
tot stand dan in de achterkamertjes van het provinciehuis, toen het binnen de gemeentelijke
burelen niet lukte. Dat is niet meer van deze tijd. Wij vinden dat dit anders kan en moet.
B. Agenda: doelen en middelen
Genoemde ontwikkelingen zijn de afgelopen jaren in vele studies en beleidsrapporten aan de
orde gesteld en Progressief Nieuwkoop vindt dat daar met veel meer inzet ook daadwerkelijk
iets aan gedaan moet worden, dat het tijd is voor verandering, voor een andere koers om
deze complexe vraagstukken beter aan te kunnen pakken. Bestuurskundige analyses,
experimenten en theorieën laten zien dat dit ook mogelijk is. Niet door slechts ongenoegen
onder burgers te organiseren, zoals populistische en op eigen politiek gewin beluste politieke
partijen soms doen. Wel door het geloof in een betere wereld en samenleving te versterken
en de spirit te ontwikkelen daar ook op nieuwe en inventieve manieren een bijdrage aan te
willen leveren.
Dat vraagt zowel om een aansprekende en richtinggevende toekomstvisie op een veel
duurzamere samenleving, als om sociale, economische, ecologische en bestuurlijke
modernisering en innovatie om die koers ook in te kunnen slaan. Dan moeten groepen
koplopers die hun nek daartoe durven uitsteken, worden geholpen en ondersteund om de
talloze barrières die de gangbare maatschappelijke, bureaucratische en politieke systemen
en belangen oproepen, te helpen slechten. Gevestigde belangen zien begrijpelijkerwijze niet
graag dat aan besluiten, procedures en regels uit het verleden getornd wordt, maar dat houdt
die modernisering en innovatie wel erg tegen. Daarom moet institutionele ruimte worden
gecreëerd voor innovatienetwerken van burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties,
instellingen en overheden, die gevrijwaard worden van verstikkende procedures,
bureaucratische schotten, bange en langs elkaar heen werkende instanties met onvoldoende
formele bevoegdheden en torenhoge administratieve rompslomp, om duurzame innovaties
echt van de grond te kunnen krijgen. Met de miljardeninjecties als crisismaatregelen van dit
kabinet wordt dat ook beoogd en gestimuleerd.
Die modernisering en innovaties moeten wel passen in de ontwikkeling naar een meer
duurzame toekomst en bijdragen aan het voortschrijdend beeld dat we daar met elkaar van
hebben in de vorm van een toekomstvisie.
2
Daarom heeft Progressief Nieuwkoop er de afgelopen jaren ook zo op gehamerd om de
Structuurvisie 2040 de vorm te geven van een toekomstvisie: een inspirerend en
aansprekend toekomstbeeld van onze gemeente, waarin burgers, bedrijven, instellingen,
maatschappelijke organisaties en openbaar bestuur zich kunnen herkennen en dat
richtinggevend is voor toekomstig beleid
.
Deze benadering raakt ook aan een derde waarde die Progressief Nieuwkoop belangrijk
vindt: burgerparticipatie. Het schetsen van een toekomstvisie, maar ook maatschappelijke
vernieuwing en innovatie, kunnen geen ambtelijke bestuurlijke exercities zijn. Dat zijn zaken
van burgers zelf. Bij complexe vraagstukken, zoals duurzame ontwikkeling is het de primaire
taak van de overheid om burgerparticipatie te bevorderen en alle belemmeringen die
initiatieven tot duurzame veranderingen en innovaties in de weg staan, weg te nemen.
C. Beleidsactiviteiten
De Structuurvisie 2040 gaat in feite maar tot 2018, dus over de komende twee
raadsperioden en is meer een optelsom van sectornota`s, dan dat het richtinggevende
transitiepaden aangeeft vanuit een samenhangend duurzaam toekomstperspectief, op grond
waarvan samenhangende sectornota’s zouden moeten worden ontwikkeld. Dit laatste kan en
moet, als het aan Progressief Nieuwkoop ligt, op die manier wel verder uitgewerkt worden
voor de toekomstvisies van de in de Structuurvisie 2040 aangegeven drie deelgebieden van
deze gemeente. Het gaat daarbij om toekomstvisies op duurzame ontwikkeling van
samenhangende gebiedsfuncties voor elk van de drie (gemeentegrens overschrijdende)
deelgebieden en van de kermen - zogenaamde dorpsvisies.
Wat dorpsvisies betreft kan goed voortgebouwd worden op de aanpak en leerervaringen van
het experiment dat Progressief Nieuwkoop recent samen met inwoners van Langeraar
uitvoerde.
Wat duurzame ontwikkeling van samenhangende gebiedsfuncties betreft gaat het met name
om wonen, bouwen, bedrijvigheid, mobiliteit, infrastructuur, natuur, biodiversiteit, milieu,
water, landschap, cultuurhistorie, recreatie, land- & tuinbouw. Volgens de structuurvisie zijn
in de verschillende deelgebieden ook verschillende functies dominant en moeten de ruimte
krijgen zich verder duurzaam te ontwikkelen: natuur, biodiversiteit en recreatie dominant in
het zuiden, een open, groen, agrarisch polderlandschap in het midden en wat meer ruimte
voor bedrijvigheid in het noorden.
Dat is een goede basis voor verdere visie- en beleidsontwikkeling. Maar die is door het
huidige college alweer stilgelegd toen die net goed was begonnen; zij wenste zich vooral te
concentreren op het project van de Noordse Buurt, en heel veel extra woning- en
glastuinbouw. Dat is wat Progressief Nieuwkoop betreft bestuurlijk verkeerd aanpakt en helpt
duurzame ontwikkeling niet verder. Het college zit nog vast in het oude groei denken, terwijl
we al krimpen. Zij stapelt losse korte termijn activiteiten, hetgeen het niet mogelijk maakt de
afwentelingmechanismen ervan naar elders, naar anderen, naar de toekomst en naar de
gemeenschap te doorzien. Dat leidt achteraf uiteraard tot de uitspraak van ‘we hebben het
goed bedoeld, er hard aan gewerkt en alles aan gedaan, maar we hadden deze problemen
niet verwacht en helemaal niet zien aankomen’. En dat is inderdaad het probleem wanneer
je je eigen activiteiten niet plaatst in de context van deze gemeentegrens overschrijdende
systemen en de werking, de kansen en bedreigingen daarvan. Beleid blijft dan in hoge mate
een gokaangelegenheid.
In plaats daarvan zou het college moeten denken, analyseren en handelen vanuit een op te
stellen samenhangende en aansprekende duurzame toekomstvisie als richtinggevend kader.
Die toekomstvisie moet een lange termijn karakter hebben, omdat dan ook de gewenste
veranderingen, verbeteringen en (systeem)innovaties meegenomen kunnen worden.
Dat moet en kan allemaal ook echt heel anders en beter!
3
Duurzame ontwikkeling van en in het Groene Hart vereist niet alleen een goede
samenwerking en gezamenlijke netwerkaanpak van overheden, bedrijven, maatschappelijke
organisaties en burgers binnen de eigen gemeente, maar voor de vele grensoverschrijdende
vraagstukken vooral ook daarbuiten. Dit betekent dat de gemeente haar contacten en
netwerken vooral richting Groene Hart gemeenten moet uitbreiden en versterken, wat ze
volstrekt onvoldoende doet. Het college lijkt alleen maar oog te hebben voor samenwerking
met de op groei en expansie gerichte Leidse regio en volstrekt andere beleidsvraagstukken
en oplossingsrichtingen dan die welke nodig zijn in het Groene Hart. Haar eenzijdige keuze
voor aansluiting van Nieuwkoop bij het gemeentelijke samenwerkingsverband HollandRijnland vinden wij dan ook een slechte. Progressief Nieuwkoop vindt dat de omgekeerde
wereld, wil daar zo snel als mogelijk van afzien en de gemeentelijke samenwerking van
Groene Hart gemeenten krachtig bevorderen.
Progressief Nieuwkoop vindt duurzame ontwikkeling een kernwaarde die veel sterker aan
het gemeentelijk beleid ten grondslag zou moeten liggen. Naast een financiële toets dienen
gemeentelijke plannen daarom ook aan een duurzaamheid toets te worden onderworpen.
Dat is een belangrijk instrument om te stimuleren dat we verantwoord omgaan met onze
economisch schaarse, ecologisch kwetsbare en landschappelijk unieke ruimte in het Groene
Hart en in onze gemeente.
2.1 Groene Hart
A. Visie: uitgangspunten en problemen/wensen
Het Groene Hart is een van de Nederlandse Nationale Landschappen en ligt te midden van
de oprukkende Randstad. Het heeft een unieke combinatie van cultuurhistorische en
natuurlijke elementen. Het verdient het om als oase tussen de grote steden veel beter
beschermd te worden dan de Nota Ruimte voorschrijft. Dat wordt in de nota Randstad 2040
van dit voorjaar ook betoogd. Ook een Nationaal Landschap moet zich kunnen ontwikkelen
als een plek waar het goed wonen, werken en leven is. Maar het open landschap en de
groene kwaliteit van het gebied dienen voorop te staan. In de Structuurvisie 2040 van de
gemeente is dat terecht ook aangegeven, maar nog onvoldoende uitgewerkt.
B. Agenda: doelen en middelen
Met een migratiesaldo-nul wordt beoogd aan de groei- en bouwdwang van gemeenten een
halt toe te roepen. Maar de vraag is of dit een afdoend instrument is. Tot op heden wordt het
door de provincie onvoldoende transparant toegepast en blijven gemeenten proberen hun
bouwprogramma’s als vanouds uit te breiden.
We moeten omzichtig omgaan met bouw- en infrastructuurplannen in het groen. Waar begin
van deze raadsperiode een bouwopgave werd voorzien van 1250 woningen voor de
komende tien jaar, is die intussen niet afgenomen, maar toegenomen tot ruim 1900. Dat is
wat Progressief Nieuwkoop betreft de verkeerde ontwikkeling. Wij willen dat veel
nadrukkelijker en inventiever wordt nagedacht over duurzame ontwikkeling van
samenhangende gebiedsfuncties vanuit een lange termijn toekomstvisie, waarbij onder
andere rekening wordt gehouden met de zich doorzettende trend van toenemende krimp van
de bevolking op het platteland, die in onze regio nu al een half procent bedraagt.
De sterk toegenomen bouwopgave is in belangrijke mate veroorzaakt door de verkeerde
instrumentariuminzet van het huidige college voor de bekostiging van natuurontwikkeling in
de Noordse Buurt: terwijl we juist klein en goedkoop moeten bouwen voor jonge starters,
lagere inkomens en ouderen, was de oplossing van dit college tientallen miljoenen te
verdienen aan de extra bouw van honderden dure koopwoningen, die vooral door
kapitaalkrachtige mensen van buiten de gemeente moeten worden gekocht. Dat levert niet
alleen een reusachtig financieel risico op voor de gemeentebegroting en daarmee voor de
burgers – nog eens extra in tijden van economische en financiële crisis en malaise op de
4
woningmarkt – maar zet ook het migratiesaldo-nul en goedkope en sociale woningbouw fors
onder druk.
Daardoor kon de provincie, die het rijksgeld voor natuurontwikkeling beheert en honderden
miljoenen heeft voor ontwikkelingen in het Groene Hart, achterover blijven leunen. In plaats
van verantwoordelijkheid te nemen voor het provinciaal belang van duurzame ontwikkeling in
het Groene Hart conform de provinciale structuurvisie en dit project mede te financieren,
werden alle financiële risico’s op de gemeente afgewenteld, door ons bouwgrage college
eenvoudig van ruimere rode contouren te voorzien om 430 extra woningen te bouwen en
tevens een groot glasareaal van 200 ha in de Bloklandpolder in de maag te splitsen. En
intussen wil de provincie zelfs ook nog 800 ha voor glastuinbouw in Kaag & Braassem, o.a.
in de Vierambachtpolder bestemmen.
Wij vonden en vinden dat de rode contouren niet verder mogen worden opgerekt. Uitgaande
van migratiesaldo-nul heeft de gemeente nog ruim voldoende bouwgrond om het komende
decennium aan de bouwopgave te voldoen. Ook steunen wij Kaag & Braassem in hun verzet
tegen een grootschalige glastuinbouw locatie van 800 ha. Die hoort niet thuis in het Groene
Hart. Hetzelfde geldt voor de 200 ha in de Bloklandpolder, zij het dat een beperkt areaal voor
uitsluitend binnen onze gemeente te verplaatsen glas daar acceptabel is. Maar Nieuw
Amstel West ll en lll zijn daar o.i. niet voor nodig en hoeven niet tot ontwikkeling te worden
gebracht.
Dat alles kan en moet echt anders; het is dringend tijd voor verandering.
C. Beleidsactiviteiten









efficiënter en kwalitatief beter ruimtegebruik binnen bebouwde kom en op
bedrijfsterreinen zonder dat dit tot verschraling van de woonomgeving leidt;
handhaving van bestemmingsplannen. Illegale bebouwing of bewoning niet oogluikend
toestaan en evenmin in een later stadium inpassen bij de herziening van de
bestemmingsplannen;
in de polders agrariërs inzetten bij landschapsbeheer en ruimte bieden voor het opzetten
van recreatieve en/of andere inpasbare neven activiteiten;
versterken van de Ecologische Hoofdstructuur en uitvoeren van de doelstellingen van
Natura 2000;
duurzame mobiliteit: waar autoverkeer nodig is, is ook aandacht voor fiets en openbaar
vervoer noodzakelijk. Zeker geen uitbreiding van het asfalt;
aanmoedigen van milieuvriendelijke en ontmoedigen van milieubelastende activiteiten en
bedrijvigheid;
laag bouwen binnen de bebouwde kom met behoud van het dorpse karakter.
daar waar kassen verplaatst en opgeruimd kunnen worden, moet het veenpolder
landschap zoveel mogelijk worden hersteld. Voor die verplaatsing is ruimte nodig. Dat is
eerder enkele tientallen ha dan 200 ha. Zoveel dient in de Bloklandpolder daar dan ook
niet voor te worden bestemd;
provinciale ambities stoppen om in de Vierambachtpolder bruto 800 ha voor glas te
bestemmen, omdat dit onnodig is en omdat het strijdig is met zowel duurzame
ontwikkeling van het gebied, als met recent vastgesteld beleid.
5
2.2 Duurzaam bouwen en wonen
A. Visie: uitgangspunten en problemen/ wensen
Nieuwkoop ligt centraal in het Groene Hart. Dat is aangewezen als een Nationaal Landschap
te midden van de drukke Randstad, waarvan rust, openheid, natuur en cultuurlandschap
beschermd moeten worden en de verrommeling en dichtslibbing tegengegaan. Rode
contouren bepalen waar wel en niet gebouwd mag worden, maar die worden ook steeds
weer opgerekt. De openheid, de polders, de vergezichten en het water zijn kenmerkend voor
deze omgeving, maar worden steeds weer bedreigd. Progressief Nieuwkoop wil er alles aan
doen om dat waardevolle landschap te behouden en te beschermen. Daarbij helpt dat het rijk
voor dit gebied een migratiesaldo –nul heeft vastgesteld. Dit betekent dat er komende jaren
vanwege woningverdunning meer woningen en vanwege de veranderende
bevolkingsopbouw ook andere woningen nodig zijn, om hetzelfde aantal inwoners te
behouden. Wij zien echter ook in dat we rekening moeten houden met de zich doorzettende
krimp op het platteland, die in onze regio nu een half procent bedraagt, maar in andere
landsdelen al tot ontvolking, leegstand en sociale ontwrichting heeft geleid. Daarom kiezen
wij voor een evenwichtige bouwontwikkeling en een evenwichtiger bevolkingsopbouw, om
zodoende zowel het voorzieningenniveau op peil te kunnen houden, als genoemde
landschappelijke waarden in stand te kunnen houden. Dat zijn belangrijke, maar niet de
enige aspecten van de betekenis die wij aan duurzame volkshuisvesting geven.
Progressief Nieuwkoop is er namelijk ook van overtuigd dat velen zich prettig voelen in een
groene omgeving met een dorps karakter. Woningbouw moet daarom worden ingepast in die
omgeving met dat karakter, er mag niet te hoog worden gebouwd en aan de randen moet de
woningbouw landschappelijk worden ingepast zodat een geleidelijk overgang plaats vindt
van groen naar steen.
Iedereen moet hier kunnen wonen, maar bouwen doen we vooral voor woningverdunning en
voor een evenwichtiger bevolkingsopbouw, die maximaal ruimte biedt aan de
woningbehoefte van onze eigen inwoners. Dat betekent vooral bouwen voor starters,
alleenstaanden, doorstromers en ouderen en niet meer dure koopwoningen voor mensen
van buiten dan onontkoombaar en strikt noodzakelijk is.
Een ander belangrijk punt is dat Progressief Nieuwkoop eraan hecht dat woningen - en ook
andere gebouwen – duurzaam worden gebouwd. Dat wil zeggen dat ze energiezuinig zijn,
met duurzame materialen worden ontworpen en kunnen worden heringericht voor zich
wijzigende woonruimtebehoeften, en landschappelijk en esthetisch inpasbaar zijn. Dat maakt
ook dat zij in meerdere opzichten hun waarden – waaronder de financiële waarde behouden.
Duurzame volkshuisvesting en woningbouw vragen om een lange termijn planning die uit
gaat van een lange termijnvisie, een aansprekend toekomstperspectief over hoe we willen
dat onze gemeente er dan uit ziet. De structuurvisie biedt hiervoor een goede basis. Bij de
concrete uitwerking daarvan zullen we keuzes moeten maken op basis van meerdere
criteria. Wat ons betreft van meerdere waarden die duurzaam bouwen en wonen versterken.
B. Agenda: doelen en middelen
Het belangrijkste doel van het volkshuisvestingbeleid is het bieden van passende huisvesting
aan de bevolking van de gemeente. Dit geldt zowel voor starters op de woningmarkt (kopers
en huurders), voor de doorstromers (van kleinere naar grotere koopwoning of van
huurwoning naar koopwoning), voor gescheiden mensen (vooral naar een huurwoning) en
voor ouderen die hun huidige tuin/woning te bewerkelijk vinden of om andere redenen naar
een appartement willen verhuizen (koop of huur).
In alle gevallen moet het aanbod ook financieel aansluiten bij de mogelijkheden van de
woningzoekenden.
6
Uitgaande van een migratiesaldo-nul, waaraan de gemeente moet voldoen, betekent dit dat
de komende jaren per jaar ca. 125 woningen gebouwd kunnen worden naast de eenmalige
430 woningen die als compensatie dienen voor de Noordse Buurt. In relatie tot de nu
bestaande bouwlocaties die binnen de woningbouwcontour liggen, staan wij een
evenwichtige bouwontwikkeling voor, waarbij de komende 10 jaar een groot deel van de voor
genoemde doelgroepen bedoelde woningen kan worden gerealiseerd. Dat bevordert een
steeds evenwichtiger bevolkingsopbouw, die het mogelijk maakt de kwaliteit en het niveau
van de voorzieningen in de kernen structureel op peil te houden. Daarnaast zullen via de
bestaande regelgeving zoveel mogelijk vrijkomende bestaande woningen beschikbaar
moeten komen voor plaatselijk woningzoekenden.
Het is van groot belang de prijzen betaalbaar te houden. Dat geldt in belangrijke mate voor
huurwoningen (max €600), maar ook voor koopwoningen voor starters (ca €150.000). Goede
mogelijkheden biedt de zogenaamde starters regeling waarbij de te betalen koopprijs
kunstmatig laag wordt gehouden. Ook de zogenaamde “Te-Woon” regeling biedt goede
kansen. Deze regeling houdt in dat een woningcorporatie vrijkomende woningen zowel te
huur als te koop aanbiedt. Wordt een dergelijke woning verkocht dan krijgt de koper een
korting van rond de 20%. Bij het verlaten van de woning koopt de woningcorporatie de
woning terug voor de dan getaxeerde prijs en het verschil met de oorspronkelijke prijs wordt
tussen partijen 50-50 verrekend. Vervolgens worden deze woningen weer te huur of te koop
aangeboden aan woningzoekenden.
Daarnaast moet de meeropbrengst van duurdere woningen bijdragen aan een lagere prijs
voor starters woningen. Zowel voor huur- als voor koopwoningen. Dit is nodig om te bereiken
dat er in Nieuwkoop minimaal 30 procent sociale woningbouw kan plaatsvinden.
Nog beter zou het echter zijn voor starters hoofdzakelijk of uitsluitend goedkope, maar
kwalitatief goede huurwoningen bouwen. Dat zullen vaak kleine appartementen zijn Het
voordeel t.o.v. de andere systemen is dat de prijzen niet meegroeien met de
waardeontwikkeling op de huizenmarkt. Hierdoor wordt voorkomen dat de woningen snel
weer te duur worden voor nieuwe starters. Omdat deze woningen niet al te groot zijn zullen
ze binnen een redelijke termijn weer beschikbaar komen voor andere starters, omdat de
bewoners doorstromen naar grotere woningen. Als deze woningen zo ontworpen worden dat
er eenvoudig twee samengevoegd kunnen worden, worden de woningen ook duurzamer en
houden langer hun waarde.
Dit alles is onderdeel van een op te stellen meerjaren convenant met de woningcorporaties.
Door gezinsvorming hebben de meeste starters na enkele jaren grote behoefte aan meer
woonruimte. De gemeenschap heeft daar ook baat bij, omdat nieuwe generaties helpen de
voorzieningen en het sociale leven in stand te houden, zoals onderwijs, zorg,
sportverenigingen, bibliotheek, zwembad, en uiteraard de winkelvoorzieningen. Een
dergelijke woning dient dan ook beschikbaar te zijn. Zoals gezegd bieden bouwontwerpen
van kleine woonruimten, die door samenvoeging makkelijk kunnen worden heringericht tot
grotere, daarvoor goede perspectieven.
Bovendien dient duurzaam bouwen verder gestimuleerd te worden. Dat betekent rekening
houden met energiegebruik, materiaal gebruik en woonkwaliteit.
Het fossiele energiegebruik kan nog sterk verlaagd worden door woningisolatie en door
toepassing van actieve zonne-energie, aardwarmte en warmteterugwinning. Nieuwbouw kan
en moet maximaal energiezuinig worden ontworpen, terwijl gestreefd wordt naar
energieneutraal.
Wat materiaalgebruik betreft gaat het om grondstoffen die vernieuwbaar zijn, die weinig
energie vragen bij productie en transport, die weinig onderhoud vergen en die kunnen
worden hergebruikt. En bij duurzame woonkwaliteit gaat het om een aantrekkelijke omgeving
7
(stedenbouwkundig ontwerp), hoge technische kwaliteit en goede architectonische
uitstraling, zoveel mogelijk aangepast aan de wensen van de bewoner, technisch en sociaal
veilig.
Een en ander geldt overigens niet alleen voor woningbouw, maar ook voor bedrijven,
gemeentelijke gebouwen en scholen.
Ook de woningbouwmarkt is een vraag-aanbod mechanisme dat, afhankelijk van de
schaarsteverhoudingen, slechts een prijs tot stand kan brengen, maar niet om kan gaan met
verschillende wensen of criteria. Omdat dit voor een verantwoord woningbouwbeleid wel
noodzakelijk is kan de woningbouw niet meer alleen aan de markt (lees: aannemers en
ontwikkelaars) worden overgelaten: de overheid moet duidelijke kaders en randvoorwaarden
stellen en ook burgers moeten worden betrokken. Zij moeten in een aantal gevallen zelf de
mogelijkheid krijgen om op bouwlocaties hun eigen woning te kunnen bouwen.
Om helderheid te geven in de woningbouwplannen van de gemeente dient de woonvisie zo
spoedig mogelijk tot stand te worden gebracht. Daarin moet ook het duurzaam bouwen van
woningen, en voor zover mogelijk van andere gebouwen, gewaarborgd worden.
C. Beleidsactiepunten















Streven naar een evenwichtige bouwontwikkeling voor een steeds evenwichtiger
bevolkingsopbouw en daardoor structureel op peil houden van het voorzieningenniveau;
Gegeven een migratiesaldo van nul, kunnen komende tien jaar circa 125 woningen per
jaar worden gebouwd voor woningverdunning;
Prioriteit voor huisvesting van starters, alleenstaanden, doorstromers en ouderen;
Er moeten gericht plannen ontwikkeld worden om leegkomende karakteristieke oude
gebouwen geschikt te maken voor bewoning door ouderen
Voldoende aangepaste woningen voor mensen met functiebeperkingen;
Om dit te kunnen realiseren moet de gemeente eisen dat projectmatig te bouwen
woningen ontworpen worden op basis van het Handboek Woonkeur. Dit geldt ook voor te
renoveren woningen.
Betaalbare huurwoningen voor minder draagkrachtigen en starters (max €600).
Betaalbare koopwoningen voor starters m.b.v. starterregelingen (ca €150.000) heeft uit
oogpunt van duurzame volkshuisvesting iets lagere prioriteit; 30% moet sociale
woningbouw zijn;
Gegeven dure woningbouw vanwege de Noordse Buurt, heeft betaalbaar bouwen voor
eigen woningbehoefte de hoogste prioriteit boven dure koopwoningen voor
draagkrachtigen van buiten;
Er wordt gewerkt met A-B en C kernen waarbij A-kernen de voorkeur hebben voor het
bouwen van nieuwe woningen, zonder de voor de leefbaarheid noodzakelijke bouw van
woningen in B-kernen uit het oog te verliezen;
Geen bouw van een nieuw gemeentehuis;
Er moet maximale aandacht zijn voor de leefomgeving ( rust, ruimte, openheid, groen en
veiligheid);
Bouwen binnen de rode contour is het uitgangspunt. Slechts in een enkel
uitzonderingsgeval mag buiten de rode contour worden gebouwd ( ruimte voor ruimte);
Duurzaam bouwen van woningen en dit ook bevorderen van bedrijfsgebouwen,
overheidsgebouwen en scholen;
Bij nieuwbouwprojecten wordt speciaal aandacht geschonken aan bereikbaarheid,
toegankelijkheid en bruikbaarheid voor mensen met functiebeperkingen:
Leefbaarheid wordt ook bepaald door voldoende groen om huis en in de wijk en
voldoende parkeermogelijkheden. Daar ontbreekt het in diverse kernen aan, met name in
Nieuwveen op diverse plaatsen, in Noordeinde (bij de school), in Nieuwkoop (buiten de
wijken) en in Woerdense Verlaat (trapveldje);
8







Woningbouw moet worden ingepast in het dorpse karakter, met maximaal drie
verdiepingen plus een kap. En aan de randen moet het landschappelijk worden ingepast;
Restauratie en bestemming panden van Bots in Nieuwkoop;
Woningbouw niet meer uitsluitend aan de markt overlaten: de overheid stelt
randvoorwaarden en burgers worden betrokken;
De verdere uitwerking van de structuurvisie moet op korte termijn leiden tot een
woonvisie, met daaraan gekoppeld een heldere nota met de locaties voor de
woningbouw;
Op basis van die woonvisie moeten met de woningcorporaties prestatie convenanten
worden afgesloten.
Het is de vraag of een grootschalige woonvoorziening voor arbeidsmigranten, zoals
bijvoorbeeld in Woerdense Verlaat er moet komen, in verband met mogelijk te
verwachten overlast is de buurt. Sociale cohesie en leefbaarheid wegen wat Progressief
Nieuwkoop betreft zwaarder dan het belang van een individuele ondernemer die een
functie zoekt voor zijn leegstaande pand
Progressief Nieuwkoop is voorstander van regionale coördinatie van migrantenbeleid.
Arbeidsmigranten verrichten werk en de werkgever zal vanuit een goed werkgeverschap
deze mensen voldoende moeten betalen, zodat zij zelf voor goede huisvesting kunnen
zorgen. Ook voor tijdelijke situaties dient zo spoedig mogelijk een goede oplossing te
komen. Daarbij moet rekening worden gehouden met de sociaaldemografische gevolgen
van clustering van hoge aantallen migranten in o.a. kleine kernen (b.v. de 150 migranten
op nog geen duizend inwoners in Woerdense Verlaat). Sociale overlast moet worden
voorkomen. In de toekomst zal dit probleem eerder groter dan kleiner worden. Daarom
moet de gemeente ter voorbereiding van dat beleid daarover snel de discussie starten en
burgers daar breed bij betrekken.
2.3 Natuur en landschap
A. Visie: uitgangspunten en problemen/wensen
De gemeente Nieuwkoop bezit veel waardevolle landschappen zoals de gebieden rond de
Nieuwkoopse plassen en de Geerplas bij Langeraar. Progressief Nieuwkoop vindt dat deze
gebieden de bescherming moeten krijgen die nodig is, voor zover en omdat ze behoren tot
de Ecologische Hoofdstructuur van Nederland en door de Europese Unie zijn aangewezen
als beschermd gebied in de Habitat- en Vogelrichtlijn (Natura 2000). Dat houdt in dat er
bijzondere flora en fauna voorkomen die voor de Europese landschaps- en natuurwaarden
bijzonder waardevol zijn en beschermd moeten worden.
Nu het structuurplan onze gemeente heeft ingedeeld naar functie en gebruik moeten we de
randvoorwaarden om het groen in het buitengebied te verstreken en de functies landbouw,
natuur en recreatie in hun samenhang een reële plaats geven.
Progressief Nieuwkoop hecht groot belang aan duurzame ontwikkeling van natuur en
landschap in een omgeving vol economische activiteiten, omdat dit de landschappelijke
kwaliteit van het onbebouwde gebied en van de bebouwde leefomgeving sterk verhoogt.
Daarbij dragen cultuurhistorische waarden in belangrijke mate bij aan de identiteit van onze
gemeente en aan de ruimtelijke kwaliteit van onze leefomgeving. Doel is dan ook om de
kwaliteit van ons erfgoed ook op langere termijn te behouden en versterken.
B. Agenda: doelen en middelen
Wij willen dat de gemeente zich vanuit de hiervoor aangegeven visie actief inzet voor een
goede vertaling naar zowel het Plan de Venen, als de beheerplannen die nu worden
opgesteld rond Natura 2000.
9
Het structuurplan geeft goede mogelijkheden om ook de ecologische linten binnen de
contouren, juist ook in gebieden buiten de Habitatrichtlijn te beschermen en te ontwikkelen.
In de groen beheerplannen moet voldoende aandacht zijn voor groen binnen de kernen.
De doelstellingen welke zijn geformuleerd in de nota waardevolle gezichtsbepaalde gebieden
zijn een goed uitgangspunt om onze cultuurhistorische waarden veilig te stellen.
C. Beleidsactiepunten











Samenwerking met alle betrokken gebiedspartners rond de Nieuwkoopse plassen om conform Natura 2000 eisen – de teruggang van de biodiversiteit tegen te gaan en een
gevarieerder ecologisch natuurgebied te creëren en in stand te houden via de
heerplannen.
De positie van de Langeraarse plassen als waardevol natuurgebied met een ruimer,
maar beperkte – extensieve - recreatieve ontwikkeling, veilig te stellen.
Een actieve houding, vanuit deze visie, in het overleg over het “Plan de Venen”.
Dat geldt ook ecologische linten binnen de contouren, juist ook in gebieden buiten de
Habitatrichtlijn, zoals binnen de kern Nieuwkoop.
Nadruk leggen op voldoende en meer groen binnen de kernen en natuurlijke omzoming
van woonwijken en industriegebieden.
Inwoners worden actief bij het groen in hun wijk betrokken.
Dat betekent tevens de aanleg van meer multifunctionele paden om bedrijventerreinen,
om wijken en langs de sportterreinen.
De landelijke inbedding van het bedrijventerrein aan de Amstelkade in Woerdense
Verlaat moet voortvarend ter hand genomen worden.
Om de uitstraling van voormalige boerderijen en agrarisch opstallen te behouden moet in
bestemmingsplannen de mogelijkheid geboden worden voor bestemmingen als
burgerbewoning, respectievelijk zorgboerderij, groepsaccommodatie en kleinschalige
milieuvriendelijke bedrijfsvestiging en opslagruimten.
Om het cultuurhistorisch (veen)landschap zoveel mogelijk beschermen tegen verdroging,
willen we geen akkerbouw op het bovenland.
De gemeente stimuleert - en ondersteunt zo nodig verenigingen voor - natuureducatie.
2.4 Milieu en energie
A. Visie: uitgangspunten en problemen/wensen
Progressief Nieuwkoop heeft voldoende aanleiding om een actief en duurzaam milieubeleid
als speerpunt in haar programma op te nemen. Bodem, water, lucht, biodiversiteit en klimaat
staan zowel mondiaal, landelijk als ook in onze gemeente nog teveel onder druk. Denk maar
aan luchtvervuiling en geluidshinder van Schiphol, de toenemende recreatiedruk, de
intensivering van land- en tuinbouw, toenemende mobiliteit, de afnemende biodiversiteit, de
wateropgave, de CO2-uitstoot en klimaatverandering, etc. Dat heeft alles te maken met onze
productie- en consumptiewijzen en ons fossiele energie gebruik. Die zijn onvoldoende
duurzaam en wentelen de negatieve effecten van ons handelen teveel af op de
gemeenschap, op elders, op anderen of op toekomstige generaties. Economische groei
maakt dat alleen maar erger, indien we er niet in slagen stringentere milieueisen te stellen,
minder fossiele brandstoffen te gebruiken en meer duurzame alternatieven te ontwikkelen.
B. Agenda: doelen en middelen
Het sluiten van kringlopen is daartoe een probaat middel. Dat vereist innovatieve
samenwerking in de productie-consumptie ketens tussen bedrijven, (kennis)instellingen,
maatschappelijke organisaties en overheden. De overheid kan dat aan de voorkant
10
stimuleren door administratieve, procedurele en beleidsmatige barrières uit de weg te
ruimen. Bovendien kan zij daar tevens aan achterkant druk op uitoefenen door nieuwe
milieuvriendelijke en energiebesparende activiteiten te belonen, ten koste milieubelastende
en energie intensieve activiteiten. Zelfs kleine heffingen of subsidies en goede voorlichting
over makkelijke gedragsveranderingen die ook goed zijn voor de portemonnee, zijn dan vaak
al effectief. Tegelijkertijd is het van belang dat de uitvoering van milieuregels en van
milieuvergunningen goed wordt nageleefd en gehandhaafd.
Openbaar groen draagt niet alleen bij aan de leefkwaliteit van onze kernen, maar ook aan de
waterhuishouding en biodiversiteit en aan schone lucht omdat planten stof en CO2 afvangen.
Daarom moet het behouden blijven en waar mogelijk uitgebreid.
Het openbaar groen moet ook schoon en veilig gehouden worden: honden moeten
aangelijnd zijn en begeleiders hebben ruimplicht. Wij pleiten voor voldoende daartoe
bestemde afvalbakken. Voorts hebben lang niet alle wijken speciale losloopveldjes. De
hondenbelasting moet voor deze voorzieningen aangewend worden en niet als algemeen
dekkingsmiddel.
Onze inzet is dat gemeentelijk beleid geen aanleiding meer mag zijn tot extra belasting op
het milieu, door welke gemeentelijke maatregelen dan ook, zonder dat tegelijkertijd op
andere punten de milieubelasting minstens evenzeer afneemt.
C. Beleidsactiepunten
















Een afdoend handhavingsbeleid van milieuregels, met als principe dat de veroorzaker
van negatieve milieueffecten betaalt;
Ook de eisen in milieuvergunningen worden goed gecontroleerd en gehandhaafd;
Milieueffectrapportages worden niet beperkt tot de wettelijk voorgeschreven
verplichtingen, maar uitgebreid tot alle gemeentelijk beleid en tot al haar eigen activiteiten
die relevante milieueffecten kunnen hebben;
Regulier overleg met lokale milieugroeperingen en een dialoog met burgers en hun
organisaties over de ontwikkeling en uitvoering van het milieubeleid;
Aanleg milieustation in het plassengebied in Nieuwkoop;
Zorgen voor schoon en gezond oppervlaktewater, mede door het realiseren van
milieuvriendelijke systemen voor het gescheiden afvoeren van hemel- en rioolwater;
Blijvend stimuleren van het reduceren, scheiden en hergebruiken van afval;
Zo mogelijk afvalstation in Nieuwkoop behouden;
Sterk inzetten op duurzaam bouwen;
Openbaar groen in wijken en buurten en op bedrijventerrein en ecologische
verbindingszones handhaven en zo mogelijk uitbreiden; Burgers worden daar actief bij
betrokken en verenigingen die zich met groen en natuur bezig houden ondersteund;
Investeren in duurzame energie: op daartoe geschikte locaties medewerking verlenen
aan mestvergisting installaties, het gebruik van zonnecellen en andere mogelijk
duurzame energiebronnen. Hoge windmolens zijn in onze gemeente landschappelijk
nauwelijks of niet inpasbaar;
De gemeente stelt zichzelf op als koploper waar een voorbeeldwerking van uitgaat: door
te investeren in het milieuvriendelijker en energiezuiniger maken van haar eigen
activiteiten en functioneren en door haar producten en diensten binnen 2 jaar 100%
duurzaam in te kopen. In het jaarverslag van de gemeente moeten deze extra
investeringen en de te boeken en al geboekte milieu- en energiewinst worden
gerapporteerd.
De gemeente gaat actief energiebesparende verlichting toepassen en stimuleren;
Bij renovaties van gemeentelijke gebouwen worden deze energiearm ingericht en
voorzien van zuinige en duurzame energiesystemen;
Dat geldt ook voor de op stapel staande renovaties van woningen;
Streven naar energieneutrale nieuwbouw door deze op de zon te oriënteren, door ze
maximaal te isoleren en door warmtepompen en zonneboilers toe te passen;
11







Bij nieuwbouw wordt niet alleen gelet op voldoende parkeerplaatsen, maar ook op goede
fiets en loopverbindingen;
Zo mogelijk met andere gemeenten wordt een goed meetbaar klimaatprogramma
opgesteld en uitgevoerd;
Duurzaam ondernemen stimuleren, om de milieubelasting door bedrijven terug te
dringen.
In principe niet bouwen binnen de geluidscontour van 20 Ke. Die is daarvoor bedoeld.
De gemeente speelt een actieve rol in de beïnvloeding van het beleid rond Schiphol: niet
méér, maar minder geluidsoverlast, luchtverontreiniging en veiligheidsrisico’s.
Binnen de kernen kunnen honden met begeleiders gebruik maken van de
wandelvoorzieningen en voetgangersgebieden, maar wel aangelijnd en met ruimplicht.
De gemeente zorgt dan voor voldoende afvalbakken met opruimzakjes
Daarnaast zorgt de gemeente dat er in elke kern in elk geval uitlaatgebiedjes worden
aangewezen, waar honden los mogen lopen en al naar gelang de situatie, al dan niet met
ruimplicht.
2.5 Duurzame landbouw en (glas)tuinbouw
A. Visie: uitgangspunten en problemen/wensen
Een duurzame land- en tuinbouw werken economisch efficiënt en ecologisch en sociaal
aanvaardbaar. Agrariërs zijn met hun bedrijfsactiviteiten en mogelijke nevenactiviteiten
tegelijkertijd ook beheerders van het landelijk gebied. Om dat goed te kunnen doen is het
belangrijk dat zij daaruit hun bestaan kunnen blijven halen. Ook in het Groene Hart, waar de
landbouw qua efficiency gehandicapt is door het belang van andere – niet vermarktbare waarden zoals landschappelijke kwaliteit en het bedrijfsinkomen daardoor vaak marginaal is.
Door schaalvergroting in de landbouw en bedrijfsbeëindiging verliezen steeds meer
karakteristieke bedrijfsgebouwen hun oorspronkelijke agrarische functie. Met verantwoord
ander gebruik kunnen die in stand worden gehouden.
Ook in de glastuinbouw staan veel kassen leeg. Doordat er geen onderhoud meer wordt
gepleegd is er sprake van verval en ontsiering van het landschap.
Nieuwe grootschalige kassencomplexen zijn onverenigbaar met het bijzondere karakter en
met duurzame ontwikkeling van het groene Hart en van onze gemeente en is strijdig met
reeds vastgestelde beleidsdoelen van alle overheden in dit gebied. Progressief Nieuwkoop
vindt het belangrijk daaraan vast te houden.
De kas zonder gas is een belangrijke stap naar duurzaam energiegebruik in de
glastuinbouw. Bij kassen met warmtekrachtsystemen kan dat ook, maar hoeft dit niet het
geval te zijn. Omdat elektriciteit levering aan het net tot de bedrijfsinkomsten behoort, zullen
de fossiel gestookte installaties altijd op volle toeren draaien bij een goede terugleverprijs,
ook in gevallen dat er geen warmte vraag of nuttige warmte opslagruimte is. Dan is dit
minder duurzaam dan elektriciteit opwekking in grote centrales.
B. Agenda: doelen en middelen
Agrariërs de ruimte bieden en stimuleren hun beheerfunctie van het landelijk gebied te
kunnen blijven vervullen. Dat betekent ruimte voor nevenactiviteiten, zoals zorg,
kinderopvang en recreatie en vergoeding voor niet-commerciële activiteiten die duurzame
gebiedsontwikkeling stimuleren, zoals voornatuurontwikkeling en –beheer.
Om leegstaande karakteristieke agrarische bedrijfsgebouwen te kunnen behouden en
onderhouden moet ruimte voor andere bestemmingen worden gegeven, voor zover deze
duurzaam sociaal, ecologisch en economisch inpasbaar zijn in het landelijk gebied.
De kas zonder gas is een duurzame innovatie die verbreding behoeft.
12
Vervallen kassen dienen te worden opgeruimd en zoveel mogelijk plaats te maken voor
herstel van het landschap. Via de ruimte voor ruimteregeling en de inzet van een
gebiedsmakelaar/veilingmeester is een passende compensatie voor de betreffende
eigenaren beschikbaar. Gezien het trage tempo van opruimen zijn extra maatregelen
gewenst om dit proces te versnellen. Voorts wil Progressief Nieuwkoop geen nieuwe
grootschalige kassencomplexen in het Groene Hart, niet in onze en evenmin in
buurgemeenten. Een kleine uitbreiding in Nieuw Amstel volstaat: niet meer dan strikt
noodzakelijk is voor uitsluitend binnen onze gemeente te verplaatsen glas.
Een belasting op verrommeling en ontsiering kan dat proces versnellen.
C. Beleidsactiepunten







Agrariërs stimuleren om hun bedrijfsvoering duurzamer te blijven maken;
Ruimte creëren voor agrariërs om neveninkomsten te verkrijgen, bijvoorbeeld uit
kleinschalig kamperen, het aanbieden van “bed and breakfast” en vergoeding voor
activiteiten op het gebied van duurzame natuur- en landschapsontwikkeling;
Blijven stimuleren van duurzame ontwikkeling in de glastuinbouw door energieneutrale
systemen (kas zonder gas) en door nieuwe innovatieve samenwerkingsverbanden van
glastuinbouwbedrijven met andere bedrijven om energie- en stofstromen beter te kunnen
koppelen en duurzaam te gebruiken;
Saneren van de verouderde en vervallen kassen en het landschap zoveel mogelijk
herstellen. Om het trage tempo van opruimen te versnellen moet op korte termijn
nagegaan worden welke mogelijke instrumenten daarvoor het meest geschikt zijn,
waaronder een belasting op verrommeling en ontsiering;
Uitplaatsen van glastuinbouw bedrijven uit het centrum van Noorden;
Geen 200 ha glas in de Bloklandpolder: niet meer dan strikt noodzakelijk is voor
uitsluitend binnen onze gemeente te verplaatsen glas;
Sterk protest bij de provincie tegen de beoogde bruto 800 ha voor netto 400 ha
glasbestemming in de Vierambachtpolder, ook ingeval die bestemming onze
gemeentegrens niet overschrijdt.
2.6 Duurzame recreatie
A. Visie: uitgangspunten en problemen/wensen
Progressief Nieuwkoop is zich er van bewust dat – gezien de positie die onze gemeente in
neemt in het Groene Hart - er een recreatieve druk is vanuit de grote bevolkingscentra om
ons heen. Maar mensen hebben nu eenmaal ruimte nodig om zich te kunnen ontspannen en
om even weg te zijn van de dagelijkse beslommeringen. Deze druk kan positief worden
benaderd door enerzijds behoedzaam met recreatieve ontwikkelingen om te gaan zodat
deze duurzaam is en anderzijds recreatie en toerisme niet slechts als een belangrijke bron
van inkomsten te zien, maar ook als versterking van lokale en regionale ontwikkelingen op
het gebied van kunst en cultuur. De synergie tussen de ontwikkelingen op het gebied van
kunst en cultuur en het op toerisme gerichte bedrijfsleven bied goede mogelijkheden voor
verbreding van het op cultuur gerichte toeristisch aanbod, met ontlasting van de
natuurgebieden. Op ongecontroleerde en niet duurzame ontwikkeling van toeristische en
recreatieve activiteiten zitten we niet te wachten. Grotere recreatieve projecten moeten zich
daarom buiten kwetsbare gebieden, zoals de Nieuwkoopse Plassen, plaatsvinden.
.
B. Agenda: doelen en middelen
Bij de ontwikkeling van het Toeristisch beleidsplan moet duurzame ontwikkeling voorop
staan. Dit betekent:
Vergroten van de toeristisch mogelijkheden.
13
Zonering van kwetsbare gebieden in onze gemeente tegen te grote recreatiedruk.
Aandacht voor bereikbaarheid en recreatieve parkeerplaatsen
Voldoende milieustations en afvalbakken.
Uitbreiding en verbetering van verblijftoerisme buiten de kwetsbare gebieden.
Stimuleren van combinaties van toeristische en agrarische bedrijvigheden.
C. Beleidsactiepunten




Aanleg en promotie van regionale fietsroutes en wandelpaden;
Ontwikkelen van een Nautisch centrum Aarweide, dat aansluit op de doorgaande
vaarroutes
Versterking van de recreatieve functies van de Zuidhoek en het Meijepad;
Duurzame ontsluiting van het Nieuwkoopse plassengebied, waarbij:
passanten naar minder kwetsbare gebieden worden geleid;
toeristisch varen aansluit op wandel en fietsroutes;
meer pontjes tussen de eilanden in de wandelroutes;
ontwikkeling kleinschalige recreatieve transferpunten;
aanleg van voldoende recreatieve parkeerplaatsen, bijv. In Woerdense Verlaat en
Noorden;
realiseren van een veilige openbare zwemplek + zwemsteiger in Noorden;
realiseren van kleinschalige verblijfsmogelijkheden bijv. rond het Nautisch
centrum;
vanuit de Meije moet de plas op meer plekken per boot bereikbaar worden;
Tegengaan van overlast door motorrijders in de Meije.
2.7 Duurzame industriële bedrijvigheid
A. Visie: uitgangspunten en problemen/wensen
Nieuwkoop kan de economie niet richtinggevend beïnvloeden net zo min als de Nederlandse
regering dat kan. Die maakbaarheid gedachte is al sinds de kabinetten Van Agt verlaten.
Diverse onderzoeksrapporten hebben vastgesteld dat de beleidsconcurrentie tussen
gemeenten die uitgaan van het traditionele groei denken, niet leidt tot versterking van
duurzame sociaal-economische ontwikkeling of van de werkgelegenheid in ons land of delen
daarvan, maar wel tot verplaatsing van activiteiten naar gemeenten die het niet zo nauw
nemen met duurzaamheid eisen en daarmee ook tot verplaatsing van de negatieve effecten
van die activiteiten. Dat heeft al geleid tot de aanleg van teveel bedrijfsterreinen op het
platteland, tot verkeerde bouwopgaven en tot verrommeling van de ruimte. Het is en blijft
daarom bijvoorbeeld onnodig en onwenselijk nieuwe bedrijventerreinen in het Groene Hart te
vestigen of bestaande uit te breiden onder het mom van economische groei en behoud van
werkgelegenheid. Evenals de groei van bevolking, woningbouw en infrastructuur, heeft de
groei van bedrijvigheid in onze kernen dus haar grenzen.
Het gaat daarom niet om groei in de vorm van meer van hetzelfde, maar om investeringen in
evenwichtige en duurzame ontwikkelingen in deze specifieke regio, dat wil zeggen om groei
in de vorm van een hogere toegevoegde waarde – sociaal, economisch, economisch en
bestuurlijk, aan de specifieke gebiedsfuncties in dit gebied, inclusief natuur en landschap.
B. Agenda: doelen en middelen
Omdat het niet nodig en niet wenselijk is vindt Progressief Nieuwkoop dat het college moet
stoppen met uitbreiden van bestaande bedrijventerreinen. In plaats van te kiezen voor de
goedkope opties van uitbreidingen, moet zij kiezen voor de betere optie om alle industriële
bedrijvigheid op de bestaande drie grote centrale terreinen in Nieuwkoop, Nieuwveen en Ter
Aar te concentreren en deze terreinen daartoe te herstructureren. Dat wil zeggen, geschikt te
14
maken voor lokaal gebonden, daar al gevestigde en elders nog uit te plaatsen,
hoogwaardige en duurzame bedrijvigheid.
De druk van het goederenvervoer op het wegennet kan worden verminderd door steeds
meer in te zetten op kennisintensieve bedrijvigheid, in de plaats van bedrijvigheid die bestaat
uit productie, bewerking en distributie van goederen.
Waar industriële bedrijvigheid elders in de gemeente kan worden uitgeplaatst naar deze
terreinen, dienen deze vrijkomende locaties een bestemming te krijgen die past bij duurzame
ontwikkeling van de aangrenzende gebiedsfuncties, zodat de verrommeling wordt opgelost
en de kwaliteit van het gebied duurzaam versterkt. Gedacht kan worden woningbouw en
versterken van het dorpse karakter binnen de rode contour en aan versterking van
karakteristieke lintbebouwing, landgoederen, natuur, recreatie, daarbuiten.
Grote bedrijven die niet strikt lokaal gebonden zijn, bedrijven met matige en zware
milieubelasting en bedrijven die veel goederen/producten vervoeren moeten zich in het
landelijke gebied niet uitbreiden, maar gestimuleerd worden zich op betere plekken te
vestigen, zoals op bedrijventerreinen van Alphen, Woerden, Gouda of Leiden, die daar in
meerdere opzichten beter geschikt voor zijn.
In de ruimtelijke plannen is het terrein aan de Hoekse Aarkade in Ter Aar opgenomen als
bedrijventerrein. Industriële bedrijven met lichte milieubelasting (categorie 3) zouden zich
daar dan kunnen vestigen, terwijl voor bedrijven met zware milieubelasting (categorie 4)
ruimte op Bovenland gereserveerd blijft. Mede door de actieve opstelling van Progressief
Nieuwkoop is tot op heden is geen verdere invulling gegeven aan het bedrijventerrein
Hoekse Aarkade, behalve de enkele uitbreiding van Burg conserven en Menken Maritiem.
Door het gebied een andere bestemming te geven kan de verrommeling daar opgelost
worden en andere gebiedsfuncties duurzaam versterkt worden. Dat geldt ook voor de
terreinen van de voormalige vestigingen van Uyttewaal.
Een gemeentelijke overheid die zich beroept op duurzame ontwikkeling zal ruimte geven aan
milieu en landschappelijke ontwikkelingen, door economische activiteiten daarop aan te
passen. Dat sluit aan bij wat al vele jaren rijksbeleid is. Een gemeentelijke overheid die de
kwaliteit van de leefomgeving in en om de kernen van het Groene Hart wil handhaven en
verbeteren zal zich verzetten tegen uitbreiding van bedrijventerreinen bij deze kernen en zal
stimuleren dat niet lokaal gebonden en milieu- en infrastructuur belastende bedrijvigheid
naar de daartoe bestemde, moderne, uitstekend ontsloten bedrijventerreinen van Alphen
(ongeveer 8 km verderop), Bodegraven of Woerden wordt verplaatst. En een gemeentelijke
overheid die zegt er ook voor de burgers te zijn zal dat standpunt moeten herhalen, gezien
de nadelen voor en tegenstand van de bewoners tegen uitbreiding of vestiging van bedrijven
buiten de centrale bedrijventerreinen in onze gemeente.
C. Beleidsactiepunten






Geen nieuwe of uitbreiding van bestaande bedrijventerreinen;
Geen verdere bedrijfsontwikkeling aan de Hoekse Aarkade, noch op de voormalige
terreinen van Uyttewaal;
Twee bedrijven op de Lange Meentweg in Woerdense Verlaat zouden moeten worden
verplaatst, om de sterke verrommeling terplekke op te kunnen lossen. Mogelijk biedt het
nevengelegen bedrijventerrein daar een oplossing voor;
Uitplaatsen van transportbedrijf uit het centrum van Noorden.
Bedrijvigheid die niet past in of bijdraagt aan duurzame ontwikkeling in het Groene Hart,
uitplaatsen naar moderne terreinen in Alphen, Leiden, Bodegraven of Woerden;
Herstructureren van bestaande bedrijventerreinen en ruimte creëren voor starters, voor
uit de kernen en linten te plaatsen bedrijvigheid en - indien daar behoefte aan is – voor
bedrijfsverzamelgebouwen.
15

Stimuleren van kennisintensieve bedrijvigheid, in de plaats van bedrijvigheid die bestaat
uit productie, bewerking en distributie van goederen, om de druk van vooral het
goederenvervoer en deels ook het personenvervoer op het wegennet te verminderen.
2.8 Duurzame mobiliteit, infrastructuur en verkeersveiligheid
A. Visie: uitgangspunten en problemen/wensen
Een kwalitatief goed wegennet, dat optimaal wordt benut, dat zorgt voor een goede
doorstroming en goed openbaar vervoer, dat voor de verschillende verkeersstromen
toegankelijk en veilig is, is essentieel voor de sociale en economische dynamiek in onze
gemeente en regio. Maar duurzame mobiliteit in het Groene Hart betekent niet dat het
wegennet als vanzelfsprekend wordt uitgebreid vanwege toenemende mobiliteit. Het kan ook
betekenen dat de gemeente mobiliteitveroorzakende activiteiten probeert te verminderen of
verplaatsen. Dit, omdat uitbreiding van het wegennet in de gemeente en in de regio, ook een
verkeer aantrekkende werking heeft en omdat dit makkelijk botst met de ecologische en
landschappelijke waarden van het Groene Hart als Nationaal Landschap.
Om de mobiliteit en bereikbaarheid voor niet-automobilisten te vergroten en de druk van het
personenvervoer te verminderen, is het openbaar vervoer een uitstekend en milieuvriendelijk
alternatief voor de auto. Waar het openbaar vervoer geen alternatief is, kunnen andere
vervoersmogelijkheden, waaronder de Rijnstreek-Hopper, ook voor een goede
bereikbaarheid zorgen. Er dienen voldoende mogelijkheden te zijn in de gemeente om het
hele gebied te kunnen bereiken, met goede aansluitingen op het openbaar vervoer in
omliggende dorpen en steden.
Om de druk van het goederenvervoer op het wegennet te verminderen is er geen ander
alternatief dan steeds meer in te zetten op kennisintensieve bedrijvigheid, in de plaats van
bedrijvigheid die bestaat uit productie, bewerking en distributie van goederen.
Verkeersveiligheid heeft niet alleen te maken met gedrag van weggebruikers en de controle
daarop, maar ook met de ruimte die verkeersdeelnemers wordt gelaten voor onveilig gedrag,
met de verkeeraanzuigende werking van nieuw en breder asfalt en met de wijze waarop
wegen en paden voor verschillende typen verkeersdeelnemers zijn gescheiden en elkaar
kruisen. Iedereen moet op een veilige wijze kunnen deelnemen aan het verkeer. Te vaak
vinden er in het verkeer ongelukken plaats met ernstige gevolgen. Verkeersonveilige
situaties worden actief bestreden door een scala aan maatregelen. De gemeente dient het
als haar taak te zien om de verkeersveiligheid te verbeteren. Door middel van het aanpassen
van verkeersonveilige plekken en situaties moet het aantal en de ernst van
verkeersslachtoffers verminderen. Het terugdringen van normvervaging en
normoverschrijding op verkeersgebied ten aanzien van te hard rijden, door rood licht rijden,
fout parkeren en agressief weggedrag dient prioriteit te hebben. De gemeente moet veel
doen om verkeer & vervoer en onderwijs dichter bij elkaar te brengen. Eenduidige
voorrangsregels op kruisingen en rotondes zorgen voor veilige routes voor voetgangers en
fietsers.
B. Agenda: doelen en middelen
Beperken van de mobiliteitstoename in het Groene Hart en in Nieuwkoop, goede
bereikbaarheid, veilig verkeer en toegankelijk openbaar vervoer, zijn voor Progressief
Nieuwkoop belangrijke aspecten van duurzame mobiliteit.
De gemeente investeert niet in mobiliteit bevorderende, maar in mobiliteit verminderende
activiteiten en maatregelen. Dat is goed voor het Groene Hart, voor het milieu en voor onze
gezondheid en veiligheid.
16
Onze kinderen moeten veilig in de buurt kunnen spelen en naar school kunnen lopen of
fietsen. De komende periode moet er een verkeersveiligheidskaart worden ontwikkeld zodat
een goed beeld ontstaat van onveilige situaties, problemen en knelpunten, die vervolgens
ook opgelost moeten worden. Risicoanalyse en risicobeheersing spelen hierbij een
belangrijke rol;
Het openbaar vervoer moet schoon en toegankelijk zijn voor iedereen, ook voor mensen met
een handicap. Omliggende dorpen en steden moeten goed bereikbaar zijn.
C. Beleidsactiepunten




















Verkeersbeleid wordt in goed overleg met betrokken partijen en inwoners ontwikkeld;
Verbeteren van openbaar vervoer, van zowel de diensten als frequenties;
Bij wijzigingen in routes, haltes en frequenties van het openbaar vervoer, worden
bewoners betrokken;
Betere reguliere busverbindingen met alle steden rondom onze gemeente, die een
spoorwegverbinding hebben;
Betere busverbinding tussen Ter Aar en Nieuwkoop/Nieuwveen: nu rijdt de 182 van
Alphen via Ter Aar naar Leiden, en de 147 van Alphen via Nieuwkoop/Nieuwveen naar
Amsterdam en zit er geen verbinding tussen die 2 lussen;
Alle bussen en haltes worden toegankelijk voor mensen met een handicap;
Verbeteren van de diensten van de Rijnstreek Hopper door: a. meer (ster) haltes te
realiseren, met name bij belangrijke voorzieningen zoals een ziekenhuis; b. betere
aansluiting bij het openbaar vervoer; c. betere verbinding tussen Ter Aar en Nieuwkoop;
d. subsidie voor mensen die dat niet kunnen betalen.
Verbeteren openbaar vervoer Woerdense Verlaat richting Meidrecht en Breukelen, omdat
die kern op dat voorzieningengebied is gericht;
Belangrijke (bovenlokale) voorzieningen zoals ziekenhuizen, specialistische hulp,
nooddiensten (brandweer-politie-ambulances), gemeenteloketten etc. willen wij ook goed
bereikbaar laten zijn/worden met openbaar vervoer of Rijnstreek hopper;
De tijdslimiet van nooddiensten moet tenminste worden gehaald;
Bij de aanbesteding van openbaar vervoer het gebruik van schone brandstof laten
meewegen in de offertegunning. De gemeente geeft zelf het goede voorbeeld door
gebruik van schone brandstof in het eigen wagenpark;
De eisen die de kwetsbaarheid en leefbaarheid van het Groene Hart stellen (zie
hoofdstuk 2) maken de aanleg van nieuwe (provinciale) wegen door en rondom onze
gemeente op voorhand niet gewenst; bovendien leidt dat tot een verkeer aanzuigende
werking en biedt dat geen oplossing. Dat betekent geen rondweg rond Noorden;
Doorgaand sluipverkeer zoveel mogelijk weren uit kernen en over provinciale wegen
geleiden;
Daar waar verbodsborden geplaatst worden (personenauto’s / vrachtauto’s e.d.) dienen
aanwonenden en bezorgers ontzien te worden, door aan te geven dat die categorieën
uitgezonderd zijn. Bovendien moet dan beter gehandhaafd worden;
Op de Korteraarseweg – voorheen Machineweg - in Ter Aar, moet een einde worden
gemaakt aan zwaar vrachtverkeer dat de bebording overtreedt;
Om de veiligheid en doorstroom bij de Kollenbrug in Woerdense Verlaat te vergroten,
moet deze zo spoedig mogelijk worden verbreed en een betere aansluiting op de weg
krijgen; Uitstel van de vervanging van de brug, zoals de provincie lijkt te willen, is uit
oogpunt van verkeersveiligheid onverantwoord;
Goede laad- en losvoorzieningen op belangrijke recreatiepunten;
Integrale afweging van de verkeersveiligheid bij de (her-)inrichting van wijken;
Zonder dat dit ten koste gaat van speelruimte, kunst en groen, worden parkeerproblemen
in wijken opgelost door beter ruimtegebruik in de hele wijk;
Waar nodig, invoeren van voorzieningen met een kort parkeer tarief in winkelgebieden
(blauwe zones en parkeerschijf) om de doorstroom snelheid te vergroten;
17


















Onveilige rotondes en kruisingen veiliger maken door duidelijke en eenduidige
voorrangsregels voor voetgangers en fietsers;
Snelheidsbeperking van 30 km bij kruisingen van voet- en fietspaden en in onveilige
woonwijken van onze 13 kernen (b.v. op het Zuideinde in Nieuwkoop en de kern van
Noorden);
De verkeersveiligheid in buurten wordt verbeterd door verkeersbelemmerende
maatregelen;
De Langeraarseweg in Langeraar deze raadsperiode inrichten volgens het principe van
duurzaam veilig;
Het aantal uitritten van het bedrijventerrein aan de Amstelkade in Woerdense Verlaat
moet uit het oogpunt van verkeersveiligheid beperkt blijven. Wij pleiten voor een
parallelweg met een aansluiting op de doorgaande weg;
Om de verkeersveiligheid rond scholen te verbeteren, overleggen schoolbesturen,
ouders en gemeente over de wijze waarop veilige fietsroutes naar en autovrije zones
rond de scholen worden gerealiseerd. Dat kan tevens het gebruik van de fiets
bevorderen;
Verdere scheiding van langzaam en ander verkeer vooral daar waar schoolroutes in het
geding zijn, zoals bijvoorbeeld de Voorweg in Noorden;
De gemeente zorgt voor voldoende parkeerplaatsen voor houders van gehandicapten
parkeerkaarten in winkelgebieden, bij sportcentra en culturele instellingen en alle andere
plaatsen waar veel bezoekers komen;
In Nieuwkoop extra parkeermogelijkheden buiten de wijken en overstap punten van auto
naar alternatief vervoer.
Verlagen van de maximumsnelheid tussen de dertien kernen tot 60 km per uur, om de
veiligheid voor aanwonend te verhogen;
Snelheidsbeperkende maatregelen in Nieuwveen: geen drempels, wel sluizen;
snelheidsbeperking bij zwembad en Speelmanweg; wegen in geheel asfalteren, geen
kleine stukjes;
Uitbreiden van het netwerk van fietsroutes tussen de 13 kernen om de mobiliteit per fiets
te vergroten;
Wandelpaden aanleggen in Korteraar, tussen de Veldweg en Korteraarseweg ter hoogte
van het gemaal en van het Oude Kerkpad naar de Schilkerweg;
Wandelpad kern Nieuwkoop naar Meije centrum;
In Nieuwveen wandelmogelijkheden/-paden uitbreiden: Hoge Dijk, golfbaan en meer
mogelijkheden over de dijken; tevens behoefte aan ruiterpaden bezien;
Om voor het langzame verkeer zowel de sociale als de verkeersveiligheid te vergroten,
wordt verlichting op de Hoge Dijk aangelegd.
Picknickbanken op wandelroutes in Nieuwveen;
Uitbreiding wandelpaden in de Meije bezien.
18
Download