Standaard Lesvoorbereidingsformulier

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven
Bron: Didactisch model ‘van Gelder’
Student(e)
Anke van Ewijk
Klas
1C
Stageschool De schalm
Plaats
Vught
Vak- vormingsgebied: Taal
Speelwerkthema / onderwerp: hakken en plakken/ rijmen
Mentor
Datum
Groep
Aantal lln
Mieke van Zutphen
10-3-2015
1/2D
27
Persoonlijk leerdoel: Aan het einde van de les is het mij gelukt om de kinderen duidelijk de activiteit uit te leggen aan de kinderen en weet ik wat de kinderen kunnen
op het gebied van hakken en plakken en op het gebied van rijmwoorden.
Lesdoel(en): Aan het einde van de les hebben de kinderen
verschillende woorden gehakt en geplakt. Deze woorden hakken ze in
de verschillende fonemen. De kinderen weten aan het eind van de les
wat de begin letter is van het woord en wat de laatste letter is en
kunnen de letters ook fonemisch benoemen.
Kinderen oefenen auditieve en visuele analyse en synthese,
Kinderen oefenen het rijmen.
Kinderen oefenen hun taakgerichtheid.
Evaluatie van lesdoelen:
Kerndoel 11
De leerling leren een aantal taalkundige principes en regels. Zij
kunnen het werkwoordelijk gezegde en delen van dat gezegde
onderscheiden. De leerlingen:
- De regels voor het spellen van werkwoorden
- De regels voor het spellen van andere woorden dan
werkwoorden
- Regels voor het gebruik van leestekens
De kinderen werken aan de leerlijn van groep1-2 van dit kerndoel.
Deze activiteit wordt in de kring nabesproken zodat deze activiteit voor de kinderen die
mee hebben gedaan nog een keer herhaald wordt en zodat de andere kinderen er ook
iets van opsteken.
Tijdens de les merkte ik dat de kinderen actief betrokken waren bij de activiteit. De
kinderen vonden het niet moeilijk om de begin letter en eind letter van de verschillende
woorden te benoemen. Tijdens het oefenen met het hakken en plakken merkte ik dat alle
4 de kinderen de auditieve synthese en visuele analyse goed beheersen. De kinderen
hadden hier geen moeite mee. Daarna zijn de kinderen aan de slag gegaan met het
rijmen. Twee oudste kleuters hadden geen moeite om 3 woorden die rijmen bij elkaar te
zoeken. Een jongste kleuter en een oudste kleuter vonden dit nog wel lastig. Twee
plaatjes lukte meestal wel maar het derde rijmwoord vonden ze nog wat lastiger.
Beginsituatie: Uit de cito TVK kwam een risicoscore naar voren voor L. op het gebied van klank en rijm. Ook bij de taalscreening viel dat op. L heeft
moeite met het kritisch luisteren en gericht deelnemen aan een activiteit. Ze heeft een GHP taakgerichtheid.
Deze activiteit is voornamelijk op haar gericht. W en N nemen ook deel aan deze activiteit omdat zij ook moeite hebben met hun
taakgerichtheid. Zij doen mee om succeservaringen op te zoen en om te oefenen met de taakgerichtheid.
Lesverloop
Tijd
Leerinhoud Didactische handelingen
Leraar 
Leeractiviteit
 leergedrag leerling(en)
Materialen / Organisatie
5 minuten
Inleiding
20-25
minuten
Kern
10 minuten Slot
Introduceren van de activiteit. Ik vertel de
kinderen dat we gaan hakken en plakken. Ik
doe dit zelf een paar keer voor Daarna leg ik de
plaatjes met daaronder het woord op tafel. Ik
vraag een voor een aan een kind of hij of zij kan
benoemen wat er op het plaatje staat
Ik vraag aan de kinderen of ze de begin letter
van een van de woorden kunnen benoemen. De
kinderen benoemen de letters fonemisch. Dit
zelfde doen ze bij de laatste letter van het
woord en de middelste letter. Dit doen de
kinderen bij alle woorden. Daarna vraag ik aan
de kinderen of ze het woord in stukken willen
hakken ( de verschillende fonemen). Na dat de
kinderen dat gedaan hebben, zoeken ze de
juiste losse letters bij elkaar van bet woord (dit
zijn losgeknipte letters) De losse letters plakken
ze daarna weer aan elkaar tot een woord. Ik
gebruik de hand gebaren zoals deze ook in
groep 3 gebruikt worden.
Voorbeeld: bos –b o s = Bos
Als slot activiteit doe ik samen met de kinderen
een rijmmemorie. De kinderen moeten drie
verschillende woorden bij elkaar zoeken die
rijmen. Om de vaart erin te houden zijn alle
plaatjes gedurende deze activiteit steeds
zichtbaar. Kinderen krijgen om en om de beurt
om een rijmserie van 3 te zoeken. We
benoemen vooraf weer alle plaatjes.
De kinderen luisteren naar de introductie van de activiteit.
Daarna benoemen ze een voor een wat ze op het plaatje
zien.
De kinderen wijzende verschillende letters aan van de
plaatjes met daaronder het woord. Deze letters benoemen
de kinderen fonemisch. Daarna zoeken de kinderen de
verschillende losse letters bij elkaar en leggen deze op de
juiste volgorde. De kinderen vormen van de losse letters
weer een geheel woord (plakken).
De kinderen draaien om de beurt drie kaarten om en kijken
of deze woorden rijmen. Rijmen alle 3 de woorden met
elkaar dan hebben de kinderen een memorie en mogen ze
nog een keer.
Persoonlijke reflectie
Voor mijn gevoel is de activiteit erg goed verlopen. De kinderen waren erg enthousiast over de activiteit en zijn met plezier aan de slag
gegaan. Wat ik wel erg lastig vond was om de kinderen betrokken te houden. Doordat ik het nog lastig vind in te schatten hoelang de
concentratie boog van de kinderen is en wanneer ze afgeleid zijn duurde voor de kinderen het begin van de activiteit te lang. Doordat ik
alles met de kinderen aan het bespreken was duurde het te lang. Ik heb toen als tip van mijn mentor gekregen om de kaarten te verdelen
zodat alle kinderen te gelijk aan de slag konden gaan met de activiteit. Hierdoor merkte ik dat de kinderen veel langer betrokken bleven bij
de activiteit. Tijdens de afsluitende activiteit merkte ik aan de kinderen dat hun concentratie een heel eind weg was. Ik heb er toen voor
gekozen om te stoppen met de activiteit en terug naar de klas te gaan.
Feedback mentor
Datum: 10-3-2015
Er is hard gewerkt en goed geluisterd.
De momenten die ik gezien heb waren goed.
Let op gebruik van kleine letters.
Zet de kinderen zo, dat ze niet op zijn ko zien.
Het was effectief bleek tijdens de klassikale herhaling. Doel is bereikt.
Blauwe stukjes tekst = aanpassing naar feedback mentor op lesvoorbereiding.
Aantekening klassikale feed forward:
-Persoonlijk leerdoel -> concreet en klein waarmee je deze les rekening houdt.
-Beginsituatie-> lesdoel terug koppelen, wat weten de kinderen er al van. Betrekking tot kritische analyse en typering.
De groene tekst is aangepast aan de hand van de feedback van een medestudent.