Versie 1.1 30-01-2012 Programma van Eisen Stenen Poort Randvoorwaarden, Uitgangspunten en overige ambities voor de herontwikkeling van het gebied de Stenen Poort Inleiding Op 20 september heeft de raad ingestemd met de projectopdracht en het projectplan voor de eerste fase van de herontwikkeling van de Stenen Poort. Daarin is aangegeven dat het eindresultaat van de eerste fase een programma van eisen voor de ontwikkeling van het gebied is. Dit programma van eisen moet worden goedgekeurd door het college. Dit programma van eisen is gebaseerd op een uitgebreide gebiedsverkenning. In de gebiedsverkenning is het gebied letterlijk en figuurlijk in kaart gebracht aan de hand van allerlei verschillende facetten. Het gaat daarbij zowel om een beschrijving van het gebied zelf, als een overzicht van de beleidsmatige eisen en wensen ten aanzien van de herontwikkeling van het gebied. Waar de gebiedsverkenning vooral beschrijvend is, gaat dit programma van eisen een stap verder. Het belangrijkste doel van het programma van eisen is om een prioritering aan te brengen in de verschillende eisen en wensen aan de ontwikkeling van het gebied. Deze prioritering moet ons helpen bij het maken van de juiste afwegingen bij het opstellen van een proefverkaveling en het verdere ontwerptraject. We maken daarbij een onderscheid tussen randvoorwaarden, uitgangspunten en overige ambities. Allereerst geven we een korte beschrijving wat we onder deze termen verstaan. Randvoorwaarden: daaronder vallen alle zaken waaraan op ambtelijk niveau niet valt te tornen. Deze randvoorwaarden liggen vast in regelgeving of in de opdracht die wij van de raad hebben gekregen. Op deze punten gaan we (ambtelijk) niet in discussie met omwonenden of andere belanghebbenden, die zaken liggen voor ons vast. Uitgangspunten: hieronder verstaan we de belangrijkste richtinggevende keuzes voor de ontwikkeling van het gebied. Het betreft keuzes waar we sterk in geloven en die samen de toekomstige vormgeving van het gebied bepalen. Deze uitgangspunten willen we zeker overeind houden, maar – in tegenstelling tot de randvoorwaarden – is het denkbaar dat op de uitgangspunten concessies worden gedaan als dit nodig is om aan de randvoorwaarden te voldoen. Overige ambities: dit zijn de zaken die we ook heel graag in de planvorming verwezenlijkt zouden zien. Maar ze zijn minder zwaarwegend dan de uitgangspunten. Als de haalbaarheid van het project in het gedrang komt, zullen deze punten als eerste ter discussie staan. We richten ons hierbij op die randvoorwaarden en uitgangspunten die specifiek zijn voor het gebied de Stenen Poort. Generieke wet- en regelgeving (bijvoorbeeld op het gebied van geluid, veiligheid, bouwnormen, etc.) geldt uiteraard ook op de Stenen Poort als randvoorwaarde, maar wordt hier niet expliciet genoemd. Participatie We kiezen ervoor om de randvoorwaarden, uitgangspunten en ambities te formuleren die betrekking hebben het ontwerp en de inrichting van het gebied. Ze hebben betrekking op de inhoud van de gebiedsontwikkeling. Daarnaast stellen we ook eisen aan het proces dat we doorlopen. Een belangrijk element daarin is dat dit project een voorbeeldfunctie moet hebben 1 Versie 1.1 30-01-2012 als het gaat over het organiseren van burgerparticipatie bij de herontwikkeling van veranderlocaties in Houten. Uitgangspunt in het hele ontwikkeltraject is dat de participatie van belanghebbenden op een actieve en transparante wijze georganiseerd zal worden. Dit is conform de uitgangspunten uit de Kwaliteitsleidraad veranderlocaties Houten Noord. De participatie is erop gericht om het draagvlak voor de herontwikkeling te vergroten. De fase waarin de herontwikkeling Stenen Poort zich bevindt, is in het begin van de beleidsvorming. Daardoor is nog ruimte voor invloed op de planvorming. De raad heeft het kader vastgesteld door in te stemmen met de projectopdracht. De uitgangspunten voor herontwikkeling staan daarin helder geformuleerd en staan niet ter discussie. Die uitgangspunten komen ook weer terug in dit programma van eisen. Binnen dat kader is ruimte voor bewoners om mee te denken over de gevolgen van de herontwikkeling voor de openbare ruimte (bijvoorbeeld groen en verkeer). Daarnaast is er een bewonersplatform opgericht dat naast meedenken soms ook de rol van meewerken heeft. Zo heeft het platform een enquête gehouden onder de direct aanwonenden waar waardevolle informatie uit is gekomen. Meebeslissen is niet aan de orde, besluiten worden genomen door het college en de raad. Voorbereidings- en bouwfase Dit programma van eisen heeft betrekking op het ruimtelijk ontwerp voor het gebied, het doet geen uitspraken over de voorbereidingsfase en de bouwfase. Hierover zal – in overleg met het bewonersplatform – een plan worden gemaakt. Een uitgangspunt voor dat plan is de wens om het bouwverkeer en het woonverkeer tijdens de bouwfase te scheiden. 2 Versie 1.1 30-01-2012 Randvoorwaarden (wat staat vast?) Ruimtelijk a. Er moet rekening worden gehouden met de aanwezigheid van een archeologisch rijksmonument in het gebied en mogelijke andere archeologische vondsten in het gebied. b. De begrenzing van het plangebied is aangegeven in het bijgevoegde kaartje. Programma c. Het gebied wordt herontwikkeld tot een woonwijk; handhaving van de sportvelden is niet aan de orde. Overig d. In de grondexploitatie moet een positief planresultaat van € 1½ mln. worden gerealiseerd dat wordt gebruikt als bijdrage aan de bouw-exploitatie van clubgebouw en sportvelden in sport- en werklandschap Meerpaal. Uitgangspunten (waar kiezen we voor?) e. Het belangrijkste overall uitgangspunt is dat de herontwikkeling van de Stenen Poort zal plaatsvinden binnen het kader dat is beschreven in de kwaliteitsleidraad veranderlocaties Houten Noord; de nieuwe woonwijk moet goed passen binnen de bestaande ruimtelijk opzet van Houten Noord en de Houtense filosofie ten aanzien van verkeersontsluiting. Ruimtelijk f. De historische structuren in het gebied worden zoveel mogelijk gerespecteerd en de historie wordt waar mogelijk beleefbaar gemaakt. Een goede zichtbaarheid van de boerderij is hiervan een onderdeel. g. Er is op de locatie veel opgaand groen aanwezig. Dit draagt sterk bij aan de zo gewaardeerde ruimtelijke kwaliteit en uitstraling van het gebied. Behoud van het groen staat dan ook voorop. De waarde en de kwaliteit van het groen is wisselend. Het is daarom goed denkbaar dat lanen en bomenrijen bij de nieuwe ontwikkeling omgevormd moeten worden tot bomen met een meer duurzaam karakter en een langere levensduur. h. Er moet voldoende capaciteit voor waterberging in het gebied zijn (ontkoppelen van hemelwater). i. Het archeologisch monument in het midden van het gebied zal niet worden bebouwd. Programma j. Aan weerszijden van deze groenzone zal woningbouw plaatsvinden; het karakter van de beide ‘woonvelden’ kan verschillen. Aan de oostkant ligt een bebouwing in lagere dichtheden voor de hand: grondgebonden woningen, deels vrijstaand of twee-onder-eenkap. Aan de westkant kunnen de dichtheden wat hoger zijn: geschakelde woningen en eventueel gestapelde bouw (niet hoger dan het appartementengebouw aan het eind van de Daalderslag). k. De toekomstige beheerkosten van de openbare ruimte dienen in balans te zijn met de te verwachten inkomsten die voor het beheer kunnen worden aangewend. Dit betekent dat wanneer de te bouwen woningen onderdeel gaan uitmaken van de woningbouwplanning van de begroting, ook de beheerkosten bij de begroting dienen te worden betrokken. l. We streven naar 30% sociale woningbouw en naar voldoende aanbod voor senioren en starters op de woningmarkt. 3 Versie 1.1 30-01-2012 Verkeer m. Bij de realisatie van de Stenen Poort moet verkeersveiligheid gegarandeerd of zelfs verbeterd worden. Aandachtspunten zijn de ontsluiting voor gemotoriseerd verkeer en de fietskruisingen. n. De ontsluiting van de wijk voor gemotoriseerd verkeer zal plaatsvinden via twee bestaande inprikkers de Slag en de Poort. De twee gedefinieerde woonvelden worden apart ontsloten. o. Bij de inprikker de Slag moet worden uitgegaan van een ontsluiting voor gemotoriseerd verkeer via de Guldenslag en Daalderslag en niet via de Grootslag en Schellingslag. p. De te ontwikkelen wijk wordt in het kader van parkeernormen benaderd als “sterk stedelijk” gebied. Dit levert de volgende parkeernormen op: q. De nabijheid van de twee bushaltes biedt kansen voor een hoger openbaarvervoergebruik in de nieuwe buurt. Voor de stedenbouwkundige inrichting betekent dit dat loop- en fietspaden naar de bushaltes zo logisch mogelijk gelegd moeten worden. Duurzaamheid r. Bij de ontwikkeling van het gebied worden mogelijkheden voor duurzaamheid zo goed mogelijk benut. Dit geldt zowel op het niveau van het ontwerp van het hele gebied (bv. ligging van woningen t.o.v. de zon) als op het niveau van de woningen zelf (hoge eisen aan de energieprestatie). s. Bij de aanleg van het gebied zal het TCO-beginsel van toepassing zijn. TCO (Total Cost of Ownership) betekent dat extra investeringen in bijvoorbeeld duurzaamheid of onderhoudsarme materialen mogelijk zijn ook als hierdoor het gewenste saldo van de grondexploitatie niet worden gehaald. Voorwaarde is wel dat er een grote zekerheid moet zijn dat de hogere investering in de exploitatiefase wordt terug verdiend. Ambities (wat zouden we ook graag zien?) Ruimtelijk t. Als het gaat over de bouwhoogtes in het gebied willen we aansluiten op de directe omgeving die overwegend uit laagbouw bestaat. Als we toch hoger bouwen dan is dit om andere doelen te halen (bijvoorbeeld bouwen voor doelgroepen, omwille van een sluitende exploitatie of vanwege archeologische beperkingen). u. We willen het bestaande groen langs de randen zo veel mogelijk behouden. De nieuwe ontwikkeling valt dan binnen het groen, waardoor een groene omlijsting van het gebied ontstaat. v. Het zou mooi zijn als er een logische verbinding gemaakt kan worden tussen de nieuwe groenzone in het gebied en het bestaande buurtpark Tiellandt. Verkeer w. De opzet van de Stenen Poort moet aansluiting vinden bij de bestaande (hoofd)fietsroutes zoals genoemd in de “Verkenning Stenen Poort”. Hierdoor moeten voor fietsers logische 4 Versie 1.1 30-01-2012 verbindingen ontstaan met het bestaande netwerk van primaire fietsroutes. De aansluiting tussen het Tiellandtspad/Daalderslag over de Wulfsedijk naar de fietsroute parallel aan de Poort willen we inrichten als secundaire fietsroute. Overig x. Wij willen bij de selectie van bedrijven die betrokken zijn bij de ontwikkeling en realisatie van het gebied bij voorkeur samen werken met bedrijven die een bewezen trackrecord hebben op het gebied van duurzaamheid of aan kunnen tonen dat zij hierin willen investeren. Bij leveranciersselecties is duurzaamheid één van de selectiecriteria. 5