2 ~ 1 - Christengemeente Peer

IS JEZUS CHRISTUS GOD?
Lezen:
Johannes 1:1-18
INLEIDING:
Vorige keer hebben we gezien wat het belang is van de Bijbel en waarom we geloven
dat dit boek waarlijk het Woord van God is.
Laten we het nog eventjes op een rijtje zetten:
Als u een beetje uw verstand gebruikt, dan kunt u onmogelijk loochenen dat er een
God bestaat.
Het probleem is veeleer: Hoe kunt u die God persoonlijk leren kennen? Laten we
Jesaja 55:8-9 eens opslaan. Er is maar één mogelijke oplossing op dit probleem,
namelijk: God moet zichzelf openbaren aan de mensheid.
Heeft Hij dit gedaan? Jawel en zelfs op verschillende manieren.
Verleden keer zijn we wat stilgestaan bij één van die openbaringen: Het Woord van
God, de Bijbel.
We bekeken toen eerst enkele feiten betreffende de Bijbel en daarna ook hoe we
zeker kunnen zijn dat de Bijbel het Woord van God is. Denk aan het getuigenis van
de schrijvers, de eenheid van de Bijbel, de wetenschappelijke feiten in de Bijbel, de
profetieën, enz.
Uiteindelijk zagen we ook het belang van de Bijbel, hoe we hem lezen en
interpreteren, om te eindigen met de kern van de Bijbel.
STUDIE ZELF:
Vandaag willen we het hebben over een andere, duidelijke openbaring van God: Jezus
Christus.
Wanneer u aan een aantal mensen, die beweren gelovig te zijn, de vraag stelt: Wie is
Jezus voor u?, dan krijgt u een variatie van antwoorden zoals: Hij was een groot leraar,
een groot profeet, een revolutionair, hij was een rechtvaardig mens,
hij bracht de blijde boodschap, hij was iemand die voor armen en verdrukten opkwam,
enz.
Als we de Bijbel echter opslaan, dan houdt hij er een totaal ander idee op na.
1. Jezus, het Woord van God:
Lezen we nog een Johannes 1:1-3: Wat wordt er bedoeld met het Woord? De
vorige keer zagen we dat de Bijbel zichzelf uitlegt. Laat ons daarom nu Johannes
1:14 lezen: “Het Woord is vlees geworden”. Om wie gaat het hier? Jezus Christus!
Bijgevolg is het “Woord” een naam voor Christus zoals Hij het Licht, de Waarheid, de
Weg… genoemd wordt.
De vraag blijft echter: Waarom wordt Christus ‘het Woord’ genoemd?
Terug laten we de Bijbel zelf aan het woord om ons van antwoord te dienen.
(1) Hebreëen 1:1-3 (lezen):
Vroeger sprak God door de profeten. Nu heeft Hij gesproken in of door de
Zoon. Het is niet zo dat God zwijgt; Hij heeft duidelijk gesproken. Het
probleem is echter dat de mens niet wil luisteren.
Er zijn verschillende manieren van communiceren, van contact maken met
elkaar.
a) Ik kan zeggen tegen mijn vrouw (of man / meisje / jongen): “Ik hou van
jou”. Maar ik kan ook eens bloemen meebrengen. Daarmee zeg ik haar
eveneens hoeveel ik van haar hou.
b) Toen Christus aan het kruis hing voor mij en u, dan moesten er geen
woorden meer bij.
Die daad was en is nog steeds de grootste openbaring en de grootste
uiting van de liefde van God tegenover ons.
(lees zelf thuis Romeinen 5:8)
Daarom wordt Christus het “Woord van God” genoemd. In Hem (zijn
woorden en zijn daden) spreekt God tot de mensheid.
(2)
Er is echter nog een andere reden waarom Christus het ‘Woord van God’
genoemd wordt: Christus is het LAATSTE woord dat God tot ons spreekt.
Misschien denken we: ik hoor God niet, ik zie Hem niet, ik hoor Hem niet, enz.,
maar God heeft reeds het laatste Woord tot u gesproken:
Waarschijnlijk wordt het duidelijker met dit voorbeeld:
Ergens in China was een sneltrein op weg naar een grote stad. De trein zat
stampvol, maar door een stormwind was een ijzeren brug over een kloof ingestort,
zodat alle mensen in de trein dreigden te pletter te storten.
De machinist was via televerbindingen evenmin te bereiken daar die onklaar
geworden waren. Slechts twee mensen wisten van het voorval af: een
spoorwachter en zijn zoon. Zijn zoon wist een oplossing: wanneer hij zichzelf op
de rails neerlegde, dan zou hij tussen de wielen raken van de trein en zou het
veiligheidsmechanisme in werking treden, waardoor de trein zou stoppen. Anders
was er geen oplossing. Met een zwaar hart liet de vader dit toe en zo werd zijn
zoon gedood, maar duizenden mensen werden gered. Wat zou er met de
passagiers gebeurd zijn, als ze die zoon konden toeroepen: “Het is allemaal niet
nodig, doe dat niet!’ ??? Dan zou hen een gewisse dood gewacht hebben en zou
de spoorwachter enkel zeggen: “U hebt het zelf gewild, want er was geen andere
oplossing; mijn zoon was uw enig redmiddel”
Als God nu zijn Zoon zendt, dan moet het wel heel slecht met de mensheid gaan
want dat zou toch inderdaad de laatste oplossing zijn waarnaar zelfs wij zouden
grijpen, onze eigen zoon!
Als we Christus niet aannemen, dan heeft God ons niks meer te zeggen. Christus
is het laatste Woord van God tot ons.
Als u Christus wél aanneemt, dan heeft God u nog heel veel te zeggen!
Wat doet u met zijn offer?
- Nog één zaak maakt het ons wat moeilijk. Waarvan haalde Jezus het gezag om als
laatste Woord van God op te treden?
Terug biedt de bijbel zelf het antwoord aan. Laat ons Johannes 1:1 lezen. Jezus
Christus zelf was God.
2. Is het belangrijk te weten dat Christus God is?
Jawel, want het gehele christelijke geloof draait rond de goddelijkheid van Christus.
Breek de goddelijkheid van Christus af en u blijft over met een moraal, hetgeen ook
werkelijk aan het gebeuren is.
(1) De Godheid van Christus maakt het Christendom precies zo verschillend t.a.v.
andere godsdiensten:
Christus zei dat Hij God was, terwijl de profeten van andere godsdiensten
(Mohammed, Boeddha, …,) zeiden dat ze gezonden waren van God.
Bij de andere godsdiensten draait het om de leer van de profeten, terwijl het bij het
Christendom om een persoon draait, Christus zelf.
De profeten van alle andere godsdiensten zijn dood, maar Christus is uit de dood
opgestaan. Hij leeft nog steeds!
(2) Als Christus God is, heeft de mensheid geen excuses meer:
Wanneer mensen beweren dat God de mensheid in de steek laat en mooi praten
heeft daarboven, dan worden al hun argumenten in de grond geboord als Jezus in
de persoon van God op deze aarde gekomen is.
Laat ons nu enkele schriftgedeelten en feiten doornemen, zaken die duidelijk aantonen
dat Jezus werkelijk God is.
3. Bewijzen omtrent Jezus’ Godheid
(1) Wat vinden we in het Oude Testament?
- Jesaja 9:5-6
- Jesaja 40:1-11
- Jesaja 44:6
- Jeremia 23:5-6
- Micha 5:2
(2) Wat vinden we in het Nieuwe Testament?
- Mattheus 1:23
de engel
- Mattheus 3:15-17
de Vader
- Mattheus 16:16
Petrus
- Mattheus 26:62-65
Christus zelf
- Mattheus 27:54
De Hoofdman
- Johannes 1:15, 26, 27, 34 Johannes de Doper
- Johannes 5:17,18
De Joden
- Johannes 5:36
de werken
- Johannes 14:7-8
Christus zelf
- Johannes 20:26-28
Thomas
- Filipenzen 2:5-7
- Titus 2:13-14
- Hebreeën 1:6-9
- Openbaring 8-14
(3) De logica:
Wie of wat was Jezus? Als we er even bij stilstaan dan merken we dat we slechts
drie mogelijkheden hebben:
a) Hij was een gek
b) Hij was een leugenaar
c) Hij was God
a) Hij was een gek:
Christus was iemand die zich inbeeldde dat Hij God was. Hij leed aan
hoogmoedswaanzin. Hij was dus een schizofreen type, een psychiatrisch geval.
Dergelijke mensen worden best van de maatschappij geïsoleerd, omdat ze zowel
voor zichzelf, als voor de anderen, een gevaar kunnen vormen.
Ook zijn dergelijke personen enorm onevenwichtig, ze spelen namelijk een dubbel
leven.
Nu is het eigenaardig dat Jezus de evenwichtigste persoon is die ooit op aarde heeft
rondgewandeld. Alles in Hem was in perfecte harmonie. Men kon trouwens geen enkele
reden aanvoeren om Hem ook maar enkele dagen te isoleren.
Zijn persoonlijkheid wekte zelfs zoveel belangstelling op, dat mensen van her en der
kwamen om naar Hem te luisteren. Een gek kon Jezus onmogelijk geweest zijn.
b)
Hij was een leugenaar:
Misschien was Hij dan een leugenaar? En nog wel de grootste leugenaar die er ooit
rondliep want Hij beloofde de mensen eeuwig leven (de hemel) als ze ten volle op Hem
vertrouwden en Hem in hun leven aanvaardden.
Hij zou zelfs een dwaas zijn als Hij loog, want het zijn die leugens omtrent zijn godheid
die Hem aan het kruis brachten. We zien echter dat zelfs Pilatus geen enkele schuld in
Hem vond en dat de mensen overtuigd waren dat zijn woorden waarheid waren. Nog
steeds worden de evangeliën als maatstaf voor goed en kwaad genomen. Hoe kunnen
de woorden van de grootste leugenaar als waarheid erkend worden? Hij kan onmogelijk
een leugenaar geweest zijn.
c)
Hij was God:
Dit is het enige redelijke wat overblijft. Hij was wie Hij zei dat Hij was: God zelf!
(4) De wonderen:
In onze tijd geloven velen dat de wonderen die Jezus gedaan heeft, geen letterlijke
wonderen waren maar geestelijk moeten verstaan worden (geestelijken en theologen
leren dit; het wordt geleerd in de meeste onderwijsinstellingen).
Wat is ons antwoord hierop? Wat zegt de Schrift?
Laat het ons verduidelijken aan de hand van enkele voorbeelden uit de Schrift.
2,7~
a) Marcus 2:1-12
De verlamde werd eerst geestelijk genezen (zonde vergeven): ‘Wie kan zonde
vergeven dan God alleen?’ (nog eens een bewijs dat Jezus God is).
Maar daarna zei Jezus:
“Sta op, neem uw matras op en ga naar uw huis” Grote verwondering bij de
omstanders: “Zoiets hebben we nog nooit gezien!”
De man was letterlijk genezen, want hij droeg zijn matras, en juist om het dragen van
die matras op SABBAT werd hij door de joden aangeklaagd (lees thuis zelf Johannes
5:8-10). Hij droeg toch geen onzichtbare, geestelijke matras?
Let erop hoe Christus met dit wonder zijn goddelijkheid bewees.
b)
Lucas 7:19-22:
Johannes de Doper twijfelde. Hij was een jood en verwachtte dat de Messias de
Romeinen eruit zou gooien. Toen dit niet gebeurde en hij zelf In de gevangenis terecht
kwam, begon hij zich af te vragen of Christus wel echt de Messias was.
Let erop wat voor argument Jezus gebruikt om Johannes te overtuigen dat Hij wel
degelijk de Messias is. Hij verwijst naar de wonderen die er gebeurden. Deze wonderen
moeten letterlijke mirakels geweest zijn want Johannes had echt overtuigende bewijzen
nodig om uit de put te geraken. Iedereen kan ZEGGEN dat hij de Messias is, dat hij
God is, maar laat hij het bewijzen: Christus heeft dat gedaan!
Opmerking: Als God de natuur gemaakt heeft en de natuurwetten, zou Hij dan zelf
onder die natuurwetten staan?
(5)
De Opstanding:
Lezen: Romeinen 1:3-4: “ … door zijn opstanding uit de doden, verklaard (bewezen)
Gods Zoon te zijn … “
Als de opstanding letterlijk zou plaatsgegrepen hebben, dan zou dit het grootste aller
wonderen geweest zijn.
Eén ding was alvast zeker: het graf was op die bewuste dag LEEG. Er zijn tal van
historische bewijzen die dit ondersteunen, zowel van christelijke zijde, als van nietchristelijke zijde. Zelfs de Joodse raad kon dit niet loochenen want ze lieten het gerucht
verspreiden dat Jezus door zijn discipelen gestolen was (lezen: Mattheus 28:11-15), dat
Jezus nog steeds in het graf lag, want het graf was LEEG!
Er zijn maar drie mogelijkheden die ons resten om het lege graf te verklaren:
a) Jezus was schijndood
De mensen dachten dat Hij dood was maar na 3 dagen kwam hij er terug bovenop en
verliet het graf. Nu zijn er wel enkele moeilijkheden die deze schijndood in de weg
staan:
Jezus bleef 3 dagen zonder eten en drinken, terwijl Hij aan ‘t kruis tekenen
vertoonde van totale uitputting.
Uit de wonde in zijn zij kwam water en bloed (het bloed scheidt zich in serum en
klonters). Dit is een teken (in de medische wereld) dat erop wijst wanneer iemand
gestorven is.
Jezus werd in meterslange zwachtels gedraaid met kilo’s specerijen erin (zoals het
de gewoonte was in die tijd), genoeg om iemand te laten stikken. In ieder geval een
onmogelijke zaak om eruit los te komen (denk aan de opgewekte Lazarus in
Johannes 11:44).
Ook de hoofdman verklaarde dat Jezus dood was (Marcus 15:44
thuis te lezen). Zou hij, die er honderden afmaakte, zich zo kunnen vergissen?
Voor het graf bevond zich een zware steen, die niet weg te rollen was vanaf de
binnenzijde en in ieder geval niet door één persoon.
Daarbij stonden minstens twee soldaten voor het graf.
Het Romeinse leger was gekend voor zijn gedisciplineerde soldaten en zijn tucht. Zo
zouden de soldaten het met hun leven moeten bekopen als ze een gevangene lieten
ontsnappen (daarom wilde de gevangenbewaarder van Fillipi zelfmoord plegen! U kunt
dit later lezen in Handelingen 16:19-40).
Laat ons eerlijk zijn: de schijndood is geen redelijke verklaring voor het lege graf!
b) Jezus was gestolen:
Dit is wat de Joodse raad aanvoert In Mattheus 28:11-15)
Zelfs dit argument is een beetje mager. Hoe konden de soldaten weten dat de
discipelen het lichaam gestolen hadden als zij sliepen?
Maar goed, laat ons veronderstellen dat de discipelen het lichaam wel gestolen hadden.
Terug rijzen er tal van moeilijkheden:
Waarom zouden de discipelen het lichaam stelen? Ze waren allen zo diep
ontgoocheld in de persoon van Jezus, dat zelfs Petrus Jezus ging verloochenen. Wat
voor belang zouden ze er dan nog bij gehad hebben om toch het lichaam van Jezus
te stelen.
De apostelen waren heel erg bang. Jezus was gedood en misschien moesten zij nu
ook voor de bijl. Daarom hielden ze zich zo stil mogelijk. Hoe zouden zij het
aandurven om op zo’n ogenblik de Romeinse wacht aan te vallen?
Al bij al zou het de grootste dwaasheid zijn die er kon zijn, wanneer ze de opstanding
van Jezus logen. Hoe is het te verklaren dat Petrus op Pinksteren terug moed kreeg
en tot duizenden mensen sprak, onder wie de moordenaars van Jezus?
Hoe Is het te verklaren dat ze bereid waren de dood in te gaan, terwijl ze in wezen
niks anders verkondigden dan “Jezus is opgestaan”? Er is maar één mogelijke
verklaring:
JEZUS MOEST WAARLIJK OPGESTAAN ZIJN!
2.10.
Veronderstel dat de Joodse raad zelf het lichaam gestolen had. Het zou natuurlijk heel
dom van hen geweest zijn, want hiermee zouden ze zichzelf in de vingers snijden. Maar
dit euvel kon vlug hersteld worden. Wanneer de discipelen over een opgestane Christus
begonnen te spreken, dan hadden ze slechts het lichaam boven te halen om ermee
door Jeruzalem te trekken en zo dit gerucht de kop in te drukken! De moeilijkheid was
echter: ze konden dit niet want ZE HADDEN HET LICHAAM VAN JEZUS NIET!
c) Jezus is echt opgestaan:
Dit is het enige wat overblijft.
Er zijn duizenden getuigenissen hieromtrent uit die tijd (ook nu nog). De
historische geschriften ondersteunen het en vooral: de veranderde levens
bewijzen het!
Uit dit alles is het toch overduidelijk dat Christus God moet zijn. Hij heeft bewezen God
te zijn door de manier waarop Hij geleefd heeft, de wonderen die Hij gedaan heeft, de
manier waarop Hij gestorven is, Zijn opstanding uit de doden en de daaropvolgende
verschijningen gedurende een periode van 6 weken (lees later zelf eens Handelingen 1
en 1Corinthiërs 15). Christus is God, God in de hemel en Hij verlangt God te zijn in uw
leven.
4.
Is Hij uw God ?
(1) Wat en wie gelooft U?
Gelooft u in God? Ja? Maar gelooft u ook God? Of gelooft u een of andere
theoloog, of een of andere organisatie, of wat anderen erover denken?
Als u God gelooft, geloof dan wat Hij zegt.
Jezus zei in een twistgesprek met de Joden (Johannes 8:46-47): “Als Ik de
waarheid spreek, waarom gelooft ge Mij niet? Wie uit God is, hoort de woorden
Gods, daarom hoort gij niet, omdat gij niet uit God zijt!” En verder in Johannes
8:51:
2~11~
“Ik zeg u, indien iemand mijn woord bewaard heeft, hij zal de dood in eeuwigheid
niet aanschouwen”
Het eerste is een zware veroordeling, het tweede een geweldige belofte Welnu: wat
zou voor u van toepassing zijn?
Gelooft u alles wat God zegt? Of alles wat u wilt geloven, wat in uw straatje past,
een beetje van hier en een beetje van daar, wat u aanstaat, … , is het niet zo?
(2) Wie is uw God?
Als u heel eerlijk bent, moet u concluderen dat u, in zekere zin, uzelf tot God
gemaakt hebt of tenminste uzelf in de plaats gezet hebt…
U gelooft wat u wilt geloven, u doet wat u doen wilt, u gaat waar u gaan wilt, u
beslist … nietwaar?
De eerste mens wilde ook aan God gelijk zijn. Dat is ook onze zonde, we hebben
God van de troon gestoten en er ons zelf opgezet. Wij begaan dezelfde fout als de
eerste mens. De gevolgen zijn zwaar …
(3)De gevolgen:
De gevolgen zijn onvoorzienlijk zwaar. Bezie de wereld eens. Dat zijn de gevolgen
van de hoogmoed van de eerste mensen, maar evenzeer van ons, die God opzij
zetten. Men heeft God niet nodig. De mens wil zelf God zijn en de wereld besturen.
Maar wat een soep heeft hij er van gemaakt, wat een ellende overal! Als er geen
oorlog is, is er hongersnood. Als er eten genoeg is, is er haat, wedijver, egoïsme,
heerszucht, echtscheidingen, kindermoord, noem maar op.
Zou het niet anders zijn moesten we Hem God laten zijn?
2~12
5. Tot slot…
Veel mensen stellen de vraag: “Waarom is Christus, God in de hemel, mens geworden
en hier op aarde gekomen?
Het zal wellicht duidelijker worden met dit verhaaltje:
Laten we zeggen dat u op vakantie in Duitsland bent en op een dag rijdt u door de
bossen, langs de velden en u geniet van de schone natuur.
Plots komt u langs een veld waarop een boer aan het ploegen is. U stopt de auto om
eens beter te zien en terwijl u staat te kijken, ziet u daar ineens een mierenhoop op dat
veld.
Nu, mieren maken meestal geen hopen op het veld, maar in het bos. Maar laten we
zeggen dat deze mieren verdwaald zijn. U ziet ook dat het niet lang meer zal duren
voordat de boer met zijn ploeg tot aan de mierenhoop zal zijn. U krijgt medelijden met
die miertjes, wetende dat hun huis spoedig vernietigd zal worden en hun ondergang
nabij is.
U wilt iets doen om hen te waarschuwen, zodat ze snel verhuizen. Wat gaat u doen?
Hard roepen? Een trompet blazen? Met een rode vaandel zwaaien? U weet dat dit
allemaal geen effect zou hebben. De enige succesvolle manier zou zijn om zelf voor
enkele ogenblikken een miertje te worden en het gevaarssignaal, of wat dan ook, te
geven.
Dit is natuurlijk niet mogelijk, het is ook maar een verhaal, maar het illustreert wel wat
Christus gedaan heeft.
Deze wereld is als een mierenhoop, die niet alleen omgeploegd zal worden, maar ook
nog bezig is zichzelf om te ploegen en te vernietigen.
God heeft getracht om de mieren (mensen) te waarschuwen. In het Oude Testament
heeft Hij geroepen, gedonderd en van alles gedaan, maar de mens heeft niet geluisterd.
Toen heeft Christus gezegd: “Ik zal zelf mier (mens) worden.” Hij is gekomen (zie
Fillipenzen 2:5-7); niet alleen om de mensheid te waarschuwend maar ook om voor hun
zonde te boeten.
Hij is gekomen om te redden.
Laat ons eens Johannes 3:17 lezen.
Wat is uw antwoord, respons daarop?
Gaat u Hem binnen laten in uw huis, in uw leven, in uw hart?