Stemming beneden peil, hart over zijn toeren, vet en suiker te hoog, energie op een laag pitje: Wat is de link ? “Een ontregeld stresssysteem kan een kettingreactie van ziekten veroorzaken” Stress. Een halve eeuw geleden wist niemand wat het was, tegenwoordig heeft iedereen er last van. Van de overwerkte topmanager tot de hongerige baby en de gekooide kanarievogel, allemaal gaan ze gebukt onder de stress. Maar hoe werkt stress eigenlijk, wetenschappelijk gezien? En is stress wel altijd negatief? Professor Boudewijn Van Houdenhove van de Dienst Liaisonpsychiatrie van de UZ heeft er een boek over geschreven. ‘In wankel evenwicht. Over stress, levensstijl en welvaartsziekten’. Het zoveelste boek over stress dus. Zaten de mensen daar op te wachten? Van Houdenhove: “Het concept ‘stress’ wordt vaak gebanaliseerd, zelfs door professionals, terwijl het eigenlijk om iets fundamenteels gaat. Stress kan het best gedefinieerd worden als ‘een aantal biologische en psychologische mechanismen die op gang komen naar aanleiding van een reële of vermeende bedreiging van ons lichamelijk of psychisch evenwicht’. Die ‘bedreiging’ moet overigens heel ruim worden bekeken: de wekker horen aflopen, bijvoorbeeld, valt er ook onder (lacht). Om ons evenwicht te bewaren of zonodig te herstellen, gaat ons ‘stresssysteem’ zorgen voor de productie van de hormonen adrenaline, noradrenaline en cortisol. Die hormonen zetten een reeks processen in werking, die de laatste jaren worden samengevat met de innovatieve term ‘allostasis’ – letterlijk te vertalen als: ‘stabiel blijven doorheen verandering’. Als ik ‘s morgens opsta, versnellen stresshormonen mijn hartritme, doen mijn bloeddruk stijgen en maken glucose vrij uit mijn lever – en dat is maar goed ook, want zonder die extra ondersteuning zou ik wel eens ongewild weer in bed kunnen belanden”. “Ons stresssysteem heeft dus een essentiële beschermende functie. Het zorgt ervoor dat we elke vorm van druk of belasting – fysieke of emotionele – perfect de baas kunnen. Maar onder bepaalde omstandigheden kan het systeem uit balans raken. Dat is vooral het geval als de belasting te hoog wordt of nooit ophoudt. Geef toe, het kan niet de bedoeling zijn dat je constant rondloopt met een bonzend hart of een verhoogde bloeddruk of suikerspiegel. Maar als je elke dag opnieuw geconfronteerd wordt met een collega of een partner die je het bloed van onder de nagels haalt, is de kans daarop behoorlijk groot. Dan is er geen sprake meer van ‘allostasis’, maar van ‘allostatic load’: je stresshormonen, die je evenwicht moeten bewaren, gaan zich nu tegen je keren en je psychisch en lichamelijk ondermijnen. Sommigen hebben overigens nog een ander probleem. Het ‘stopmechanisme’ van hun stresssysteem – dat ervoor zorgt dat het lichaam weer normaal gaat functioneren als de dreiging geweken is – blijft in gebreke: na een onschuldige discussie op het werk, bijvoorbeeld, liggen ze urenlang wakker met een opgejut gevoel dat maar niet wil zakken. Bij anderen is hun stresssysteem dan weer te weinig actief, als een veer die te weinig rek heeft: vermoedelijk ligt dit aan de basis van het chronische vermoeidheidssyndroom, waarbij fysieke en mentale inspanningen niet goed meer worden verwerkt en het immuunsysteem – dat gedeeltelijk door stresshormonen wordt geregeld – het noorden kwijtraakt”. Systeemziekte “Een stresssysteem dat uit balans is, kan een hele resem psychische en lichamelijke stoornissen veroorzaken. Een van de belangrijkste is depressie. Dat er een link bestaat tussen stress en depressie is al langer bekend. Nieuw is echter dat op hol geslagen stresshormonen nu worden beschouwd als het primum movens van de ziekte, waardoor op den duur stemmingsregulerende neurotransmitters zoals serotonine van slag raken. Deze hormonale ontregeling kan trouwens heel wat andere verwikkelingen met zich meebrengen. Zo kan depressie het risico verhogen op hartinfarct, diabetes, osteoporose, en tot ernstige geheugenstoornissen leiden. Als je lange tijd overspoeld wordt door stresshormonen, gaan je aders vlugger dichtslibben, sla je meer buikvet op, komt je suikerhuishouding onder toenemende druk te staan, laat je beenderopbouw het afweten, en wordt je hippocampus – een hersenstructuur die een cruciale rol speelt in het geheugen – een maatje kleiner. Om die reden kan men depressie terecht zien als een systeemziekte. Daarbij komt nog dat depressie vaak gepaard gaat met verkeerde leefgewoonten zoals te weinig bewegen, roken, teveel of ongezond eten…waardoor een vicieuze cirkel tot stand komt en het stresssysteem steeds verder ontregelt.” “Het feit dat sommige mensen gevoeliger zijn voor depressie dan anderen, past perfect in dit plaatje, want de kwetsbaarheid van het stresssysteem is bij iedereen verschillend. Dat is gedeeltelijk genetisch te verklaren, maar recent onderzoek wijst erop dat ontwikkelingsfactoren minstens even belangrijk zijn. Een Canadees neurowetenschapper vond bijvoorbeeld dat ratjes die veel door hun moeder gelikt werden, efficiënter werkende cortisolreceptoren hadden. Gelijkaardige bevindingen werden gedaan bij genetisch angstige apenjongen die werden grootgebracht door een niet angstige ‘adoptiemoeder’.Vergeten we niet dat omgevingsfactoren – zoals de kwaliteit van de vroege moeder-kindrelatie – een cruciale rol spelen in de expressie van onze genetische aanleg”. Ziek van welvaart? Depressie, obesitas, hart- en vaatziekten, diabetes, chronische vermoeidheid…al deze ‘stress- en levensstijlgebonden’ aandoeningen lijken in onze westerse maatschappij stilaan epidemische proporties aan te nemen. Is dat de prijs die we voor onze welvaart moeten betalen ? Van Houdenhove: “Daar is vanuit sociologisch perspectief wel wat voor te zeggen. Maar uiteraard spelen nog andere factoren een rol. Zo lopen we meer kans op allerlei ziekten juist omdat we – dankzij onze welvaart – langer leven. Een veel meer eenduidig antwoord kan ik geven op de vraag hoe we ons stresssysteem het best in evenwicht kunnen houden. Dat antwoord is overigens ongeveer hetzelfde als wat de oude Grieken en Romeinen al te horen kregen: beweeg voldoende – neem de trap in plaats van de lift, bijvoorbeeld –, eet gezond, drink met mate, rook niet, en zorg voor voldoende slaap. En wat de psychologische kant betreft: hou willen en kunnen in evenwicht, blijf optimistisch, en verzorg je relatieleven zodat je in tijden van nood op voldoende steun kunt rekenen. Dat ‘gezondverstandsadvies’ wordt nu ontegensprekelijk door wetenschappelijk onderzoek onderbouwd. Wil je daar nog een voorbeeld van? Wel, een Amerikaans onderzoeker ontdekte dat optimistische nonnen langer leefden dan hun zwartkijkende medezusters. Buiten de kloostermuren zal het wel niet veel anders zijn, vermoed ik”. Boudewijn Van Houdenhove. In wankel evenwicht. Over stress, levensstijl, en welvaartsziekten. Lannoo, Tielt, 2005.