Samenwerkingsvisie 2010-2020

advertisement
Samenwerkingsvisie
2010-2020
Middelburg - Vlissingen
Februari 2010
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
Inhoudsopgave
1
Inleiding...............................................................................................................................................................................................................................................3
1.1 Aanleiding samenwerking beide gemeenten...................................................................................................................................................................... 3
1.2 Doelen en uitgangspunten van samenwerking................................................................................................................................................................ 3
1.3 Proces samenwerking....................................................................................................................................................................................................................................... 4
2 Onderwerpen van samenwerking....................................................................................................................................................................................6
2.1 Wat we al doen......................................................................................................................................................................................................................................................... 6
2.2 Wonen................................................................................................................................................................................................................................................................................. 6
2.3 Werken. .............................................................................................................................................................................................................................................................................. 9
2.4 Vekeer en Vervoer.............................................................................................................................................................................................................................................. 10
2.5 Zorg, welzijn en onderwijs...................................................................................................................................................................................................................... 12
2.6 Recreatie, Sport en Toerisme................................................................................................................................................................................................................. 14
2.7 Milieu. .............................................................................................................................................................................................................................................................................. 17
2.8 Cultuur............................................................................................................................................................................................................................................................................ 19
3 Verdere aanpak samenwerking..................................................................................................................................................................................... 23
3.1 Vervolg van de samenwerking........................................................................................................................................................................................................... 23
3.2 Betrekken externe belanghebbenden....................................................................................................................................................................................... 23
2
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
1 Inleiding
1.1 Aanleiding samenwerking beide gemeenten
In een bijeenkomst op 10 december 2008 hebben de wethouders Wonen, Ruimtelijke Ordening en Financiën van
de gemeente Vlissingen en Middelburg namens de beide colleges afgesproken om een gezamenlijke stads­
gewestelijke visie te gaan maken gericht op samenwerking en wederzijdse versterking. Geconstateerd is dat op
meer vlakken dan uitsluitend het woonbeleid de samenwerking moet worden gezocht en uitgewerkt, waarbij de
­complementariteit van de twee gemeenten de sleutel is. Tevens is benadrukt dat het gaat om het benoemen van
de zaken die gemeenschappelijk noodzakelijk zijn.
In het licht van de huidige ontwikkelingen rondom de woningbouw, de vestiging van bedrijven en de demo­
grafische ontwikkeling, moeten de gemeenten de krachten bundelen, willen zij kansen kunnen benutten. Door
vanuit de kracht van Middelburg resp. Vlissingen te redeneren en te kijken naar elkaars kwaliteiten, die te ­erkennen
en te respecteren, kunnen beide gemeenten door samenwerking elkaars beleid aanvullen en versterken. Dat
­betekent samen optrekken.
In een gezamenlijk proces is verkend op welke terreinen deze samenwerking mogelijk is en waar partijen elkaar
kunnen aanvullen en de meerwaarde zit.
1.2 Doelen en uitgangspunten van samenwerking
Naar een gezamenlijke visie
De colleges van Middelburg en Vlissingen hebben besloten een gezamenlijke visie op de samenwerking tussen de
twee gemeenten op te stellen. De doelstellingen van de beoogde samenwerking zijn:
• een betere afstemming in beleid en uitvoering;
• een grotere efficiency bij de voorbereiding en uitvoering van beleid door gebruik te maken van wederzijdse
­kennis en kunde.
3
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
Twee verschillende gemeenten
Voor het uitwerken van de visie op samenwerking vormen de identiteit en het karakter van beide gemeenten een
belangrijk uitgangspunt. Middelburg en Vlissingen liggen dan wel met de bebouwde kommen nagenoeg tegen
elkaar, door de verschillen in ligging, historie en ontwikkeling zijn het zowel fysiek als sociaal-maatschappelijk
twee duidelijk verschillende gemeenten.
• Vlissingen is de stad van havens, industrie en boulevards. Het heeft een stedelijk karakter en een stedelijke
­dynamiek. Het is een stad voor strandtoeristen en om uit te waaien. Daarnaast is het ook studentenstad voor
middelbaar en hoger onderwijs;
• Middelburg is de stad van de overheidsdiensten en van de zakelijke dienstverlening. Een stad met een monumentaal karakter. Het is ook het koopcentrum, een universiteitsstad en een toeristenstad met een accent op
folklore en cultuur.
De typering: “op zaterdag ga je winkelen in Middelburg en op zondag maak je een rondje over de boulevards in
Vlissingen” is er een voorbeeld van hoe Middelburg en Vlissingen elkaar aan vullen. De visie op de samenwerking
is dan ook gericht op het erkennen en benutten van elkaars sterke punten en het versterken van de complementariteit van beide steden.
Uitgangspunten samenwerking
De visie is een beleidsnotitie. Het is dus geen structuurvisie in de zin van de nieuwe WRO. Dat voert op dit moment
te ver; te zijner tijd kan daar altijd nog voor gekozen worden en dan heeft de visie ook juridische doorwerking op
de plannen bij de gemeenten. De visie is als algemene beleidsnotitie niet MER-plichtig.
In beide gemeenten is de afgelopen jaren hard gewerkt aan het vormgeven van diverse strategische beleids­
notities. Die vormen ook de basis voor deze samenwerkingsvisie. De visie gaat wel in op dezelfde thema’s die je
terugziet in de structuurvisie en kwaliteitsatlas: wonen, werken, verkeer en vervoer, milieu, zorg, onderwijs en
­recreatie en toerisme.
Kwaliteitsatlas
Middelburg
Kwaliteitsatlas
Vlissingen
Structuurvisie
Middelburg
Structuurvisie
Vlissingen
Stadsgewestelijke
Visie
Wonen
Werken en
Economie
Zorg en
Onderwijs
Sociaal beleid
en Sport
1.3 Proces van samenwerking
Op basis van een eerste analyse van sterke en zwakke punten in het beleid van de gemeenten Middelburg en
­Vlissingen is door betrokken beleidsmedewerkers gekeken naar de mogelijkheden van samenwerking en afstemming van het beleid. In diverse workshops zijn deze mogelijkheden besproken. Vervolgens zijn de verantwoordelijke wethouders via diverse notities geïnformeerd en hebben zij nadere aanscherpingen gedaan. Hieronder is
deze organisatie weergegeven.
4
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
Organisatie Stadsgewestelijke visie
Stuurgroep:
4 wethouders, 2 directeuren
en projectleider
Workshops
Projectgroep:
2 afdelingshoofden
en 1 projectleider
Provincie
Afstembijeenkomsten
Kwaliteitsborging
Kansrijke samenwerkingsmogelijkheden
Op basis van analyse en gesprekken zien beide gemeenten samenwerkingskansen voor:
• Visie ontwikkeling (beleidsdoelen/uitgangspunten en aanpak beleid/inzet instrumenten);
• Organisatie (efficiency beleidsuitvoering door taken te koppelen en samen uit te voeren);
• Sturing (regie op proces en inhoud door samen op te trekken richting andere organisaties waar beide gemeenten mee te maken hebben);
• Financiën ( het opzetten van gezamenlijke subsidietrajecten richting provincie, Europa en rijk en het gezamenlijk uitvoeren en delen van onderzoeksresultaten);
• Beleid voor het hogere schaalniveau dan beide gemeenten ( veel beleid gaat verder dan de grenzen van beide
gemeenten. Besproken is in welke mate er gezamenlijk beleid wordt gemaakt voor Walcheren/Zeeland en hoe
daar met elkaar in kan worden geopereerd).
In het volgende onderdeel zullen deze kansen bij de diverse beleidsterreinen worden benoemd.
5
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
2 Samenwerken op thema’s
2.1 Wat we al doen
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Stadsgewestelijke brandweer
Vrijburgbad
Sportpark Vrijburg
Samenwerking belastingen
Lété/SDW/Kredietbank
Samenwerking milieu
1 Walcherse kinderopvangorganisatie
Samenwerking sociale huurmarkt
Uitvoering WMO op Walcheren
Afstemming evenementen
Gezamenlijke archeologische dienst
Participatie Vlissingen in Giro
Participatie Middelburg in Cruiseport
Etc.
Zoals voorgaande (niet uitputtende) opsomming weergeeft, vindt door organisaties en door de gemeenten al op
zeer uiteenlopende gebieden intergemeentelijk samenwerking plaats. Deze samenwerkingen worden ingegeven
vanuit het feit dat
• Gemeenten te klein voor voorzieningenniveau, samenwerking leidt tot groter verzorgingsgebied enerzijds en
kostenreductie anderzijds;
• Inwoners kijken over de grenzen, organisaties sluiten hierop aan door ook over de grenzen heen te kijken
Met uitzondering van de maatschappelijke sector is de samenwerking vaak onderwerp gebonden en te weinig
integraal onderdeel van een beleidssector. Onderstaande paragrafen geven per beleidsthema een visie op de
­mogelijkheden om meer samen te werken en het structureel onderdeel te laten worden van binnen het beleidsterrein.
Voor zover dat mogelijk is, wordt bij elke beleidsterrein aangegeven hoe de samenwerking gezocht wordt bij visieontwikkeling, organisatie, sturing richting derden, financiën en beleid van een hoger schaalniveau. U zult deze
onderverdeling niet overal aantreffen. Waar samenwerking niet bestaat of niet kansrijk is, wordt het ook niet
aangegeven.
2.2 Wonen
Bij het samenwerken in de sector wonen gaat het met name om de beleidsafstemming tussen beide gemeenten.
Vlissingen en Middelburg bedienen 1 woningmarkt en beide gemeenten willen zoveel als mogelijk de aantallen
woningen, de fasering en de typologieën afstemmen. Er zijn ook nog enkele andere kansrijke mogelijkheden.
2.2.1 Visieontwikkeling
Wonen en de identiteit van een stad hebben nauwe raakvlakken. Mensen identificeren zich met de plek waar ze
wonen. Woonconsumenten kiezen dan ook voor een bepaalde identiteit en een bepaald woonmilieu. De identi­
teiten van de twee steden zijn duidelijk onderscheidend: Middelburg – groen, historische sfeer, kleinschalig,
­Vlissingen – maritiem, stedelijk. Deze complementariteit laat zich verder doorvertalen naar de woonmilieus die
beide gemeenten te bieden hebben. Naast een aantal overlappende woonmilieus is Middelburg meer dan
­Vlissingen de gemeente van het groenstedelijk wonen en Vlissingen meer dan Middelburg de gemeente van het
waterstedelijk wonen.
De beide gemeenten hebben de intentie om deze sterke punten als een uitgangspunt te nemen voor de ­uitwerking
van hun samenwerking in het woonbeleid. Daarmee wordt uiteraard niet bedoeld dat Vlissingen enkel
­appartementen aan het water bouwt en Middelburg enkel grondgebonden woningen bij het groen. Maar het
uitgangspunt vormt wel een richtinggevende aanwijzing voor de verdere uitwerking van die samenwerking, zodat
beide gemeenten zich sterker op de kaart kunnen zetten. Doel is dat met de inzet op complementariteit zo goed
6
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
mogelijk wordt ingespeeld op de woonwensen in termen van diversiteit en kwaliteit en dat overaanbod wordt
voorkomen.
In de woningbouwprogrammeringen tot 2020 is de hiervoor genoemde focus op woonmilieus terug te vinden. De
geplande bouwontwikkelingen in het Middelburg en Vlissingen zijn in respectievelijk de Kwaliteitsatlas en de
woonvisie opgenomen.
De woonvisie van Vlissingen zet met het Scheldekwartier in op een constante ontwikkeling van woningen in een
maritiem stedelijke setting. De ontwikkelingen op het Bunkerterrein hebben met name een stedelijk karakter.
Aanvullend worden in Tuindorp en Souburg-Noord enige woningen in een groenstedelijk milieu gesitueerd.
Zoals beschreven in de Kwaliteitsatlas realiseert Middelburg in dezelfde periode ook woningen in een stedelijke
omgeving en in een groen stedelijke omgeving. Om balans te houden in de woningvoorraad van Middelburg
­worden op diverse bouwlocaties woningen gerealiseerd in Middelburg Zuid (Essenvelt), Stromenwijk (Arduin­
terrein), Mortiere en Sint Laurens. In de stedelijke omgeving worden op een groot aantal kleine bouwlocaties
grondgebonden en niet grondgebonden woningen gerealiseerd. Deze locaties zijn verspreid over de wijken en de
dorpen en dienen vrijwel allemaal voor het realiseren van de woonservicezones.
De samenwerking op het gebied van wonen ondersteunt een evenwichtige, continue en gelijkmatige woning­
productie op Walcheren. Beide gemeenten hebben diverse nieuwbouw- en herstructureringsplannen op de plank
liggen. De woningbouwplanning en -programmering tussen de gemeenten wordt zodanig afgestemd dat er naar
aantal en typologie op Walcheren een continue en gelijkmatige productie plaatsvindt. Het samenwerken van de
twee gemeenten maakt het beter mogelijk om schommelingen in de afzonderlijke planning en programmering
op te vangen. In de verdere uitwerking zal ook Veere benaderd worden om deel te nemen aan een zogenaamde
Walcherse woningbouwprogrammering.
In het Stedennetwerkoverleg hebben Middelburg en Vlissingen aangegeven gezamenlijk zorg te dragen voor de
netto woningbouwproductie1 in het stedelijk gebied op Walcheren. De Stedennetwerkafspraken leveren een
­woningbouwproductie voor Walcheren van netto 3.400 woningen. Op basis van huishoudensprognoses en
­ambities zijn Vlissingen en Middelburg de volgende verdeling van de productie overeengekomen: tot 2020 bouwt
Middelburg netto 2.000 woningen; Vlissingen bouwt in dezelfde periode netto 1.400 woningen. Samen bouwen
we in ieder geval 3.400 woningen.
1 M
et netto woningbouwproductie wordt bedoeld het aantal woningen dat wordt toegevoegd minus het aantal woningen dat wordt onttrokken als
gevolg van herstructurering of anderszins.
7
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
2.2.2 Organisatie
Om tot een goede afstemming te komen over de netto woningbouwproductie en de differentiatie van de woonmilieus wordt een Walcherse woningbouwprogrammering opgezet. In deze woningbouwprogrammering worden
de gemeentelijke programmeringen van Middelburg, Veere en Vlissingen bij elkaar genomen en verder afgestemd.
Eventuele hieruit voortvloeiende wenselijke mutaties voor gemeentelijke woningbouwprogrammeringen worden
intern beoordeeld op hun haalbaarheid. Gezamenlijk onderzoek naar de Walcherse woningmarkt vloeit logisch
voort uit deze aanpak. Dit leidt tot een Walcherse woningbouwprogrammering en uiteindelijk tot een gezamenlijke regionale visie op wonen.
Op bestuurlijk niveau wordt jaarlijks de Walcherse woningbouwprogrammering afgestemd en vastgelegd.
­Uitgangspunt bij de afstemming is het vigerende Rijksbeleid op het gebied van ruimtelijke ordening en volkshuisvesting.
2.2.3 Sturing richting derden
Walcheren heeft meer dan de helft van het aantal inwoners van Zeeland op zijn grondgebied. Het is daarmee een
belangrijke partner voor de provincie. Door in te zetten op en uitvoering te geven aan een goede samenwerking is
het mogelijk om afspraken te maken over meer verantwoordelijkheid en zeggenschap. De afspraken die Middelburg en Vlissingen met de provincie gemaakt hebben in het kader van het Stedennetwerk over de realisatie van
netto 3.400 woningen in het stedelijk gebied van Walcheren zijn hiervan een goede illustratie. De provincie ­Zeeland
kan een initiator zijn voor een periodieke woningmarktmonitor in Zeeland, waarbij ook gegevens op Walchers
­niveau geanalyseerd worden.
2.2.4 Financiën
Naast kostenbesparing door gezamenlijk onderzoek te laten uitvoeren en van elkaar te leren op beleidsniveau,
biedt de samenwerking op het gebied van woningbouwprogrammeringen financiële voordelen. De afstemming
van de gemeentelijke woningbouwprogrammeringen wordt ingezet om concurrentie op woonmilieu of over het
produceren van woningen te voorkomen. De hieruit voortvloeiende negatieve financiële gevolgen voor één of
meerdere gemeenten worden op deze wijze teruggedrongen.
8
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
2.2.5 Beleid op hoger schaalniveau
Het gegeven van één woningmarkt op Walcheren en het reeds afstemmen van de gemeentelijke woningbouw­
programmeringen zijn een opmaat voor het formuleren van een woonvisie voor Walcheren. Nadere uitwerking
van de samenwerking moet uitwijzen of en op welke termijn een Walcherse woonvisie gewenst is.
2.3 Werken
Bij werken gaat het om samenwerking in de sector economie in de breedste zin van het woord. Dat betekent dat
detailhandel, bedrijventerreinen en kantoren aan bod komen. Door zijn specifieke locatie is ook gekeken naar het
woonwagenkamp.
2.3.1 Visieontwikkeling
Bedrijventerreinen
Vlissingen en Middelburg zullen samen met Veere een Walchers bedrijventerreinenprogramma voor de jaren 2010
t/m 2016 vaststellen. Belangrijke zaken die daarin geregeld worden zijn omvang en segmentering van de te
­ontwikkelen terreinen en de te hanteren grondprijzen. In het bedrijventerreinenprogramma wordt vastgelegd dat
in de Gemeente Middelburg tot 2020 in beginsel geen nieuw bedrijventerrein wordt ontwikkeld. In Middelburg
wordt ingezet op herstructurering van bestaande terreinen en intensivering van het ruimtegebruik. Voor ­Arnestein,
Baskensburg en Stadshavens wordt upgrading en intensivering van het ruimtegebruik nagestreefd. Bedrijven­
terrein Poortersweg wordt gesplitst in 2 delen waarbij Poortersweg-Noord zal worden opgewaardeerd en
­Poortersweg-Zuid wordt bestemd voor traditioneel bedrijventerrein. Hier kunnen ook bedrijven worden opge­
vangen die veel ruimte vragen. Vlissingen is bereid om Herstaco op dit terrein op te vangen. Een deel van Poortersweg-Zuid dient mogelijk te worden gereserveerd voor een insteekhaven. Op korte termijn wordt de haalbaarheid
van een insteekhaven onderzocht. Als Herstaco wordt verplaatst en Poortersweg na de revitalisering voorziet in
de behoefte van Walcherse bedrijven, is ontwikkeling van een bedrijventerrein aan de Trekdijk niet nodig.
Watersportbedrijventerrein
Zeeland heeft een enorme potentie op het gebied van watersport. In vergelijking met Friesland is de watersportgerelateerde bedrijvigheid in Zeeland nog zeer beperkt ontwikkeld. Op provinciaal niveau wordt de mogelijkheid
voor een compleet netwerk aan watersportvoorzieningen voorzien. De gemeenten in het stadsgewest zien daarom beide groeimogelijkheden in de bedrijvigheid rondom de watersport. Vlissingen en Middelburg willen hierin
samen optrekken. Gezamenlijk zullen zij de planvorming, acquisitie, subsidieverwerving en het (laten) exploiteren
van de jachthavens oppakken.
Zowel in Vlissingen als in Middelburg zijn er ambities om een bedrijventerrein te ontwikkelen dat is gerelateerd
aan watersport. Gelet op de forse uitbreiding van het aantal ligplaatsen in het Scheldekwartier, ontstaat er op
Walcheren draagvlak voor 2 van dergelijke watersportclusters. De jachthaven in het Scheldekwartier krijgt een
unieke kwaliteit; ligging nabij de binnenstad en directe toegang tot de Westerschelde en Noordzee. Daardoor zal
de jachthaven in het Scheldekwartier een sterke aantrekkingskracht hebben op eigenaren van zeegaande zeil­
jachten. Deze jachthaven wordt dermate omvangrijk dat er draagvlak ontstaat voor een watersportbedrijven­
terrein dat ook een regionale uitstraling kan krijgen. De jachthaven van Middelburg trekt met name water­sporters,
veelal toervaarders met motorboten, die gericht zijn op het Veerse Meer. De watersportbedrijventerreinen zullen
een verschillende doelgroep bedienen. Het watersportbedrijventerrein in Middelburg krijgt een bescheiden
­oppervlakte (2 ha. netto) en biedt daarmee de mogelijkheid voor het opvangen van enkele watersportbedrijven. Winkeltijdenverordening
Vlissingen en Middelburg hebben beide een winkeltijdenverordening. De onderhavige verordeningen zijn niet
gelijkluidend, maar bij de totstandkoming ervan heeft wel onderlinge afstemming plaatsgevonden. Beide verordeningen zijn gebaseerd op de Winkeltijdenwet, die het huidige kabinet wil aanpassen/verscherpen. Insteek is de
gevolgen van de wetswijzigingen samen te bezien en zoveel mogelijk samen op te trekken waar het gaat om de
mogelijke aanpassing van de beide winkeltijdenverordeningen.
2.3.2 Organisatie
De bedrijfscontactfunctionarissen van beide gemeenten voeren periodiek overleg met het doel elkaar te informeren over bedrijfsvestigingen, -uitbreidingen en -verplaatsingen en andere relevante (economische) ontwikke­
lingen. Vlissingen en Middelburg wisselen tevens economische data met elkaar uit.
9
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
Binnenstadsmanagement
In Middelburg is enkele jaren geleden een binnenstadsmanager actief geweest en inmiddels is er opnieuw een
binnenstadsmanager aangesteld. Vlissingen heeft sinds september 2009 een binnenstadsmanager. Vlissingen en
Middelburg willen leren van elkaars ervaringen met operationeel binnenstads­management en de dossiers die in
dat kader spelen. Te denken valt daarbij aan vraagstukken op het gebied van detailhandel, horeca, bereikbaarheid,
bevoorrading, parkeren, markten, “schoon, heel en veilig” en financiering van binnenstadsinitiatieven (onder­
nemersfonds). Op gestructureerde wijze zal hierover informatie-uitwisseling plaatshebben.
2.3.3 Sturing richting derden
In Vlissingen en Middelburg zijn ondernemersverenigingen actief voor de binnensteden en de bedrijventerreinen.
Beide gemeenten zullen de onderlinge contacten tussen deze belangenclubs bevorderen door het houden van
gezamenlijke thema- en discussiebijeenkomsten, ondernemersborrels en dergelijke.
Acquisitie en economische promotie
Voor bedrijven geldt dat deze zelf de voor hen meest aantrekkelijke locatie zullen zoeken. Gemeenten bieden
­verschillende vestigingsmogelijkheden zodat er voor ondernemers iets te kiezen is. In het bedrijventerreinen­
programma worden afspraken vastgelegd over afstemming van grondprijzen. Binnen het stadsgewest liggen de
grondprijzen voor vergelijkbare locaties al op gelijk niveau. Gemeenten informeren elkaar als bedrijven zich in een
andere gemeente oriënteren op vestigingsmogelijkheden. Voor instellingen die een nieuwe locatie zoeken zal per
geval overleg plaatsvinden over de te volgen handelswijze. Daarbij zijn 2 zaken leidend: behoud van de instelling
voor Walcheren en de wensen en voorkeuren van de klant.
Vlissingen en Middelburg zullen de economische potentie van beide steden, die deels in elkaars verlengde ligt,
actief uitdragen. Krachtenbundeling en verdere professionalisering zijn daarbij sleutelbegrippen. Intermediaire
instanties zoals ondernemersverenigingen, Kamer van Koophandel en Economische Impuls Zeeland worden daarbij betrokken. Op de Zeeuwse bedrijvenbeurs Contacta worden, meer dan tot op heden het geval is, Vlissingen en
Middel-burg gepresenteerd als het stedelijk gebied en economisch hart van Zeeland.
Herbestemming voormalige woonwagenkampen
In Vlissingen en Middelburg bevinden zich locaties, die in het verleden werden gebruikt als woonwagenkamp.
Beide steden trekken richting het Woonwagenschap Midden- en Noord-Zeeland gezamenlijk op voor wat betreft
de verwerving van deze terreinen. Het doel is de terreinen in de toekomst een economische functie te geven.
2.3.4 Financiën
Vlissingen en Middelburg hanteren sedert 1993 gelijkluidende algemene verkoopvoorwaar-den voor bouwgrond.
Deze worden thans herzien. Doelstelling is de nieuwe voorwaarden ingaande 2010 van toepassing te verklaren.
2.4 Verkeer en Vervoer
Middelburg en Vlissingen behoren tot het zogenaamde gebiedsprofiel “stedelijk netwerk” van Zeeland (PVVP
2008). Specifiek voor Vlissingen-Oost kan hieraan het gebiedsprofiel “Zeehaven & Industrie” worden toegevoegd.
Genoemde gebiedsprofielen alsmede de geografische positie van beide steden ten opzichte van elkaar en de rest
van Zeeland en Nederland zijn in sterke mate bepalend voor de visie op mobiliteit.
Het feit dat beide steden aan elkaar grenzen bevordert het denken op het schaalniveau van het stadsgewest met
betrekking tot het bereiken van een optimaal verkeer- en vervoerssysteem. Onderlinge afstemming, samenwerking en complementariteit in beleid en uitvoering èn onderzoeks- en subsidietrajecten zijn hierin kernwoorden.
De ligging van beide steden binnen Zeeland en t.o.v. de rest van Nederland vereist gezamenlijk een standpunt­
bepaling en belangenbehartiging vooral t.a.v. vraagstukken over externe bereikbaarheid op zowel provinciaal als
(inter)nationaal niveau.
10
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
2.4.1 Visieontwikkeling
Door beide steden wordt gestreefd naar een Stadsgewestelijk verkeer- en vervoersysteem.
“Binnenstedelijk wordt het verkeer gebundeld op hoofdwegen en worden kernwinkelgebieden en woonwijken als
verblijfsgebied ingericht. Hier wordt vooral ingezet op de fiets en het openbaar vervoer (PVVP, 2008).”
Het op deze wijze organiseren van het stadsgewestelijk verkeer- en vervoersysteem geldt voor alle modaliteiten
(auto, fiets, openbaar vervoer etc.) en alle mobiliteitsthema’s (verkeersveiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid)
en kan als volgt verder uitgewerkt worden:
1.Openbaar vervoer: behoud en verdere ontwikkeling van het nationale, regionale en lokale openbaar vervoer.
Het accent op het regionale en lokale vervoer ligt vooral op de bereikbaarheid van de onderwijs- en medische
voorzieningen alsmede de stedelijke centra vanuit de woonwijken en kernen. Ook het beter toegankelijk ­maken
van het openbaar vervoer voor mensen met een beperking wordt verder ontwikkeld;
2.Fietsbeleid: het verbeteren van de concurrentiepositie van de fietser t.o.v. de auto op gebied van snelheid,
­comfort en veiligheid. Vermindering van de barrièrewerking van het Kanaal door Walcheren/ spoorlijn door
middel van extra langzaam verkeersverbindingen maakt daar onderdeel van uit;
3.Automobiliteit: realisatie van de N57 en verbeteren van het functioneren van belangrijke lokale en regionale
verbindingen (Sloeweg, Schroeweg, vermindering barrièrewerking Kanaal door Walcheren en spoorlijn
­Vlissingen-Amsterdam) en een sturend parkeerbeleid ondersteund met een parkeer verwijssysteem zijn hier
voorbeelden van;
4. Permanente inzet op een kwalitatief goed en hoogwaardig functionerend verkeers- en vervoerssysteem
dat bijdraagt aan het verantwoord en veilig maken van het verplaatsen van mensen en goederen via alle
­modaliteiten. Hierbij wordt speciaal aandacht geschonken aan de kwetsbare verkeersdeelnemer. Het accent
ligt hierbij op verkeersveiligheid. Als voorbeeld kan genoemd worden de uniformering van rotondes en
verkeershand­having;
5. Gezamenlijk onderzoek naar stedelijke distributie;
6. Gezamenlijke lobby voor directe spoorafslag naar Antwerpen.
2.4.2 Organisatie
Ten aanzien van het gezamenlijk opereren zien Middelburg en Vlissingen de volgende mogelijkheden:
• samen gebruik maken van hetzelfde regionale Verkeersmodel;
• gezamenlijk jacht op subsidie en bijdragen (buitengebied, verkeersmanagement);
• samen optrekken in regionale werkgroepen: ROV en ROVZ;
• het gebruik maken van elkaars kennis en ervaringen.
11
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
2.4.3 Beleid op hoger schaalniveau
Het stadsgewest bezien op provinciaal en nationaal niveau.
Op grotere schaal zijn er relaties met de Vlaamse Ruit, de Randstad en het stedelijk netwerk van Brabant. Het beleid
is gericht op een goede externe bereikbaarheid met zowel auto als openbaar vervoer.
Het beleid t.a.v. het Sloegebied (Vlissingen-oost) richt zich primair op het vervoer van goederen. Er wordt nadrukkelijk
ingezet op een multimodale ontsluiting en verschuiving van goederenstromen van de weg naar spoor en water (PVVP,
2008)
Zeeland behoort tot de perifeer gelegen gebieden in Nederland. Binnen Zeeland zijn Middelburg en Vlissingen
uiterst westelijk gelegen aan het eind van de A58 en de spoorlijn Vlissingen – Amsterdam. Een goede externe
­bereikbaarheid van het stadsgewest door een goed functioneren van de A58 alsmede de spoorlijn Vlissingen –
Amsterdam is van levensbelang voor de vitaliteit van beide steden. Dit betekent dat beide steden gezamenlijk
optrekken in het bewaken van de belangen van zowel een goede autobereikbaarheid als openbaar vervoersrelatie
met de “rest van Nederland”. Hieronder valt ook het goederenvervoer over de weg en spoor.
12
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
2.5 Zorg, welzijn en onderwijs
De sociale infrastructuur van Vlissingen en Middelburg zijn sterk met elkaar verweven. Inwoners maken gebruik
van elkaars voorzieningen en werken veel maatschappelijke organisaties over de gemeentegrenzen heen. Ook
tussen de gemeente Vlissingen en Middelburg wordt al veel samengewerkt. Of het nu gaat om zorg, welzijn,
­participatie of onderwijs, op alle deelterreinen is de samenhang manifest. Soms is ook de gemeente Veere onderdeel van deze samenhang. In dit onderdeel gaan wij nader in op de mogelijke samenwerkingsvoordelen binnen
het kader van de stadsgewestelijke visie.
2.5.1 Visieontwikkeling
Zorg en welzijn
Binnen de kaders van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) streven Vlissingen, Middelburg (en Veere)
ernaar de verordeningen zo veel als mogelijk op elkaar te laten afstemmen. De beleidswerkzaamheden worden
daar waar het kan verdeeld over de drie Walcherse gemeenten. Op termijn zal onderzocht worden of welzijns­
organisaties tot verdere samenwerking kunnen komen en wellicht kunnen samengaan met het maatschappelijk
werk.
Participatie
Met de komst van de wet Participatiebudget is de samenwerking tussen Vlissingen en Middelburg in een stroomversnelling gekomen. Politieke uitgangspunten worden gezamenlijk vormgegeven zonder afbreuk te doen aan de
eindverantwoordelijkheid van de afzonderlijke gemeenteraden. In de voorbereiding op deze wet wordt gezocht
naar een vorm van bestuurlijke samenwerking die het meeste recht doet aan gezamenlijke voorbereiding en eigen
eindverantwoordelijkheid.
Onderwijs
Het onderwijs in Vlissingen en Middelburg kent vele raakvlakken. Met name in het voortgezet onderwijs en het
MBO werken de scholen over de gemeentegrenzen heen en maken kinderen en/of jeugdigen gebruik van elkaars
voorzieningen. Het voeren van gemeentelijk onderwijsbeleid kent dan ook zijn beperkingen en lokale samen­
werking is derhalve essentieel.
Hogeschool Zeeland en Roosevelt Academy
Goed onderwijs is essentieel voor Walcheren. Enerzijds vormt onderwijs een van de belangrijke afwegingen bij de
vestigingskeuze van gezinnen, anderzijds moet worden voorkomen dat jongeren zich, vanwege gebrek aan
­opleidingsmogelijkheden, genoodzaakt zien de regio te verlaten. Goed onderwijs is daarmee een belangrijke voorwaarde voor een evenwichtige opbouw van de bevolking. Daarnaast onderkennen beide gemeenten het cruciale
belang van de aanwezigheid van de afzonderlijke onderwijsinstellingen als elementair onderdeel van de ont­
wikkelpotentie van beide steden. Streven is dat Middelburg en Vlissingen tezamen een zo volledig mogelijk pakket
aan opleidingsmogelijkheden bieden van MBO tot WO.
-Beide gemeenten zetten zich in de onderwijsinstellingen zodanig te faciliteren dat deze in staat worden gesteld het onderwijs te verbeteren en het studieaanbod te verruimen. Vlissingen draagt daarbij de verantwoordelijkheid voor de HZ op de Kenniswerf; Middelburg voor de RA;
- Beide gemeenten onderschrijven het belang van de doorlopende leerlijn, waarbij VMBO, MBO en HBO op elkaar
aansluiten en respecteren/benutten de relatie tussen het imago van de gemeente in relatie tot de gevestigde
onderwijsinstellingen;
- Beide gemeenten erkennen de voordelen die samenwerking binnen dit taakveld biedt;
- Uitgangspunt is dat de RA in Middelburg is gevestigd en de HZ in Vlissingen. De Kenniswerf biedt optimale
kansen voor de campusontwikkeling. Bij de ontwikkeling van nieuwe opleidingen voor niches in het onderwijsaanbod staat samenwerking tussen de gemeenten en de onderwijsinstellingen centraal.
2.5.2 Organisatie
Organisatie bij zorg en welzijn
Middelburg en Vlissingen zijn nadrukkelijk vertegenwoordigd binnen het Zeeuws College voor Zorg en Welzijn. Dit
college heeft tot doel zo veel als mogelijk beleid tussen de Zeeuwse gemeenten en de provincie op het terrein van
zorg en welzijn op elkaar af te stemmen. Middelburg is op dit moment voorzitter van het college en Vlissingen
opdrachtgever van het Zeeuws Kompas (prestatievelden 7, 8 en 9).
Binnen de nieuwe ontwikkelingen rondom de Wmo, de op te zetten Centra voor Jeugd en Gezin en het nieuwe
13
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
veiligheidshuis doen zich nieuwe samenwerkingskansen voor. Hierbij streven Vlissingen en Middelburg ernaar
met name in de “backoffice” de samenwerking te uniformeren. Dit om te voorkomen dat de samenwerkende
­organisaties (waaronder MWW, GGD, Bureau Jeugdzorg, stichting Mee etc.) te veel verschillende werkwijzen
­moeten hanteren en geconfronteerd worden met onnodige bureaucratie. Daarnaast streven Middelburg en
­Vlissingen naar een stuurgroep voor de Centra voor Jeugd en Gezin, zo nodig gekoppeld met de Wmo-prestatie­
velden. De wijze waarop klanten hun CJG of Wmo-loket kunnen benaderen, blijft onderdeel van de “couleur locale”.
Middelburg kiest ervoor het CJG en Wmo-loket te combineren binnen een concept Porthos en Vlissingen heeft het
CJG voorzien in de brede school in het Middengebied . Overigens willen wij bij deze ontwikkelingen - daar waar
het kan - vanzelfsprekend Veere betrekken.
Organisatie bij participatie
Daar bovenop zijn de gemeenschappelijke sociale dienst, kredietbank en sociale werkplaats druk doende met de
gemeenschappelijke huisvesting. Hierbij wordt een centrale backoffice op de Kenniswerf in Vlissingen gerealiseerd en wordt de frontoffice in het stadskantoor van Middelburg versterkt met de kredietbank. Zo ontstaat er
voor het domein van werk en inkomen, parallel aan het domein van zorg en welzijn, één model van aansturing op
het niveau van back-office, met lokale varianten op loketniveau.
De uitvoering van de sociale regelingen op grond van de WWB bijzondere bijstand en minimaregelingen loopt via
de Sociale Dienst Walcheren. Het armoedebeleid is de afgelopen jaren volledig geharmoniseerd. Er is zodoende
sprake van één Walchers beleid dat door de 3 raden is vastgesteld. Ook informatiemateriaal (folders en brochures)
zijn daar waar mogelijk in samenwerking vormgegeven en verspreid.
Organisatie bij onderwijs
Op dit moment wordt dan ook al intensief samengewerkt bij het opzetten van de zorgstructuur in en rondom de
scholen (Zorgadvies Teams) en het zogeheten Voor- en vroegschoolse educatiebeleid (VVE). Ook zijn er reeds ­eerste
stappen gezet rondom de toekomst van het vmbo en dan met name de gemeenschappelijke huisvesting.
Hierbij streven Vlissingen en Middelburg naar een Walchers leerpark. Binnen dit leerpark willen beide gemeenten
met name het vmbo en het mbo concentreren. Dit om de doorstroom tussen beide onderwijsvormen te verbeteren, maar ook met het oog op de teruglopende leerlingenaantallen de betaalbaarheid van het onderwijs te k­unnen
garanderen.
De beide scholen voor openbaar voortgezet onderwijs gaan bezien of het handhaven van 2 separate onderwijs­
instellingen op Walcheren realistisch is. Beide gemeentebesturen onderschrijven het streven om te komen tot een
instituut voor openbaar v.o. op Walcheren.
2.6 Recreatie, Sport en Toerisme
Ondanks of juist door de diversiteit van beide steden zijn er op het terrein van toerisme en recreatie een aantal
samenwerkingsmogelijkheden te bedenken. Wat beide steden in elk geval bindt is de grote toeristisch recreatieve
functie. Voor het economisch functioneren heeft het toerisme in beide steden een belangrijke rol. Zowel in
­Middelburg en Vlissingen is het dagtoerisme van groot belang. Vooral op de ‘niet-stranddagen’ en tijdens evenementen/festivals worden Vlissingen en Middelburg druk bezocht.
2.6.1 Visieontwikkeling
Er zijn ook in toeristisch beleid verschillen en overeenkomsten tussen beide steden.
Vlissingen is naast een stedelijke gemeente, ook een kustgemeente, wat specifiek beleid met zich mee brengt
(strandbeleid, kustversterking). Vlissingen is een evenementenstad (Film by the Sea, Bevrijdingsfestival) en de vele
kunst in de openbare ruimte heeft Vlissingen tot tweede kunststad van Nederland in 2009 gemaakt. De komende
jaren wil de gemeente Vlissingen zich richten op verblijven en nieuwe toeristen. Waarbij een belangrijke groeiende doelgroep de senioren zijn. Er wordt tevens ingezet op de samenhang en verbinding tussen de binnenstad en
de boulevards. De ruimtelijke kwaliteit van de boulevards en de binnenstad wordt verbeterd, wat zich terug kan
betalen in meer toeristen en een langer verblijf. De ontwikkeling van het Scheldekwartier betekent in Vlissingen
ook veel voor het toerisme. Het dok van Perry, meer ligplaatsen voor pleziervaart en diverse culturele voor­zieningen,
maken dit gebied aan de rand van het centrum tot een nieuwe trekpleister.
Een belangrijke ontwikkeling op het gebied van toerisme is aandacht voor health, wellness en zorg. Vlissingen
heeft interesse in het faciliteren van nieuw aanbod op het gebied van wellness en/of zorgtoerisme.
14
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
Bij het toeristisch beleid van Middelburg wordt nu ingezet op uitbreiding van de hotelaccommodaties. Dit ­betekent
een impuls voor de congrestak en voor verblijf voor een kortere periode. Het hotelaanbod moet een kwantitatieve
en een kwalitatieve impuls krijgen: dus meer hotels van een hoger niveau. De komst van het Van der Valk hotel is
een goede start. De impuls zal ook bijdragen aan betere congresvoorzieningen in de stad.
Middelburg ligt dan wel niet aan de kust, maar wél aan het water. Het kanaal door Walcheren is nu nog een
­doorvaart voor beroepsvaart en plezierjachten. Ontwikkeling van activiteiten rond het kanaal kan een meerdaags
verblijf voor deze nu nog voorbijvarende recreanten aantrekkelijk maken. Uitbreiding van het huidige aanbod van
dagrecreatie helpt de toeristen vast te houden en aan te zetten tot herhaalbezoek.
Het beleid van Middelburg richt zich op het vergroten van het aantal toeristische trekkers (Voetbal Experience,
Mini Mundi) en de verblijfsrecreatie moet een impuls krijgen aan het Veerse Meer. Middelburg richt zich op het
( jonge) gezin met kinderen.
2.6.2 Organisatie
Samenwerking in het gezamenlijk organiseren wordt gevonden op de volgende onderdelen:
Evenementen
Jaarlijks wordt in beide steden een evenementen kalender opgesteld. Deze kalenders worden vooraf op elkaar
­afgestemd waar het gaat om de ‘grote’ evenementen met een minimaal Walcherse uitstraling. De afstemming
heeft in 1e instantie betrekking op datum en omvang van het evenement: Niet 2 grote evenementen op 1 dag. Op
termijn kan de afstemming zich ook richten op het programma en of type- evenement.
Cruise
De cruisevaart wordt door beide gemeenten gezien als een kansrijke branche waarop ingespeeld moet worden.
Het inspelen op de cruisevaart kan op verschillende manieren:
• Aansturing ZCP
Beide gemeenten geven jaarlijks een bijdrage van 10.000 euro aan Zeeland Cruise Port. Door af te stemmen wat
we van ZCP verwachten, welke activiteiten ze voor ons kunnen ontplooien en wat het de regio op kan leveren,
vindt gezamenlijke aansturing van ZCP plaats.
• Gezamenlijke profilering
Via ZCP zal ingezet worden op een profilering van ‘Walcheren’. Doel van deze gezamenlijke profilering is behoud
van de in Middelburg/Vlissingen aangemeerde cruisepassagiers in Zeeland. Door het ontwikkeling van een
­gevarieerd en aantrekkelijk Walchers aanbod, hoeven de cruisepassagiers niet de provincie uit. Toen eind mei het
1e zeecruiseschip lag aangemeerd in Vlissingen-oost was lange tijd onduidelijkheid over het aantal passagiers en
de herkomst ervan. Een gezamenlijke evaluatie van de aankomst van het 1e zeecruiseschip kan een overzicht
­opleveren van aandachtspunten voor de aansturing van ZCP en de communicatie rondom de aankomst van
­volgende zeecruiseschepen.
15
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
Riviercruises
Zowel Middelburg als Vlissingen hebben afmeerplaatsen voor riviercruises. De afmeerfaciliteiten worden in
­Vlissingen op dit moment verbeterd. Hiermee ontstaat er een ruimer aanbod van afmeerplaatsen voor riviercruiseschepen waardoor de regio de riviercruisevaart beter kan faciliteren. Als de beschikbare capaciteit van
­afmeerplaatsen in één van de steden bezet is, zal doorverwezen worden naar de buurgemeente.
Watersporttoerisme
Middelburg maakt op dit moment een plan voor herinrichting van de haven, waardoor meer passanten kunnen
worden opgevangen. Groei van het aantal ligplaatsen levert extra bestedingen op. De gemeente Middelburg zal in
de toekomst tenminste een van haar jachthavens op een andere wijze laten exploiteren. Dit moet meer
­bedrijvigheid en toegevoegde waarde in de jachthaven realiseren door promotie en het aanbieden van meer voorzieningen en diensten. De omgeving van Oranjeplaat is zeer aantrekkelijk voor toeristen, die willen watersporten
en de gemeente zal de ontwikkeling van verblijfsrecreatie in dit gebied faciliteren.
Vlissingen is van oudsher al een watersportplaats bij uitstek door haar ligging aan het water. In het Schelde­
kwartier en Edisongebied komen 900 extra ligplaatsen, waarbij Vlissingen zich ook wil gaan richten op de ­groeiende
markt van zeezeilvaart. In het Edisongebied zijn plannen voor een volwaardige marina (met alle faciliteiten
­behorend bij een jachthaven). De watersportfuncties in Middelburg zijn overwegend gericht op toervaarders,of watersporters die op het Veerse
Meer varen, veelal met kleinere jachten en motorboten.
Promotie Walcheren
In Vlissingen wordt de toeristische promotie uitgevoerd door Stichting Vlissingen Promotie. De VVV heeft het
gastheerschap in de vorm van een vestiging in de binnenstad van Vlissingen. In Middelburg wordt dit gastheerschap uitgevoerd door de Tourist Shop. Voor promotie activiteiten wordt daar waar gewenst de Stichting Promotie
Zeeland Delta ingehuurd. Ook Vlissingen werkt incidenteel (in campagnes) met hen samen.
In Vlissingen start op dit moment een traject van Citymarketing, waarbij het maritieme en ruwe karakter van de
stad een plaats krijgt. Middelburg is een monumentenstad en winkelstad en gebruikt deze kenmerken in haar
promotie.
16
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
De regio profiteert ervan als er twee steden zijn met een aanvullend profiel. Niet meer van hetzelfde, maar twee
van karakter en sfeer verschillende steden die je eigenlijk allebei wilt bezoeken als toerist. Op het gebied van
­profilering kan afgestemd worden, zodat beide steden elkaar aanvullen op het gebied van promotie.
Sport
Beide steden hebben sport en bewegen hoog in het vaandel. Ook op dit front wordt samengewerkt onder andere
met het Vrijburgbad, de organisatie van de Giro d’Italia en de realisering van het sportpark Vrijburg. Voor de
­toekomst zou ook samengewerkt kunnen worden op het gebied van het sportbuurtwerk en het stimuleren van
bewegen door ouderen.
2.7 Milieu
Reeds lange tijd is er een intensieve samenwerking op milieugebied tussen beide gemeenten. Door organisatiewijzigingen hebben de gemeenten thans geen afdeling milieu meer. Beleid en uitvoering zijn gescheiden en
­ondergebracht bij aparte afdelingen. Daarnaast is milieu verweven met veel andere beleids- en uitvoeringsvelden,
verspreid door een groot deel van de organisatie, zoals bijvoorbeeld klimaat- en energie, afvalverwijdering,
­vergunningverlening, water en riolering. In Middelburg komen deze onderdelen samen in de programma­begroting
onderdeel Milieu.
Afstemming en informatie-uitwisseling tussen beide gemeenten vindt nu al vaak plaats via ambtelijk overleg.
Gebleken is dat juist in de uitvoering de efficiëntie van samenwerking groot kan zijn. Vaak kan bespaard worden
op personeelskosten, materiaal, accommodaties, software en overhead.
Tenslotte kan nog opgemerkt worden dat bij samenwerking een nagenoeg gelijke inzet van beide gemeenten
verwacht wordt, zowel wat personeel als wat financiële middelen betreft. Binnen de gemeenten kunnen ver­
schillen in prioriteiten zijn, en daarmee ook in de gereserveerde budgetten voor de vorming en uitvoering van
beleid. Bij de besluiten over samenwerking dient dit betrokken te worden.
2.7.1 Visieontwikkeling
Ten aanzien van de visieontwikkeling en het beleid wordt er veel samen onderzocht en ontwikkeld. Dit leidt tot de
volgende uitgangspunten.
Klimaat, energie en duurzaam bouwen
De gemeenten Vlissingen en Middelburg nemen energiebesparende maatregelen en stimuleren energiebesparing
binnen hun gemeentegrenzen (onder andere nieuwbouwprojecten, woningcorporaties, burgers en bedrijven). De
gemeenten Vlissingen en Middelburg passen duurzame uitgangspunten toe in de bouw en stedelijke omgeving.
Het accent wordt echter gelegd op energiebesparende maatregelen in de bestaande (goedkope en slecht geïsoleerde) woningvoorraad waarbij ook beperking van woonlasten voor de huurders één van de doelstellingen is.
Bodem
Duurzaam gebruik van de Vlissingse en Middelburgse bodem leidt tot kansen voor ruimtelijke ontwikkelingen dan
wel tot minder kostenverhoging. De gemeenten willen dit realiseren door vroegtijdig rekening te houden met de
bodemkwaliteiten. Hierbij zijn thema’s van belang zoals verontreinigingsgraad, draagvermogen, aardwarmte,
­biodiversiteit, energieopslag, grondverzet, cultuurhistorie en het (toekomstig) gebruik van de bodem.
Geluid en Lucht
In de gemeenten Vlissingen en Middelburg wordt de akoestische kwaliteit en de luchtkwaliteit door verschillende
bronnen negatief beïnvloed, zoals weg- en railverkeer, scheepvaart en industrie. Het uitgangspunt is de kwaliteit
van de leefomgeving op het gebied van geluidshinder en luchtverontreiniging niet te laten verslechteren en
­proberen om de kwaliteit waar mogelijk te verbeteren.
Licht en Duisternis
Lichtbelasting kent vooralsnog geen normen, dus is het uitgangspunt de lichtintensiteit in Vlissingen en ­Middelburg
te beperken. Daarbij wordt ingezet op efficiënte en locatiegerichte verlichting, waarbij verstrooiing, c.q. verspilling
van licht zoveel mogelijk wordt voorkomen. Hierbij dient rekening gehouden te worden met andere aspecten
­zoals ARBO-wetgeving en (sociale) veiligheid.
17
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
Verkeer en Vervoer
Het zoveel mogelijk voorkomen van overlast door geluid, trillingen en luchtverontreiniging als gevolg van
­verkeersmobiliteit door het afstemmen tussen inrichting, functie en gebruik van wegen en straten, rekening
­houdend met toekomstige (duurzame) ruimtelijke ontwikkelingen.
Externe veiligheid
Op gebied van externe veiligheid is in provinciaal verband gezamenlijk beleid geformuleerd en wordt in de provinciale coördinatiegroep met de provincie, de Veiligheidsregio en de overige Zeeuwse gemeenten samengewerkt. Bedrijven en ruimtelijke ordening
Beide gemeenten streven een situatie na waarbij bedrijven en bewoners in een veilige en duurzame situatie naast
elkaar kunnen bestaan. Bij de ontwikkeling van stedenbouwkundige projecten en bij het opstellen van bestemmingsplannen wordt vroegtijdig met milieuaspecten rekening gehouden. Afval
Het beleid is gericht op afvalpreventie en het gescheiden inzamelen van afval. Gestreefd wordt naar het zoveel
mogelijk ondergronds brengen van afvalinzamelpunten. Voldaan wordt aan het Landelijk Afvalbeheerplan. Gemeentelijk water
Beide gemeenten bevorderen een duurzaam, gezond en veerkrachtig stedelijke watersysteem. Overleg met het
Waterschap en andere Zeeuwse gemeenten vindt plaats. In sommige gevallen vindt gezamenlijke aanbesteding
van onderhoud plaats. Natuur, ecologie en groen
Beide steden zien het groen als een onderdeel van het ecosysteem en bezitten een groenbeleidsplan. Middelburg
kent een systeem om de kwaliteit van het stedelijk groen te meten. De kansen voor natuurontwikkeling worden
optimaal benut en zorgvuldig afgewogen met andere belangen. Deze aspecten worden bij nieuwe ruimtelijke
ontwikkelingen meegenomen. Bedrijfsinterne milieuzorg en milieucommunicatie
Beide gemeenten hebben als doelstelling de eigen milieubelasting zo laag mogelijk te houden. Getracht wordt
door inkoopbeleid en eigen bedrijfsvoering een voorbeeldfunctie te verrichten. De in de begroting hiervoor
­gereserveerde budgetten zijn per gemeente verschillend en zijn afhankelijk van de prioriteitsstelling binnen de
gemeentelijke organisaties. Op gebied van milieucommunicatie (informatie en educatie) wordt samengewerkt
via het MicMec, waarbij ook Veere betrokken is.
2.7.2 Organisatie
Op milieugebied wordt van oudsher veel samengewerkt bij de beleidsvoorbereiding, -uitvoering en handhaving
omdat de problematiek enerzijds gemeentegrens overstijgend is en anderzijds omdat het om specialisme gaat.
Vlissingen heeft een milieunota van 2004 en Middelburg van 2008. Hoewel de milieunota’s inhoudelijk in grote
lijnen overeenkomen, wordt in Vlissingen vanwege gewijzigde prioriteitsstelling een ander beleid gevolgd dan in
de milieunota is aangegeven. Kansen voor samenwerking liggen bij:
• het aanvragen van subsidies (bijv. SLOK);
• het in beweging krijgen van woningcorporaties om de milieunota’s uit te voeren;
• delen van kennis en ervaringen met beleid bijv. hogere waarden geluid;
• het delen van kostenbesparingen bij de afvoer van grond en bagger;
• het creatief uitvoeren van beleid als er weinig budget voor is;
• milieuinformatie en -educatie.
2.7.3 Financiën
Gezamenlijke subsidieaanvragen zijn mogelijk indien beide gemeenten dezelfde ambities hebben en beide
­gemeenten financiën beschikbaar willen stellen voor cofinanciering c.q. om het deel wat niet gesubsidieerd wordt
te kunnen betalen. Momenteel zijn in Vlissingen geen budgetten gereserveerd voor energie- en klimaatbeleid.
Andere budgetten t.b.v. milieuaspecten kunnen sterk verschillen. Ook aanbestedingen zouden in een aantal
­gevallen gezamenlijk uitgevoerd kunnen worden (zoals nu reeds provinciebreed gebeurd voor inkoop energie en
beheer en onderhoud van openbare verlichting). 18
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
2.8 Cultuur
Ondanks of juist door de diversiteit van beide steden zijn er op het terrein van cultuur een aantal samenwerkingsmogelijkheden te bedenken. Middelburg vervult met de aanwezigheid van het theater een belangrijke functie op
het gebied van de theaterprogrammering op Walcheren. Vlissingen heeft de uitstraling van een pop- en festivalstad door haar popprogrammering en grote festivals, zoals het Bevrijdingsfestival en Onderstroom.
2.8.1 Visievorming
De gemeente Vlissingen stelt op dit moment een cultuurnota op. Speerpunten van dit beleid zijn: cultuureducatie,
festivals en pop- en beeldcultuur.
Het gemeentelijke cultuurbeleid is gebaseerd op de onderscheidende kenmerken en kwaliteiten van Vlissingen.
Vlissingen heeft een unieke ligging aan de Westerschelde, met de binnenhavens en de beroemde boulevard,
­trekpleister nr. 1 voor inwoners en bezoekers omdat de grote zeeschepen nergens in Nederland dichter langs de
kust varen dan hier, een unieke ligging die uitstraalt over de stad en haar omgeving, die de stad in hoge mate
­historisch en ruimtelijk bepaald heeft en dat tot op de dag van vandaag doet. Vlissingen is rijk aan cultuur en haar
maritieme geschiedenis, van Michiel de Ruyter tot de scheepswerven. Vlissingen wil zich onderscheiden met haar
maritieme karakter.
Vlissingen associeer je met een culturele vrijplaats. Een stad waar nieuwe culturele uitingen gemakkelijk ontstaan
en gedijen. Wie het culturele avontuur zoekt wordt in Vlissingen vaak verrast! Vlissingen is bijzonder nuchter en
heeft een eigen, soms weerbarstig, karakter. De structuurvisie Vlissingen 2020 spreekt in dit kader over: “Qua
­cultuur heeft Vlissingen een vooraanstaande plaats in Zeeland en Nederland. De ambitie is om de inzet te ­vergroten
en aan te sluiten bij de kernmerken maritiem, ongepolijst en kleurrijk.”
Het cultuurbeleid van Vlissingen neemt in Zeeland een eigen positie in vanuit de identiteit die Vlissingen ­kenmerkt,
vanuit haar eigen kwaliteit, geografische ligging en mogelijkheden. Wat dichtbij moet zijn bieden we zelf.
­Daarnaast is er sprake van complementair beleid: dat wat Vlissingen niet hoeft te doen, omdat het er op ­Walcheren
of in Zeeland al is en dat wat Vlissingen biedt dat er in de omgeving niet is. Vlissingen hoeft niet alles zelf te doen.
Cultuur is een fenomeen dat zich weinig gelegen laat liggen aan gemeentelijke grenzen. Vlissingen heeft de
­mogelijkheid een aansprekend cultuurprofiel neer te zetten en zich zo op drie schalen te positioneren; op ­Vlissingse
schaal, op Walcherse/Zeeuwse schaal en op (inter)nationale schaal.
Foto: Ruben Oreel
19
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
Cultuurbeleid Middelburg
In de herijking Kwaliteitsatlas Middelburg 2030 is een aantal speerpunten geformuleerd.
Voor de periode tot 2015 gaat het om:
- Vervanging van het huidige theater in combinatie met de aanleg van stadspark Molenwater;
- Project Kunst in de Wijk 2007 - 2014;
- Organisatie van cultuurhistorische evenementen;
- Realisatie Music Hall in ZEP.
Voor de periode vanaf 2015
- Organisatie van cultuurhistorische evenementen;
- Twee jaarlijkse Beeldende Kunstmanifestatie.
Nadere toelichting
Conservering, ontsluiting en presentaties van het cultureel erfgoed vergroten de belangstelling en aantrekkingskracht voor Middelburg. Het maakt de stad bijzonder, met name de combinatie met moderne beeldende kunst.
Middelburg wil het cultuurhistorisch aanbod voor een zo breed mogelijk publiek open te stellen. Daarnaast wordt
ingezet op het verder ontwikkelen van grensverleggende kunst- en cultuuruitingen van aankomend talent. Dit via
de bestaande instellingen als SBKM (Vleeshal en kabinetten van de Vleeshal) en CBK. Wij gebruiken de financiële
ruimte, die het Rijk ons daarvoor als Provincie hoofdstad biedt om de tweejaarlijkse Beeldende Kunst Manifestatie
op het Abdijplein opnieuw te laten organiseren.
In het Molenwaterpark wordt een nieuw theater gerealiseerd. Met de gerenoveerde concertzaal en het Mini­
theater op loopafstand ontstaat daarmee een dynamisch cultureel kwartier. Een andere belangrijke plek in de stad
is de Zeeuwse Bibliotheek (ZB). Dit instituut ontwikkelt zich als culturele ontmoetingsplaats met een centrumfunctie voor Zeeland.
Het project Kunst in de Wijk realiseert nieuwe in overleg met bewoners kunstwerken in de wijken gedurende de
periode 2007 - 2014.
20
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
Middelburg investeert in twee belangwekkende cultuurhistorische manifestaties:
– 70 jaar na het bombardement van Middelburg in 2010;
– 800 jaar stadsrechten voor Middelburg in 2017.
Amateurkunst
Kunstbeoefening heeft een grote kracht en waarde. Vele inwoners van Middelburg beleven er plezier aan. Kunstbeoefening inspireert en geeft de mogelijkheid tot ontwikkeling en draagt bij aan het algemeen welzijn van
­mensen. Kunstbeoefening vormt een onmisbaar onderdeel van de Middelburgse samenleving. Het belang van de
actieve kunstbeoefening als economische factor manifesteert zich steeds veelvuldiger en pregnanter. Ondanks de
enorme omvang van de kunstbeoefening is deze in de samenleving niet altijd zichtbaar, het gaat vaak om individuele beoefenaars, die niet altijd met hun producten te koop lopen.
Middelburg wil ook hieraan werken, bijvoorbeeld door de ondersteuning en uitbouw van het jaarlijkse Weekend
Amateur Kunst.
2.8.2 Organisatie
Theateraanbod
In Middelburg staat de Stadsschouwburg waar de reguliere podiumprogrammering plaats vindt. Uit het onderzoek Tijd voor Cultuur (Scoop) blijkt dat ook veel inwoners van Vlissingen van deze voorziening gebruik maken. In
Vlissingen is een vlakke vloer theater en vindt al jaren straattheater plaats in de zomermaanden (Onderstroom,
voorheen Straatfestival). Verdere samenwerking en profilering op het gebied van theater kan leiden tot een
­compleet en gevarieerd aanbod voor de inwoners van de regio.
Evenementen
Afstemming evenementen kalenders
Jaarlijks wordt in beide steden een evenementenkalender opgesteld. Deze kalenders worden vooraf op elkaar
­afgestemd waar het gaat om de ‘grote’ evenementen met een minimaal Walcherse uitstraling.
De afstemming heeft in 1e instantie betrekking op datum en omvang van het evenement: niet 2 grote evenementen op 1 dag. Op termijn kan de afstemming zich ook richten op het programma en/of type evenement.
Podia klassieke muziek
Er zijn plannen om de diverse muziekpodia, met name Grote Kerk Veere, Concertzaal Middelburg en de Sint Jacobskerk zowel programmatisch als organisatorisch nauwer te laten samenwerken. Beide initiatieven versterken het
complementair willen handelen op Walcherse en Zeeuwse schaal. Dit is een punt waarop beide gemeenten
­kunnen samenwerken.
Regioarrangementen
Het provinciaal bestuur heeft in samenwerking met de drie Walcherse gemeenten een zogenaamd regio­
arrangement voor de kunsten opgezet. Daartoe hebben de betrokken bestuursorganen een convenant met elkaar
gesloten. Doel is wederzijdse afstemming van culturele activiteiten die een regionale uitstraling hebben en het in
de toekomst verder uitwerken en vastleggen van inhoudelijke en financiele afspraken met betrekking tot meer­
jarige subsidiering van organisaties.
Het doel van de convenant is:
a) onderlinge afstemming tussen Provincie Zeeland en de drie Walcherse gemeenten op hoofdlijnen van het
­kunstenbeleid; b) coördinatie van de subsidiering van instellingen die de partijen tot hun gezamelijke verantwoordelijkheid
­rekenen;
c) bevorderen dat partijen over en weer voldoende geïnformeerd zijn over het te voeren beleid;
d) het verder uitwerken en vastleggen van inhoudelijke en financiële afspraken met betrekking tot meerjarige
subsidiering van organisaties, instellingen en activiteiten die tot de regionale kunsteninfrastructuur worden
gerekend.
Uitgangspunt voor de regioarrangementen zijn:
a) activiteiten die in aanmerking komen voor een regioarrangement dienen een bovenlokale/regionale uitstraling
te hebben en worden door zowel gemeenten als provincie ondersteund op basis van het principe gezamenlijke
verantwoordelijkheid;
21
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
b) in overleg bepalen gemeenten op Walcheren en de provincie welke activiteiten een plaats krijgen in het regioarrangement. Naast de overweging van bovenlokale/regionale uitstraling is het bij deze keuze ook van belang
dat gekeken wordt naar de mate waarin activiteiten bijdragen aan evenwichtige culturele infrastructuur in de
regio. Belangrijk criterium hierbij is voldoende spreiding in soort activiteiten/disciplines. Het genoemd ­criterium
moet voorkomen, dat er teveel dezelfde activiteiten in de regio plaatsvinden.
Samenwerkings- / afstemmingspunten samengevat
•
•
•
•
Theaterprogrammering;
Evenementen;
Muziekpodia Klassieke Muziek;
Regio arrangementen.
22
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
3 Verdere aanpak samenwerking
Naast deze sectorale kansen ervaart men ook nog enkele zaken die verder gezamenlijk verkend moeten worden
omdat ze een verdere optimalisatie van de samenwerking in de weg kunnen staan.
Het gaat hier om zaken die verschillend zijn in de kenmerken van de beide gemeenten. Zo ziet men dat zodra het
over geld gaat en zodra er verschillende politieke belangen een rol spelen een beleidsmatige afweging op ambtelijk niveau niet meer mogelijk is. Bovendien zijn de achterliggende belangen en overwegingen die een gemeente
hanteert, niet altijd helder voor de andere gemeente. Elke gemeente kent haar eigen beleidsaanpak en heeft haar
eigen normen en waarden. Zo besteedt Vlissingen veel uit in de beleidsvoorbereiding en doet Middelburg meer
zelf. Tevens verschilt de ambtelijke beleidscapaciteit bij de gemeenten (genoemd wordt de verhouding 1:3 tussen
Vlissingen en Middelburg).
Bij de verdere aanpak van de samenwerking moeten deze verschillen erkend en uitgediept worden. Het zal leiden
tot een beter wederzijds begrip en tot een efficiëntere aanpak van de samenwerking.
3.1 Vervolg van de samenwerking
Hiervoor is aangegeven waar de kansrijke samenwerkingsmogelijkheden liggen. Het is de bedoeling om per
­beleidssector deze mogelijkheden uit te werken in uitvoeringsprogramma’s. Dat betekent dat de mogelijkheden
SMART worden gemaakt.
Beide colleges stellen voor dat op ambtelijk niveau de komende maanden deze uitvoeringsprogramma’s verder
worden voorbereid en dat na de zomer van 2010 deze uitvoeringsprogramma’s geformaliseerd worden in beide
nieuwe colleges en vervolgens in een gezamenlijke sessie van beide colleges bekrachtigd worden.
Verbetering efficiency Een onderwerp van samenwerking dat buiten de hiervoor genoemde thema’s valt, is de efficiency. Verbetering van
de efficiency door verdere samenwerking lijkt mogelijk (niet uitputtend) op de volgende terreinen: investeringen
in ICT, samenwerking/voeging welzijn, organisatie beleid mbt mantelzorg en vrijwilligers, introduceren werkwijze
Porthos in Vlissingen en Veere, parkeerbeheer, financiële administratie, p&o, op termijn shared service, bundeling
bovenbouw techniek onderwijs, verdere profilering op complementariteit voorzieningen. In relatie tot de bezuinigingsdoelstellingen van de gemeenten is verdergaande samenwerking noodzakelijk. Op korte termijn lijken
­gezamenlijke inkoop en samenwerking op het vlak van de uitvoering van de WMO het meest kansrijk. De onderhandelaars over de college-akkoorden in Middelburg en Vlissingen zullen overleg voeren met als doel afstemming
van de college-akkoorden.
3.2 Betrekken externe belanghebbenden
De uitwerking van de samenwerking tussen Middelburg en Vlissingen heeft in een betrekkelijke gesloten proces
plaatsgevonden. De samenwerking heeft echter gevolgen voor diverse partijen en betrokkenen. Beide colleges
willen dat dit document ook besproken gaat worden in de komende maanden met deze betrokkenen. Er is geen
sprake van een formele inspraakprocedure maar beide colleges hechten waarde aan de reacties van de betrokken
partijen en zullen deze reacties ook in dit document verwerken.
Bijzondere positie in dezen neemt de provincie in. Dit document is reeds op ambtelijk niveau met hen besproken
en zal ook op bestuurlijk niveau onder de aandacht worden gebracht.
23
Samenwerkingsvisie 2010-2020 Middelburg - Vlissingen
Colofon
Fotografie
Jacqueline Pruijsers, tenzij anders vermeld
Opmaak
men@work, Middelburg
24
Download