Doe Mee met Cultuur! Ontwerp-Cultuurnota gemeente Barendrecht 2016-2022 Juni 2016, versie Commissie Samenleving 14 juni 2016 Inhoud Inleiding 3 Hoofdstuk 1 Waarom cultuurbeleid 1.1 De waarde van cultuur 1.2 De culturele infrastructuur 1.3 Trends en ontwikkelingen in de cultuursector 1.4 Landelijke en provinciale prioriteiten 4 4 4 5 7 Hoofdstuk 2 De culturele visie en agenda van Barendrecht 2.1 College programma 2.2 Ambities 2.3 Gesprekken met het veld 2.4 Uitgangspunten 9 10 10 10 11 Hoofdstuk 3 Culturele functies 3.1 Bibliotheek 3.2 Theater en filmhuis 3.3 Cultuureducatie 3.4 Amateurkunst 3.5 Erfgoed en monumenten 3.6 Poppodium 3.7 Vormgeving van de openbare ruimte 3.8 Culturele evenementen 3.9 Culturele adviesfunctie 14 14 14 15 16 16 17 17 17 17 Samenvatting 18 2 Inleiding Voor u ligt de Cultuurnota 2016-2022 van de gemeente Barendrecht. In deze nota worden de kaders voor het cultuurbeleid voor de komende jaren geschetst. De Cultuurnota is tot stand gekomen in samenspraak en in afstemming met veel betrokken inwoners en culturele organisaties. De vraag naar en de behoefte aan een cultuurnota was en is groot. Waarom eigenlijk? Kunst en Cultuur wordt door veel Barendrechters belangrijk gevonden. Ook het college geeft in haar collegeprogramma ‘Een Sterk Barendrecht, Doe Mee!’ aan dat zij cultuur in de periode 2014 – 2018 een extra impuls wil geven. Dit wil het college onder andere doen door een multifunctionele ontmoetingsplek te realiseren in het Kruispunt en door het aanbod op het gebied van cultuureducatie extra te stimuleren. Punten die ook in deze nota terugkomen. Daarnaast zal in deze nota het belang van het in gesprek blijven met elkaar en het belang van meedoen aan de orde komen. Om die reden heeft de nota de titel ‘Doe Mee met Cultuur!’ gekregen. In het eerste hoofdstuk van deze nota zal een algemeen beeld gegeven worden van de laatste ontwikkelingen op het gebied van kunst en cultuur in Nederland. Als inspiratiebron is ook een citaat van minister Bussemaker van OCW opgenomen. In hoofdstuk twee worden de Barendrechtse ambities en uitgangspunten uitgewerkt. In het laatste hoofdstuk van deze nota wordt nader ingegaan op de verschillende instellingen die in Barendrecht actief zijn op cultureel gebied en de functies die zij hierin vervullen. Het college rekent er op dat deze Cultuurnota een goede aanzet zal zijn tot een nog mooier cultureel leven in Barendrecht! Ingeborg Monhemius – van der Veen, wethouder Cultuur 3 Hoofdstuk 1 Waarom cultuurbeleid Het domein van het gemeentelijke cultuurbeleid onderscheidt zich in ten minste één opzicht van vele andere sectoren waarvoor gemeenten beleid ontwikkelen: er is amper sprake van wet- en regelgeving die voorschrijft wat gemeenten moeten doen. Dat is een zegen en een last. Een zegen omdat het lokale cultuurbeleid hiermee een terrein is dat grotendeels buiten de ordenende kaders van de rijksoverheid valt: het is één van de laatst overgebleven vrijplaatsen voor autonome gemeentelijke beleidsvorming en in die zin een weldadige enclave te midden van de voortgaande nationale reglementering en structurering van het lokale overheidsoptreden op terreinen als zorg, onderwijs en sociale zekerheid. Het is ook een last. De grote speelruimte voor gemeenten op cultureel terrein vraagt om eigen ideeën, eigen initiatief en eigen verantwoordelijkheid wat betreft het vormgeven van die vrijheid. Er is weinig houvast aan wettelijke verplichtingen en er kan niet worden volstaan met het uitvoeren van wat van hogerhand is voorgeschreven. Gemeentelijk cultuurbeleid vraagt dus om bestuurders en volksvertegenwoordigers die geïnspireerd zijn en die iets willen. En het vraagt om visie en gemeentelijk budget om er iets moois van te maken. 1.1 De waarde van cultuur De in deze nota neergelegde visie over wat wij willen met cultuur vindt o.m. inspiratie in het onderstaande citaat van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. “Cultuur is verbonden met het verlangen van mensen om betekenis te geven aan het leven. Cultuur ontstaat en bestaat door de interactie van mensen onderling en in de wisselwerking met objecten of omgeving. Door cultuur zien we wat waardevol is en leren we de wereld te aanschouwen. Het gaat niet alleen om de herkenning van het bekende, maar vooral om het verkennen van het onbekende. Herhaling, aanpassing, actualisering, duiding en kritiek maken cultuur levend. In tegenstelling tot in de economie, de politiek, of het onderwijs, kan in de kunst creativiteit een doel op zichzelf zijn. Kunst maakt het mogelijk om geboeid te raken en ervaringen op te doen die in het eigen leven niet voorhanden zijn. De kracht om te boeien en betekenis te geven, om te verbazen en te troosten, zijn primaire en intrinsieke waarden van cultuur. Cultuur biedt de mogelijkheid om individuele en collectieve gebruiken, opvattingen en ervaringen met elkaar te delen. Overeenkomsten en verschillen worden zichtbaar. Zo ontstaan nieuwe referenties. Begrip voor de ander én versterking van de eigen cultuur stimuleren de collectieve identiteit. Een concreet voorbeeld: de aanwezigheid van cultuur zorgt dat mensen een positieve perceptie hebben van hun stad of leefomgeving. Het gaat dan niet alleen om architectuur, kunst in de buitenruimte en musea, maar ook om de ruimtelijke ordening met aandacht voor de leefbaarheid en veiligheid. Daarmee kan cultuur een bijdrage leveren aan de levenskwaliteit van mensen. Een ander voorbeeld: cultuur lijkt een positieve invloed te hebben op de gezondheid, of de perceptie van gezondheid.” Uit: ‘Cultuur verbindt: een ruime blik op cultuurbeleid’ kamerbrief Minister Bussemaker van OCW juni 2014 1.2 De culturele infrastructuur Om handvatten te bieden voor gemeentelijk cultuurbeleid heeft de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) een ringenmodel ontwikkeld dat door veel gemeenten gebruikt wordt als richtlijn voor de inrichting van de culturele infrastructuur (zie figuur). Het model kan als toetsingskader worden gebruikt voor de culturele infrastructuur en het opsporen van eventuele hiaten of juist de aanwezigheid van extra voorzieningen. Die extra voorzieningen, die in principe buiten het ringenmodel vallen, dragen bij aan het onderscheidend vermogen van de gemeente. In het model is het aantal inwoners het uitgangspunt, waarbij een minimaal takenpakket van de gemeente wordt aangegeven. De grenzen liggen respectievelijk bij tot circa 25.000-30.000 inwoners, 4 tot circa 90.000-100.000 inwoners en meer dan circa 90.000-100.000 inwoners. De vier grote steden worden daarnaast nog als aparte categorie gezien. Barendrecht zit wat betreft het inwonertal in de tweede ring. Wat betreft de voorzieningen is Barendrecht vrij goed bedeeld met alle voorzieningen die in de tweede ring genoemd staan en heeft daarnaast een theater dat ook de rol van een klein filmtheater voor de artistiek waardevolle film vervult. Met De Beuk heeft Barendrecht een poppodium dat veel jongeren bereikt. Ook valt op dat er geen natuur- of cultuurhistorisch museum in Barendrecht te vinden is. Wel is er een landbouwmuseum, De Kleine Duiker, alsmede een actieve historische vereniging. 1.3 Trends en ontwikkelingen in de cultuursector Op basis van onderzoeken van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) alsmede publicaties van o.m. Raad voor Cultuur, LKCA (Landelijk Kenniscentrum Cultuureducatie en Amateurkunst) en FCP (Fons Cultuurparticipatie) en bevindingen in andere steden signaleert de gemeente een aantal trends die actueel zijn voor de culturele sector. Deze trends bepalen de richting waarin de sector zich beweegt. Nieuwe media De opkomst van de media-maatschappij waarin steeds meer mensen zijn aangehaakt bij het worldwide web en bij de zogeheten ‘sociale media’. Interactiviteit en mobiel bereik worden steeds 5 belangrijker. Het publiek is door de audiovisuele media gewend geraakt aan een hoog kwaliteitsniveau bij (passieve) cultuurconsumptie; het publiek is kritischer geworden als het gaat om levende kunstuitingen. Het bouwen van zogenaamde ‘communities’ met je publiek wordt, ook voor culturele organisaties, steeds belangrijker. Concurrentie op de vrijetijdsmarkt De vrijetijdsmarkt kent grote concurrentie tussen de aanbieders; deze concurrentie zal de komende jaren verder toenemen. Uit onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau blijkt dat Nederlanders gemiddeld over 45 uur vrije tijd per week beschikken. Ouders met kinderen hebben de minste hoeveelheid vrije tijd, alleenstaanden het meeste. Mannen beschikken over meer vrije tijd dan vrouwen. Mediagebruik – lezen, tv, audio, computer – is met 19 uur per week veruit de meest gekozen vrijetijdsbesteding van mensen: Nederlanders brengen ruim 40% van hun vrije tijd met mediagebruik door, vooral met televisiekijken. Het onderhouden van sociale contacten - bij elkaar op visite gaan, zo maar wat met elkaar praten en telefoneren vormt met ruim 9 uur per week in grootte de tweede vrijetijds-besteding, het beoefenen van allerhande hobby's is met wekelijks zes uur een goede derde. Per week zijn Nederlanders verder ruim drieënhalf uur voor hun vrijetijd onderweg. Dat is meer dan de Nederlander aan uitgaan besteedt, namelijk krap drie uur per week. Cultuurconsumenten vertonen zapgedrag en zoeken in het aanbod naar (uitingen van) identiteit en authenticiteit. Eigen verantwoordelijkheid De verworvenheden van de ‘verzorgingsstaat’ nemen af en de eigen verantwoordelijkheid voor burgers neemt dientengevolge toe. Overheden dragen de verantwoordelijkheid voor de cultuurproductie en -consumptie in toenemende mate over aan de samenleving en verlagen daarnaast de overheidsbijdragen aan cultuurproductie en -participatie. Nieuwe financieringsbronnen Van culturele instellingen wordt steeds meer ondernemerschap verwacht. We noemen dit ‘maatschappelijk ondernemerschap’. Van een maatschappelijk ondernemer mag verwacht worden dat deze efficiënt omgaat met het publieke geld dat hem ter beschikking wordt gesteld en alles in het werk stelt om dit kapitaal te vermeerderen, ofwel in de vorm van nieuw kapitaal ofwel in de vorm van maatschappelijke waarde. Een afgeleid doel hiervan is het optimaliseren van de bedrijfsvoering, wat tot uitdrukking komt in het (waar mogelijk) verhogen van de eigen inkomsten en beperken van de kosten. Culturele organisaties moeten gericht beleid voeren rond algemene zaken als: governance (goed bestuur) nieuwe financieringsbronnen (bijv. crowdfunding) leiderschap/bedrijfsvoering/ kwaliteitszorg positionering in de (markt)omgeving marketing; klantonderzoek relatiebeheer/maatschappelijk draagvlak samenwerking Deze algemene trends vertalen zich naar concrete ontwikkelingen die dagelijks in gemeenten te zien zijn: Clustering van culturele voorzieningen in één gebouw of complex (cultuurhuizen, kunstclusters). Ambitie: programmatische, ruimtelijke en organisatorische meerwaarde bereiken door clustering van functies. En: voor minder geld meer publiek bereiken. Nadrukkelijker onderscheid tussen stedelijke culturele functies (uitgaan, levendigheid, profilering/aantrekkelijkheid binnenstad) versus culturele functies in de wijk. Culturele functies op het gebied van educatie en informatie (bibliotheken, centra voor de kunsten) worden steeds 6 vaker geïntegreerd in multifunctionele centra en brede scholen, terwijl theaters, festivals en musea over het algemeen beter gedijen in een (binnen-)stedelijke context. Cultuurinstellingen worden door de steden in toenemende mate benut voor stadspromotie. Er komen steeds meer partnerships tussen culturele instellingen en bijvoorbeeld woningcorporaties of het bedrijfsleven. Regionalisering. In het licht van bezuinigingen proberen steeds meer overheden basisvoorzieningen voor de eigen inwoners operationeel te houden; anderzijds proberen overheden specifiek aanbod (zoals theaters en musea) vanuit het oogpunt van kostenreductie te regionaliseren. Voor wat betreft de culturele infrastructuur (het geheel aan culturele organisaties en cultuurgebouwen), zijn er de volgende trends te zien: In samenhang met clustering van accommodaties, zien we ook bundeling van organisaties. Soms in de vorm van samenwerkingsverbanden waarin backoffice-taken worden gebundeld, bijvoorbeeld ten aanzien van gebouwbeheer, inkoop, systeembeheer en administratieve taken; soms ook verdergaand. Overigens levert dit in financiële zin meestal weinig op: culturele organisaties hebben weinig ‘vlees’ op de botten. Het vergroot vooral de (gezamenlijke) mogelijkheden. Onder druk van bezuinigingen worden culturele organisaties gedwongen minder afhankelijk te worden van subsidies en meer draagvlak te zoeken bij bedrijfsleven (sponsoring) en de bevolking (hogere particuliere bijdragen, meer vrijwilligerswerk). Er is sprake van stijgende marketingbudgetten in de strijd om de gunst van het publiek. Flexibilisering van de organisatie. Veel organisaties proberen toe te groeien naar een kleine(re) kern van vaste professionals, met daaromheen een flexibele schil van freelancers, vrijwilligers en samenwerkingspartners. De toekomst lijkt te zijn aan flexibele netwerkorganisaties. Nieuwe samenwerkingsvormen op het snijvlak van publiek en privaat. Steeds vaker zien we commerciële organisaties de exploitatie van cultuur-accommodaties overnemen, waarbij de overheid zich beperkt tot het formuleren van een culturele opdracht en daarvoor een budget meegeeft. Tussenvormen zijn er ook: commerciële organisaties die de exploitatie van een cultuurgebouw doen, waarbij een culturele instelling met subsidie van de overheid de programmering verzorgt. 1.4 Landelijke en provinciale prioriteiten Het landelijk cultuurbeleid is er op gericht een sterke cultuursector te creëren die minder afhankelijk is van de overheid. Tegelijkertijd blijft het rijk verantwoordelijk voor een hoogwaardig cultureel aanbod in het hele land. De culturele instellingen en cultuurfondsen die subsidie krijgen van het rijk vormen samen de landelijke basisinfrastructuur. Het rijk heeft voor de komende jaren tot 2020 de volgende thema’s geformuleerd: Cultuureducatie: zo veel mogelijk kinderen en jongeren komen, ongeacht hun achtergrond, in aanraking met kunst en cultuur. Het Rijk heeft een aantal impulsregelingen in het leven geroepen waar gemeenten gebruik van kunnen maken om de cultuureducatie te stimuleren. Talentontwikkeling: is van belang voor de kracht en dynamiek van de sector en een investering in de toekomst van kunst en cultuur; Maatschappelijke waarde van cultuur: kunst en cultuur levert een bijdrage aan onderwijs, zorg, toerisme en de profilering van stad, regio en breder. Ook het debat over het maatschappelijk belang en draagvlak vergroting van cultuur is van belang; Digitalisering; geeft een nieuw perspectief op de spreiding en toegankelijkheid van cultuur waarbij de bibliotheek een belangrijke rol speelt; Internationaal cultuurbeleid: mondialisering van de cultuursector zet door. Het contact met het buitenland verrijkt en inspireert de Nederlandse cultuur en verdiept de relatie met het buitenland. 7 De provincie Zuid-Holland zet vooral in op erfgoed en het behoud van monumenten. Samen met de gemeenten draagt de provincie zorg voor het behoud en het toegankelijk maken van het cultureel erfgoed, o.m. door het bijhouden van een Cultuurhistorische kaart. De provincie wil dat zoveel mogelijk mensen meedoen met kunst en cultuur maar vindt dit vooral een gemeentelijke taak. Wel financiert de provincie het Prins Bernhard Cultuurfonds Zuid-Holland waar ook lokale partijen een beroep op kunnen doen. De vertaalslag van deze trends en prioriteiten naar het cultuurbeleid in Barendrecht maken we in de volgende hoofdstukken. 8 Hoofdstuk 2 De culturele visie en agenda van Barendrecht De Cultuurnota van Barendrecht voor de jaren 2016-2022 is geworteld in de Strategische Visie 2025 van de gemeente. De belangrijkste punten daaruit zijn: Zorg ervoor dat Barendrecht een aantrekkelijke en duurzame woongemeente blijft. Zorg ervoor dat Barendrecht een sterke economie behoudt. Zorg ervoor dat in Barendrecht de sociale cohesie tussen mensen wordt versterkt. De Cultuurnota ‘Doe Mee met Cultuur!’ houdt rekening met de in de Strategische Visie 2025 gesignaleerde ontwikkelingen. Net als in de rest van het land neemt de vergrijzing toe. Steeds meer ouderen blijven zelfstandig wonen en hebben behoefte om mee te kunnen blijven doen in de maatschappij. De individualisering neemt toe hetgeen kan leiden tot eenzaamheid en contactloosheid. Wij leggen ons daar niet bij neer en zien kunst en cultuur als middel om mensen met elkaar te verbinden. De cultuursector zal daar rekening mee moeten houden. De naam van de Strategische Visie is getiteld: ‘Barendrecht investeert in ontmoeting’. Wanneer je elkaar ontmoet, leer je elkaar beter kennen en kan er wederzijds begrip groeien. Het is aan de gemeente om deze ontmoeting te faciliteren, o.a. in cultuur en sport. Het feit dat de mensen in Barendrecht elkaar kennen is onderscheidend voor Barendrecht! Er komen meer nieuwe Nederlanders naar Barendrecht. Andere culturen en gewoonten kunnen een verrijking zijn voor onze gemeenschap. Door samen met kunst bezig te zijn leer je elkaar kennen en respecteren. Regionalisering speelt in de Visie 2025 een grote rol. Barendrecht is te klein om het allemaal alleen te doen. Dat willen we ook niet. Ook op het gebied van cultuur kijkt de gemeente over de grenzen heen. Voor culturele activiteiten geldt dat zij een goede verbinder zijn tussen mensen onderling. Met name multicultureel centrum Het Kruispunt en diverse culturele verenigingen spelen een belangrijke rol bij de concrete invulling van het culturele leven in Barendrecht. De gemeente stimuleert de samenwerking van culturele organisaties met de Barendrechtse scholen en ziet hier voor zichzelf een regisserende rol in weggelegd. De gemeente Barendrecht is trots op haar culturele erfgoed en koestert dit. Het doel is zoveel mogelijk mensen, binnen en buiten Barendrecht, te laten genieten van dit erfgoed. Het is tevens een belangrijk onderdeel van de uitstraling van de gemeente. Het College investeert in het beter zichtbaar maken van het cultuur-historisch erfgoed. Samen met de Historische Vereniging Barendrecht en De Kleine Duiker geeft de gemeente dit waardevolle erfgoed, zowel voor inwoners (waaronder de jeugd!) als voor bezoekers, extra glans en aandacht. 9 Ten slotte maakt Barendrecht haar centra en wijken levendiger en sfeervoller door haar partners en inwoners te stimuleren op diverse locaties meer culturele evenementen te organiseren, zoals concerten, openluchttheater en cabaret. Ook hiermee nodigt de gemeente haar inwoners uit om mee te doen. 2.1 College programma De gemeente Barendrecht kent veel actieve en betrokken burgers, organisaties, bedrijven en zelfstandige professionals. Het college betrekt de burgers nadrukkelijk bij het vormgeven van het gemeentelijk beleid van Barendrecht, in voorbereidende en uitvoerende fase. Samen bouwen aan een sterk Barendrecht. Cultuur is daarbij een belangrijke verbindende factor. Er is een extra impuls aan cultuur gegeven door de realisatie van de multifunctionele ontmoetingsplek het Kruispunt. Ook het culturele aanbod in o.m. de Baerne, het Trefpunt, De Beuk en De Waterpoort in Carnisselande zijn voor het college belangrijk. Om kinderen al zo vroeg mogelijk met kunst en cultuur in aanraking te laten komen benadrukt het college het belang van cultuureducatie. Het huidige aanbod cultuureducatie moet op peil blijven maar anders worden georganiseerd na het wegvallen van ToBe. Door culturele instellingen en scholen aan te moedigen met elkaar in gesprek te gaan en elkaar te vinden in meer aanbod en nauwere samenwerking ziet het college kansen om cultuureducatie in Barendrecht te versterken. 2.2 Ambities Cultuurvisie en ambities van Barendrecht vloeien voort uit het staande beleid en de wensen van het huidige college. Wij zien de volgende ambities: 1. Zo veel mogelijk mensen doen mee en daar beginnen we zo vroeg mogelijk mee: vergroten van cultuurbereik en participatie. 2. Beleven, ontmoeten, ontwikkelen en verbinden zijn belangrijke uitgangspunten voor de cultuursector. 3. Laagdrempelige instellingen met hoge en lage cultuur. 4. Een sterke basisvoorzieningenstructuur. 5. Een sterk cultureel weefsel waarin professionele kunstenaars en instellingen elkaar makkelijk vinden. 6. Een breed gedragen amateurveld. 7. Sterke samenwerking met andere culturele instellingen, het onderwijs, bedrijven en andere maatschappelijke organisaties. 8. Cultuureducatie start op jonge leeftijd. 9. Cultuur speelt een belangrijke rol in het bruisend houden van de centra in Barendrecht. 10. Financieel gezonde sector (meerjarige subsidie systematiek). 11. Er komt zoveel mogelijk initiatief vanuit de sector en het maatschappelijke middenveld. De gemeente faciliteert door zorg te dragen voor gebouwen. De gemeente subsidieert voorts activiteiten. 12. Budget blijft de komende jaren op peil (inclusief de structurele verhoging tbv Het Kruispunt). 2.3 Gesprekken met het veld Niet alleen politieke prioriteiten bepalen de cultuurnota, ook de input van het veld. Daarom zijn door de gemeente intensieve gesprekken georganiseerd met de verschillende culturele partijen alsmede de afnemers van de culturele activiteiten zoals het onderwijs. Naast twee plenaire debatavonden zijn gesprekken gevoerd met o.m.: Theater Het Kruispunt Bibliotheek AanZet CuluurLocaal Kunst Creatief Barendrecht 10 Harmonie Barendrecht Culturele Alliantie Culturele Raad Centrum voor Circuskunst Muziektheaterschool Hofplein ToBe Kunstgebouw Zuid-Holland Poppodium De Beuk Verschillende partijen uit het onderwijs Met deze debatten heeft de gemeente een belangrijke doelstelling van de cultuurnota reeds in praktijk gebracht, namelijk het voeren van het gesprek over de kunst & cultuur in Barendrecht. Opbrengst van de debatten waren directe initiatieven tot samenwerking, meer begrip voor elkaars standpunten, zicht op financiële geldstromen en begrip voor de positie van de gemeente. Uitgangspunten Op basis van de algehele ontwikkelingen, de ambities van het college en gesprekken met partners kunnen de volgende uitgangspunten worden vastgesteld voor het cultuurbeleid in Barendrecht. 1) Uitgaan van de eigen kracht van Barendrecht Er is veel culturele potentie in Barendrecht. Zowel op professioneel als op amateuristisch terrein. Er is een bloeiend verenigingsleven en culturele partijen hebben zich verenigd in de Culturele Alliantie. Er komen steeds meer nieuwe Barendrechters, ook van buiten ons land, die het culturele landschap van de gemeente kunnen versterken. De gemeente hecht er waarde aan deze potentie te koesteren en waar nodig te ondersteunen. Voorwaarde is wel dat deze initiatieven zich ondernemend opstellen en waar mogelijk samenwerken. Zij richten zich op de maatschappelijke omgeving en leveren een bijdrage aan het culturele leven in Barendrecht. De gemeente ziet het als haar taak deze initiatieven vindbaar en zichtbaar te maken door het faciliteren van een goede huisvesting en optredens mogelijk 11 te maken in het Kruispunt. Er komt ruimte in de begroting voor vernieuwende culturele initiatieven van Barendrechters. Inwoners worden betrokken bij de kunst in de openbare ruimte. De gemeente stelt een plan op om de regeldruk voor inwoners die iets willen organiseren te verminderen. De wijze waarop we dat doen wordt uitgewerkt in een uitvoeringsprogramma. 2) Toegankelijkheid en zichtbaarheid De gemeente richt zich in haar cultuurbeleid op het toegankelijk maken van kunst & cultuur voor verschillende doelgroepen. Het begint ermee dat het culturele aanbod voor iedereen zichtbaar en vindbaar is. De bibliotheek ziet dit als één van haar taken en de gemeente is daar blij mee. De gemeente wil voor alle kinderen en jongeren de toegang tot kunst & cultuur mogelijk maken. Dit betekent investeren in cultuuronderwijs via het onderwijs. Scholen zelf zullen daar ook in moeten investeren maar kunnen worden verleid door gerichte ondersteuningsprogramma’s. Toegankelijkheid tot kunst & cultuur wordt mede mogelijk gemaakt door een onafhankelijk cultuurmakelaar aan te stellen. Deze cultuurmakelaar krijgt de taak om de vraag van de scholen op te halen en hen te ondersteunen bij het vormgeven van de culturele loopbaan van hun leerlingen. Daarnaast krijgt de cultuurmakelaar de taak om lokale aanbieders te ondersteunen bij het maken van aanbod op maat. Ook het aanbod voor de Vrije Tijd wil de gemeente toegankelijk en vindbaar maken. Om het culturele aanbod zichtbaar en vindbaar te maken hecht de gemeente aan het inrichten van een aantal herkenbare en toegankelijke plekken voor cultuureducatie, zowel voor scholen als voor amateurs. De Baerne, Het Trefpunt en de Waterpoort alsmede De Beuk en de verschillende MFA’s blijven beschikbaar als ontmoetingsplaats voor cultuureducatieve activiteiten. De gemeente treedt hier vooral op als facilitator. Van de aanbieders van het aanbod wordt verwacht dat zij de uitvoering van de lessen financieren uit publieksinkomsten. De gemeente zal de beleidsvisie aangaande het 12 culturele vastgoed evalueren en waar nodig herzien. Bij al deze voorzieningen is het uitgangspunt dat zij toegankelijk moeten zijn voor zoveel mogelijk lokale aanbieders van culturele activiteiten. Om het culturele aanbod toegankelijk te maken voor inwoners met een laag inkomen continueert de gemeente het Sport- Cultuur en Educatiefonds (SCF) en zoekt zij samenwerking met regelingen als het jeugdcultuurfonds en de St. Leergeld. Om het aanbod toegankelijk te maken voor inwoners met een zorgachtergrond stimuleert de gemeente de gesubsidieerde partijen om ook voor deze doelgroepen een aantrekkelijk aanbod te maken en de samenwerking op te zoeken met zorgaanbieders. 3) Maatschappelijk ondernemerschap Maatschappelijk ondernemerschap betekent dat je je als organisatie bewust bent dat je een maatschappelijk taak hebt. Wanneer je subsidie ontvangt is dat maatschappelijk geld. Een maatschappelijk ondernemer is permanent bezig te bezien of hij dit maatschappelijk kapitaal kan vermeerderen en zo efficiënt mogelijk kan inzetten. De gemeente wil het ondernemerschap van de culturele organisaties stimuleren door meer faciliterend op te treden en meer op afstand te blijven. Dit doet zij door prestatieafspraken te maken met de gesubsidieerde partijen en heldere criteria op te stellen voor verantwoording. Het ondernemersrisico komt, in goed overleg, meer bij deze partijen zelf te liggen en minder bij de gemeente. Hierbij streven we naar maatwerk. In ruil daarvoor krijgen de partijen meer ruimte om zelf te ondernemen en eigen inkomsten te verwerven. Innovatie, klantgerichtheid en ondernemerschap wordt onderdeel van de subsidievoorwaarden. Activiteiten die zonder subsidiegeld ook plaatsvinden worden niet meer gesubsidieerd. Uiteraard verwacht de gemeente van de gesubsidieerde instellingen dat zij zich inspannen om zoveel mogelijk bezoekers en klanten te trekken. Dat doen zij door een toegankelijk gebouw met een open uitstraling te creëren. Maar ook door toegankelijke, afwisselende en kwalitatief hoogstaande programmering gericht op verschillende doelgroepen. De gemeente wil zelf ook ondernemend zijn en een zo groot mogelijk bereik creëren met het beschikbare subsidiegeld. Dit betekent dat zij middelen reserveert om te kunnen matchen met landelijke regelingen, bijvoorbeeld die van de combinatiefuncties cultuur (www.combinatiefuncties.nl) en de regeling Cultuureducatie met Kwaliteit (www.cultuureducatiemetkwaliteit.nl). 4) Verbinding & duurzaamheid De gemeente Barendrecht wil de samenwerking tussen de gesubsidieerde instellingen en andere (culturele) partijen versterken. Maar ook de samenwerking tussen de culturele partijen en de scholen. Deze samenwerking moet leiden tot een groter bereik en beter bereik van doelgroepen die anders niet zouden worden bereikt zoals kinderen uit achterstandsgezinnen, ouderen en mensen met een zorgachtergrond. Samenwerking leidt niet alleen tot meer efficiëntie maar ook tot nieuwe inzichten en biedt de inwoners van Barendrecht continuïteit in het aanbod. Verbinding tussen binnenschoolse en buitenschoolse culturele activiteiten maakt het mogelijk leerlingen een doorlopende leerlijn te bieden op het gebied van kunst & cultuur en biedt kinderen de mogelijkheid zich ook buiten de schoolomgeving te ontplooien in de kunsten. Om deze verbinding duurzaam tot stand te laten komen faciliteert de gemeente de eerder genoemde cultuurmakelaar om vraag en aanbod op elkaar af te stemmen en partijen te ondersteunen bij het maken van een passend aanbod. De culturele alliantie speelt een belangrijk rol in het bijeen brengen van (professionele) kunstenaars, cultuurinstellingen en andere geïnteresseerden. Zij organiseert het debat en vertegenwoordigt het culturele veld. 13 Hoofdstuk 3 Culturele instellingen en functies In hoofdstuk 1 is het Ringenmodel van de VNG besproken. In dit hoofdstuk worden de culturele functies uit dat model vertaald naar de Barendrechtse situatie en worden de gevolgen van de uitgangspunten uit hoofdstuk 2 voor de verschillende instellingen besproken. 3.1 Bibliotheek De bibliotheek AanZet is een culturele basisvoorziening in Barendrecht. De bibliotheek richt zich als educatieve bibliotheek op informatievoorziening, lees- en taalbevordering, ontwikkeling van basisvaardigheden als taal en digivaardigheid en in meerdere mate als programmeerbibliotheek op hun rol als ‘huiskamer van de stad’. Daar komen bovengenoemde functies samen in ontwikkelen, beleven, ontmoeten en verbinden. Wij zien de bibliotheek een belangrijke rol spelen in de intellectuele en creatieve ontwikkeling van burgers en in de verbetering van de participatie van (sociaal zwakkere) inwoners. Met hun programmering levert de bibliotheek een belangrijke bijdrage aan het culturele leven van de gemeente en het zichtbaar maken van het vrijetijds aanbod in Barendrecht. Die functies vervult de bibliotheek vooral in het nieuwe bruisend cultureel ontmoetingscentrum Het Kruispunt in het centrum van Barendrecht en doet dat in nauwe samenwerking met het theater en andere partners van Het Kruispunt. De bibliotheek verwacht dat de ledenaantallen en de bezoekerscijfers de komende jaren flink zullen gaan stijgen vanwege de verhuizing en dat is belangrijk. De vestiging in Carnisselande blijft bestaan in haar huidige vorm en behoudt haar culturele ontmoetingsfunctie. De bibliotheek AanZet heeft de volgende functies: Intermediair: De bibliotheek verwijst door naar andere partners/De bibliotheek zorgt ook voor kennisdeling, zowel voor individuen als voor organisaties. Aanbieder: De bibliotheek organiseert vraag gestuurde activiteiten, al dan niet in samenwerking met lokale partners. Facilitator: De bibliotheek stelt haar faciliteiten ter beschikking aan individuen, ondernemers en organisaties. 3.2 Theater en filmhuis Theater en filmhuis Het Kruispunt programmeert voor een breed publiek. Het theater staat goed aangeschreven en werkt op het vlak van programmering nauw samen met het Isala Theater in Capelle aan de IJssel en het theater aan de Schie in Schiedam. De programmering is afgestemd met het aanbod in de omgeving en is voldoende gericht op de lokale bevolking en is zeer laagdrempelig. Door de vernieuwing van Het Kruispunt en de samenwerking met de bibliotheek zal het bezoekersaantal naar verwachting toenemen. Filmaanbod speelt een belangrijke rol in de programmafunctie van Het Kruispunt. Het theater maaktonderdeel uit van het Bruisend Cultureel Centrum Het Kruispunt. Een plaats waar kunst en cultuur samenkomen met gastvrijheid en verblijven. Ontmoeten, beleven, verbinden en ontwikkelen zijn de uitgangspunten van deze inspirerende plek die het middelpunt van cultureel Barendrecht is en die in eerste instantie gedragen wordt door het theater, de bibliotheek, de radio en de horecafunctie. Het theater is één van de eerste plekken waar de jeugd van Barendrecht kennis kan maken met de wondere wereld van het theater. Het is belangrijk dat , in afstemming met het onderwijs, voorstellingen voor de jeugd geprogrammeerd blijven in Het Kruispunt. Amateurverenigingen uit Barendrecht weten de weg naar Het Kruispunt te vinden. Dit moet zo blijven. Het lokale podium is voor veel grote artiesten in Nederland en daarbuiten de eerste stap op weg naar de toekomst geweest. 14 De gemeente ziet graag dat Het Kruispunt ook een verantwoordelijkheid neemt in het programmeren op andere plekken in Barendrecht. Het podium in De Baerne is een ideale plek voor optredens die een kleiner publiek bereiken. Ook ziet de gemeente graag dat Het Kruispunt een verantwoordelijkheid neemt om vrijwilligers ervaring te laten opdoen met licht- en geluidtechniek. Om dit alles mogelijk te maken wil de gemeente het ondernemerschap van Het Kruispunt stimuleren. Het opbouwen van een eigen vermogen is nodig voor het nemen van risico’s. Het Kruispunt moet de vrijheid krijgen om haar voorzieningen optimaal uit te buiten ten gunste van haar culturele meerwaarde. 3.3 Cultuureducatie Cultuureducatie is een van de speerpunten van het huidige college. Ook landelijk is het een belangrijk thema. Cultuureducatie is onontbeerlijk voor persoonlijke ontwikkeling en ontplooiing van mensen en de ontwikkeling van creativiteit en kritisch denkvermogen. Het draagt bij aan identiteitsvorming en levert een belangrijke bijdrage aan het ontwikkelen van broodnodige creatieve competenties voor de toekomst. Kinderen dienen op een jonge leeftijd volop de mogelijkheden te krijgen om met cultuur in aanraking te komen, zowel actief als receptief. De gemeente ziet graag dat de culturele instellingen en organisaties een nauwe samenwerking aangaan met het onderwijs. Ieder leerjaar zou een uiteenlopend kwalitatief aanbod op het gebied van kunst en cultuur moeten bieden aan leerlingen. Zowel lokaal als uit de regio. De verantwoordelijkheid ligt bij de instellingen en de scholen. De gemeente stimuleert en faciliteert waar mogelijk, bijvoorbeeld in de vorm van een combinatiefunctie voor de cultuurmakelaar. Cultuureducatie krijgt ook landelijk veel aandacht en het rijk zet wederom de komende jaren in op verankering en verdieping ervan binnen het onderwijs. Het belang ervan is terug te zien in de verschillende landelijke regelingen voor het Primair Onderwijs zoals Cultuureducatie met Kwaliteit (www.cultuureducatiemetkwaliteit.nl) en de regeling Impuls Muziekonderwijs (www.cultuurparticipatie.nl/subsidies/impulsmuziekonderwijs). Deze regelingen vragen om een gemeentelijke matching. De gemeente zal daarvoor middelen reserveren en ziet graag dat het aantal leerlingen dat bereikt wordt met deze regelingen stijgt. Voor het theater, de bibliotheek en andere lokale cultuureducatie aanbieders is een belangrijke rol weggelegd. Om de cultuureducatie op de scholen vorm te geven acht de gemeente het van belang om een onafhankelijke regie- en adviesfunctie in te richten (de Cultuurmakelaar). Vanuit deze functie worden scholen bijgestaan in het duurzaam inrichten van de cultuureducatie en het kiezen van een kwalitatief aanbod. Graag zien wij in het voortgezet onderwijs een sterkere samenwerking met meer onderlinge verbinding tussen het onderwijs en de culturele instellingen. Het theaterbezoek is daar een mooi voorbeeld van. Landelijk gezien is er de trend dat het voortgezet onderwijs en het MBO achterblijft op het gebied van cultuureducatie. In Barendrecht is dat niet anders, er is veelvuldig sprake van losstaande incidentele activiteiten en er wordt weinig tot niet samengewerkt met culturele instellingen binnen (of buiten) Barendrecht. De gemeente blijft middelen beschikbaar stellen voor theaterbezoek van VO leerlingen. Barendrecht kent een lange traditie op het gebied van buitenschoolse cultuureducatie. Al jaren worden er muziek, dans, beeldende kunst, design en theater cursussen gegeven. De gemeente hecht er aan dat dit aanbod beschikbaar en vindbaar blijft voor haar inwoners maar ziet voor zichzelf geen directe rol meer weggelegd voor het subsidiëren van de lessen en cursussen. De gemeente faciliteert de buitenschoolse cultuureducatie door huisvesting ter beschikking te stellen alsmede middelen die er toe leiden dat - er een aantrekkelijk aanbod voor de scholen tot stand kan komen; 15 - het lokale aanbod divers is en vindbaar en zichtbaar is voor de bevolking; er vernieuwende en op samenwerking gerichte activiteiten plaatsvinden; de kwaliteit van het aanbod in stand blijft; het ondernemerschap bij de partijen wordt gestimuleerd en ontwikkeld. De partijen die als eerste voor verzorgen van het aanbod in de buitenschoolse cultuureducatie in aanmerking komen zijn: Muziektheaterschool Hofplein Theater Het Kruispunt CultuurLocaal Kunst Creatief Barendrecht Harmonie Barendrecht Centrum voor Circuskunst N.a.v. deze Cultuurnota zal een uitwerkingsprogramma worden opgesteld met nadere criteria voor de inrichting van de cultuureducatie in Barendrecht. Dit moet leiden tot heldere afspraken en een partnerschap tussen gemeente en instellingen. 3.4 Amateurkunst De gemeente is trots op haar culturele verenigingen en zal deze blijven koesteren. In Barendrecht zijn tientallen verenigingen actief op alle denkbare culturele terreinen. Deze lokale initiatieven vormen het kloppend hart van de Barendrechtse samenleving. De gemeente koestert dit initiatief maar wil het ook stimuleren tot meer ondernemerschap en innovatie. Het sterrensysteem blijft in stand omdat dat goed werkt en verenigingen stimuleert tot samenwerking. Daarnaast stimuleert de gemeente de verenigingen door middelen beschikbaar te stellen voor innovatieve projecten die zich richten op de Barendrechtse samenleving. Ook blijven er middelen beschikbaar die het de verenigingen mogelijk maken een optreden te verzorgen in Het Kruispunt of een ander podium. 3.5 Erfgoed en monumenten De Historische vereniging heeft een belangrijke taak waar het gaat om het bewust maken van de (culturele) historie van Barendrecht. Door de inzet van veel vrijwilligers weet de vereniging veel inwoners te betrekken bij de historie van Barendrecht. Wel ziet de gemeente graag dat de Historische Vereniging zich meer gaat richten op het onderwijs en op die manier de jeugd van Barendrecht in contact brengt met het verleden van de gemeente. Zij ziet hierbij ook een taak weggelegd voor de nieuwe regiefunctie cultuur. De Kleine Duiker is een recreatieboerderij waarin een klein landbouw museum is gevestigd. De gemeente faciliteert deze voorziening door het vergoeden van een beheerdersfunctie. 16 3.6 Poppodium Poppodium De Beuk is hét poppodium van Barendrecht. Er worden meer dan 50 concerten per jaar georganiseerd. Alle activiteiten worden georganiseerd door een groep jonge vrijwilligers. Daarnaast verhuurt De Beuk oefenruimtes aan bands. De gemeente faciliteert De Beuk door het beschikbaar stellen van ruimtes in ‘De Beuk’ en wil dat zo houden. Graag ziet de gemeente dat De Beuk meer samenwerkt met het onderwijs en andere culturele partijen. 3.7 Vormgeving van de openbare ruimte Kunst in de openbare ruimte wordt door de gemeente van groot belang geacht voor het leefbaar houden van de woonomgeving en het vergroten van de aantrekkelijkheid van de gemeente. De gemeente blijft ook de komende periode investeren in kunst in de openbare ruimte. Bij de keuze betrekt zij waar mogelijk de inwoners en betrokken partijen. Er blijft budget beschikbaar voor het onderhoud van de kunstwerken maar ook hier bekijkt de gemeente of zij bewoners of scholen niet mede verantwoordelijk kan maken voor beheer en onderhoud. 3.8 Culturele evenementen De gemeente prijst zich rijk met een aantal culturele evenementen waar vele Barendrechters enthousiast aan meedoen en meewerken. Denk aan de Kunstroute, Het Minifestival aan de Dijk, Koningsdag en de zomer- en winterfeesten. Al deze evenementen worden gekarakteriseerd door het feit dat zij worden georganiseerd door Barendrechters voor Barendrechters. De rol die de gemeente hier voor zichzelf ziet weggelegd is het mogelijk maken van dit particuliere initiatief. Dat doet zij door te bezien of de regeldruk voor dit soort evenementen verlaagd kan worden en middelen ter beschikking te stellen om een eventueel financieel risico van de organisatoren te dekken. 3.9 Culturele adviesfunctie De gemeente wil het cultuurbeleid in goed overleg met de Barendrechters blijven uitvoeren. Zij stelt de gevraagde en ongevraagde mening van haar inwoners op prijs. Samen met de huidige Culturele Raad en Culturele Alliantie wil het college bezien hoe deze adviesrol op een eigentijdse manier kan worden ingevuld. 17 Samenvatting Samenvattend kunnen we stellen dat de gemeente Barendrecht met de landelijke en provinciale ontwikkelingen in het vizier een eigen en duidelijke koers wil varen waar het gaat om kunst en cultuur. Zij houdt rekening met belangrijke trends als investeren in onderwijs en het clusteren van culturele voorzieningen waar dat mogelijk is. Ook gaat de gemeente mee in het leggen van meer verantwoordelijkheid bij de burgers. Dat wil echter niet zeggen dat zij haar handen aftrekt van cultuur. Integendeel. De gemeente zet actief in op het faciliteren van alle mooie initiatieven in Barendrecht en wil de beschikbare middelen zo inzetten dat zoveel mogelijk Barendrechters kunnen meedoen en kennismaken met kunst & cultuur. De gemeente ziet de komende jaren de rollen veranderen onder invloed van algemene ontwikkelingen in de maatschappij. Veranderende rol gemeente meer op afstand meer faciliterend, o.m. in gebouwen heldere afspraken verminderde regeldruk Veranderende rol culturele partijen meer ondernemerschap meer samenwerking meer innovatie eigen risico dragen mogelijkheid tot opbouwen eigen vermogen Op basis van deze cultuurnota gaat de gemeente met de volgende punten aan de slag: # De gemeente reserveert middelen in de cultuurbegroting om te kunnen matchen met landelijke regelingen, bijvoorbeeld die van de combinatiefuncties cultuur en de regeling Cultuureducatie met Kwaliteit. # De gemeente stelt een uitvoeringsprogramma op met nadere criteria voor de inrichting van de cultuureducatie in Barendrecht. Dit moet leiden tot heldere afspraken en een partnerschap tussen gemeente en instellingen. # Om het culturele aanbod toegankelijk te maken voor inwoners met een laag inkomen continueert de gemeente het Sport- Cultuur en Educatiefonds (SCF) en zoekt zij samenwerking met regelingen als het jeugdcultuurfonds en de St. Leergeld. # Om het aanbod toegankelijk te maken voor inwoners met een zorgachtergrond stimuleert de gemeente de gesubsidieerde partijen om ook voor deze doelgroepen een aantrekkelijk aanbod te maken en de samenwerking op te zoeken met zorgaanbieders. # De gemeente zal de beleidsvisie aangaande het culturele vastgoed, Het Kruispunt als Bruisend Ontmoetingscentrum, De Baerne als Muziekcentrum en ’t Trefpunt als Sociaal Maatschappelijk Ontmoetingscentrum, de komende tijd verder uitwerken. # Inwoners worden betrokken bij de kunst in de openbare ruimte en er komt een uitvoeringsprogramma kunst in de openbare ruimte i.s.m. de partijen in de gemeente. # Er komt ruimte in de begroting voor vernieuwende culturele initiatieven van Barendrechters. 18 # Bij de komende herziening van de APV zal de gemeente de regeldruk voor inwoners verminderen zodat het gemakkelijker wordt om initiatieven te nemen op cultureel gebied. # Samen met de Culturele Raad en de Culturele Alliantie maakt de gemeente een plan voor een eigentijdse invulling van de adviesfunctie. 19