NL NL Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Financiële positie van het

advertisement
EUROPESE
COMMISSIE
Brussel, 16.7.2014
COM(2014) 463 final
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE
RAAD
BETREFFENDE HET GARANTIEFONDS EN HET BEHEER ERVAN IN 2013
{SWD(2014) 241 final}
NL
NL
Inhoudsopgave
1.
Inleiding ....................................................................................................................... 3
2.
Financiële positie van het Fonds per 31 december 2013 ............................................. 4
2.1.
Financiële stromen van het Fonds ................................................................................ 4
2.3.
Belangrijke transactie na de verslagdatum ................................................................... 6
2.4.
Presentatie van de rekeningen ...................................................................................... 6
2.4.1.
Grondslag voor de opstelling ....................................................................................... 6
2.4.2.
Enkelvoudige jaarrekening van het Fonds per 31 december 2013 .............................. 6
3.
Middelen van het Fonds ............................................................................................. 12
3.1.
Rechtsgrondslag voor een overmaking uit de algemene begroting aan het Fonds .... 12
3.1.1.
Stortingen in het Fonds .............................................................................................. 12
3.1.2.
Rente over de belegging van de liquide middelen van het Fonds .............................. 13
4.
Passiva van het Fonds ................................................................................................ 15
4.1.
Wanbetalingen............................................................................................................ 15
4.2.
Vergoeding van de EIB .............................................................................................. 15
2
1.
INLEIDING
Bij Verordening (EG, Euratom) nr. 480/2009 van de Raad van 25 mei 20091 (gecodificeerde
versie) ('de Verordening') is een Garantiefonds ('het Fonds') ingesteld voor de terugbetaling
van crediteuren van de Unie ingeval begunstigden van door de Europese Unie toegekende of
gegarandeerde leningen in gebreke blijven. Overeenkomstig artikel 7 van de Verordening
heeft de Commissie het financiële beheer van het Fonds toevertrouwd aan de Europese
Investeringsbank (EIB) in het kader van een overeenkomst tussen de Gemeenschap en de EIB
die op 23 november 1994 te Brussel en op 25 november 1994 te Luxemburg is ondertekend
('de Overeenkomst') en vervolgens is gewijzigd op 17/23 september 1996, 8 mei 2002,
25 februari 2008, 20 oktober 2010 en 9 november 2010.
Artikel 8 van de verordening bepaalt dat de Commissie uiterlijk op 31 mei van het volgende
begrotingsjaar een jaarverslag over de stand en het beheer van het Fonds tijdens het
voorgaande begrotingsjaar moet toezenden aan het Europees Parlement, de Raad en de
Rekenkamer.
In onderhavig rapport samen met het werkdocument van de diensten van de Commissie
(SWD) wordt deze informatie verstrekt. Het is, in lijn met de Overeenkomst, gebaseerd op
van de EIB ontvangen gegevens.
1
PB L 145 van 10.6.2009, blz. 10.
3
2.
FINANCIËLE POSITIE VAN HET FONDS PER 31 DECEMBER 2013
De financiële positie van het Fonds is de som van alle financiële stromen sinds de oprichting
van het Fonds in 1994.
2.1.
Financiële stromen van het Fonds
Het Fonds bedraagt 2.004.356.642,91 EUR (zie punt 3 van het SWD: Fund Financial
Statements as at 31 December 2013, as provided by the EIB). Dit bedrag is de som sinds de
instelling van het Fonds van de hierna vermelde stromen.
Bedrag per
31.12.2013
Bedrag per
31.12.2012
3.598.826.794,00
3.540.394.500,00
58.432.294,00
Gecumuleerd nettoresultaat
van de begrotingsjaren
878.284.248,11
846.343.661,55
31.940.586,56
Teruggevorderde bedragen
van door het Fonds gedane
betalingen voor in gebreke
gebleven debiteuren
578.854.353,78
578.854.353,78
0,00
Overige schulden (inclusief
nog niet betaalde opgevraagde
garanties en EIBbeheersvergoedingen)
23.066.612,47
18.819.492,23
4.247.120,24
Ontvangen provisie op
laattijdig geïnde bedragen (in
2002)
5.090.662,91
5.090.662,91
0,00
Opvragingen ten laste van de
middelen van het Fonds
(inclusief nog niet betaalde
opvragingen)
(584.704.389,46)
(519.866.214,55)
(64.838.174,91)
Gecumuleerde terugstorting in
de begroting (incl. de
buitengewone terugboeking
naar de begroting wegens de
toetreding van nieuwe
lidstaten)
(2.531.726.712,72)
(2.501.391.526,79)
(30.335.185,93)
Aanpassing van de waardering
van de portefeuille volgens de
IFRS-waardering
36.665.073,82
53.681.272,87
(17.016.199,05)
2.004.356.642,91
2.021.926.202,00
(17.569.559,09)
Garantiefonds
Bijdragen uit de begroting aan
het Fonds
Boekwaarde van het Fonds
4
Verandering
De boekwaarde van het Fonds is in 2013 met ongeveer 18 miljoen EUR gedaald. Dit is te
verklaren uit het volgende:
Boekwaardeverhogend

Bijdrage uit de begroting (voorzieningsbedrag) van 58 miljoen EUR om het Fonds
met het streefbedrag van 9% in overeenstemming te brengen

Netto-inkomsten uit financiële operaties ter grootte van 32 miljoen EUR

Een wijziging van 4 miljoen EUR, voornamelijk schulden voor aan het Fonds
opgevraagde garanties (betaling vond plaats begin 2014).
Boekwaardeverlagend

Optreden van het Fonds ter dekking van wanbetalingen door Syrië voor in totaal
65 miljoen EUR, waarvan 22 miljoen EUR nog te betalen op 31 december 2013
(andere schulden).

Terugstorting in de begroting van 30 miljoen EUR wegens de toetreding van een
nieuwe lidstaat (Kroatië)

De daling van de waardering van de portefeuille met 17 miljoen EUR wegens de
aanpassing van de waarde ervan voor waardering tegen marktwaarde.
2.2.
Belangrijke transacties
(1)
Sinds november 2011 wordt de EIB geconfronteerd met betalingsachterstanden op
Syrische overheidsleningen. Als gevolg hiervan en in overeenstemming met de
garantieovereenkomst tussen de EU en de EIB heeft de EIB in 2012 4 keer een
beroep gedaan op het Garantiefonds van de EU voor een totaalbedrag van
42 miljoen EUR (waarvan 2,15 miljoen EUR is terugbetaald) en in 2013 9 keer een
beroep erop gedaan voor een bedrag van 64,83 miljoen EUR (zie punt 4.1
"Wanbetalingen").
(2)
In februari 2013 is de bijdrage uit de begroting aan het Fonds berekend
overeenkomstig de artikelen 3 en 5 van de verordening.
In artikel 3 van de verordening2 is bepaald dat de middelen van het Fonds een
streefbedrag moeten bereiken dat is vastgesteld op 9 % van het uitstaande bedrag in
hoofdsom van het totaal van de verplichtingen die voortvloeien uit elke operatie,
vermeerderd met de verschuldigde en niet-betaalde rente.
Krachtens artikel 5 van de verordening is het uit de begroting aan het Fonds over te
maken bedrag in het jaar n + 1 gelijk aan het aan het begin van het jaar n berekende
2
De verordening bepaalt dat door het Fonds gedekte leningen en garanties ten gunste van
toetredingslanden ook na de toetredingsdatum door de EU-garantie gedekt blijven. Aangezien het vanaf
die datum echter niet meer om een extern optreden van de EU gaat, worden deze leningen en garanties
rechtstreeks gedekt door de algemene begroting van de Europese Unie en niet langer door het Fonds.
5
verschil tussen het streefbedrag en de waarde van de netto-activa van het Fonds aan
het einde van het jaar n - 1.
Om het Fonds met het percentage van 9 % van het uitstaande bedrag in hoofdsom in
overeenstemming te brengen, is in de begroting voor 2014 een bedrag van
58,43 miljoen EUR opgenomen om in het Fonds te storten. Op 31.12.2012 bedroeg
het streefbedrag 2.078,92 miljoen EUR, hetgeen overeenstemt met 9% van het
uitstaande totaalbedrag aan gegarandeerde leningen (23.099,15 miljoen EUR). Het
verschil tussen het streefbedrag en de netto-activa van het Fonds (2.020,49 miljoen
EUR per 31.12.2012) was gelijk aan 58,43 miljoen EUR.
Dit bedrag werd gevraagd voor de voorziening van het Fonds in 2014 en is in
november 2013 door de Raad en het Europees Parlement in het kader van de
goedkeuring van de begroting van 2014 goedgekeurd. Vervolgens is het geboekt als
een vordering van het Fonds op de begroting.
(3)
Op 20.2.2013 is een met het voorzieningsbedrag voor 2013 overeenstemmend bedrag
van 155,66 miljoen EUR uit de begroting in het Fonds gestort (voor nadere
bijzonderheden, zie punt 3.2.1 "Stortingen in het Fonds").
2.3.
Belangrijke transactie na de verslagdatum
Op 27 februari 2014 is een met de voorziening voor 2014 overeenstemmend bedrag van
58,43 miljoen EUR uit de begroting aan het Fonds overgemaakt.
2.4.
Presentatie van de rekeningen
2.4.1.
Grondslag voor de opstelling
De jaarrekening van het Fonds is (evenals de enkelvoudige jaarrekening) opgesteld volgens
de boekhoudregels die door de rekenplichtige van de Europese Commissie zijn vastgesteld, en
met name boekhoudregel 11 (financiële instrumenten), zoals toegelicht in het SWD.
2.4.2.
Enkelvoudige jaarrekening van het Fonds per 31 december 2013
De enkelvoudige jaarrekening van het Fonds wordt opgesteld om boekhoudoperaties op te
nemen die niet in de door de EIB opgestelde jaarrekening van het Fonds zijn vervat (zie
SWD). Dergelijke operaties moeten worden opgenomen wegens de opeenvolgende
wanbetalingen die sinds het bestaan van het Fonds hebben plaatsgevonden. Indien de
begunstigde van een door het Fonds gedekte lening in gebreke blijft, dient de enkelvoudige
balans totdat de aan het Fonds verschuldigde bedragen volledig zijn terugbetaald, alle
betalingsachterstanden, de te ontvangen achterstandsrente en andere overlopende posten te
omvatten3. Op die manier wordt een volledige jaarrekening voor het Fonds aan het einde van
het jaar verkregen, die in de geconsolideerde balans van de EU zal worden opgenomen. Op
31.12.2013 bedragen de wanbetalingen voor Syrische leningen die door het Fonds gedekt zijn
en in de enkelvoudige jaarrekening als vlottende activa (gesubrogeerde leningen) zijn
vastgelegd in totaal 85.462.796,16 EUR. De vlottende activa omvatten ook een tijdelijke
vordering op de EIB van 22.039.281,70 EUR voor nog niet betaalde garantieopvragingen plus
gerelateerde bedragen, waarbij de EIB crediteur van Syrië blijft tot betaling van de opvraging.
De vlottende passiva omvatten een schuld aan de EIB van 22.839.314,22 EUR voor nog niet
3
Overige overlopende posten omvatten wisselkoersverschillen en aan de EIB te betalen
terugvorderingsvergoedingen.
6
betaalde opgevraagde garanties plus gerelateerde bedragen. Het totaal van de enkelvoudige
balans bedraagt 2.111.858.720,77 EUR.
Opgemerkt zij dat de enkelvoudige jaarrekening een afspiegeling is van een aanbeveling van
de Rekenkamer om de opgelopen rente van de als beschikbaar voor verkoop aangemerkte
financiële activa van de Europese instellingen op te nemen aangezien verwacht wordt dat deze
binnen de eerste twaalf maanden na de verslagdatum betaald moet worden. Ten behoeve van
de vergelijkbaarheid is het onderscheid tussen vlottend en vast ook toegepast op de cijfers van
2012.
7
2.4.2.1. Garantiefonds: Enkelvoudige balans
De enkelvoudige balans dient ter voorbereiding van de balans voor de consolidatie ervan in de
geconsolideerde jaarrekening van de EU. De belangrijkste veranderingen worden in de
toelichting bij de balans uitgelegd.
Balans: Activa in EUR
31.12.2013
31.12.2012
NIET-VLOTTENDE ACTIVA
Langetermijnbeleggingen
1.432.206.953,14
1.331.523.103,78
1.394.349.787,68
1.277.457.029,68
2.830.052,94
1.937.127,51
35.027.112,52
52.128.946,59
-
-
1.432.206.953,14
1.331.523.103,78
361.614.283,35
284.047.864,76
345.762.688,23
265.916.314,50
-2.717.150,48
-2.383.541,31
1.635.647,34
1.540.460,39
16.933.098,26
18.974.631,18
-
-
165.934.371,86
196.117.402,09
58.432.294,00
155.660.000,00
-
601.389,32
Overige: Garantieopvragingen (EIB-vorderingen)
22.039.281,70
17.982.385,53
Overige: Gesubrogeerde leningen (vorderingen op Syrië)
85.462.796,16
21.873.627,24
152.103.112,42
250.093.844,14
1.222.298,07
8.074.235,40
150.872.000,00
242.000.000,00
8.814,35
19.608,74
679.651.767,63
730.259.110,99
2.111.858.720,77
2.061.782.214,77
AFS-portefeuille – kosten
AFS-portefeuille – actuarieel verschil
AFS-portefeuille – aanpassing a/d reële waarde
AFS-portefeuille – bijzondere waardevermindering
Totaal niet-vlottende activa
VLOTTENDE ACTIVA
Kortetermijnbeleggingen
AFS-portefeuille – kosten
AFS-portefeuille – actuarieel verschil
AFS-portefeuille – aanpassing a/d reële waarde
AFS-portefeuille – overlopende posten
AFS-portefeuille – bijzondere waardevermindering
Kortetermijnvorderingen
Overige: Uit de EU-begroting te ontvangen bijdragen
Overige: Couponvorderingen
Geldmiddelen en kasequivalenten
Rekeningen-courant
Kortetermijndeposito's – nominaal
Opgelopen rente op kortetermijndeposito's
Totaal vlottende activa
TOTAAL ACTIVA
8
Balans: Passiva in EUR
31.12.2013
31.12.2012
EIGEN VERMOGEN
Kapitaal (Garantiefonds)
1.067.100.081,26
1.039.002.973,21
58.432.294,00
155.660.000,00
1.008.667.787,26
883.342.973,21
36.665.073,82
53.681.272,87
2.313,96
11.865,89
36.662.759,86
53.669.406,98
950.218.191,35
906.288.860,95
950.218.191,35
906.288.860,95
33.562.793,32
43.929.330,40
2.087.546.139,75
2.042.902.437,43
24.312.581,02
18.879.777,34
22.839.314,22
17.982.385,53
Overige: Behandelingsvergoedingen (EIB-schulden)
598.367,37
60.285,11
Overige
874.899,43
837.106,70
24.312.581,02
18.879.777,34
2.111.858.720,77
2.061.782.214,77
Toegewezen maar nog niet gestorte bijdragen
Overmaking uit de begroting
Reserves
Eerste toepassing – Reserve voor de reële waarde
Verandering in de reële waarde van als beschikbaar voor
verkoop aangemerkte activa
Gecumuleerd surplus/tekort
Overgedragen winst
Economisch resultaat voor het jaar
Totaal eigen vermogen
VLOTTENDE PASSIVA
Schulden
Overige: Garantieopvragingen (EIB-schulden)
Totaal vlottende passiva
TOTAAL PASSIVA
Toelichting bij de balans:
 In de post 'Kortetermijnvorderingen' is het begin 2014 uit de EU-begroting aan het Fonds
over te maken voorzieningsbedrag voor 2014 opgenomen. Hij omvat ook de gesubrogeerde
leningen plus gerelateerde bedragen, alsook bedragen van leningen die zijn opgevraagd
maar nog niet betaald (betaling in januari/februari 2014), plus gerelateerde bedragen. Deze
bedragen omvatten de hoofdsom, de rente en de achterstandsrente die in de begroting van
de Europese Unie moeten worden gestort als gevolg van vrijgave van de garantie van het
Fonds. Het verschil tussen het "Gecumuleerd surplus" als bestanddeel van het eigen
vermogen en de in het SWD gepresenteerde stand van het Fonds is toe te schrijven aan de
achtereenvolgende terugbetalingen aan het Fonds van opvragingen en de
achterstandsbetalingen.
 In 2013 omvat de post "Schulden" de opgevraagde garanties die op de balansdatum nog
niet waren betaald plus gerelateerde bedragen, de overlopende aan de EIB te betalen
terugvorderingsvergoedingen, de EIB-beheersvergoeding en de honoraria voor de externe
audit.
 In 2013 en 2012 heeft de Commissie geen bijzondere waardeverminderingen geboekt met
betrekking tot de gesubrogeerde leningen en de EU-staatsobligaties en obligaties met EUstaatsgarantie die het Fonds in portefeuille had.
9
 Het door het Fonds gelopen EU-landenrisico per land is te vinden in het SWD. Op
31/12/2013 waren de 3 grootste landen in termen van blootstelling aan overheidsrisico
Frankrijk, Duitland en België, met een gewicht van respectievelijk ongeveer 21 %, 20 %
en 12 %.
10
 Garantiefonds: Enkelvoudige economische resultatenrekening
Net als voor de balans het geval is, wordt de enkelvoudige economische resultatenrekening
opgesteld met het oog op de opname ervan in de geconsolideerde jaarrekening van de EU. De
belangrijkste aanpassingen worden in de toelichting bij de enkelvoudige economische
resultatenrekening uitgelegd.
2013
Inkomsten uit financiële operaties
2012
35.234.727,71
47.722.795,64
208.412,77
2.152.817,58
31.299.159,53
36.869.194,02
Rentebaten
Rentebaten op geldmiddelen en kasequivalenten
Rentebaten op als beschikbaar voor verkoop
aangemerkte activa
Overige rentebaten (uitleen van effecten)
Gerealiseerde baten op de verkoop van als beschikbaar
voor verkoop aangemerkte activa
83.827,76
104.765,51
1.364.029,81
8.596.018,53
Overige: Gesubrogeerde leningen (oplopende rentebaten)
2.279.297,84
-
-1.671.934,39
-3.793.465,24
-
-2.781.347,56
-1.671.934,39
-1.012.117,68
-33.600,00
-31.800,00
-841.299,43
-805.306,70
-139.943,88
-114.725,87
-119.008,82
-
-538.082,26
-60.285,11
33.562.793,32
43.929.330,40
Uitgaven in verband met financiële operaties
Rentelasten
Gerealiseerde verliezen op de verkoop van als beschikbaar
voor verkoop aangemerkte activa
Overige financiële lasten
Overige: Auditvergoedingen van het GF
Overige: Beheer- & behandelingsvergoedingen van het
GF
Overige: Overige financiële lasten
Overige: Niet-gerealiseerde wisselkoersverliezen op
gesubrogeerde leningen
Overige: Beheers- & behandelingsvergoedingen voor
terugvordering
ECONOMISCH RESULTAAT VOOR HET JAAR
Toelichting bij de enkelvoudige economische resultatenrekening:
'Overige financiële lasten' omvatten de beheersvergoedingen van de EIB, auditvergoedingen,
niet-gerealiseerde wisselkoersverliezen op de gesubrogeerde leningen en de overlopende post
van de terugvorderingsvergoedingen van de EIB.
11
3.
MIDDELEN VAN HET FONDS
In deze afdeling worden de financiële stromen van en naar het Fonds toegelicht.
3.1.
Rechtsgrondslag voor een overmaking uit de algemene begroting aan het
Fonds
De verordening is in 20074 gewijzigd om efficiënter van de begrotingsmiddelen
gebruik te kunnen maken door middelen aan het Fonds toe te wijzen op grond van de
feitelijke bedragen van de uitstaande gegarandeerde leningen. Wanneer het bedrag
van de uitstaande passiva stijgt, zal ook de EU-begrotingsbijdrage die vereist is om
het streefbedrag voor het Fonds te handhaven stijgen. Daarom moet de EIB de
garantie alleen gebruiken wanneer dit absoluut noodzakelijk is en voldoende gebruik
maken van de mogelijkheid van operaties voor eigen risico.
Het streefbedrag is 9% van het uitstaande bedrag van de verstrekte en gegarandeerde
leningen, met inbegrip van alle soorten gedekte operaties (EIB-, MFB- en Euratomleningen) buiten de EU. Het verschil tussen het streefbedrag en de waarde van de
netto-activa van het Fonds resulteert in een overmaking uit begrotingsonderdeel
01.03.06 "Voorziening van het Garantiefonds" aan het Fonds, dan wel in een
terugboeking uit het Fonds naar de begroting in geval van een surplus.
Het Fonds wordt gefinancierd uit begrotingsonderdeel 01.03.06 "Voorziening van het
Garantiefonds", dat valt onder rubriek 4 (externe betrekkingen).
3.2.
Overmaking uit of terugboeking naar de algemene begroting in de loop
van het begrotingsjaar
3.2.1.
Stortingen in het Fonds
Op basis van het op 31.12.2011 uitstaande bedrag aan gegarandeerde leningen
(21.234,34 miljoen EUR) is in de staat van uitgaven van de algemene begroting van
de Europese Unie voor het jaar 2013 in begrotingsonderdeel 01.03.06 "Voorziening
van het Garantiefonds" een bedrag van 155,66 miljoen EUR opgenomen. Dit bedrag
is op 20 februari 2013 in één enkele transactie uit de begroting aan het Fonds
overgemaakt.
4
Verordening (EG, Euratom) nr. 89/2007 van de Raad van 30 januari 2007 tot wijziging van
Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad tot instelling van een Garantiefonds, (PB
L 22 van 31.1.2007, blz. 1).
12
3.2.2.
Rente over de belegging van de liquide middelen van het Fonds
3.2.2.1. Beleggingsbeleid
De liquide middelen van het Fonds worden belegd volgens de beheersbeginselen
vervat in de bijlage bij de overeenkomst, als gewijzigd5. Dienovereenkomstig moet
20% van de middelen van het Fonds worden belegd in kortlopend papier (effecten
met een looptijd van ten hoogste een jaar). Daaronder vallen variabel rentende
effecten (ongeacht de looptijd ervan) en vastrentende effecten met een resterende
looptijd van ten hoogste een jaar, ongeacht de oorspronkelijke looptijd ervan. Met het
oog op een evenwichtige spreiding van de diverse instrumenten en het handhaven van
de vereiste liquiditeit wordt ten minste 100 miljoen EUR in geldmarktinstrumenten
belegd, met name in bankdeposito's.
De lijst van banken waarbij gelden mogen worden gedeponeerd, wordt door de EIB
voorgesteld en door de Commissie goedgekeurd. De lijst is regelmatig aan de
wijzigingen in de bankratings aangepast. Alle banken op de lijst hebben een rating
van Moody's van minimaal P1 voor kortetermijnbeleggingen, dan wel een
gelijkwaardige rating van Standard & Poor's of Fitch. Voor beleggingen bij deze
banken gelden regels om een concurrerend rendement te waarborgen en
risicoconcentratie te vermijden.
Ongeveer 80% van het Fonds zal worden geplaatst in een portefeuille van obligaties
met een resterende looptijd van niet meer dan 10 jaar en 6 maanden vanaf de datum
van betaling. De gemiddelde duur van de plaatsingen van alle activa van het Fonds
mag niet meer bedragen dan 5 jaar. Bij de beleggingen in obligaties moeten een aantal
specifieke criteria zoals liquiditeit, ratings, gerechtigdheid van de tegenpartijen en
concentratielimieten worden gerespecteerd. Om voor een goede risicodiversificatie te
zorgen, mag het totale bedrag dat per afzonderlijke emittent in de obligaties belegd is
niet meer bedragen dan 10% van het totale nominale bedrag van de portefeuille.
3.2.2.2. Prestatie
Het Fonds behaalde een absoluut rendement van +0,7914 % gedurende 2013 en
presteerde 33,71 basispunten onder zijn benchmark. Gedurende de laatste 3 jaar had
het Fonds een absoluut rendement van 9,3 % en presteerde het 2,2 % boven zijn
benchmark. De benchmark van het Fonds is hoofdzakelijk samengesteld uit iBoxxindices (met name de indices "EUR Eurozone Sovereign" en "EUR Collateralized
Covered") en Euribid voor de kortetermijnblootstellingen.
Heel het jaar 2013 werd in het algemeen gekenmerkt door overmatige liquiditeit in
het systeem om de marktdruk op de zwakke groei te verlichten, een situatie waardoor
de kortetermijnrente extreem laag bleef. Hoewel positief, was de prestatie van het
Fonds in 2013 in lijn met deze omgeving van lage groei (zie punt 2.4.2 'Prestatie' van
het SWD voor nadere bijzonderheden).
5
Gewijzigd bij aanhangsel 1 van 17/23 september 1996, aanhangsel 2 van 26 april/8 mei 2002,
aanhangsel 3 van 25 februari 2008 en aanhangsel 4 van 9 november 2010.
13
3.2.2.3. Inkomsten uit financiële operaties
In 2013 brachten de geldmiddelen en kasequivalenten en de effecten voor een
totaalbedrag van 35 234 727,71 EUR aan rente op, dat als volgt kan worden
uitgesplitst:
Beschrijving:
2013
Rentebaten op geldmiddelen en kasequivalenten
208.412,77
2.152.817,58
Ontvangen rente op kortetermijndeposito's
205.694,91
2.660.950,98
Verandering in de opgelopen rente op
kortetermijndeposito's
-10.794,39
-522.446,95
13.512,25
14.313,55
31.299.159,53
36.869.194,02
Ontvangen rente – portefeuille als beschikbaar voor
verkoop aangemerkte activa
36.599.210,68
38.824.106,90
Verandering in de opgelopen rente – portefeuille als
beschikbaar voor verkoop aangemerkte activa
-2.642.922,24
-1.367.664,30
Agio/disagio
-2.657.128,91
-587.248,58
83.827,76
104.765,51
Gerealiseerde baten op de verkoop van financiële
activa
1.364.029,81
8.596.018,53
Opgelopen rente op gesubrogeerde leningen
2.279.297,84
-
35.234.727,71
47.722.795,64
Rente op rekeningen-courant bij banken
Rentebaten op als
aangemerkte activa
beschikbaar
voor
verkoop
Baten uit effectenuitleenactiviteiten
Rente over de belegging van de liquide middelen van
het Fonds
2012
3.2.2.4. Uitgaven in verband met financiële operaties
De uitgaven in verband met financiële operaties bedroegen 1.671.934,39 EUR,
bestaande uit de beheersvergoedingen van de EIB voor 841.299,43 EUR, overige
financiële lasten voor 139.943,88 EUR, de vergoedingen van externe audits voor
33.600,00 EUR, niet-gerealiseerde wisselkoersverliezen op gesubrogeerde leningen
voor 119.008,82 EUR en behandelingsvergoedingen voor 538.082,26 EUR.
14
4.
PASSIVA VAN HET FONDS
De passiva van het Fonds stemmen overeen met alle door het Fonds aangegane
financiële verplichtingen.
4.1.
Wanbetalingen

Opvragingen aan het Garantiefonds wegens wanbetalingen
Naar aanleiding van de verslechterende situatie in Syrië hadden de Raad Buitenlandse
Zaken, het Europees Parlement en de Raad al in 2011 besloten tot maatregelen ten
aanzien van dat land. Meer in het bijzonder verboden zij betalingen door de EIB in
verband met lopende leningsovereenkomsten en schortten zij alle EIBovereenkomsten inzake de verstrekking van technische bijstand voor staatsprojecten
in Syrië op. Dit besluit is vervolgens gecodificeerd in Besluit 2011/782/GBVB van de
Raad van 1 december 2011 en Verordening (EU) nr. 36/2012 van de Raad van
18 januari 2012.
Als gevolg hiervan zijn door de EIB sinds mei 2011 geen nieuwe
financieringsoperaties meer uitgevoerd en zijn sinds november 2011 alle lopende
betalingen en overeenkomsten inzake de verlening van technische bijstand aan de
Arabische Republiek Syrië tot nader order opgeschort.
Terwijl Syrië de laatste jaren de rente op zijn leningen volledig en tijdig aan de Bank
had betaald, wordt de EIB sinds november 2011 geconfronteerd met achterstallige
betalingen op Syrische staatsleningen. Als gevolg daarvan en in overeenstemming
met de garantieovereenkomst tussen de EU en de EIB heeft de EIB in 2012 en 2013
13 keer een beroep gedaan op het EU-Garantiefonds voor een totaal bedrag van 107
miljoen EUR. In 2012 zijn twee betalingen gedaan (24 miljoen EUR waarvan 2,1
miljoen EUR werd teruggevorderd), in 2013 werden 8 betalingen gedaan (61 miljoen
EUR). Betalingen voor de 3 andere opvragingen ten belope van (22 miljoen EUR)
vervallen in het eerste kwartaal van 2014.

Gebeurtenissen na de verslagdatum
Tot 30 april 2014 is nog twee keer de garantie opgevraagd wegens wanbetalingen in
Syrië voor een totaalbedrag van 12,1 miljoen EUR.
4.2.
Vergoeding van de EIB
De
EIB-vergoeding
bestaat
uit
de
beheersvergoedingen
en
de
terugvorderingsvergoedingen. De beheersvergoedingen dekken het beheer van het
Fonds. De terugvorderingsvergoedingen dekken de terugvorderingsinspanningen van
de EIB betreffende vorderingen na wanbetalingen die onder de EU-garantie voor
EIB-financieringsoperaties buiten de Unie vallen.
De beheersvergoedingen
In het op 26 april en 8 mei 2002 ondertekende tweede aanhangsel van de
overeenkomst is bepaald dat de vergoeding van de EIB wordt vastgesteld door op elke
15
tranche van de activa van het Fonds degressieve jaarlijkse provisiepercentages toe te
passen. De berekening van deze vergoeding gebeurt op basis van de jaarlijkse
gemiddelde activa van het Fonds.
Voor 2013 is de vergoeding van de EIB vastgesteld op 841.299,43 EUR. Ze is in de
economische resultatenrekening opgenomen en op de passiefzijde van de balans als
overlopende post geboekt. De stijging met 35.992,73 EUR vergeleken met 2012 werd
veroorzaakt door de groei van de jaarlijkse gemiddelde waarde van de activa van het
Fonds in 2013.
De aan de EIB verschuldigde terugvorderingsvergoedingen worden berekend op basis
van de bestaande terugvorderingsovereenkomst die in november 2010 door de
Commissie en de Bank is ondertekend. Eind 2013 bedroegen de lopende
terugvorderingsvergoedingen 658.652,48 EUR.
16
Download