14D-cite? d'aigues-mortes NL:092006•PANTHEON_franc?ais 12/02/08 Geschiedenis Bezoek Kruistochten Protestantisme Informatie 18:18 Page 1 Geschiedenis Bezoek Kruistochten Protestantisme Informatie L Geschiedenis Bezoek Kruistochten Protestantisme Informatie L L Geschiedenis Bezoek Kruistochten Protestantisme Informatie L Nederlands Een kruisvaardershaven Het protestante geheugen Aigues-Mortes Dagloner: arbeider die naar werk wordt betaald. Deze merktekens zijn te vinden op middeleeuwse gebouwen en hierdoor kan de auteur van het werk worden geïdentificeerd. In Aigues-Mortes zijn meer dan 600 merken gevonden en alleen de toren van Constance heeft er geen. Edict van Nantes: door Henri IV afgekondigd in 1598; erkent het protestantse geloof in het Franse koninkrijk. Het wordt in 1685 door Lodewijk XIV ingetrokken. Hugenoot: bijnaam die door de katholieken aan de protestanten werd gegeven. Phylloxera: parasiet van druiven. In de XIXde eeuw werd hierdoor de Franse druiventeelt bijna vernietigd, wat de economie en het landschap heeft veranderd. Strandwal: een stuk kust dat een baai geheel insluit en zo een lagune kan isoleren. De Heilige Oorlog De toren van Constance, gevangenis van de camisards De stad van Lodewijk de Heilige Praktische informatie Hoewel het beveiligd is, is dit monument niet zonder risico. Let goed op uw kinderen. Gemiddelde duur van het bezoek: 1u15 Bepaalde rondleidingen met toelichting. Aangepaste rondleidingen voor minder validen. Het Centre des monuments nationaux geeft een collectie gidsen uit over de Franse monumenten, die in diverse talen vertaald zijn. De Éditions du patrimoine worden in de boekhandel verkocht. Centre des monuments nationaux Tours et remparts d’Aigues-Mortes 30220 Aigues-Mortes tél. 04 66 53 61 55 fax 04 66 53 79 98 www.monuments-nationaux.fr crédits photos P. Berthé © Centre des monuments nationaux, Paris. illustration Karine Bernard. conception Plein Sens, Anders. réalisation beau fixe. traduction Caractères et cætera. impression Néo-Typo, avril 2008. Woordenlijst Tussen de XIde en de XIIIde eeuw worden er acht militaire expedities georganiseerd door de christenen om het Heilige Land te heroveren op de Moslims. De Kruistocht werd beschouwd als de meest waardevolle pelgrimstocht en is voor sommige christenen een gewetenszaak. Lodewijk IX is erg gelovig en leidt de twee laatste kruistochten. Beide vetrekken uit Aigues-Mortes. 1248: naar Egypte Al in 1246 wordt in Aigues-Mortes begonnen met het verzamelen van uitrusting en levensmiddelen. Maar Lodewijk IX moet zijn vloot in Marseille, Venetië en Genua aanvullen. In 1249 beschikt hij in Cyprus over 1.800 schepen, terwijl hij uit Aigues-Mortes vertrok met slechts 38 schepen. Zodra hij in Egypte aankomt, verovert de koning Damiette, maar zijn leger wordt verslagen bij Mansourah in april 1250 en hijzelf wordt gevangen genomen. Hij wordt tegen een hoog bedrag vrijgelaten en blijft in Palestina tot 1254, waar hij de muren van de vrijplaatsen laat verhogen. 1270: inscheping naar Tunesië In 1270 komen de kruisvaarders weer naar de haven van Aigues-Mortes voor een nieuwe expeditie. De inscheping vindt plaats op 1 juli 1270, richting de Tunesische kust. De toekomstige Lodewijk de Heilige sterft echter op 25 augustus in Carthago aan buikgriep. Van 1575 tot 1622 is Aigues-Mortes één van de acht veilige plaatsen voor protestanten. Op de intrekking van het Edict van Nantes* in 1685 volgt echter een periode van onderdrukking, die in de Languedoc en de Cevennen aan het begin van de XVIIIde eeuw wordt gekenmerkt door de “opstand van de camisards”. In 1686 wordt onder andere de toren van Constance een gevangenis voor hugenoten die zich niet willen bekeren. In 1703 kan Abraham Mazel, chef van de camisards, ontsnappen met zestien van zijn medestanders. Een vrouwengevangenis Vanaf 1715 worden volksvrouwen, vaak uit de Cevennen, opgesloten vanwege deelname aan religieuze bijeenkomsten of daarvan slechts verdacht worden. Een van hen is Marie Durand, een markant personage uit het protestantisme en bijzonder standvastig in haar geloof. Zij wordt aangehouden om haar broer Pierre, dominee, te dwingen zich over te geven aan de autoriteiten. Zij blijft 38 jaar gevangen zitten en wordt in 1768 bevrijd. Aan haar wordt, zonder bewijs, het woord ‘register’ toegeschreven (‘verzetten’ in dialect), dat op de rand van het ronde venster in de hoge zaal staat. Het is een duidelijke kreet voor geloofsvrijheid. Tijdens de tweehonderdjarige herdenking van de bevrijding van de protestante gevangenen in 1968 wordt in de Gouverneurswoning een monument onthuld dat onder meer het verzet van Marie Durand herdekt. *Uitleg op de achterzijde van dit document. Een haven in het binnenland Aigues-Mortes wordt in 1240 gesticht op een moerassige strandwal*, naar de wens van Lodewijk IX, de toekomstige Lodewijk de Heilige. Hij is zo de eerste Franse koning die over een haven aan de Middellandse Zee beschikt en heerst er omringd door naburige machten. Hij bouwt de toekomstige toren van Constance, een nu verdwenen kasteel en legt kanalen aan naar zee, Arles en Montpellier. Vanuit Aigues-Mortes vertrekt hij op kruistocht in 1348 en in 1270. Haven en gevangenis van het koninkrijk Achter de vestingmuren wordt de haven in 1278 de enige zuidpoort van het koninkrijk. Er worden kruiden en wol verscheept. Marseille neemt deze plaats in wanneer in 1481 de Provence weer bij Frankrijk komt. Na de intrekking van het Edict van Nantes* in 1685 verandert Aigues-Mortes, vroegere protestantse stad, zijn torens in een gevangenis voor hugenoten*. Tussen stranden en wijngaarden Rond 1875 wordt een tegen phylloxera beschermde wijngaard geplant op grondgebied van de stad die een nieuwe bloei kent dankzij de mode van het baden in zee. *Uitleg op de achterzijde van dit document. 14D-cite? d'aigues-mortes NL:092006•PANTHEON_franc?ais 12/02/08 18:18 Page 5 Geschiedenis Bezoek Kruistochten Protestantisme Informatie L N Bijna intacte middeleeuwse versterkingen 4 3 2 1 De toren van Constance Deze toren werd voltooid in 1248 en is het enige overblijfsel van het onder Lodewijk IX gebouwde kasteel. Het was ongetwijfeld de toegangspoort, volledig tegen inname ontworpen, vooral dankzij 6 meter dikke muren. Via een wenteltrap bereikt u de verschillende verdiepingen van de toren. 1 De lage zaal is rond en heeft een gewelf met twaalf kwartieren waarvan de spitsbogen op versierde kraagstenen rusten, die steunen op meerkantige pilaartjes. Er zijn vier schietgaten. Aan de noordkant vormt een dubbele deur de ingang die werd afgesloten door een valluik. 2 Via een ronde rondgang, een soort gang die hoog in de dikte van de muur was gemaakt, kan de ondergelegen zaal worden bewaakt. 3 De hoge zaal diende als protestante gevangenis in de XVIIIde eeuw. De hal is opmerkelijk door de kwaliteit van de versieringen. 4 Het terras vormt een ideale uitkijkpost en kijkt hoog over de hele streek uit. In het torentje was een baken gevestigd dat de schepen leidde en ervoor zorgde dat zij hun douanerechten betaalden. De 1.640 meter lange versterkingen van de stad worden in twee fasen gebouwd: de eerste fase onder Philips de Stoute en de tweede onder Philip de Schone, die de ommuring tussen 1289 en 1300 laat voltooien. Deze wordt in de volgende eeuwen aangepast aan de nieuwe wapens, vooral in het noordelijke gedeelte, dat meer blootstond aan aanvallen. Veel elementen dragen de merken van dagloners*. De houten structuur, de daken en de grachten zijn verdwenen. De verdedigingswerken langs de ommuring, op de courtines, kunnen verschillende vormen aannemen: toegangswerken, dekkingstorens of hoektorens. Salins du Midi Tour de la Poudrière Tour de Villeneuve Porte de la Reine Porte des Cordeliers Porte de l’Arsenal Porte de la Marine Porte des Galions Arènes Porte des Moulins 18 15 Porte de l’Organeau 17 16 Tour des Bourguignons 11 Tour la la Mèche 14 Porte St-Antoine Tour du Sel 5 4 13 12 10 9 6 7 8 Porte des Remblais Porte de la Gardette 3 1 2 Tour de Constance De noordelijke ommuring Aan deze kant lag het kanaal dat naar de eerste haven leidde. De verdwenen lagune vormde en natuurlijke verdediging, versterkt door verdedigingswerken. 5 De poort van la Gardette is de militaire poort van de stad, de enige die sporen van een ophaalbrug toont. Tussen de XVIde en de XVIIIde eeuw is dit de enige toegang tot de stad. Vanaf de XIVde eeuw werd de stad beschermd door de torenpoort Carbonnière, 3,5 km noordelijker aan de weg. 6 De Villeneuve-toren is een mooi voorbeeld van een hoektoren die een extra bescherming moest vormen. De oostelijke ommuring De torens op dit gedeelte van de muur zijn een veelgebruikte vluchtplaats geweest tijdens de strijd tussen katholieken en protestanten. Sporen van projectielen zijn nog zichtbaar. De zuidelijke ommuring Deze zijde wordt beschermd door een meer waar al sinds de Oudheid op wordt gevaren en dat sinds 1278 een kade heeft. De voet van de muur wordt in de XVIIIde eeuw opgehoogd met de aarde afkomstig van de aanleg van het kanaal van Beaucaire. 7 De poort van de Marine kreeg zijn naam door de nabijheid van de haven. De handelswaar werd verscheept in platbodems. 8 De poort der Galjoenen bezit gewelven die zijn versierd met een minotaurus en een monnik die met vogels spreekt. 9 De Molenpoort heet zo omdat er in de XVIIde eeuw twee windmolens op stonden. Let op de hoekstenen en met name de engel die een kroon vasthoudt en de grijnzende oude man. De zoutpannen die in 1290 bij de stad zijn gevoegd, zijn de ‘witte goudmijnen’, de grote rijkdom van de stad. Hun ecosysteem is kenmerkend voor de hele Camargue. De westelijke ommuring De noordwestelijke wijk is lange tijd een militaire wijk geweest, met de paradeplaats en het huis van de Gouverneur, in de XVIIde eeuw gebouwd op de plaats van het koninklijke paleis, dat in 1421 is afgebrand. In 1272 breidt de stad zijn territorium naar deze kant uit door de bossen tot het meer van Mauguio in te lijven. De stad Rond de Place Saint-Louis, het historische hart van de stad, zijn verschillende oude gebouwen te zien zoals het Kapucijner klooster uit de XVIIde eeuw. Notre-Dame-des-Sablons, dat al in 1260 genoemd werd, is gebouwd voordat er sprake was van een versterkte ommuring, toen Lodewijk de Heilige nog leefde. *Uitleg op de achterzijde van dit document.